Gemeenteblad van Oirschot
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Oirschot | Gemeenteblad 2018, 101870 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Oirschot | Gemeenteblad 2018, 101870 | Beleidsregels |
Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oirschot houdende regels omtrent geluid Geluidsbeleid Horeca- Sport- en Recreatie-inrichtingen gemeente Oirschot
Horeca-inrichting: een inrichting waarbij uitsluitend of in hoofdzaak tegen vergoeding logies wordt verstrekt, dranken worden geschonken of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt, met, indien aanwezig, de daarbij behorende terrassen.
Sportinrichting: een inrichting waarbij uitsluitend of in hoofdzaak sprake is van het in de openlucht op in een besloten ruimte beoefenen van sport.
Recreatie-inrichting: een inrichting waarbij uitsluitend of in hoofdzaak recreatief dag- en/of nachtverblijf wordt geboden.
Evenement: elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met
Onder evenement wordt mede verstaan een herdenkingsplechtigheid.
Collectieve festiviteit: festiviteit waar meerdere horecabedrijven bij betrokken zijn, die plaatsvindt buiten de inrichting en/of binnen de gebouwen of op terrassen van meerdere horeca-inrichtingen, waarbij de horeca-inrichtingen niet hoeven te voldoen aan de vastgestelde geluidsnormen (bijvoorbeeld kermis en carnaval).
Individuele festiviteit: festiviteit die in het gebouw of op het terras van een horeca-inrichting plaatsvindt, waarbij de horeca-inrichting niet hoeft te voldoen aan de vastgestelde geluidsnormen (bijvoorbeeld het optreden van een live-band); het opstellen van een live-band of muziekboxen BUITEN het terras is GEEN individuele festiviteit maar een evenement.
Collectieve ontheffing: bij een collectieve ontheffing krijgen alle horeca-inrichtingen binnen het gebied waarvoor de ontheffing geldt toestemming om de vastgestelde geluidsnormen te overschrijden. Deze ontheffing is van toepassing op de door de gemeente jaarlijks aan te wijzen collectieve festiviteiten.
Individuele ontheffing: bij een individuele ontheffing krijgt alleen de horeca-inrichting die een verzoek tot ontheffing heeft ingediend voor een individuele festiviteit toestemming om — onder voorwaarden — de vastgestelde geluidsnormen te overschrijden.
Geluidsnormen Referentieniveau: de hoogste waarde van de onder a en b genoemde niveaus, bepaald
overeenkomstig het Besluit bepaling referentieniveauperiode:
het optredende equivalente geluidsniveau ( LAeq ), veroorzaakt door wegverkeersbronnen minus 10 dB, met dien verstande dat voor de nachtperiode van 23.00 tot 07.00 uur alleen wegverkeersbronnen in rekening mogen worden gebracht met een intensiteit van meer dan 500 motorvoertuigen gedurende die periode.
Etmaalwaarde: de etmaalwaarde van de toegestane equivalente geluidsniveaus ( Laeq ) wordt gedefinieerd als de hoogste van de volgende drie waarden:
Dagperiode : 07.00 — 19.00 uur
Avondperiode:19.00 — 23.00 uur
Nachtperiode:23.00 — 07.00 uur
Geluidsbegrenzer: Voorziening waarmee een muziekinstallatie kan worden begrensd
(afgesteld en verzegeld) om ervoor te zorgen dat het maximaal toelaatbare geluidsniveau niet wordt overschreden.
Muziektoeslag: Toeslag van 10 dB op de gemeten waarde van het geluid veroorzaakt door muziek (al dan niet vervormd) indien hoorbaar bij de ontvanger. Toelichting: het kan voorkomen dat bijzondere geluiden zoals tonale, impulsachtige of muziekgeluiden waarneembaar zijn ter plaatse van de ontvanger. Deze waarneembare bijzondere geluiden worden zwaarder beoordeeld dan omgevingseigen en geaccepteerde geluiden.
Voor toelichting op overige geluidsbegrippen wordt verwezen naar de Handleiding meten en rekenen industrielawaai, IL-HR-13-01.
1.1 Aanleiding tot het opstellen van beleid; reikwijdte
Bedrijven en verkeer vormen belangrijke potentiële bronnen voor geluidsoverlast. De taak van de gemeente hierbij is inventariseren en waar mogelijk saneren van bestaande overlastsituaties en het voorkomen van nieuwe overlastsituaties middels het voeren van adequaat beleid.
In het kader van de zogenaamde MIG (Modernisering Instrumentarium Geluidbeleid)-operatie stelt de gemeente Oirschot integraal geluidsbeleid op. Het lokale geluidsbeleid fungeert als toetsingskader voor het vaststellen van uitvoeringsbesluiten zoals ruimtelijke plannen, milieuvergunningen, nadere eisen bij AMvB-bedrijven en andere belangrijke akoestische besluiten, zoals bepaalde verkeersbesluiten.
Het integrale geluidsbeleid bestaat uit verschillende onderdelen, elk gericht op een eigen aandachtsveld zoals agrarische bedrijven, industrie en horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen. Het geluidsbeleid is gebaseerd op een referentieniveaukaart, die voor de volledige gemeente is opgesteld.
Het opstellen van specifiek horecageluidsbeleid is noodzakelijk gelet op de bepalingen uit het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer, dat op 1 oktober 1998 van kracht is geworden. Deze AMvB is van toepassing op vrijwel alle horecabedrijven, sportinstellingen en recreatiebedrijven in de gemeente Oirschot. De nieuwe AMvB kan aanzienlijke consequenties hebben voor de bedrijven, omwonenden en de gemeente. Dit komt met name doordat de voorschriften ten aanzien van het door de bedrijven veroorzaakte (muziek)geluid ingrijpend zijn gewijzigd. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat, bij het uitblijven van gemeentelijk beleid, bedrijven in het buitengebied veel meer geluid mogen maken, dan vroeger het geval was. Aangezien het referentieniveau in deze gebieden uiterst laag is (met name in het aangewezen stiltegebied), kan hierdoor aanzienlijke geluidsoverlast optreden.
Daarnaast is de mogelijkheid ontstaan om ontheffing van de geluidsnormen aan te vragen om bijvoorbeeld een live-band op te laten treden. Met name in het centrum van Oirschot, waar veel horecagelegenheden zijn gevestigd en jaarlijks al meerdere evenementen worden georganiseerd, kan dit tot problemen leiden.
Om onaanvaardbare hinder voor omwonenden te voorkomen, is het belangrijk dat er goede afspraken worden gemaakt met de plaatselijke horecaondernemers en dat beleid ten aanzien van evenementen, sluitingstijden, terrassen en individuele festiviteiten goed op elkaar wordt afgestemd.
Sinds oktober 1998 vallen sportaccommodaties en recreatie-inrichtingen onder dezelfde milieuregelgeving als horecabedrijven. Sport- en recreatie-inrichtingen zijn vaak aan de randen van de kommen of in het buitengebied te vinden. Omdat in deze omgeving het referentieniveau meestal erg laag is, kunnen activiteiten als een disco-avond op een camping of een sporttoernooi ook tot overlast leiden.
De gemeente heeft, ingevolge artikel 5 van het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer en de voorschriften 4.1.1 en 4.1.4 van de bijlage bij het Besluit de bevoegdheden en mogelijkheden om ervoor te zorgen dat de nieuwe regelgeving niet leidt tot ongewenste situaties en ernstige lokale problemen. Om dit te bereiken is de nota "Geluidsbeleid horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen gemeente Oirschot" opgesteld. Deze nota vormt een onderdeel van het integrale geluidsbeleid van de gemeente Oirschot. Daarnaast wordt de nota gebundeld met het reeds geformuleerde terrassenbeleid, het beleid ten aanzien van (geluidhinder bij) evenementen en andere horecagerelateerde beleidsstukken, hetgeen uiteindelijk moet leiden tot één integraal horeca- en evenementenbeleid.
Het doel van het geluidsbeleid voor de horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen van de gemeente Oirschot is een evenwichtige relatie te scheppen tussen de in Oirschot georganiseerde evenementen en de exploitatie van horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen enerzijds en het voorkomen van overmatige overlast anderzijds. Om dit te bereiken zullen de consequenties van de nieuwe milieuregelgeving worden belicht, waarbij ook de relatie met en gevolgen van reeds geformuleerd beleid aan de orde zullen komen.
Dit overkoepelende doel valt uiteen in meerdere subdoelen.
Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer
Het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer bevat diverse voorschriften die van belang zijn voor het Beleidsplan horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen gemeente Oirschot. Het betreft bepalingen ten aanzien van:
Geluidsnormen: het Besluit bevat in principe standaard geluidsnormen, waarvan bevoegd gezag (mits goed gemotiveerd) kan afwijken.
Afwijkende normen moeten worden vastgesteld via een nadere eis. Het stellen van een nadere eis is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De procedure die hierbij moet worden gevolgd is vastgelegd in de "Handreiking uitvoeringsaspecten 8.40 AMvB's Wet milieubeheer" van VROM.
Algemene Plaatselijke Verordening (APV)
De APV van de gemeente Oirschot bevat veel artikelen over onderwerpen die in het Beleidsplan aan de orde komen. Het betreft bepalingen omtrent:
In de huidige APV van de gemeente Oirschot is (op grond van het inmiddels vervallen Besluit horecabedrijven milieubeheer) opgenomen dat de burgemeester ten hoogste 8 dagen of dagdelen per deel van de gemeente per jaar kan aanwijzen ten behoeve van collectieve festiviteiten. Bovendien is opgenomen dat een horeca-inrichting maximaal 4 incidentele festiviteiten per kalenderjaar mag houden. Na vaststelling van het geluidsbeleid moet de APV worden aangepast.
1.4 Opbouw van de nota (leeswijzer)
De beleidsnota is als volgt opgebouwd. Hoofdstuk 2 bevat een korte inventarisatie van het totale aanbod van horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen in de gemeente Oirschot. In hoofdstuk 3 worden de belangrijkste maatregelen en beleidskeuzen vermeld die betrekking hebben op het geactualiseerde beleid in de gemeente. Onderwerpen die hierbij aan de orde komen betreffen: terrassen, geluidsnormen en -voorschriften, lichtvoorschriften en sluitingstijden.
Hoofdstuk 4 geeft aan welke uitgangspunten er gelden ten aanzien van toezicht. Hierbij is het van belang om telkenmale de verschillende verantwoordelijkheden per partij helder te benoemen. Tenslotte geeft hoofdstuk 5 aanzetten tot een actieplan dat actiepunten op korte en lange termijn onderscheidt.
HOOFDSTUK 2 HORECA-, SPORT- EN RECREATIE-INRICHTINGEN IN OIRSCHOT
Alle horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen in de gemeente Oirschot zijn geïnventariseerd. In de gemeente zijn in totaal 106 horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen gevestigd, waarbij de volgende omschrijvingen zijn gehanteerd:
De verdeling van de inrichtingen over de kernen Oirschot (inclusief Spoordonk) en Oost-, West-, Middelbeers is als volgt.
In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van deze inrichtingen (onderverdeeld naar horeca, sport en recreatie) en de locatie waar ze zijn gevestigd. In dit overzicht zijn tevens de oude situatie inzake geluid en de nieuw vast te stellen geluidsnormen vermeld (zie paragraaf 3.2.1).
De ligging van de inrichtingen is gevisualiseerd op de plattegrond van de gemeente, die in bijlage 2 is weergegeven. Hierbij is geen onderscheid gemaakt naar type inrichtingen. De verschillende kleuren corresponderen met verschillende geluidsnormen in de oude situatie (zie paragraaf 3.2.1).
HOOFDSTUK 3 ALGEMENE ASPECTEN VAN HET NIEUWE BELEID
Ingevolge artikel 2.3.1.1, lid 2 van de APV Oirschot wordt onder een horecabedrijf mede verstaan een tot dat bedrijf behorend terras. Voor de exploitatie van een horecabedrijf is een vergunning van de burgemeester voorgeschreven (artikel 2.3.1.2 APV).
Op 6 maart 2001 is het terrassenbeleid door de gemeente Oirschot vastgesteld. Hierin zijn onder andere bepalingen opgenomen met betrekking tot de locatie en exploitatie van terrassen, op en rondom het plein van de markt te Oirschot. In deze paragraaf wordt dit beleid aangevuld met enkele bepalingen.
Besluit Horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer
In het Besluit Horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer wordt onder het begrip horecabedrijf ook het daarbijbehorende terras gerekend. De algemene regels en vast te stellen nadere eisen gelden derhalve ook voor de terrassen.
Bovendien maakt een terras sedert de wijziging van de Drank- en Horecawet per 1 november 2000 onderdeel uit van de inrichting waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend. De oppervlakte van het terras dient voortaan op de melding te worden vermeld.
De doelstellingen van de aanvullende bepalingen op het terrassenbeleid kunnen als volgt worden omschreven:
APV Oirschot artikel 2.3.1.1 en 2.3.1.2 en het reeds vastgestelde terrassenbeleid.
In aanvulling hierop worden onderstaande beleidsregels vastgesteld, met betrekking tot muziek op terrassen.
Muziek op terrassen is niet toegestaan, behoudens wanneer in het kader van een collectieve of individuele festiviteit ontheffing is verleend. De bepalingen ten aanzien van festiviteiten en ontheffingen zijn opgenomen in paragraaf 3.2.2 en de notitie "Geluidsvoorschriften tijdens evenementen en festiviteiten" die als bijlage 6 bij deze nota is opgenomen.
In het verleden waren de geluidsnormen waaraan meldingplichtige horecabedrijven moesten voldoen gekoppeld aan het referentieniveau. Dus hoe minder achtergrondgeluid, hoe minder geluid het bedrijf mocht veroorzaken. Dit is een vrij logische benadering, aangezien de kans op overlast toeneemt, naarmate het verschil met het achtergrondgeluid toeneemt. Bij vergunningplichtige bedrijven moesten de geluidsnormen in de vergunning worden opgenomen. Hierbij werden meestal standaardnormen gehanteerd (50 dB(A) in het centrum en drukke woonwijken, 45 dB(A) in rustige woonwijken en het buitengebied en 40 dB(A) in zeer stille gebieden).
Met het van kracht worden van het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer, worden nieuwe geluidsnormen van toepassing. Deze normen zijn afhankelijk van de situatie die in het verleden op het betreffende bedrijf van toepassing was. In bijlage 4 is een schema opgenomen waarmee kan worden vastgesteld welke geluidsnormen op een specifiek bedrijf van toepassing worden door het van kracht worden van het Besluit. Hierin is ook het overgangsrecht verwerkt. Bijlage 1 bevat een overzicht van de geluidsrechten van de horeca-, sport- en recreatie¬inrichtingen in Oirschot vóór en na het van kracht worden van het Besluit. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen de situatie met en zonder gemeentelijk geluidsbeleid.
Kortweg komt het er op neer, dat bij het uitblijven van geluidsbeleid grote verschillen gaan ontstaan tussen inrichtingen die in hetzelfde gebied of zelfs dezelfde straat zijn gelegen. Deze verschillen zijn gevisualiseerd op de plattegrond die als bijlage 2 is opgenomen.
De doelstellingen van het geluidsbeleid kunnen als volgt worden omschreven.
Bij diverse bedrijven in de gemeente Oirschot is een akoestisch rapport opgesteld. Afhankelijk van de resultaten van dit rapport zijn in het bedrijf aanvullende geluidsisolerende maatregelen getroffen. De geluidsisolatie wordt echter tenietgedaan wanneer deuren of ramen onnodig open staan. Dit kan met name in de zomerperiode geluidsoverlast voor omwonenden opleveren. De gemeente kan als nadere eis vaststellen dat ramen en deuren gesloten moeten blijven. Voor specifieke festiviteiten kan hiervan worden afgeweken.
Bij de bepaling van de geluidsnormering is zoveel mogelijk aangesloten bij de opgestelde referentieniveaukaart. Op grond van het bestemmingsplan Komplan kent Oirschot een aangewezen horecaconcentratiegebied. De gemeente kan in dit gebied afwijkende normen hanteren.
Voor de verschillende deelgebieden in de gemeente zijn geluidsnormeringen gehanteerd zoals die zijn opgenomen in onderstaand schema.
Gebied * |
geluidsnorm ** |
|
Het referentieniveau in deze gebieden is relatief hoog (45 tot 55 dB(A)) door de aanwezigheid van drukke wegen en/of andere bedrijven. Hierdoor is de kans op overlast voor omwonenden gering. Veel bedrijven in dit gebied hadden reeds een geluidsnorm van 50 dB(A) in hun milieuvergunninq***. |
||
Het referentieniveau bedraagt ongeveer 40 dB(A). De meeste bedrijven in deze gebieden hadden echter in hun milieuvergunning een geluidsnorm van 45 dB(A)***. Het gaan voldoen aan lagere normen zou erg kostbaar zijn. Bij een norm van 45 dB(A) wordt over het algemeen, ook in het buitengebied, geen' overlast veroorzaakt. |
||
Het referentieniveau bedraagt ongeveer 40 dB(A). Het gebied is aangewezen als stiltegebied. Het is daarom wenselijk het geluidsniveau zo laag mogelijk te houden. Verhoging van de norm tot 45 dB(A) komt in dit gebied dan ook niet ter sprake. Bedrijven in dit gebied hadden reeds een norm van 40 dB(A) *** in hun milieuvergunning |
||
Het motorcrossterrein blijft vergunningplichtig. De normen uit de vergunning zijn gebaseerd op specifiek in de omgeving uitgevoerde referentieniveaumetingen en —berekeningen. Er bestaat geen aanleiding de huidige normstelling te wijzigen. |
De normen in bovenstaande tabel zijn alleen van toepassing op de in de betreffende gebieden gelegen horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen. Geluidsbeleid voor de overige bedrijven in de gemeente Oirschot zal pas worden vastgesteld na uitvoering van de zogenaamde MIG-operatie (Modernisering Instrumentarium Geluidbeleid). Tijdens de MIG-operatie wordt geluidsbeleid voor de gehele gemeente en alle hierin gelegen bedrijven opgesteld. Verwacht wordt dat hierin aangesloten wordt bij de normering die voor de horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen is gehanteerd.
Via een nadere eis wordt tevens vastgelegd dat bij alle horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen buitendeuren en ramen van ruimten waar muziek ten gehore wordt gebracht gesloten moeten blijven, behoudens:
voor het onmiddellijk doorlaten van personen en of goederen;tijdens specifieke festiviteiten waarbij de Burgemeester van de gemeente Oirschot vrijstelling van deze bepaling heeft verleend;wanneer middels een akoestisch rapport is aangetoond dat met geopende deuren en/of ramen aan de geluidsnormering kan worden voldaan en de geluidsinstallatie zodanig is afgesteld en verzegeld dat de geluidsnormen niet wordenoverschreden.
3.2.2 0ntheffing van de geluidsnormen tijdens festiviteiten en geluid tijdens evenementen
Voor 1 oktober 1998 mochten in totaal maximaal 12 dagen worden aangewezen waarop ontheffing van de geluidsnormen werd verleend. Individuele ontheffingen waren alleen mogelijk wanneer dit in de milieuvergunning van een bedrijf expliciet was opgenomen. Voor meldingsplichtige bedrijven bestond formeel geen mogelijkheid voor individuele ontheffing. In theorie is met de nieuwe regelgeving dus een flinke toename van het aantal ontheffingen mogelijk.
Op grond van het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer kan de gemeente via een gemeentelijke verordening:
een onbeperkt aantal dagen aanwijzen waarop, t.b.v. de viering van collectieve festiviteiten,horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen ontheffing krijgen van de voor hen van toepassing zijnde geluidsnormen;
aanwijzen hoeveel dagen horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen ontheffing kunnen krijgen van de voor hen van toepassing zijnde geluidsnormen t.b.v. individuele festiviteiten.
Om de overlast voor omwonenden te beperken wordt in Oirschot jaarlijks een evenementenkalender opgesteld. Hiermee kan een te grote cumulatie van evenementen worden voorkomen. Collectieve en individuele festiviteiten worden op deze kalender vooralsnog niet aangegeven.
Met de regeling voor ontheffingen van de geluidsnormen tijdens festiviteiten en geluid tijdens evenementen wil de gemeente het volgende bereiken:
Binnen de gemeente Oirschot zullen dagen worden aangewezen waarop horeca, sport- en recreatie-inrichtingen collectief ontheffing krijgen van de geluidsnormen in verband met de viering van festiviteiten die een belangrijke rol spelen in (een gedeelte van) de gemeente. Wanneer een festiviteit slechts in één kerkdorp plaatsvindt (bijvoorbeeld een kermis in Middelbeers) of in een beperkt gedeelte hiervan, dan zal de collectieve ontheffing ook alleen worden toegekend aan de bedrijven die in dit (gedeelte van het) kerkdorp zijn gelegen.
Daarnaast wordt de mogelijkheid gecreëerd voor individuele bedrijven om ontheffing te krijgen van de geluidsnormen. Het aantal dagen waarop individuele ontheffing mogelijk is, wordt vastgelegd in de APV.
Conform het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer kan bijvoorbeeld een meerdaagse festiviteit NIET worden gezien als één individuele festiviteit. Voor elke dag waarop niet aan de geluidsnormen kan worden voldaan, is derhalve een afzonderlijke ontheffing nodig! Een feestavond die aaneengesloten zowel voor als na 0.00 uur plaatsvindt, wordt wel gezien als één festiviteit.
Om voor omwonenden onevenredige cumulatie van festiviteiten en evenementen te voorkomen, is het wenselijk aan festiviteiten en evenementen voorwaarden te verbinden. Voor evenementen zijn deze voorwaarden vastgelegd in de "Beleidsnotitie geluidhinder bij evenementen". De voorwaarden met betrekking tot festiviteiten zijn in deze notitie opgenomen, waarbij de notitie tevens is aangepast aan de bepalingen uit het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer. De aangepaste notitie is als bijlage 6 aan het beleidsplan verbonden.
Bovendien zal het beleid ten aanzien van ontheffing van de geluidsnormen jaarlijks worden geëvalueerd en zonodig worden aangepast. Aanpassing kan betekenen dat op de jaarlijks op te stellen evenementenkalender ook collectieve en individuele festiviteiten worden ingepland.
Om overlast voor omwonenden en cumulatie van festiviteiten te beperken, kunnen horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen maximaal 4 maal per jaar een verzoek tot ontheffing indienen voor een individuele festiviteit, waarbij de geluidsnormen kunnen worden overschreden. Het verzoek moet tenminste 8 weken voordat de festiviteit plaatsvindt zijn ingediend bij het college van B&W.
Aan de gemeenteraad zal worden voorgesteld de regeling omtrent ontheffingen en het stellen van aanvullende voorwaarden te formaliseren in de APV. Ter voorkoming van onevenredige hinder kunnen B&W dan nadere voorwaarden verbinden aan collectieve en individuele ontheffingen. Hierbij kunnen bijvoorbeeld de mate van afwijking van de geluidsnormen en eindtijden worden vastgesteld. De voorwaarden die aan de collectieve en individuele festiviteiten en aan evenementen worden verbonden zijn, weliswaar niet limitatief opgenomen in bijlage 6.
3.3 Ontheffing van de lichtvoorschriften bij sportvelden
Lichtmasten bij sportvelden kunnen veel overlast voor omwonenden veroorzaken, wanneer sprake is van een verkeerde afstelling van de lampen. Daarom zijn in het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer het volgende voorschrift opgenomen.
De verlichting ten behoeve van sportbeoefening is uitgeschakeld:
De lichtinstallatie wordt zodanig uitgevoerd dat directe lichtinstraling op lichtdoorlatende openingen in gevels of daken van woningen wordt voorkomen.
Op grond van het Besluit kan de gemeente via de APV:
een onbeperkt aantal dagen aanwijzen waarop, t.b.v. de viering van collectieve festiviteiten, sportaccommodaties ontheffing krijgen van bovenstaand lichtvoorschrift;aanwijzen hoeveel dagen (maximaal 12) sportaccommodaties ontheffing kunnen krijgen van het lichtvoorschrift t.b.v. individuele festiviteiten.
Het lichtvoorschrift uit het Besluit en de mogelijkheden voor ontheffing hiervan hebben alleen betrekking op verlichting die nodig is voor het sporten. Aan gewone terreinverlichting (bijvoorbeeld bij campings) worden geen regels gesteld.
Met de regeling voor ontheffingen van het lichtvoorschrift uit het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer wil de gemeente het volgende bereiken:
Niet alle sportaccommodaties hebben buitenterreinen met lichtmasten. Veel buitensporten zijn om 23.00 uur afgelopen. Deze verenigingen zullen geen of weinig behoefte hebben aan ontheffing van het lichtvoorschrift uit het Besluit.
De mate waarin lichtmasten bij sportvelden overlast kunnen veroorzaken hangt af van de afstand van de lichtmasten tot woningen van derden en de afstelling van de lampen. Het verdient daarom de voorkeur het beleid gebiedsgericht vast te stellen en af te stemmen op de specifieke behoefte. Binnen de gemeente Oirschot vinden geen festiviteiten plaats waarbij het voor (vrijwel) alle gebruikers van een sportpark nodig is de lichtmasten na 23.00 uur te laten branden. Vooralsnog worden daarom geen dagen aangewezen voor collectieve festiviteiten, waarop ontheffing van het lichtvoorschrift wordt verleend.
Conform het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer kan een meerdaags sporttoernooi NIET worden gezien als één individuele festiviteit. Voor elke dag waarop niet aan het lichtvoorschrift kan worden voldaan, is derhalve een afzonderlijke ontheffing nodig! Een activiteit die zowel voor als na 0.00 uur plaatsvindt, wordt wel gezien als één festiviteit.
De volgende punten zullen aan de gemeenteraad voorgesteld worden om te formaliseren in de APV:
Sportaccommodaties kunnen een verzoek om ontheffing indienen voor een individuele festiviteit, waarbij de lichtmasten tot na 23.00 uur blijven branden. Het verzoek moet tenminste 8 weken voordat de festiviteit plaatsvindt zijn ingediend bij het college van B&W. Het maximaal aantal ontheffingen per inrichting is weergegeven in onderstaand schema.
Momenteel gelden in de gehele gemeente Oirschot de volgende bepalingen ten aanzien van sluitingstijden.
Ten aanzien van de sluitingstijden bij horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen kunnen de volgende doelstellingen worden geformuleerd.
Voor de sportaccommodaties zijn door verschillende sportbonden regelingen ten aanzien van sluitingstijden opgesteld. Om rechtsongelijkheid te voorkomen worden in de APV maximale sluitingstijden opgenomen.
Bij recreatie-inrichtingen worden dezelfde sluitingstijden gehanteerd als bij de horeca. Voor recreatie-inrichtingen met nachtverblijf zijn sluitingstijden alleen van toepassing op een eventueel kantinegedeelte, restaurant of een algemene verblijfsruimte.
Voor evenementen is altijd een evenementenvergunning nodig. In deze vergunning worden onder andere voorschriften opgenomen ten aanzien van de eindtijden en geluid. Het bestaande beleid ten aanzien van eindtijden van evenementen (opgenomen in de "Beleidsnotitie geluidhinder bij evenementen wordt gecontinueerd. Hierin is het volgende vastgesteld:
Muziek tijdens een evenement is toegestaan:
Tijdens festiviteiten kunnen ook afwijkende eindtijden worden gehanteerd. De eindtijden van collectieve festiviteiten worden jaarlijks per festiviteit vastgesteld. Bij individuele festiviteiten wordt aangesloten bij het beleid ten aanzien van eindtijden van evenementen.
Een dag voorafgaand aan een feestdag wordt niet gezien als een zaterdag, tenzij deze dag daadwerkelijk op zaterdag valt. Hiermee wil de gemeente Oirschot voorkomen dat nieuwe overlastsituaties worden gecreëerd. Wanneer bij evaluatie van het beleidsplan blijkt dat de ondervonden overlast door het collectief aan maatregelen sterk is gedaald, kan alsnog worden bezien in hoeverre het beleid op dit punt kan worden aangepast.
Na vaststelling van deze beleidsnotitie wordt aan de gemeenteraad voorgesteld de sluitingstijd aan te passen volgens onderstaand overzicht. De aanvullende bepalingen met betrekking tot tijdelijke verlenging van de sluitingstijd voor bijzondere gelegenheden worden gehandhaafd.
De sluitingstijd op vrijdag en zaterdag is van 01.00 uur verlengd naar 02.00 uur. Verschillende horeca-gelegenheden hadden in de oude vergunningssituatie reeds de mogelijkheid om tot 02.00 uur open te zijn op de vrijdag- en zaterdagavond. Sinds het van kracht worden van het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer is de APV bepalend inzake de sluitingstijd. De APV stelt de sluitingstijd op 01.00 uur, terwijl nog steeds 02.00 uur werd gehandhaafd. De feitelijke situatie verandert niet. Ook gezien de situatie in verschillende regiogemeenten is de verlenging van de sluitingstijd naar 02.00 uur een logische stap.
HOOFDSTUK 4 HANDHAVING VAN HET BELEID
De horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen spelen een belangrijke rol in het sociale en economische functioneren van de gemeente Oirschot. Deze positieve bijdrage betekent niet dat er geen grenzen behoeven te worden getrokken ten aanzien van de ontwikkelingsmogelijkheden van de horeca. Immers de exploitatie van met name horecabedrijven kan leiden tot overlast. Een stringente aanpak van bedrijven die zich niet aan de regels houden is van belang voor de openbare orde c.q. een goed woon- en leefklimaat en de ontwikkelingsmogelijkheden van de bonafide ondernemer. De diverse wetten die van toepassing zijn op de horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen bevatten bepalingen ten aanzien van handhaving. Daarnaast stelt de gemeente Oirschot zelf een aantal handhavingregels. De uitvoering van de wettelijke en gemeentelijke bepalingen gebeurt in samenwerking tussen de gemeente, politie en brandweer. Hiertoe dient er wel voldoende handhavingcapaciteit te zijn bij zowel gemeente als politie. Bovendien moet er sprake zijn van een heldere handhavingstructuur die duidelijk is voor alle betrokken partijen.
Ten aanzien van de handhaving hanteert de gemeente de volgende uitgangspunten:
In de volgende paragrafen wordt ingegaan op de handhavingaspecten van de verschillende aandachtsvelden uit de beleidsnota. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen preventieve handhaving (toezicht) en repressieve handhaving (optreden bij overtredingen).
4.2 Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer
Handhaving op grond van het Besluit richt zich met name op de aandachtsvelden:
Aangezien geluidsnormen niet eenvoudig te controleren zijn, wordt hierop in principe geen preventief toezicht uitgevoerd. Wanneer door een horeca-, sport- of recreatie-inrichting veel geluid wordt geproduceerd, moet het bedrijf een akoestisch rapport laten opstellen. In dit rapport zijn de voorzieningen beschreven die in de inrichting aanwezig moeten zijn om te kunnen voldoen aan de gestelde geluidsnormen. Op de aanwezigheid van deze voorzieningen kan wel preventief worden gecontroleerd. Dit is een taak van de gemeente. Tijdens een dergelijke controle wordt ook gekeken of wordt voldaan aan andere nadere eisen, zoals het gesloten zijn van deuren en ramen en (indien van toepassing) de aanwezigheid van een goed afgestelde begrenzer. Bij klachten buiten kantooruren zal de politie in eerste instantie naar het bedrijf toegaan. De politie kan besluiten de handhavingfunctionaris en/of de geconsigneerde ambtenaar van de Milieudienst Regio Eindhoven (MDRE) op te roepen voor technische ondersteuning.
Tijdens ontheffingen (van geluids- of lichtvoorschriften) kan de gemeente ervoor kiezen preventief te controleren op naleving van de voorwaarden die aan de ontheffing (kunnen) worden verbonden. Dit zal doorgaans alleen gebeuren, wanneer het een festiviteit van enige omvang betreft en de kans op overlast voor de omgeving duidelijk aanwezig is. Wanneer ontheffing van lichtvoorschriften is verleend, zal controle plaatsvinden naar aanleiding van klachten.
Wanneer geconstateerd wordt dat de (op grond van een akoestisch rapport en/of nadere eis) vereiste voorzieningen niet aanwezig zijn, de geluidsvoorschriften of de aan een ontheffing verbonden voorwaarden worden overtreden stelt de gemeente het hieronder beschreven regionaal handhavingstappenplan in werking. Dit stappenplan wordt ook opgestart bij overtreding van andere voorschriften uit het Besluit.
Afhankelijk van de aard en de ernst van de overtreding, is het mogelijk om één of meerdere van hiernavolgende stappen over te slaan. De volgende criteria zijn hierbij van belang:
onomkeerbaarheid: de overtreding is niet meer te herstellen zonder milieuschade
ernst: ontoelaatbare hinder/omvangrijke gevolgen
herhaling(sgevaar): overtreding is eerder begaan en/of herhaling dreigt.
Naast het volgen van bovenstaand stappenplan kan de politie / handhavingfunctionaris bij het constateren van geluidsoverlast direct proces-verbaal opmaken.
4.3 Algemene Plaatselijke Verordening (APV)
Handhaving op grond van de APV betreft onder andere:
Een evenementenvergunning wordt verleend op grond van artikel 2.2.2 van APV Oirschot. Het preventief toezicht is in eerste instantie een taak van de gemeente.
De terrasvergunning wordt verleend op grond van artikel 2.3.1.2 van de Algemene Plaatselijke Verordening. Ten aanzien van terrassen is naast deze vergunning tevens het Besluit horeca-, sport- en recreatie inrichtingen milieubeheer van toepassing. Het terras is onderdeel van de inrichting.
Het preventief toezicht op naleving van de terrasvergunning en de algemene bepalingen ten aanzien van terrassen uit de APV is in eerste instantie een taak van de gemeente. Ingeval van klachten buiten kantooruren zal de politie controleren of de betreffende ondernemer over een terrasvergunning beschikt en of de voorwaarden uit de vergunning en de APV worden nageleefd. Indien het geluidsklachten betreft kan de politie besluiten de handhavingfunctionaris en/of de geconsigneerde ambtenaar van de MDRE op te roepen voor technische ondersteuning.
Toezicht op naleving van de sluitingstijden is in een taak van de politie / handhavingfunctionaris. Dit is ook het geval wanneer sprake is van een verruimde sluitingstijd. Met name bij een concentratie van horeca-inrichtingen in een klein gebied is preventief toezicht op sluitingstijden belangrijk.
Openbare orde, veiligheid en zedelijkheid
Handhaving van de openbare orde is een taak van de politie. De reguliere aanwezigheid van de politie op straat valt onder preventief toezicht. In het kader van dit beleidsplan komt alleen verstoring van de openbare orde ten gevolge van de exploitatie van horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen aan de orde.
De politie / handhavingfunctionaris zal bij het constateren van een terras zonder vergunning proces-verbaal opmaken.
De ondernemer krijgt van de afdeling JBV (Algemeen Juridische Zaken, Burgerzaken en Voorlichting), namens het bevoegd gezag, een schriftelijke waarschuwing en dient het terras te verwijderen. Indien het terras binnen de gestelde termijn niet wordt verwijderd stelt de afdeling JBV het bevoegd gezag voor om bestuursdwang toe te passen of een dwangsom op te leggen.
Overtreding voorschriften terrasvergunning
De politie / handhavingfunctionaris zal bij het constateren van overtredingen van de terrasvoorschriften een proces-verbaal opmaken.
Daarnaast worden in ieder geval volgende stappen genomen:
Indien de (verkeers)veiligheid in het geding is wordt in afwijking van het vorenstaande door de afdeling JBV direct aan het bevoegd gezag voorgesteld om (spoedeisende) bestuursdwang toe te passen en eventueel de terrasvergunning in te trekken.
Het sluitingstijdstip is geregeld in artikel 2.3.1.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening alsmede middels individueel verleende ontheffingen. Bij overtreding van het sluitingstijdstip kan de burgemeester op grond van artikel 2.3.1.5 van de Algemene Plaatselijke Verordening bevelen tot tijdelijk andere dan in artikel 2.3.1.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening genoemde sluitingsuren of tijdelijk algehele sluiting van de inrichting bevelen.
Tweede overtreding (indien binnen 6 maanden na eerdere overtreding)
De ondernemer krijgt van de politie / handhavingfunctionaris een proces-verbaal. De politie / handhavingfunctionaris maakt een mutatie van de overtreding en stelt de gemeente hiervan op de hoogte. De ondernemer krijgt van het bevoegd gezag een schriftelijke waarschuwing waarin de inhoud van stap 3 (dwangsom) is opgenomen.
Derde overtreding (indien binnen 6 maanden na eerdere overtreding)
De ondernemer krijgt van de politie / handhavingfunctionaris een proces-verbaal. De politie / handhavingfunctionaris maakt een mutatie van de overtreding en stelt de gemeente hiervan op de hoogte. Door het bevoegd gezag wordt een dwangsom van 5000 gulden opgelegd aan de ondernemer. Alvorens daartoe wordt overgegaan wordt de betrokkene uitgenodigd aanwezig te zijn op een door de burgemeester te houden hoorzitting. Bij deze hoorzitting kunnen tevens de coordinator integrale veiligheid van de gemeente Oirschot en de netwerkinspecteur van de politie / handhavingfunctionaris aanwezig zijn.
Vierde overtreding (indien binnen 6 maanden na eerdere overtreding)
De ondernemer krijgt van de politie / handhavingfunctionaris een proces-verbaal. De politie / handhavingfunctionaris maakt een mutatie van de overtreding en stelt de gemeente hiervan op de hoogte. Door het bevoegd gezag wordt een dwangsom van 10.000 gulden opgelegd aan de ondernemer. Door het bevoegd gezag wordt de ondernemer schriftelijk gewaarschuwd dat bij een volgende overtreding de inrichting voor de duur van vier weken wordt gesloten.
Vijfde overtredingen (indien binnen 6 maanden na eerdere overtreding)
De ondernemer krijgt van de politie / handhavingfunctionaris een proces-verbaal. De politie / handhavingfunctionaris maakt een mutatie van de overtreding en stelt de gemeente hiervan op de hoogte. De inrichting wordt door het bevoegd gezag voor de duur van vier weken gesloten alsmede wordt door de ondernemer schriftelijk gewaarschuwd dat na een volgende overtreding een sluiting van de inrichting van 26 weken zal volgen.
Zesde overtreding (indien binnen 6 maanden na eerdere overtreding)
De ondernemer krijgt van de politie / handhavingfunctionaris een proces-verbaal. De politie / handhavingfunctionaris maakt een mutatie van de overtreding en stelt de gemeente hiervan op de hoogte. De inrichting wordt door het bevoegd gezag voor de duur van 26 weken gesloten.
Openbare orde, veiligheid en zedelijkheid
Indien ten gevolge van de exploitatie van een inrichting de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid in of nabij deze inrichting wordt verstoord, of dit op voorhand redelijkerwijs mag worden aangenomen worden op grond van de Gemeentewet, de Algemene Plaatselijke Verordening en/of de Drank- en Horecawet (verordening) de volgende stappen genomen.
Daarnaast kan het bevoegd gezag over gaan tot het intrekken van de vergunning op grond van artikel 31, lid 1 onder d, van de Drank- en horecawet.
Indien er sprake is van een ernstig incident en/of ernstige verstoring van de openbare orde dan wel dreigende ernstige verstoring van de openbare orde dan kan door het bevoegd gezag direct tot sluiting van de inrichting en/of het intrekken van de Drank- en horecavergunning c.q. het verlof worden besloten. Het handhavingstappenplan is dienaangaande niet van toepassing. Afhankelijk van de ernst van de gepleegde feiten wordt de duur van de sluiting maximaal van de inrichting gesteld op 52 weken.
In dit laatste hoofdstuk wordt aangegeven welke acties er op korte en middellange termijn genomen moeten worden om een aantal zaken uit het beleidsplan uit te werken. Korte termijn actiepunten worden binnen een half jaar na het vaststellen van het beleidsplan uitgevoerd. Lange termijn actiepunten worden uitgevoerd binnen een tijdsbestek van een half jaar tot twee jaar na vaststelling van het beleidsplan.
De actiepunten zijn gesplitst in twee categorieën:
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2018-101870.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.