Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’

Begrippenlijst

 

Apv: Algemene plaatselijke verordening van Veldhoven

Boa: Buitengewoon opsporingsambtenaar

DHW: Drank- en Horecawet

NVWA: Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

 

1 Inleiding

 

Op het gebied van alcoholwetgeving is in korte tijd veel gewijzigd. In het kader van de decentralisatie van overheidstaken ligt preventie en handhaving van de Drank- en Horecawet (hierna te noemen: DHW) sinds 2013 bij de gemeenten (daarvoor was het een taak van de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (hierna te noemen: NVWA)). Per 1 januari 2013 is de burgemeester het bevoegd gezag voor toezicht op de naleving van de DHW in de gemeente. Per 1 januari 2014 is, via een nieuwe wijziging in de DHW, de leeftijdsgrens voor het kopen en in bezit hebben in voor het publiek toegankelijke plaatsen (zoals straat, park, café etc.) van alcoholhoudende drank verhoogd van 16 naar 18 jaar. Reden hiervoor is dat jongeren beschermd moeten worden tegen de schadelijke gevolgen van alcohol. Daarnaast verplicht de DHW gemeenten een Preventie- en Handhavingsplan door de raad te laten vaststellen. Het voorgaande Preventie- en Handhavingsplan was geldig van 1 juli 2014 tot en met 31 december 2016. Om te voldoen aan art. 43a Drank- en Horecawet (het Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ moet gelijktijdig met de visie Maatschappelijke Participatie worden vastgesteld) is besloten om tot en met 31 december 2017 in de lijn van het voormalige Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ uitvoering te geven. Het voorgaande Preventie- en Handhavingsplan is geëvalueerd. De volledige evaluatie is opgenomen in bijlage 1. Het voor u liggende Preventie- en Handhavingsplan is mede gebaseerd op deze evaluatie.

 

In dit plan is de beleidsfocus en strategie opgenomen die de gemeente kiest om gedragsverandering tot stand te brengen ten aanzien van het alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar. Bij het opstellen van het Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ heeft de gemeente verschillende keuzes: het plan kan puur juridisch aangevlogen worden, opvoedkundig of normerend. In dit plan ligt de focus op ‘juridisch en opvoedkundig’; gericht op de bewustwording van ouders, zij zijn namelijk verantwoordelijk voor de jongeren. Dit plan biedt onder andere instrumenten voor de ouders om alcoholgebruik tegen te gaan.

 

1.1 Evaluatie

In bijlage 1 is de volledige evaluatie van het voorgaande Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ opgenomen. Hieronder zijn de belangrijkste conclusies van de evaluatie vermeld:

  • Uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar 2015-2016 blijkt dat er een afname is te zien in vergelijking met de cijfers van 2011-2012 wat betreft:

  • het aantal jongeren dat alcohol drinkt;

  • het aantal jongeren dat de afgelopen 4 weken alcohol heeft gedronken;

  • het aantal jongeren dat meer dan 20 glazen alcohol of meer per week drinkt;

  • het aantal jongeren dat bij ten minste één gelegenheid 5 glazen of meer heeft gedronken;

  • het aantal jongeren dat dronken of aangeschoten is geweest;

  • De leeftijd die de jongeren hadden toen ze hun eerste glas alcohol dronken is verhoogd.

  • Opvallend is dat jongeren aangeven dat veel ouders het goed vinden dat hun kinderen alcohol drinken. Gelukkig is dit wel al minder dan in 2011-2012.

  • Het aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen en processen-verbaal bij de politie is sterk afgenomen ten opzichte van het basisjaar (1 juli 2014 - 1 juli 2015).

  • Het aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen (verstoring van de openbare orde en veiligheid) bij de politie is helaas toegenomen ten opzichte van het basisjaar.

  • Het aantal alcohol-gerelateerde meldingen bij de gemeente is in 2016 toegenomen ten opzichte van het basisjaar. Dit is te verklaren doordat er in 2016 gestart is met de blaasactie, zie 6.1 Acties.

 

1.2 Wijzigingen t.o.v. voorgaand Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’

Mede op basis van de evaluatie is dit Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ tot stand gekomen. Gebleken is dat het voorgaande plan voldoet en om deze reden gecontinueerd wordt. Daarbij is in het nu voor u liggende plan nog meer aandacht gegeven aan de bewustwording bij en verantwoordelijkheid van ouders voor de jongeren. Dit plan biedt de ouders instrumenten om alcoholgebruik onder jongeren tegen te gaan.

 

1.3 Looptijd

Dit Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ wordt vastgesteld voor de periode van 1 januari 2018 tot 1 januari 2022. Meerdere preventieonderdelen van dit plan zijn opgenomen in de Nota Lokaal Gezondheidsbeleid Veldhoven 2013-2017 “Iedereen kan gezonde keuzes maken”. Dit gezondheidsbeleid wordt in de visie Maatschappelijke participatie opgenomen en naar verwachting tegelijkertijd vastgesteld. Voor preventieonderdelen met betrekking tot alcohol en gezondheid wordt dan ook verwezen naar deze visie.

2 Probleemanalyse

 

In dit hoofdstuk wordt inzicht gegeven in de gevolgen van alcoholgebruik op jonge leeftijd en de cijfers met betrekking tot het gebruik van alcohol door jongeren onder 18 jaar in Veldhoven.

 

2.1 Gegevens uit Jeugdmonitor 12-18 jarigen 2015-2016

De gegevens in deze probleemanalyse zijn voornamelijk gebaseerd op de jeugdmonitor van de GGD. De meest actuele meting dateert uit het najaar van 2015.

 

Jonge drinkers

Uit het meest recente onderzoek onder jongeren (jeugdmonitor 2015/2016) blijkt dat:

  • 44% van de jongeren (12 t/m 18 jaar) in Veldhoven ooit alcohol gedronken heeft.

  • 33% van de jongeren (12 t/m 18 jaar) in Veldhoven in vier weken voorafgaand aan het onderzoek alcohol gedronken heeft.

  • 2% van de jongeren (12 t/m 18 jaar) in Veldhoven 20 glazen alcohol of meer per week drinkt.

  • 16% van de jongeren (12 t/m 18 jaar) in Veldhoven in vier weken voorafgaand aan het onderzoek dronken of aangeschoten is geweest.

 

Binge drinkers

Van de jongeren (12 t/m 18 jaar) die in vier weken voorafgaand aan het onderzoek alcohol hebben gebruikt heeft 68% bij ten minste één gelegenheid 5 glazen of meer gedronken (Binge drinking). In de categorie 16 t/m 18 jaar is dat 45%.

 

2.2 Gevolgen van op jonge leeftijd veel drinken

Alcoholgebruik kan ongunstig zijn voor de ontwikkeling van de hersenstructuren. Als er in de puberjaren veel wordt gedronken (veel alcohol in korte tijd) ontwikkelt het brein zich minder goed. Dit geldt met name voor de frontale cortex, waardoor functies zoals geheugen, leer- en concentratievermogen zich minder goed ontwikkelen. Onderzoek laat zien dat er een causaal verband is tussen alcoholgebruik op 16-jarige leeftijd en agressief gedrag vijf tot tien jaar later. Dit verband bleek sterker naarmate er op 16-jarige leeftijd meer alcohol werd gedronken (Memorie van toelichting DHW, 2011-2012, 33 341, nr.3). Overmatig alcoholgebruik vergroot de kans op verkeersongevallen, letselschade, geweld, spijbelen, onveilige seks en vroegtijdig schoolverlaten.

 

2.3 Alcoholintoxicatie

Als er sprake is van verminderd bewustzijn door in korte tijd teveel alcohol te drinken, spreken we van alcoholintoxicatie. In de ergste gevallen moeten jongeren die dit laten gebeuren worden opgenomen vanwege acute bedreiging van de vitale functies (ademhaling, hartslag). Hierbij kunnen zij zelfs in coma raken.

In 2015 zijn in Nederland 931 jongeren onder de 18 jaar in het ziekenhuis behandeld door een kinderarts als gevolg van alcoholgebruik. In 74% (691 jongeren) van de gevallen ging het om een alcoholintoxicatie. In 2015 zijn er 36 jongeren in Veldhoven op de poli jeugd en alcohol terecht gekomen vanwege alcoholintoxicatie.

Alcohol is een neurotoxische stof. Dat wil zeggen dat het drinken van alcohol leidt tot het ‘vergiftigen’ en verminderd functioneren van de hersenen. Bij jongeren die lichamelijk nog niet volgroeid zijn, is de invloed van alcohol groter en het effect van alcohol onverwachter en sneller dan bij volwassenen. Het ene moment hebben zij de ervaring dat er niets aan de hand is en het volgende moment worden zij heel ziek, gaan ‘out’ en raken soms bewusteloos.

 

De poli ‘Jeugd en Alcohol’ van het MMC in Veldhoven is betrokken bij jongeren die op de spoedeisende hulp terecht komen vanwege alcoholintoxicatie tot de nazorg van deze jongeren na hun ontslag uit het ziekenhuis. Bij het regionaal overleg van de poli ‘Jeugd en Alcohol’ schuift gemeente Veldhoven ook aan.

3 Beleidsfocus

 

Het Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ richt zich vooral op jongeren onder de 18 jaar. Het is bekend dat de gezondheidsschade van alcoholgebruik het grootst is onder de 18 jaar. Jongeren onder de 18 jaar zijn fysiek nog niet geheel volwassen en met name de hersenen zijn nog volop in ontwikkeling. Alcohol kan deze ontwikkeling schaden. Met dit gegeven in het achterhoofd heeft de centrale overheid de leeftijdsgrens voor verkoop én bezit van alcohol verhoogd naar 18 jaar.

 

Naast de jongeren richt dit plan zich tevens op de ouders/verzorgers van de jongeren, met aandacht voor de beschikbaarheid van alcohol in huis en het stellen van regels om alcoholgebruik tegen te gaan.

 

3.1 Integrale aanpak

Effectief preventiebeleid is van groot belang, alsmede effectieve handhaving door gemeentelijke toezichthouders een belangrijke schakel is om de naleving van de DHW (onder andere de leeftijdsgrens) te vergroten. Preventie en handhaving zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Dit Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ biedt dan ook een uitgelezen mogelijkheid om preventie en handhaving met elkaar te verbinden. Dit komt zowel ten goede aan de gezondheid van de inwoners van Veldhoven als aan de preventie van alcohol gerelateerde problemen rond veiligheid en overlast, zoals vernielingen, verkeersongevallen en geweld. Voor een effectieve alcoholpreventie is daarom integraal beleid nodig dat inspeelt op verschillende factoren die het alcoholgebruik beïnvloeden. Als uitgangspunt wordt het preventiemodel van Reynolds (2003) gehanteerd. Het preventiemodel kent 3 beleidspijlers, te weten: educatie, regelgeving en handhaving. De pijlers staan deels op zichzelf maar overlappen elkaar ook. Juist in de overlap zien we het integrale preventiebeleid terug. Het meest succesvol zijn strategieën die vooral de omgeving van de drinker beïnvloeden. En in die omgeving van de jonge drinker spelen alcoholverstrekkers, scholen en ouders een belangrijke rol. In dit Preventie- en Handhavingsplan staat daarom de omgeving van de jonge drinker centraal.

 

3.2 Doelstellingen

De wetgever heeft met de laatste wijzigingen van de DHW meerdere doelstellingen voor ogen gehad. Ten aanzien van dit plan gaat het om:

  • 1.

    Het terugdringen van het alcoholgebruik beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen;

  • 2.

    Het tegengaan van alcohol gerelateerde verstoring van de openbare orde en veiligheid (bijvoorbeeld: overlast, agressie en geweld).

Deze doelstellingen worden met dit plan dan ook nagestreefd.

 

Daarnaast is nog een aantal aanvullende doelstellingen ten aanzien van preventie en handhaving omtrent ‘alcohol’ geformuleerd:

  • 1.

    Het verantwoord verstrekken aan en gebruiken van alcohol (inclusief het voorkomen van het doorschenken van alcohol aan dronken personen), met name gericht op jongeren;

  • 2.

    Bewustwording bij jongeren, hun ouders/verzorgers en alcoholverstrekkers;

  • 3.

    Het geven van vertrouwen aan alcoholverstrekkers, waarbij de gemeente regie voert;

  • 4.

    Het naleven van alcohol gerelateerde wet- en regelgeving door alcoholverstrekkers en jongeren, o.a. DHW en Algemene plaatselijke verordening (Apv);

  • 5.

    Het doelmatig inzetten van de toezichts- en handhavingscapaciteit gericht op naleving van alcohol gerelateerde wet- en regelgeving, o.a. DHW en Apv;

  • 6.

    Duidelijkheid creëren voor betrokken partijen (o.a. onderwijs, commerciële en paracommerciële horeca, supermarkten en slijterijen) in op te leggen sancties bij alcohol gerelateerde overtredingen.

 

Bovenstaande doelstellingen sluiten aan bij de filosofie van de gemeente Veldhoven. De gezondheid van de Veldhovense inwoners, onder andere van jongeren staat in Veldhoven immers hoog in het vaandel. Ook is het belangrijk dat de Veldhovense samenleving veilig en leefbaar is. De samenwerking met partners buiten de gemeentelijke organisatie, waarbij er vertrouwen wordt gegeven aan de partners en de gemeente zaken loslaat en overlaat aan hen past geheel bij ‘Veldhoven neemt de regie, bedrijfsconcept gemeente Veldhoven’.

 

3.3 Focus

Uitgaande van bovenstaande doelstellingen en mede gelet op de evaluatie ligt de focus op bewustwording bij en verantwoordelijkheid van ouders van jongeren.

Daarnaast ligt de focus ook nog steeds op het tegengaan, verminderen en voorkomen van de volgende aspecten:

  • 1.

    Verstrekken van drank aan jongeren onder 18 jaar;

  • 2.

    Doorschenken aan mensen die reeds teveel gedronken hebben;

  • 3.

    Illegale horeca-activiteiten. Illegale horeca-activiteiten zijn bijvoorbeeld horeca-activiteiten bij paracommerciële horeca-inrichtingen die verboden zijn op grond van de Apv;

 

4 Handhaving

 

Het preventiemodel Reynolds (2003) kent 3 beleidspijlers, te weten: educatie, regelgeving en handhaving. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de pijler handhaving. De gemeente is sinds 1 januari 2013 de belangrijkste uitvoerder van de Drank- en Horecawet, waaronder op het gebied van handhaving. De grondslag voor toezicht en handhaving op het gebied van alcohol is onder andere te vinden in de DHW, maar sinds 1 januari 2014 ook in de Veldhovense Apv.

Per 1 januari 2014 is de leeftijdsgrens voor alcohol verhoogd van 16 jaar naar 18 jaar.

Voor alcohol-gerelateerde controle van jongeren onder de 18 jaar wordt gebruik gemaakt van externe Boa’s (o.a. Handhavingssupport). Daarnaast wordt in samenwerking met gemeente Best en Waalre toezicht en handhaving vorm gegeven.

De gemeente Veldhoven wil ‘regiegemeente’ zijn. De hierna beschreven samenwerking met alcoholverstrekkers past in deze rol.

 

4.1 Samenwerking met alcoholverstrekkers

Alcoholverstrekkers kunnen de gemeente ondersteunen bij het toezicht en de handhaving, maar meer nog bij het streven naar een klimaat waarin alcohol op verantwoorde wijze wordt aangeboden.

De markt heeft een belangrijke rol in de signalering van misstanden die een risico vormen voor de doelstelling ‘verantwoorde verstrekking van alcohol’. Deze kunnen variëren van kleine individuele incidenten, tot grootschalige structurele problemen. Effectieve samenwerking met partijen biedt hier voldoende kansen om te komen tot een doelmatige en effectieve inzet van gemeentelijke middelen op momenten waarop zij daadwerkelijk nodig zijn. Het gaat om een constructieve samenwerking binnen vastgestelde kaders. Deze manier van werken en de daaraan gekoppelde eigen verantwoordelijkheid biedt daarnaast meer ruimte voor de alcoholverstrekker om sancties te voorkomen.

 

4.1.1 Zelfregulerend vermogen alcoholverstrekkers

Hoewel het verleidelijk is om een overtreding die begaan wordt door een ander direct te melden bij de gemeente, dient er eerst te worden gekeken naar het zelfregulerend vermogen van de alcoholverstrekkers.

Bij het zelfregulerend vermogen bij alcoholverstrekkers komen we terug op het principe van ‘sociale controle’, maar dan vanuit een collectief van ondernemers/verenigingen/instellingen. Het elkaar aanspreken op onbewuste of zelfs bewuste misstanden dient een vanzelfsprekendheid te worden. Temeer omdat het hierbij niet enkel gaat om een gedeelde verantwoordelijkheid, maar ook een gedeeld belang (o.a. een zuivere branche). Het spreekt voor zich dat ondernemers/verenigingen/instellingen hun collegae zelf ook individueel mogen aanspreken op misstanden.

 

4.1.1.1 Structuur zelfregulerend vermogen

Om te voorkomen dat er een chaos van individuele constateringen ontstaat, waarbij geen objectief zicht is op de daadwerkelijke omvang van de problemen wordt er gebruik gemaakt van een collectief per branche. De hierna volgende figuur is van toepassing op de volgende branches in Veldhoven:

  • Commerciële horeca;

  • Paracommerciële horeca (sport, sociaal-cultureel en overig) ;

  • Detailhandel (supermarkten en slijterijen).

 

Figuur 1: Zelfregulerend vermogen alcoholverstrekkers

  • Misstanden bij alcoholverstrekkers kunnen door allerlei partijen worden gesignaleerd, bijvoorbeeld een individuele ondernemer/vereniging/instelling uit dezelfde branche of uit een andere branche, politie of gemeente.

  • Dit signaal wordt bij het collectief van de betreffende branche, waarin de misstanden zich begeven, aangegeven.

  • Het collectief van de branche probeert de ondernemer/vereniging/instelling de goede richting in te bewegen. Hierbij kan worden verwezen naar de mogelijke gevolgen van het in stand houden van een onwenselijke situatie, namelijk bestuurlijk ingrijpen.

  • Blijft het resultaat uit, wordt door het collectief om bestuurlijk optreden van de gemeente verzocht. De gemeente neemt alleen signalen vanuit het collectief in behandeling (m.u.v. de signalen die de gemeentelijke taak betreffen, zie hieronder), individuele signalen komen namelijk bij het collectief binnen.

 

In de gekozen benadering van ‘zelfregulerend vermogen’ wordt het instrument ‘handhaving’ door de gemeente en politie pas als laatste redmiddel ingezet. Dit doet echter niets af aan het belang ervan. Zonder een effectieve handhaving op geconstateerde overtredingen heeft de gezamenlijke inspanning geen enkele zin. Handhaving is een kritieke randvoorwaarde tot succes.

Door de effectieve bijdrage van de partijen in het signaleren en corrigeren van problemen, kan de vereiste inzet van toezicht en handhaving op den duur teruggebracht worden. Deze beperktere handhaving dient echter wel een maximaal effect te hebben. De gemeente legt een grote verantwoordelijkheid bij de alcoholverstrekkers als het gaat om het waarborgen van een gezond en veilig alcoholgebruik. Hierbij wordt vertrouwd op het vakmanschap en de verantwoordelijke houding van de alcoholverstrekkers. Het is van belang om goede afspraken met elkaar te maken over de uitvoering van de benadering.

 

Periodiek overleg

De bij de gemeente, de politie en de markt aanwezige kennis wordt periodiek gedeeld. Vanuit deze gedeelde inzichten wordt bekeken of de gezamenlijke inzet goed loopt en of deze bijsturing behoeft.

 

Systeemcontrole bij alcoholverstrekker zelf

Als verlengstuk van het zelfregulerend vermogen, bestaat ook de mogelijkheid tot een systeemcontrole bij de alcoholverstrekker zelf. Op basis van ervaringen van de NVWA dient een goede systeemcontrole te voldoen aan drie vereisten:

  • 1.

    Het moet gaan om een goed omschreven en deugdelijk systeem. Daarbij valt te denken aan technische oplossingen zoals cameratoezicht, piepsignalen bij de kassa, polsbandjes in de horeca, maar ook aan borging in het personeelsbeleid.

  • 2.

    Aandacht moet zijn besteed aan de continuïteit van het systeem. Hierbij valt te denken aan een periodieke instructie van het personeel, het inwerken van nieuw personeel, het inbouwen van evaluatiemomenten, etc.

  • 3.

    De alcoholverstrekker dient regelmatig zelf het systeem te controleren om te zien of het systeem nog optimaal functioneert.

Als blijkt dat het systeem van het horecabedrijf, de vereniging dan wel de instelling goed functioneert, zal dat op termijn kunnen leiden tot minder controles.

 

4.1.1.2 Gemeentelijke taak

Een aantal taken wordt opgepakt door de alcoholverstrekkers zelf. Tot de gemeentelijke taak behoren echter wel het toezicht en de handhaving op:

  • Verzoek vanuit het collectief, als het escalatieniveau bereikt is;

  • Het verstrekken van drank aan jongeren onder 18 jaar. Dit ter uitvoering van het gemeentelijk alcoholmatigingsbeleid;

  • Het doorschenken aan mensen die reeds teveel gedronken hebben. Dit ter uitvoering van het gemeentelijk alcoholmatigingsbeleid;

  • Situaties met betrekking tot alcohol die zich niet bevinden bij de bovengenoemde branches van alcoholverstrekkers en dus niet tot een collectief behoren en daar dus niet belegd kunnen worden. Denk hierbij aan:

    • Evenementen;

    • Schoolfeesten;

    • Hokken en keten;

    • Illegale horeca-activiteiten.

 

Het is noodzakelijk dat de gemeente in staat is invulling te geven aan het toezicht en de handhaving dat door marktpartijen niet ingevuld kan worden. Handhaven wordt op deze manier pas als laatste redmiddel ingezet, echter handhaving blijft de kritieke randvoorwaarde tot succes.

 

4.1.2 Gedragslijn ‘Alcohol’

Een deel van de afspraken tussen de gemeente en de alcoholverstrekkers was voorheen vastgelegd in een convenant ‘Alcohol’. Een dergelijk convenant gaf het collectieve commitment weer bij de aanpak rondom alcoholverstrekking en –gebruik. Het convenant is geëvalueerd en is positief bevonden door partijen die zich hebben geconformeerd aan het convenant. Afgesproken is dit convenant (vanwege administratieve redenen) om te zetten in een gedragslijn. In deze gedragslijn komt een deel van de afspraken tussen de gemeente en de alcoholverstrekkers terug. In de gedragslijn komen onder andere de volgende zaken naar voren:

  • Het verantwoord verstrekken van alcohol;

  • Het zelfregulerend vermogen van de alcoholverstrekkers;

  • Het ‘high trust, high penalty-principe’ bij sanctioneren;

  • Systeemcontrole bij alcoholverstrekker zelf.

 

4.2 Toezichtstrategie

Toezicht op naleving van de DHW bestaat uit diverse soorten controles, namelijk:

  • Basiscontrole (controle bij vergunningplichtige bedrijven, bij niet-vergunningplichtige bedrijven en bij bedrijven met een alcoholverkoopverbod);

  • Leeftijdsgrenzencontrole bij alcoholverstrekkers en jongeren (met name bij de ‘hotspots’ in Veldhoven);

  • Bijzondere controle: controle van specifieke thema’s of aspecten (zoals controle op het doorschenken aan dronken personen, controle in het openbaar gebied of controle op hokken en keten);

  • Controle op tijdelijke activiteiten (met name evenementen en schoolfeesten).

 

De onder 4.1 uitgewerkte benadering in samenwerking bij toezicht is een onderdeel van de toezichtstrategie. De toezichtfunctie vanuit de gemeente en politie kan op deze manier op den duur verlaagd worden bij een goed lopend zelfregulerend vermogen van de alcoholverstekkers.

 

4.2.1 Systeemcontrole bij alcoholverstrekker zelf

De toezichtfunctie van de gemeente en politie zou op den duur nog verder verlaagd kunnen worden, indien alcoholverstrekkers een goed functionerende systeemcontrole bij hun eigen bedrijf/vereniging/instelling hebben. In bijlage 1 is deze systeemcontrole nader uitgewerkt. Minder controles op plaatsen waar een dergelijke systeemcontrole wordt ingezet, betekent dat de aandacht van de gemeente en politie kan worden verlegd naar plaatsen waar veel jongeren komen en waar de bepalingen van de DHW minder goed worden nageleefd.

 

4.2.2 Uitvoeringsprogramma toezicht en handhaven

De diverse soorten controles met bijbehorende frequentie zijn nader uitgewerkt in het Uitvoeringsprogramma toezicht en handhaven van de gemeente Veldhoven. Dit uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks opgesteld. In het uitvoeringsprogramma wordt rekening gehouden met de in dit plan beschreven toezichtstrategie.

 

4.3 Sanctiestrategie

Op het moment dat het nodig is, zal gesanctioneerd worden door de gemeente en/of politie. Er zijn diverse sancties voorhanden op grond van de DHW en Apv.

 

4.3.1 High trust, high penalty-principe

Een van de uitgangspunten van het high trust, high penalty principe is dat de alcoholverstrekkers het vertrouwen krijgen van de gemeente. Dit is uiteraard het geval bij het systeem van het zelfregulerend vermogen van de alcoholverstrekkers. Indien het vertrouwen is geschaad, volgt handhaving volgens het ‘high trust, high penalty’ principe. In de sanctionering wordt het door de partijen doorlopen proces om een ondernemer/vereniging/instelling te corrigeren meegenomen.

Als de markt alles heeft gedaan om iemand de juiste weg in te sturen, maar deze persoon er desondanks voor kiest om het verkeerde pad te blijven bewandelen, zal de sanctie ingrijpend zijn.

 

4.3.2 Sanctiebeleid

Er is een diversiteit aan sancties bij overtredingen op grond van de Drank- en Horecawet en de Apv op te leggen. Daarbij zijn in sommige gevallen beperkingen van toepassing. Als uitvloeisel van dit plan wordt een sanctiebeleid vastgesteld door de burgemeester en het college, waarin per overtreding door alcoholverstrekkers dan wel alcoholgebruikers uiteengezet is welke sanctie opgelegd wordt en via welke stappen deze toegepast wordt. Bijvoorbeeld: bij overtreding x wordt een last onder bestuursdwang opgelegd en bij overtreding y wordt de Drank- en Horecavergunning ingetrokken. Bij de invulling van het sanctiebeleid worden onderdelen van de Landelijke Handhavingstrategie en het Brabants Alcohol- en Horecasanctiebeleid betrokken.

 

4.3.3 Bestuurlijke boete

In het ‘Besluit bestuurlijke boete Drank- en Horecawet’ staat voor welke overtredingen van de DHW een bestuurlijke boete opgelegd kan worden en wat de hoogte van die boete in dat geval is. In het sanctiebeleid is vastgelegd wanneer toepassing van de bestuurlijke boete aan de orde is als sanctiemiddel.

 

4.4 Nalevingscommunicatie

Communicatie kan het effect van de handhaving versterken. Het kan bijdragen aan een verhoogde subjectieve pakkans en aan meer draagvlak voor de maatregelen. Er kan bijvoorbeeld gecommuniceerd worden over toekomstige toezichtprojecten en resultaten van handhavingsacties.

 

5 Regelgeving

 

In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de pijler regelgeving.

 

5.1 Happy hours beperken

Onderzoek laat zien (Meier e.a., 2008) dat de prijs van alcohol een belangrijke voorspeller is voor gebruik. En dat met prijsinterventies gebruik beïnvloed kan worden. Het verhogen van alcoholprijzen heeft zelfs de meeste impact op drinkers die heel veel drinken. Daarmee is deze maatregel een effectieve in het tegengaan van dronkenschap. Gemeente Veldhoven heeft het beperken van happy hours geregeld in artikel 2:22a Apv: “Het is verboden in een horecalokaliteit of op een terras - bedrijfsmatig of anders dan om niet - alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van 24 uur of korter lager is dan 60% van de prijs die daar gewoonlijk wordt gevraagd.”

 

5.2 Beperken schenktijden paracommercie

Het beperken van schenktijden in de paracommercie is geen wettelijke verplichting voor gemeenten. Toch is het verstandig de schenktijden in sportverenigingen en jongerencentra zeker daar waar veel jongeren komen, niet te ruim te maken. Achterliggende gedachte is de wetenschap dat ruime schenktijden leiden tot meer consumptie. Ook is het de vraag of het vanuit normatief oogpunt wenselijk is dat tieners tijdens sport en spel van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat geconfronteerd worden met het alcoholgebruik van anderen. Gemeente Veldhoven heeft de beperking van de schenktijden voor paracommercie geregeld in artikel 2:22 Apv: “Voor de paracommercie geldt dat zij alcoholhoudende drank uitsluitend verstrekken vanaf één uur voor aanvang en tot uiterlijk drie uur na afloop van een activiteit, doch uiterlijk tot 0.00 uur.”

6 Educatie

 

In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de activiteiten van de pijler educatie. In hoofdstuk 3 kwam naar voren dat preventie-activiteiten het beste gericht kunnen zijn op de omgeving van jongeren. Voor een belangrijk deel gaat het daarbij om de sociale en professionele omgeving van jongeren. Daarom staan omgevingsgerichte educatieve activiteiten centraal in dit hoofdstuk. Daarbij onderscheiden we drie doelgroepen die invloed kunnen hebben op het alcoholgebruik van jongeren, namelijk alcoholverstrekkers, ouders en scholen. Voordat ingegaan wordt op deze drie doelgroepen, wordt er allereerst kort beschreven op welke manier jongeren en hun omgeving geïnformeerd worden over de nieuwe regelgeving, namelijk via campagnes.

 

6.1 Acties

Door middel van onderstaande campagnes worden de jongeren en hun omgeving geïnformeerd over alcohol:

 

  • Alcoholvoorlichting vindt plaats op het Sondervick College. Met onder andere Novadic-Kentron zijn (subsidiegerelateerde) afspraken gemaakt over voorlichtingsactiviteiten, zo ook bij Brede School Veldhoven. In het basisonderwijs wordt, als logisch onderdeel van het curriculum, in nauwe samenwerking met Novadic-Kentron aandacht besteed aan preventie (alcohol/drugs), gericht op het omgaan met groepsdruk c.q. weerbaarheid. Er is tevens een voorlichtingsfilmpje gemaakt in samenwerking met gemeente Veldhoven;

  • Novadic-Kentron ontplooit momenteel extra activiteiten voor jongeren. Dit betreft een integrale aanpak, gericht op zowel jongeren als ouders. Hierbij wordt o.a. aandacht besteed aan het versterken van de sociale vaardigheden;

  • Op basis van eerdere ervaringen zal de nadruk (nog) meer gelegd worden op het bereiken van ouders om de bewustwording bij ouders te vergroten;

  • Vanuit de burgemeester worden brieven verstuurd naar ouders van minderjarigen die door de politie zijn betrapt op dronkenschap/het voorhanden hebben van alcohol;

  • Regelmatig vinden blaasacties plaats rondom de horeca. Dit gebeurt in samenwerking tussen gemeente en politie. Deze acties worden ook regelmatig ondersteund door Novadic-Kentron om ter plaatse informatie te kunnen geven. Er worden (blaas)acties bij evenementen, schoolfeesten en rondom horeca gehouden. Hierbij vindt ook voorlichting plaats.

  • Voorlichtingsactiviteiten vinden ook plaats vanuit de overkoepelende organisatie Centrum voor Jeugd en Gezin.

Daarnaast wordt nagedacht over nieuwe acties die uitgevoerd kunnen worden.

 

6.2 Alcoholverstrekkers

Alcoholverstrekkers kunnen horecaondernemers, barpersoneel, barvrijwilligers, portiers, caissières, filiaalmanagers etc. zijn. Van deze professionals wordt verwacht dat ze de leeftijdsgrens voor de verstrekking van alcohol kennen en naleven, evenals het verbod op doorschenken bij dronkenschap en het toelaten van personen in kennelijke staat van dronkenschap in de onderneming, vereniging of het evenement.

Daarom zal elk onderneming, instelling of vereniging een instructie voor personeel en vrijwilligers opstellen. Op die manier kan de preventie en controle op unanieme wijze in de onderneming, de instelling en de verenging vorm worden gegeven. Op deze manier wordt begeleiding geboden aan de alcoholverstrekkers.

 

6.3 Onderwijs

De school is een belangrijke pedagogische omgeving voor jongeren. Ook als het gaat om alcoholgebruik leren jongeren op school wat wel en niet verstandig is. Het is belangrijk dat jongeren geïnformeerd raken over de risico’s van alcoholgebruik. Niet zozeer om gedrag te beïnvloeden, maar om het gebruik te de-normaliseren en daarmee aan draagvlak te werken voor effectievere gedragsmaatregelen als handhaving en specifieke regelgeving. Met name de informatie over wat alcohol met de hersenontwikkeling doet is bruikbaar hierbij blijkt uit de praktijk. Dat geld niet alleen voor jongeren, maar ook voor hun ouders. Scholen worden daarom aangemoedigd om activiteiten voor ouders rond dit thema te organiseren.

Bij de keuzebepaling van schoolprogramma’s op het gebied van middelengebruik heeft de GGD een belangrijke adviserende rol, zowel voor basisscholen als scholen voor voortgezet onderwijs. De scholen voor voortgezet onderwijs worden geadviseerd met dit thema aan de slag te gaan.

 

Bij de voorlichting op scholen wordt rekening gehouden met de “Richtlijnen verslavingspreventie binnen het onderwijs”. Op basis hiervan wordt afhankelijk van leeftijd en schooltype zoveel mogelijk maatwerk geleverd bij de voorlichting.

Een goed schoolprogramma biedt meer dan voorlichting en besteedt ook aandacht aan regels voor leerlingen en personeel met betrekking tot alcoholgebruik bij schoolfeesten, kampen, excursies en studiereizen. Zo wordt bijvoorbeeld aan het Sondervick College op aanvraag bij schoolfeesten en reizen door de gemeente blaasapparatuur ter beschikking gesteld. Op schoolfeesten wordt ook geen alcohol geschonken. Het Sondervick College heeft in samenwerking met de gemeente en de politie een convenant Veiligheid opgesteld. Hierin is ook opgenomen dat controles op het bezit van alcohol gehouden kunnen worden.

 

6.4 Ouders en de thuissituatie

 

6.4.1 Alcoholopvoeding

Veel ouders onderschatten systematisch hoeveel hun kinderen drinken. De beschikbaarheid van alcohol in huis en het stellen van regels zijn geschikte instrumenten om alcoholgebruik tegen te gaan. Uit onderzoek blijkt dat kinderen van ouders die geen duidelijke regels hebben afgesproken en geen leeftijdsgrens hebben gesteld voor het drinken van alcohol al op jongere leeftijd beginnen met drinken. Ze drinken bovendien vaker dan jongeren waarvan de ouders wel een leeftijdsgrens hebben gesteld. Naast het stellen van regels is een andere beschermende factor: een goede band tussen ouder en kind. Een slechte ouder-kind relatie en psychische problematiek of middelengebruik van de ouders zijn risicofactoren. Adviezen met betrekking tot alcoholopvoeding zullen in samenwerking met de eerder genoemde scholen voor voortgezet onderwijs aan ouders worden aangeboden.

 

6.4.2 Uitgaansopvoeding

Ook door regels te stellen die niet expliciet gaan over alcoholgebruik, kunnen ouders invloed hebben op het alcoholgebruik van hun kind. Dan gaat het vooral over afspraken omtrent uitgaan, zoals staptijden, hoe vaak per week ze uit mogen. Uitgaansopvoeding is nodig zodat ouders zich meer bewust zijn van de rol die ze kunnen spelen om de schade van middelengebruik tijdens het uitgaan te voorkomen of te beperken.

Via diverse relevante kanalen (GGD, verslavingszorginstelling, Centra voor Jeugd en Gezin, lokale media, ouderavonden op scholen en in sportverenigingen) worden ouders voorgelicht over een adequate opvoedstijl en worden zij gewezen op ondersteunende websites als www.hoepakjijdataan.nl en www.uwkindenalcohol.nl.

 

7 Te behalen resultaten

 

De cijfers uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar 2015-2016 van GGD Brabant-Zuidoost worden gebruikt als referentiepunt om de resultaten voor het alcoholgebruik beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen te kunnen meten. Eind 2019 wordt opnieuw de Jeugdmonitor gehouden en begin 2020 zullen hiervan de resultaten bekend zijn. Deze cijfers zullen gebruikt worden om de meting van de behaalde resultaten uit te voeren.

 

Voor de gemeentelijke handhavingstaken op het gebied van de Drank- en Horecawet wordt 2016 als basisjaar gebruikt.

 

7.1 Resultaten

Het streven is om eind 2020 de volgende resultaten bereikt te hebben:

  • 1.

    Het alcoholgebruik beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen en dronkenschap (met name tijdens uitgaansavonden in het publieke domein) is verminderd ten opzichte van de cijfers uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar 2015-2016 van GGD Brabant-Zuidoost;

  • 2.

    De alcohol-gerelateerde verstoring van de openbare orde en veiligheid (bijvoorbeeld: overlast, agressie en geweld) is afgenomen ten opzichte van het basisjaar;

  • 3.

    De naleving van alcohol-gerelateerde wet- en regelgeving door alcoholverstrekkers en jongeren, o.a. DHW en Apv is verbeterd ten opzichte van het basisjaar.

 

7.2 Indicatoren

Om de te behalen resultaten te kunnen meten, worden in ieder geval de onderstaande indicatoren gebruikt.

 

  • 1.

    Alcoholgebruik beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen en dronkenschap (met name tijdens uitgaansavonden in het publieke domein):

    • a.

      Cijfers uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar van GGD Brabant-Zuidoost;

    • b.

      Aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen bij politie.

  • 2.

    Alcohol-gerelateerde verstoringen van de openbare orde en veiligheid:

    • a.

      Aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen bij politie;

    • b.

      Aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen bij gemeente.

  • 3.

    Naleving van alcohol-gerelateerde wet- en regelgeving:

    • a.

      Aantal alcohol-gerelateerde bestuurlijke handhavingsprocedures door gemeente;

    • b.

      Aantal alcohol-gerelateerde HALT-zaken;

    • c.

      Aantal alcohol-gerelateerde bestuurlijke boetes door gemeente;

    • d.

      Aantal opgeloste zaken vanuit diverse zelfregulerende collectieven.

 

 

Bijlage 1: Evaluatie Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’

 

 

Evaluatie Preventie- en Handhavingsplan 'Alcohol'

 

Periode 1 juli 2014 tot en met 31 december 2016

 

1. Inleiding

Het Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ (1 juli 2014 t/m 31 december 2016) is verstuurd naar verschillende partijen: politie, paracommerciële horeca-inrichtingen, horeca-vertegenwoordigers van de Koninklijke Horeca Nederland (afdeling Veldhoven), aanspreekpunt van het collectief ‘Supermarkten en slijterijen’, Sondervick College en intern naar betrokken medewerkers. Zij zijn gevraagd of zij op- of aanmerkingen hadden op het huidige beleid. Uit de reacties kwam naar voren dat het beleid een update nodig heeft. Inmiddels zijn ook de eerste resultaten bekend over de periode 1 juli 2014 tot en met 31 december 2016. Deze resultaten worden benoemd in hoofdstuk 2. De voorgestelde wijzigingen van het Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ staan benoemd in de conclusie in hoofdstuk 3.

2. Resultaten

In het vorige Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ is aangegeven dat de cijfers uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar 2011-2012 van GGD Brabant-Zuidoost worden gebruikt als referentiepunt om de resultaten voor het alcoholgebruik beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen te kunnen meten. Inmiddels zijn de resultaten uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar 2015-2016 bekend en is er een vergelijking gemaakt. De Volwassenmonitor (19 t/m 24-jarigen) is in 2016 opnieuw gehouden. Op het moment van deze evaluatie zijn deze gegevens nog niet binnen.

 

In het vorige Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ is aangegeven dat de gemeentelijke handhavingstaken op het gebied van de DHW relatief nieuw zijn en de werkwijze in het vorige plan ook. Dat betekende dat vanaf 1 juli 2014 een nulmeting uitgevoerd kon worden. De cijfers uit de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 worden om die reden gebruikt als basisjaar.

 

2.1 Doel

Het streven van het vorige Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ was om eind 2016 de volgende resultaten bereikt te hebben:

 

  • 1.

    Het alcoholgebruik beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen en dronkenschap (met name tijdens uitgaansavonden in het publieke domein) is verminderd ten opzichte van de cijfers uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar 2011-2012 van GGD Brabant-Zuidoost;

  • 2.

    De alcohol-gerelateerde verstoring van de openbare orde en veiligheid (bijvoorbeeld: overlast, agressie en geweld) is afgenomen ten opzichte van het basisjaar;

  • 3.

    De naleving van alcohol-gerelateerde wet- en regelgeving door alcoholverstrekkers en jongeren, o.a. DHW en Apv is verbeterd ten opzichte van het basisjaar.

 

2.2 Alcoholgebruik beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen en dronkenschap

Om het alcoholgebruik beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen en dronkenschap te kunnen meten wordt gebruik gemaakt van de volgende indicatoren:

 

  • Cijfers uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar 2011-2012 en 2015-2016

  • Cijfers van de poli ‘Jeugd en Alcohol’ van het MMC in Veldhoven

  • Aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen en processen-verbaal bij politie

 

Deze resultaten worden in de volgende kopjes weergegeven.

 

Cijfers uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar 2011-2012 en 2015-2016

 

In de volgende tabel staan de cijfers uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar van GGD Brabant-Zuidoost van de jaren 2011-2012 en 2015-2016.

 

Leefstijl 2011 2015

Alcoholconsumptie (totale groep)

Heeft ooit alcohol gedronken 53 44

Heeft alcohol gedronken in afgelopen 4 weken 44 33

Drinkt 20 glazen alcohol of meer per week 4 2

Heeft in de afgelopen 4 weken bij ten minste

één gelegenheid 5 glazen of meer gedronken 32 23

is in de afgelopen 4 weken dronken of

aangeschoten geweest 23 16

 

Alcoholconsumptie recente gebruikers (subgroep)

Heeft in de afgelopen 4 weken alcohol gebruikt en:

drinkt 20 glazen alcohol of meer per week 10 5

heeft bij ten minste één gelegenheid 5 glazen of

meer gedronken 71 68

is dronken of aangeschoten geweest 51 49

 

Leeftijd eerste glas alcohol

(subgroep recente gebruikers):

jonger dan 12 4 0

12-13 jaar 19 13

14-15 jaar 50 56

16-17 jaar 28 32

18 jaar en ouder 0 0

 

Mening ouders over alcoholgebruik

(subgroep recente gebruikers):

ze vinden het goed 61 64

ze vinden dat ik minder moet drinken 6 8

ze raden het af 15 20

ze verbieden het 2 0

ze weten het niet 4 6

ze zeggen er niets van 12 2

 

Alcoholconsumptie 16-18 jarigen (subgroep)

Is 16, 17 of 18 jaar en:

Drinkt 20 glazen alcohol of meer per week 10 5

Heeft in de afgelopen 4 weken bij ten minste één

gelegenheid 5 glazen of meer gedronken 66 45

is in de afgelopen 4 weken dronken of

aangeschoten geweest 48 32

 

Leeftijd eerste glas alcohol (subgroep 16-18 jarigen):

jonger dan 12 2 0

12-13 jaar 13 7

14-15 jaar 43 39

16-17 jaar 32 37

18 jaar en ouder 0 0

 

Mening ouders over alcoholgebruik

(subgroep 16-18 jarigen):

ze vinden het goed 65 56

ze vinden dat ik minder moet drinken 6 6

ze raden het af 9 13

ze verbieden het 0,6 0

ze weten het niet 0,6 2

ze zeggen er niets van 9 5

 

Uit deze tabel blijkt dat de cijfers van 2015-2016 positiever zijn dan de cijfers van 2011-2012 wat betreft:

 

  • het aantal jongeren dat alcohol drinkt;

  • het aantal jongeren dat de afgelopen 4 weken alcohol heeft gedronken;

  • het aantal jongeren dat meer dan 20 glazen alcohol of meer per week drinkt;

  • het aantal jongeren dat bij ten minste één gelegenheid 5 glazen of meer heeft gedronken;

  • het aantal jongeren dat dronken of aangeschoten is geweest;

  • de leeftijd die de jongeren hadden toen ze hun eerste glas alcohol dronken.

 

Opvallend is dat jongeren aangeven dat opvallend veel ouders het goed vinden dat hun kinderen alcohol drinken. Gelukkig is dit wel al minder dan in 2011-2012.

 

Cijfers van de poli ‘Jeugd en Alcohol’ van het MMC in Veldhoven

 

De poli ‘Jeugd en Alcohol’ van het MMC in Veldhoven is betrokken bij jongeren die op de spoedeisende hulp terecht komen vanwege alcoholintoxicatie tot de nazorg van deze jongeren na hun ontslag uit het ziekenhuis.

Zoals in de onderstaande tabel is te zien is er sprake van een toename van het aantal opnames op de poli ‘Jeugd en Alcohol’ in Veldhoven. Kinderarts Bas Zegers geeft aan: “Een gedeelte van deze toename is toe te schrijven aan de strengere en frequentere controle door de politie. Hetgeen ik erg toejuich; een strikt controlebeleid helpt echt. Dat merk ik aan de reacties van de jongeren als ze opgenomen zijn. Ze geven aan dat ze weten dat er bij tijd en wijle gecontroleerd wordt, en dat het een soort Russische roulette is.”

 

Jaar Aantal

2012 18

2013 14

2014 27

2015 36

2016 39

 

Aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen en processen-verbaal bij politie

 

Jaar Aantallen

Basisjaar

(1 juli 2014 t/m 1 juli 2015) 86

2013 97

2014 103

2015 83

2016 56

 

Het aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen en processen-verbaal bij de politie is sterk afgenomen ten opzichte van het basisjaar.

 

2.3 Alcohol-gerelateerde verstoring van de openbare orde en veiligheid

Om alcohol-gerelateerde verstoring van de openbare orde en veiligheid te kunnen meten wordt gebruik gemaakt van de volgende indicatoren:

 

• Aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen bij politie;

• Aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen bij gemeente.

 

Deze resultaten worden in de volgende kopjes weergegeven.

 

Aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen bij politie

 

Jaar Aantallen

Basisjaar (1 juli 2014 t/m 1 juli 2015) 28

2013 27

2014 39

2015 33

2016 46

 

Het aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen bij de politie is helaas toegenomen ten opzichte van het basisjaar.

 

Aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen bij gemeente.

 

Naar aanleiding van onderstaande meldingen hebben de ouders van deze jongeren een brief ontvangen zoals vermeld onder 6.1 Acties.

 

Jaar Aantallen

Basisjaar

(1 juli 2014 t/m 1 juli 2015) 49

2014 34

2015 15

2016 55

 

In de tweede helft van 2015 zijn er geen meldingen binnengekomen. In 2016 is een duidelijke toename te zien. Dit is te verklaren doordat er in 2016 gestart is met de blaasactie, zie 6.1 Acties.

 

2.4 Naleving van alcohol-gerelateerde wet- en regelgeving

 

Om naleving van alcohol-gerelateerde wet- en regelgeving te kunnen meten wordt gebruik gemaakt van de volgende indicatoren:

 

  • Aantal alcohol-gerelateerde processen-verbaal opgelegd door politie;

  • Aantal alcohol-gerelateerde bestuurlijke handhavingsprocedures door gemeente;

  • Aantal alcohol-gerelateerde opgelegde HALT-boetes;

  • Aantal alcohol-gerelateerde bestuurlijke boetes door gemeente;

  • Aantal opgeloste zaken vanuit diverse zelfregulerende collectieven.

 

Deze resultaten worden in de volgende kopjes weergegeven. Wanneer gesproken wordt over de afgelopen periode wordt de periode 1 juli 2014 tot en met 31 december 2016 bedoeld.

 

Aantal alcohol-gerelateerde processen-verbaal opgelegd door politie

 

Uit de mutaties bij de politie is niet specifiek op te maken wanneer het alcohol-gerelateerde processen-verbaal betreft.

 

Aantal alcohol-gerelateerde bestuurlijke handhavingsprocedures door gemeente

 

Het aantal alcohol-gerelateerde bestuurlijke handhavingsprocedures is de laatste jaren vrij stabiel. Jaarlijks gaat het om ongeveer 3 tot 7 procedures. De overtredingen lopen uiteen van het verstrekken van drank aan jongeren onder de 18 (zowel in cafés, winkels als tijdens evenementen), het niet aanwezig zijn van een leidinggevende tot het niet houden aan de sluitingstijden. In de meeste gevallen wordt een waarschuwingsbrief of vooraanschrijving verzonden.

 

Aantal alcohol-gerelateerde opgelegde HALT-zaken

 

Jaar Aantallen

Basisjaar

(1 juli 2014 t/m 1 juli 2015) 10

2013 1

2014 5

2015 7

2016 0

 

De alcoholcontroles vinden steeds meer preventief, aan het begin van de avond, plaats in uitgaansgebieden waar veel jeugd komt. Dit gebeurt in samenwerking met de GGD, politie en HALT.

 

Aantal alcohol-gerelateerde bestuurlijke boetes door gemeente

 

Afgesproken met de alcoholverstrekkers is dat de gemeente vanaf 2015 bestuurlijke boetes zou opleggen, indien nodig. Tot op heden is één maal een voornemen tot het opleggen van een bestuurlijke boete verstuurd. Dit in verband met het verstrekken van alcoholhoudende drank aan jongeren onder de 18.

 

Aantal opgeloste zaken vanuit diverse zelfregulerende collectieven

 

In enkele gevallen heeft het optreden van het collectief commerciële horeca geleid tot het opheffen van een overtreding. Vaker komt het voor dat het collectief er zelf niet uit komt en de gemeente vraagt alsnog op te treden.

 

3. Conclusie

 

De belangrijkste resultaten uit hoofdstuk 2 zijn:

  • Uit de Jeugdmonitor 12 t/m 18 jaar 2015-2016 blijkt dat er een afname is te zien in vergelijking met de cijfers van 2011-2012 wat betreft:

  • het aantal jongeren dat alcohol drinkt;

  • het aantal jongeren dat de afgelopen 4 weken alcohol heeft gedronken;

  • het aantal jongeren dat meer dan 20 glazen alcohol of meer per week drinkt;

  • het aantal jongeren dat bij ten minste één gelegenheid 5 glazen of meer heeft gedronken;

  • het aantal jongeren dat dronken of aangeschoten is geweest;

  • De leeftijd die de jongeren hadden toen ze hun eerste glas alcohol dronken is verhoogd.

  • Opvallend is dat jongeren aangeven dat veel ouders het goed vinden dat hun kinderen alcohol drinken. Gelukkig is dit wel al minder dan in 2011-2012.

  • Het aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen en processen-verbaal bij de politie is sterk afgenomen ten opzichte van het basisjaar (1 juli 2014 - 1 juli 2015).

  • Het aantal geregistreerde alcohol-gerelateerde meldingen (verstoring van de openbare orde en veiligheid) bij de politie is helaas toegenomen ten opzichte van het basisjaar.

  • Het aantal alcohol-gerelateerde meldingen bij de gemeente is in 2016 toegenomen ten opzichte van het basisjaar. Dit is te verklaren doordat er in 2016 gestart is met de blaasactie, zie 6.1 Acties.

 

Naar aanleiding van de evaluatie onder de verschillende partijen genoemd in hoofdstuk 1 en de resultaten uit hoofdstuk 2 zal het Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ op een aantal punten moeten worden aangepast:

 

Er wordt in het huidige beleid nog verwezen naar de Nota LGB en de Kadernota. Omdat gezondheid veel raakvlakken heeft met andere beleidsterreinen en ook gelet op het nieuwe concept ‘positieve gezondheid’, is er voor gekozen om geen nieuwe aparte nota gezondheidsbeleid op te stellen. Het beleid wordt o.a. meegenomen in de herijking van de visie ‘Maatschappelijke participatie’ en het thema weerbaarheid krijgt aandacht in de ‘Integrale kadernota jeugd’.

 

Nu de gemeente een aantal jaren ervaring heeft met het Preventie- en Handhavingsplan ‘Alcohol’ en de cijfers uit het vorige hoofdstuk van deze evaluatie bekend zijn is gebleken dat het plan zich meer moet richten op de ouders van de jongeren. Ouders hebben namelijk een faciliterende rol op het gebied van alcohol. De alcoholverstrekker heeft minder invloed dan de ouders, daarom is het belangrijk dat het vernieuwde plan zich ook richt op de ouders van de jongeren.

 

Onder het hoofdstuk Acties om alcoholgebruik te voorkomen staan in het huidige beleid een aantal acties die zijn afgerond. Bovendien is er een aantal acties bij gekomen of komen er in de toekomst nog bij. Dit hoofdstuk dient geüpdatet te worden.

 

Het convenant alcohol zoals vermeld in het huidige beleid wordt vanwege administratieve redenen in het nieuwe beleid omgezet in een gedragslijn. Partijen zijn bekend met de inhoud (die ongewijzigd blijft) en hebben het convenant ondertekend. Maar in de loop der jaren komen er nieuwe partijen bij en vallen er partijen af. Het is niet praktisch dat de lijst met handtekeningen steeds gewijzigd moet worden. Om deze reden wordt het convenant omgezet in een gedragslijn.

 

Naar boven