Gemeenteblad van Leiderdorp
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Leiderdorp | Gemeenteblad 2018, 143010 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Leiderdorp | Gemeenteblad 2018, 143010 | Verordeningen |
Vaststelling verordening op de beplantingen 2018, gemeente Leiderdorp
De raad van de gemeente Leiderdorp;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 april 2018;
gezien het advies van het politiek forum van 14 mei 2018;
gelet op de twee amendementen d.d. 28 mei 2018, over het toepassingsbereik en de vergunningplicht met betrekking tot dunning;
gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet;
1. De volgende begripsbepalingen gelden:
kandelaberen: het voor de eerste maal afzetten van een bestaande, regulier uitgegroeide kroon tot takstompen, waardoor de boom het uiterlijk van een kandelaar of kandelaber krijgt, met als doelstelling het ingrijpend reduceren van de kroonomvang. In het geval van kandelaberen wordt 35 tot 50 procent van de gehele kroon verwijderd, bij kandelaren 50 tot 75 procent van de gehele kroon;
Artikel 4 Aanwijzing waardevolle houtopstanden
Het college stelt ten minste elke vijf jaar een Lijst van bijzonder waardevolle bomen en houtopstanden vast. Voor de op de lijst opgenomen houtopstanden worden ten minste een omschrijving, de standplaats, het kadastrale perceelnummer, de zakelijk gerechtigden en de reden voor plaatsing op de lijst vermeld. Zo nodig wordt een kaart bijgevoegd met daarop aangeduid de beschermde houtopstand.
De eigenaar van de op de lijst te plaatsen houtopstand wordt van deze voorgenomen plaatsing zo spoedig mogelijk schriftelijk in kennis gesteld. Hij wordt in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze met betrekking tot de plaatsing op de lijst binnen vier weken na de datum van kennisgeving schriftelijk aan burgemeester en wethouders kenbaar te maken. Bomen of houtopstanden waarvoor deze procedure loopt vallen onder het verbod van artikel 5, eerste lid van deze Verordening.
De eigenaar van een houtopstand die op de lijst staat vermeld, is verplicht schriftelijk aan de gemeente melding te doen van het geheel of gedeeltelijk tenietgaan van de houtopstand anders dan door velling op grond van een verleende vergunning. Deze mededeling dient te geschieden onmiddellijk na het geheel of gedeeltelijk tenietgaan.
De quickscan en groentoets omvatten in ieder geval een duidelijke beschrijving van de ruimtelijke ontwikkeling, de aanwezige ‘groene’ elementen, de locatie van het project en een reële planning en worden opgesteld door of namens dan wel met toestemming van degene die krachtens zakelijk recht of publiekrechtelijke bevoegdheid gerechtigd is over de ‘groene’ elementen te beschikken.
Artikel 8 Herplantplicht en overige voorschriften
Indien herplant niet in redelijkheid op hetzelfde perceel of in de directe omgeving kan geschieden, wordt in plaats van het in het eerste lid bedoelde voorschrift als voorschrift opgenomen dat de houtopstand niet mag worden geveld voordat een door het college te bepalen bedrag, dat gelijk is aan de herplantwaarde, in het gemeentelijk herplantfonds is gestort. Voordat het college een dergelijk voorschrift opneemt, dient door de aanvrager van de ontheffing een taxatie van de herplantwaarde door een taxateur van bomen te worden overgelegd.
Artikel 9 Herplantplicht bij overtreding verbod
Indien een houtopstand in strijd met een in deze verordening opgenomen verbod zonder vergunning is geveld, kan het college de verplichting opleggen dat binnen een door het college te bepalen termijn en overeenkomstig door het college te geven aanwijzingen, wordt herplant. Deze verplichting wordt opgelegd aan de zakelijk gerechtigde tot de grond waarop zich de houtopstand bevond, dan wel aan degene die de houtopstand heeft geveld dan wel heeft doen vellen.
Indien herplant niet in redelijkheid op hetzelfde perceel of in de directe omgeving kan geschieden, kan in plaats van de in het eerste lid bedoelde verplichting worden opgelegd dat een door het college te bepalen bedrag, dat gelijk is aan de herplantwaarde, door de overtreder van het verbod in het gemeentelijk herplantfonds wordt gestort.
Artikel 10 Gemeentelijk Herplantfonds
In het door het college ingestelde Herplantfonds worden financiële bijdragen gestort:
door rechthebbenden en/of overtreders nadat een houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is, zonder vergunning is geveld, en in het kader van handhavingsmaatregelen geen herplantplicht op het perceel kan worden opgelegd ter uitvoering van een last onder bestuursdwang of last onder dwangsom.
Uitgangspunt bij besteding uit het herplantfonds is om de herplant te realiseren in het plantseizoen (periode november tot en met maart) volgend op het vellen van de boom.
Het college van burgemeester en wethouders stelt elk jaar vóór 15 september een plantlijst vast, waarin wordt aangegeven wat het totaal aan ontvangen bedragen is, en waar de gemeente voornemens is bomen vanuit het herplantfonds te planten.
De raad wordt jaarlijks door het college geïnformeerd over de inkomsten en uitgaven van het herplantfonds.
Artikel 12 Bestrijding van iepziekte
Indien zich op een perceel één of meer iepen bevinden die naar het oordeel van het college gevaar opleveren van verspreiding van iepziekte of vermeerdering van de iepenspintkever, kan het college aan de zakelijk gerechtigde de verplichting opleggen binnen een door het college te bepalen termijn:
Vastgesteld in de openbare vergadering van
de raad van Leiderdorp op 28 mei 2018,
de griffier,
mevrouw J.C. Zantingh
de voorzitter,
mevrouw L.M. Driessen-Jans
Binnen Nederland gaat Nationale wet- en regelgeving altijd boven de regelgeving die de gemeente heeft opgesteld. Binnen deze verordening zijn artikelen 2, 3, 5, 7 en 12 ondergeschikt aan de Nationale wet- en regelgeving, zoals onder andere de Wet natuurbescherming, de Plantenziektenwet, het Burgerlijk Wetboek, de Algemene wet bestuursrecht en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Wet natuurbescherming: bevat alle regels rondom de bescherming van natuurgebieden en soorten.
Plantenziektenwet : bevat alle regels rondom de bescherming van voor de Nederlandse markt belangrijke planten en plantaardig materiaal tegen schadelijke organismen.
Burgerlijk Wetboek: bevat de regels voor het burgerlijk recht, dat wil zeggen de rechtsverhoudingen tussen personen.
Algemene wet bestuursrecht: bevat de algemene regels voor de verhouding tussen de overheid en de individuele burgers, bedrijven en dergelijke.
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht: regelt de omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning is één geïntegreerde vergunning voor bouwen, wonen, monumenten, ruimte, natuur en milieu.
Toepassingsbereik: bebouwde kom
In artikel 2 is voor wat betreft de toepassing aangesloten bij de definitie van bebouwde kom uit de Wet natuurbescherming. In dit verband geldt dat de Wet natuurbescherming hoger recht betreft en deze wet is gelet daarop van belang voor de reikwijdte van de verordening.
De Wet natuurbescherming, hoofdstuk 4, heeft tot doel om bossen te beschermen. Onder de Wet natuurbescherming vallen bossen die gelegen zijn buiten de bebouwde kom, zoals vastgesteld op grond van de Wet natuurbescherming. Daarbij gaat het om alle beplantingen van bomen die als geheel groter zijn dan 10 are en bomen in een rijbeplanting, als de rij uit meer dan twintig bomen bestaat.
Waardevolle houtopstanden vormen de ‘top’ van het bomenbestand. Ze hebben een bijzondere waarde voor de leefomgeving. Het college bepaalt welke houtopstanden als zodanig worden gekwalificeerd op basis van vastgestelde criteria en neemt ze op in de Lijst met bijzonder waardevolle bomen en houtopstanden. Het college kan hiervoor beleidsregels opstellen. De lijst wordt elke vijf jaar opnieuw vastgesteld.
Vergunningsplicht voor het vellen van een houtopstand
Voor houtopstanden binnen de gemeente Leiderdorp geldt dat een vergunning van het college noodzakelijk is voor het kandelaberen, kappen, knotten, rooien, met inbegrip van verplanten, alsmede het verrichten van handelingen, zowel boven- als ondergronds, die de dood of beschadiging of ontsiering van de houtopstand tot gevolg kunnen hebben.
Slechts in uitzonderlijke gevallen geldt dat het mogelijk is om een houtopstand die is opgenomen op de Lijst met bijzonder waardevolle bomen en houtopstanden te kappen. Hierbij geldt dat er sprake moet zijn van een zwaarwegende maatschappelijke reden of een situatie dat instandhouding niet langer verantwoord is. Dit betekent dus ook dat een bepaalde mate van overlast dient te worden geaccepteerd. Overlast door vruchten, luizen of opdrukkende wortels kan in beginsel geen reden zijn voor het verlenen van een ontheffing.
In geval van een ruimtelijke ontwikkeling waarbij groenelementen en/of houtopstanden mogelijk beïnvloed worden in hun voortbestaan, is een quickscan voor de groentoets verplicht. Hierbij wordt de invloed van de ontwikkeling op het bestaande en eventueel nieuw aan te planten groen beoordeeld.
De gemeenteraad neemt geen bevoegdheid op voor het college om toestemming te geven tot direct vellen in het belang van de openbare orde of veiligheid. De burgemeester beschikt ter zake over toereikende bevoegdheden. Het algemene kapverbod geldt bij gebruikmaking daarvan op grond van de verordening niet.
Van noodkap is in ieder geval sprake als ten gevolge van een onvoorziene omstandigheid acuut gevaar voor personen of goederen ontstaat, bijvoorbeeld omdat een boom als gevolg van noodweer dreigt om te vallen. In die gevallen kan niet worden verwacht dat een reguliere vergunning wordt aangevraagd en kan dus worden geveld als daar door of namens de burgemeester toestemming voor is verleend. Uitgangspunt is dat de toestemming in een schriftelijke beschikking wordt opgenomen, omkleed met de redenen die tot het besluit hebben geleid. Als dat niet onmiddellijk kan, kan de toestemming echter ook mondeling of telefonisch worden verleend. In dat geval moet de toestemming wel achteraf alsnog in een schriftelijke beschikking worden opgenomen. Tegen dit besluit kunnen de gebruikelijke rechtsmiddelen worden aangewend. Het besluit tot noodkap moet worden genomen door het daartoe aangewezen bestuursorgaan of een door dit bestuursorgaan gemandateerde functionaris.
De noodkapprocedure is ook van toepassing op houtopstanden die zijn geplaatst op de Lijst met bijzonder waardevolle bomen en houtopstanden als bedoeld in artikel 4.
Dunning heeft betrekking op houtopstanden waarin meerdere individuele houtige gewassen gezamenlijk opgroeien, zich onder invloed van elkaar ontwikkelen en bij volle wasdom een aaneengesloten kronendak vormen.
Per houtopstand waar dit betrekking op heeft wordt het beoogde eindbeeld vastgelegd, zodat telkens de passende beheersmaatregelen gekozen kunnen worden.
Goedkeuring van de groentoets in het kader van een ruimtelijke ontwikkeling betekent dat er geen aparte vergunning nodig is. De groentoets maakt dan onderdeel uit van de ruimtelijke onderbouwing van de beoogde ontwikkeling.
In het kader van de in deze ruimtelijke ontwikkeling noodzakelijk te voeren ruimtelijke procedure blijft de groentoets open voor eventuele zienswijzen en beroep.
In de Verordening op de beplantingen is een groentoets opgenomen. In geval van een ruimtelijke ontwikkeling waarbij groenelementen en/of houtopstanden mogelijk beïnvloed worden in hun voortbestaan, is een quickscan voor de groentoets verplicht. Bij deze quickscan kijkt de gemeente of een project gevolgen heeft voor de omliggende beplanting, waaronder bomen. Indien dat het geval blijkt, dient ook een groentoets te worden uitgevoerd.
De groentoets is een beoordeling voor alle beplantingen, inclusief bomen, van de gevolgen van voorgenomen bouw- of aanlegwerkzaamheden. De groentoets is gebaseerd op de Bomen Effect Analyse, toetst de effecten van de geplande ruimtelijke ontwikkeling op het aanwezige groen en voorziet in een plan van aanpak voor mitigerende en compenserende maatregelen die ervoor zorgen dat de kwaliteit van al het groen op en nabij de locatie van de ontwikkeling niet zal afnemen en bij voorkeur nog zal toenemen. In de toetsing worden ook visie en beleid zoals vastgelegd in groenbeleidsplannen, groenstructuurplannen en andere relevante beleidsdocumenten ten aanzien van groen meegewogen.
In de artikelen 8 en 9 is onder meer een herplantplicht voor te verwijderen houtopstanden opgenomen om ervoor te zorgen dat het vellen “in natura” wordt gecompenseerd. Een herplantplicht wordt in beginsel altijd als voorschrift aan een omgevingsvergunning verbonden. Alleen als herplant niet in redelijkheid op hetzelfde perceel of in de directe omgeving kan geschieden, kan ervan worden afgezien een herplantplicht op te leggen. Aan een herplantplicht kunnen voorschriften worden verbonden, bijvoorbeeld over omvang, levensduur en instandhouding.
Indien zonder geldige vergunning is geveld, wordt altijd één op één herplantplicht opgelegd.
Met het tweede lid van de genoemde artikelen wordt beoogd om bij herplant zo veel mogelijk te streven naar herplant met vergelijkbare bomen voor wat betreft leeftijd, soort en dikte. Herplant dient zoveel mogelijk ter plaatse te gebeuren en indien dat niet mogelijk is, moet worden gezocht naar mogelijkheden om bomen in de directe omgeving te herplanten.
Heeft dit laatste geen resultaat, dan bepaalt het derde lid dat een bedrag gelijk aan de waarde van de herplant in het gemeentelijk herplantfonds gestort dient te worden (artikel 10 van deze verordening). Dit herplantfonds is door het college in het leven geroepen en bevat gelden ten behoeve van herplant van bomen op andere locaties in de gemeente, maar ook voor groeiplaatsverbetering bij bestaande bomen van de gemeente Leiderdorp.
Artikelen 11, 13, 14 en 15 spreken voor zich en worden niet verder toegelicht.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2018-143010.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.