Gemeenteblad van Delft
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Delft | Gemeenteblad 2017, 7023 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Delft | Gemeenteblad 2017, 7023 | Beleidsregels |
Beleidsregels maatschappelijke opvang voor dak- en thuislozen
Artikel 1 Doel en reikwijdte van deze beleidsregels
De gemeente Delft is tot nader orde centrumgemeente maatschappelijke opvang voor de regio Delft Westland Oostland. De regio omvat naast Delft, de regiogemeenten Westland, Midden-Delfland en Pijnacker-Nootdorp. De regiogemeenten hebben Delft in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gemandateerd voor het ontvangen van meldingen, het doen van onderzoek en het bepalen van de toegang tot maatwerkvoorzieningen ten behoeve van maatschappelijke opvang.
Doel van de maatschappelijke opvang is: onderdak en begeleiding bieden aan personen, die de thuissituatie hebben verlaten en niet in staat zijn zich op eigen kracht (met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit zijn sociale netwerk) te handhaven in de samenleving. Opvang wordt verstrekt door het college.
In het kader van de Participatiewet is de gemeente Delft verplicht om aan adreslozen met een bijstandsuitkering een briefadres te geven. De gemeente geeft hier ten behoeve van dak- en thuislozen vorm aan door middel van het beschikbaar stellen van een Postadres voor daklozen bij de instelling voor maatschappelijke opvang. Dit postadres is tevens beschikbaar voor niet-uitkeringsgerechtigde daklozen.
Maatschappelijke opvang is landelijk toegankelijk. Dit betekent dat elke dak- en thuisloze persoon zich in Delft kan aanmelden voor maatschappelijke opvang. Bij het bepalen of betrokkene binnen de regio DWO de beste kansen op herstel heeft volgt de gemeente Delft de handreiking “Landelijke toegang maatschappelijke opvang” (december 2014) van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).
Artikel 2 Aanmelding en onderzoek
Indien daklozen zich buiten kantoortijden rechtstreeks melden bij de organisatie voor maatschappelijke opvang, mag deze toestemming geven tot verblijf in de Nachtopvang tot de eerstvolgende werkdag. De organisatie voor maatschappelijke opvang meldt betrokken op de eerst volgende werkdag aan bij het Daklozenspreekuur.
Tijdens het Meldingsgesprek wordt samen met betrokkene overlegd of hij of zij een aanvraag indient voor toelating tot de maatschappelijke opvang. Zijn situatie wordt besproken en worden de toelatingscriteria voor maatschappelijke opvang, zoals geregeld in artikel 3, toegepast. Het Spreekuur voor dak- en thuislozen draagt zorg voor voorlichting over de rechten en plichten van de aanvrager. De aanvrager kan zich bij laten staan door een vertrouwenspersoon of een hulpverlener/verwijzer.
Op grond van de uitkomsten van het Meldingsgesprek, zoals vastgelegd in het Meldingsformulier, beoordeelt de daklozenconsulent in hoeverre er aanleiding is voor toeleiding naar een van de onderdelen van Toegang Delft voor verdere hulpvraagverheldering en het maken van een plan van aanpak. In dat geval wordt er een afspraak met de Toegang ingepland en wordt het ingevulde Meldingsformulier overgedragen aan de Toegang. De aanvrager is verplicht mee te werken aan dit traject. Het eerste hulpvraag-verhelderingsgesprek binnen de Toegang moet plaatsvinden voorafgaand aan het vervolggesprek bij het Daklozenspreekuur.
In geval van een dakloos gezin is een coach Sociaal Team aanwezig bij het meldingsgesprek. Wanneer het dakloze gezin is aangemeld vanuit een van de regiogemeenten, wordt betreffende gemeente uitgenodigd om bij het meldingsgesprek aanwezig te zijn. De begeleidingsregie blijft in principe bij betreffende regiogemeente.
Het ingevulde Meldingsformulier wordt ondertekend door de betreffende consulent en de aanvrager. De aanvrager geeft hiermee toestemming voor het uitwisselen van gegevens die noodzakelijk zijn voor de beoordeling van de aanvraag, toestemming voor de toeleiding naar de Toegang en werkt actief mee aan de vraagverheldering en aan een plan van aanpak, gericht op herstel.
De aanvrager dient aan te tonen geen vast verblijfadres te hebben. Op het Meldingsformulier wordt vermeld waar betrokkenen de afgelopen periode heeft geslapen. Daarnaast krijgt de aanvrager een adreslijst mee, waarop aangegeven moet worden op welke adressen de aanvrager in de periode tot het volgende gesprek slaapt.
Minimaal 10 dagen na het Meldingsgesprek volgt een Vervolggesprek bij het Daklozenspreekuur. Tijdens het Vervolggesprek wordt beoordeeld of de aanvrager voldoet aan de toelatingscriteria van artikel 3. Wanneer hieraan voldaan is wordt een besluit toegekend, waarmee schriftelijke toestemming is verkregen om gebruik te maken van een postadres voor daklozen en de Nachtopvang.
In geval de aanvrager niet is verschenen bij het eerste gesprek binnen de Toegang of onvoldoende wenst mee te werken aan een hersteltraject vanuit de Toegang, wordt het besluit tot toelating in de maatschappelijke opvang opgeschort en volgt overleg met de aangewezen coach van de Toegang over de te nemen maatregelen.
Artikel 3 Toelatingscriteria maatschappelijke opvang
De aanvrager kan binnen de regio Delft Westland Oostland het beste maatschappelijke opvang krijgen. Om dit vast te stellen worden de volgende beoordelingscriteria gehanteerd:
>de aanwezigheid van een positief sociaal netwerk (familie en vrienden);
>voorwaarden voor een succesvol traject (zoals bijvoorbeeld actieve schuldhulpverlening, bestaande relatie met hulpverlenende instellingen);
>bekendheid bij politie binnen de regio;
>de aanvrager heeft gedurende drie jaar voorafgaand aan het moment van aanmelding minimaal twee jaar aantoonbaar, zijn of haar hoofdverblijf in de centrumgemeente of regio gehad. Dit moet blijken uit inschrijving in de gemeentelijke basisadministratie-, of bekend en geregistreerd zijn bij zorginstellingen
>als contra-indicatie om een aanvrager te plaatsen in een bepaalde regio gelden sociale netwerk te halen, of agressie tegen medewerkers van betrokken partijen in de betreffende regio
Artikel 4 Toetsingscriteria na verblijf in het buitenland
Wanneer de reden van verblijf in het buitenland wonen, werken of studeren betrof of wanneer er sprake is van schulden en er is geen sprake van regiobinding, dan worden de volgende bewijsstukken gevraagd:
>bewijs van verblijf in Nederland, gedurende 3 maanden voorafgaand aan de aanvraag;
>bewijs van uitschrijving uit de woonplaats in het buitenland;
>bewijs van inkomsten betreffende de 3 maanden voor de aanmelding;
>bewijs van inkomsten betreffende de laatste 3 maanden van het verblijf in het buitenland;
>bewijs van stopzetting van de inkomsten in het buitenland;
>bewijs van stopzetten zorgverzekering in het buitenland.
Indien de aanvrager deze bewijzen kan overleggen wordt de procedure gevolgd volgens artikel 2, 3, 5 en 8.
b. Wanneer de aanvrager korter dan 2 jaar in het buitenland verbleef, dan worden de volgende bewijsstukken gevraagd:
>bewijs van uitschrijving uit de woonplaats in het buitenland;
>bewijs van inkomsten betreffende de 3 maanden voor de aanmelding;
>bewijs van inkomsten betreffende de laatste 3 maanden van het verblijf in het buitenland;
>bewijs van stopzetting van de inkomsten in het buitenland;
>bewijs van stopzetten zorgverzekering buitenland.
Indien de aanvrager deze bewijzen kan overleggen wordt de procedure gevolgd volgens artikel 2, 3, 5 en 8.
Artikel 5 Postadres voor daklozen
Indien de aanvrager voldoet aan de toelatingscriteria en aangetoond heeft dat hij daadwerkelijk dakloos is, wordt een besluit toegekend, waarmee schriftelijke toestemming is verkregen om voor 3 maanden gebruik te maken van een postadres voor daklozen bij de instelling voor maatschappelijke opvang en volgt inschrijving in de gemeentelijke basisadministratie.
Artikel 6 Relatie met het gemeentelijk briefadres
Delftse burgers, die om verschillende redenen tijdelijk geen vast woonadres hebben, kunnen zich in laten schrijven op een briefadres in de gemeentelijke basisadministratie. De gemeente kan nader onderzoek doen naar de juistheid van de aangeleverde gegevens door de aanvrager. Aanvragers met dakloosheidsproblematiek worden verwezen naar het spreekuur voor dak- en thuislozen.
Artikel 7 Overdracht naar andere gemeenten voor maatschappelijke opvang
Iedere dak- en thuisloze persoon kan zich aanmelden voor maatschappelijke opvang. Na aanmelding wordt nagegaan of betrokkene tot de doelgroep behoort en wordt zo spoedig mogelijk een onderzoek uitgevoerd om te bepalen in welke gemeente de maatschappelijke opvang het beste kan plaatsvinden. Dat is in eerste instantie de gemeente waar de voorwaarden voor een succesvol traject optimaal zijn of waar de aanvrager aantoonbare binding heeft.
Wanneer tijdens het Meldingsgesprek blijkt dat de aanvrager bij een andere gemeente betere kansen op herstel heeft of dat er contra-indicaties zijn voor opvang in Delft onderzoekt het spreekuur voor dak- en thuislozen, samen met de aanvrager, naar welke centrumgemeente de aanvrager het beste kan worden overgedragen.
De gemeente Delft staat open voor overdracht van daklozen vanuit andere gemeenten, mits het verzoek voor opvang, naar oordeel van het Spreekuur voor dak- en thuislozen, voldoende onderbouwd en haalbaar is. De overdragende gemeente dient aan te geven waarom zij de aanvrager niet kunnen helpen en waarom zij van mening zijn dat de aanvrager meer kansen op herstel heeft in de regio DWO.
Artikel 8 Hersteltrajecten vanuit de Toegang
bij zwerfjongeren 18-27 jaar, die onder de Participatiewet vallen. In dat geval komt de regie te liggen bij fr Jongerenacademie. De Jongerenacademie voert een intakegesprek in aansluiting op het Meldingsgesprek. De medewerker van de Jongerenacademie bepaalt of betrokken zwerfjongere toegeleid moet worden naar het Sociaal Team.
De Toegang is verantwoordelijk voor verdere hulpvraagverheldering, het benoemen van een coach/casemanager en het maken van een plan van aanpak. Daarbij zijn de bestaande werkwijzen van de verschillende toegangsonderdelen leidend. Begeleidingstrajecten voor daklozen omvatten in de meeste gevallen een opstartfase, een stabilisatiefase en een herstelfase.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-7023.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.