Gemeenteblad van Westvoorne
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Westvoorne | Gemeenteblad 2017, 51873 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Westvoorne | Gemeenteblad 2017, 51873 | Verordeningen |
Op basis van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) moeten gemeenten per 1 juli 2013 over actuele bestemmingsplannen beschikken, dat wil zeggen niet ouder dan 10 jaar. Tevens dienen ruimtelijke plannen opgesteld te zijn conform de wettelijke standaarden en digitaal raadpleegbaar te zijn. Voor het buitengebied van Westvoorne betekent dit dat het vigerende plan op 29 mei 2017 niet meer actueel is.
De gemeente Westvoorne is daarom bezig met de voorbereiding van het opstellen van een nieuw plan voor het buitengebied. Vooruitlopend op de Omgevingswet wordt gekozen voor het opstellen van een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte. Het doel van de herziening is om de bestemmingslegging van de diverse geldende plannen te actualiseren en aan te passen aan de actuele wet- en regelgeving en daarnaast te kunnen voldoen aan de doelen van de Omgevingswet.
Gezien de zorgvuldige voorbereiding lukt het niet om voor maart 2017 het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte vastgesteld te hebben. Naar verwachting wordt et plan begin 2018 vastgesteld. Met de beheersverordening kan de gemeente inwoners en ondernemers een kader blijven bieden voor vergunning van hun bouw- en gebruiksplannen. De beheersverordening verlengt feitelijk de werking van de huidige bestemmingsplannen tot het nieuwe omgevingsplan er is. Er is dus geen sprake van nieuwe regels of mogelijkheden, wat nu kan blijft ook met de beheersverordening mogelijk. Omdat de beheersverordening geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk maakt is voorliggende toelichting beknopt gehouden. Mochten nieuwe ontwikkelingen nodig of wenselijk blijken te zijn dan worden deze meegenomen in de voorbereiding van het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte. Daar worden ook de na 2007 vastgestelde bestemmingsplannen die voldoen aan de Wro en reeds zijn gedigitaliseerd in meegenomen. Voorliggend document betreft deze beheersverordening.
1.2 Waarom een beheersverordening ?
Om een actueel planologisch kader te behouden is een beheersverordening een snellere oplossing dan een bestemmingsplan omdat deze op een kortere termijn in werking kan treden. Daarnaast gaat het in een beheersverordening puur om de bestaande situatie. Daarbij betreft het niet alleen de ‘waarneembaar’ bestaande situatie (dat wil zeggen dat wat feitelijk aanwezig is of nog kan worden gebouwd op basis van een vergunning), maar ook de planologisch bestaande situatie. Uiteraard zijn bestaande illegale situaties niet opgenomen in de beheersverordening. In de regels is namelijk het begrip 'bestaand' opgenomen. Illegale situaties worden niet als bestaand gezien.
Met deze beheersverordening worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Zoals aangegeven wordt gewerkt aan een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte voor het buitengebied van Westvoorne. Deze beheersverordening wordt voorafgaand aan het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte vastgesteld om te kunnen voldoen aan de actualiseringsplicht van de Wro.
1.3 Waaruit bestaat deze beheersverordening ?
Kort gezegd bestaat een beheersverordening uit een verbeelding van het verordeningsgebied en regels. Meer concreet gaat het om:
De beheersverordening gaat vergezeld van een toelichting. Deze motiveert de keuze voor het instrument (zie hierboven), welke aspecten zijn onderzocht, etc. De toelichting bevat ook een uitleg van de regeling.
1.4 Wat regelt deze beheersverordening ?
Het belangrijkste uitgangspunt voor deze beheersverordening is dat deze de bestaande legale situatie (inclusief overige, voorheen toegelaten functies) vastlegt. Een beheersverordening mag in principe geen 'ruimtelijke ontwikkelingen' bevatten.
De beheersverordening legt de situatie van bebouwing en gebruik vast door middel van een algemene regeling voor het hele verordeningsgebied, waardoor een eenvoudige regeling mogelijk is. Voor zover nodig is een nader specificatie en/of detaillering aangebracht door middel van besluit(sub)vlakken op de kaart of specifieke bepalingen in de regels. In de volgende paragraaf worden hiervan voorbeelden gegeven.
1.5 Hoe werkt de beheersverordening ?
De beheersverordening moet digitaal worden gemaakt volgens de Praktijkrichtlijn Gebiedsgerichte Besluiten (PRGB2012). De verordening wordt door de gebruiker namelijk via een digitaal platform (meestal de website www.ruimtelijkeplannen.nl) benaderd. Digitaal gezien zijn er verschillende vlakken zichtbaar, namelijk het besluitgebied, de besluitvlakken en eventueel de besluitsubvlakken. Hierna volgt een korte omschrijving van wat deze vlakken regelen:
Besluitgebied. Het besluitgebied is het gebied waarvoor de beheersverordening van toepassing is. De regelingen die niet specifiek gekoppeld zijn aan een besluitvlak of een besluitsubvlak, zijn van toepassing op het hele besluitgebied. De regels zijn gericht op het behouden van de bestaande situatie. Het besluitgebied betreft in deze verordening het gebied dat is weergegeven in paragraaf 1.6.
Het verordeningsgebied omvat het gehele grondgebied van de gemeente Westvoorne, uitgezonderd de dorpsgebieden Oostvoorne, Tinte en Rockanje (inclusief de nieuwbouwwijk de Drenkeling, zie figuur 1.1), het zeegebied, de bedrijventerreinen bij Oostvoorne en Rockanje, het woongebied langs de Hoofdweg in Oostvoorne en het caravanterrein Brielse Meer.
Binnen het verordeningsgebied zijn de volgende vastgestelde en nog actuele bestemmingsplannen niet opgenomen:
Figuur 1.1 Ligging verordeningsgebied
In het verordeningsgebied zijn de volgende plannen van kracht:
Voornoemde plannen vervallen (voor zover zij betrekking hebben op het plangebied) bij inwerkingtreding van deze beheersverordening, zoals in de Wro is bepaald. De plannen zijn als bijlage bij deze beheersverordening opgenomen, dan wel via een link naar www.ruimtelijkeplannen.nl, en worden via de regels van toepassing verklaard op het gebied. Inhoudelijk blijven deze plannen dus van toepassing.
1.8 Wijzigingen ten opzichte van het geldende bestemmingsplannen
De bouw- en gebruikswijzigingen die passen binnen de vigerende bestemmingsplannen worden met deze beheersverordening voortgezet. In afwijking van de vigerende bestemmingsplannen zijn voor verschillende locaties vrijstellingen, ontheffingen en omgevingsvergunningen verleend. Deze hebben betrekking op bouw- en gebruikswijzigingen. De verleende vrijstellingen, ontheffingen en omgevingsvergunningen maken deel uit van deze beheersverordening.
Deze toelichting bevat de volgende hoofdstukken. Na deze inleiding (hoofdstuk 1) wordt ingegaan op de volgende onderwerpen:
Hoofdstuk 2 Huidige planologische situatie verordeningsgebied
In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de huidige verschillende planregelingen die onverkort worden overgenomen in deze beheersverordening door middel van een 'besluitvlak'.
2.1 Besluitvlak 'Landelijk Gebied Westvoorne'
Dit besluitvlak is van toepassing voor het grootste gedeelte van het verordeningsgebied, met uitzondering van die gebieden, waar na de vaststelling in 2007, een nieuw bestemmingsplan voor is opgesteld. Binnen het besluitvak wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende bestemmingen:
Deze herziening is van toepassing op het gebied Stuifakker-Zuid. Met de herziening wordt de bestemming van de gronden in het zuidelijke deel van het gebied Stuifakker toegevoegd aan het bestemmingsplan en voorzien van een passende regeling. De herziening wordt ook gebruikt om een verdere verfijning aan te brengen in de bestemming 'Gebieden met archeologische (verwachtings)waarde'. Deze aanpassing heeft betrekking op het hele verordeningsgebied .
Het besluitvlak heeft daarnaast specifiek betrekking op:
Middelweg 11. De bestemming Agrarisch gebied met landschappelijke waarde II is, naar aanleiding van het feitelijk gebruik, gedeeltelijk gewijzigd in de bestemming 'Woondoeleinden' ten behoeve van een vrijstaande woning. Het deel met de bestemming 'Verblijfsrecreatie - recreatiewoning' is eveneens gewijzigd in de bestemming 'Woondoeleinden' ten behoeve van een vrijstaande woning.
Met de herziening is tevens een aantal begripsbepalingen aan de voorschriften van het bestemmingsplan 'Landelijk gebied Westvoorne' toegevoegd dan wel gecorrigeerd en zijn ambtshalve wijzigingen en reparaties van kleine omissies doorgevoerd.
2.3 Besluitvlak 'Landelijk Gebied Westvoorne, 2e herziening'
Dit besluitvlak heeft betrekking op enkele percelen aan de Langeweg en een perceel aan de Middelweg in Rockanje, te weten:
Langeweg 7. Op het perceel is een varkenshouderij gevestigd. De bestemming (voorheen glastuinbouw) is hiermee in lijn gebracht. Ook het perceel aangrenzend en direct ten zuiden van dit bedrijf is, omdat het nog niet was meegenomen in het bestemmingsplan Landelijk Gebied Westvoorne, meegenomen in de herziening en voorzien van een agrarische bestemming.
Dit besluitvlak heeft betrekking op het gehele verordeningsgebied. Het plan ziet toe op een herziening van het bestemmingsplan 'Landelijk Gebied Westvoorne' (inclusief 1e en 2e herziening),' Ruimte voor Ruimte', 'Ruimte voor Ruimte II' alsmede het bestemmingsplan 'Kruiningergors'. De herziening van voornoemde plannen is geregeld met het bestemmingsplan 'Paraplu Woonbestemmingen' en is opgesteld vanwege de gewenste uniformiteit en vereenvoudiging van de bestemming 'Woondoeleinden'. Bestemmingen die andere woningen mogelijk maken in de vorm van een bedrijfs- of dienstwoning zijn niet in deze herziening betrokken. De herziening ziet wel toe op een verruiming van de bouwmogelijkheden voor woningen en erfbebouwing ten opzichte van de huidige regeling. Hiermee heeft het plan betrekking op het hele verordeningsgebied. De herziening ziet ook toe op de dorpsgebieden. In de verordening wordt de herziening meegenomen voor zover deze betrekking heeft op het buitengebied van Westvoorne.
2.5 Besluitvlak 'Landelijk Gebied Westvoorne, 4e herziening'
Dit besluitvlak heeft specifiek betrekking op de voorschriften voor de bouwhoogte van kassen bij glastuinbouwbedrijven buiten het glastuinbouwgebied Tinte met een bestemming 'Agrarisch' en 'Agrarisch met landschappelijke waarde'. De bouwhoogte voor kassen wordt maximaal 5 meter met een afwijkingsmogelijkheid voor een bouwhoogte van 7 meter.
2.6 Parapluherzieningen 'Erfafscheiding, B&B, gastenverblijf en parkeren'
Dit Besluitvlak heeft betrekking op het gros van de bestemmingsplannen in de gemeente Westvoorne en herziet de volgende drie onderwerpen:
2.7 Besluitvlak 'Ruimte voor Ruimte'
Dit besluitvlak heeft betrekking op verspreid liggende percelen op verschillende locaties in het landelijk gebied, waar gebruik wordt gemaakt van de zogenaamde Ruimte-voor-Ruimteregeling. Dit betekent dat agrariërs tegemoet wordt gekomen door toe te staan dat de eigenaar in ruil voor het slopen van de kassen één of meerdere woningen mag bouwen Hiervoor is een afzonderlijk bestemmingsplan vastgesteld.
2.8 Besluitvlak 'Ruimte voor Ruimte II'
Dit besluitvlak heeft betrekking op een aantal locaties in het buitengebied die gebruik willen maken van de Ruimte-voor-Ruimteregeling. Het gaat om de volgende locaties:
Dit besluitvlak heeft specifiek betrekking op de polder Kruiningergors, gelegen aan de noordwestelijke rand van de gemeente Westvoorne. Met het plan wordt ontwikkeling en verbetering van het recreatiegebied mogelijk gemaakt. De aanwezige natuurwaarden van het duin- en oevergebied blijven met het bestemmingsplan behouden.
2.10 Besluitvlakken wijzigingsplannen
Binnen het verordeningsgebied zijn een aantal wijzigingsplannen vastgesteld. Deze plannen maken gebruik van de wijzigingsbevoegdheden die zijn opgenomen in het bestemmingsplan Landelijk Gebied Westvoorne (inclusief herzieningen) dan wel het bestemmingsplan Ruimte voor Ruimte. Voor de wijzigingsplannen wordt de verbeelding van voornoemde (moeder)plannen gewijzigd. De regels van het moederplan (inclusief herzieningen) blijven wel van toepassing. De wijzigingsplannen zijn ieder voorzien van een eigen besluitvlak. Het gaat om de volgende plannen:
Op verschillende niveaus gelden beleidsnota's die betrekking hebben op het verordeningsgebied.
3.2 Rijks- en provinciaal beleid
Op verschillende niveaus gelden beleidsnota's die betrekking hebben op het verordeningsgebied. Op rijks- en provinciaal niveau zijn dit onder andere de 'Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte' en de 'Visie Ruimte en Mobiliteit', die verder zijn uitgewerkt in respectievelijk het 'Besluit algemene regels ruimtelijke ordening' en de 'Visie Ruimte en mobiliteit' (VRM) en de daarbij behorende 'Verordening Ruimte'. Deze beleidsnota's geven geen specifieke uitgangspunten voor het verordeningsgebied, aangezien de bestaande situatie wordt vastgelegd en er geen sprake is van nieuwe, ruimtelijk relevante ontwikkelingen. In algemene zin wordt gestreefd naar een voortzetting en verbetering van het bestaande kwaliteitsniveau. Dit geldt dan ook voor het verordeningsgebied.
3.3 Regionaal en gemeentelijk beleid
Op gemeentelijk niveau zijn de volgende beleidsdocumenten relevant voor de beheersverordening:
Hoofdstuk 4 Sectorale aspecten
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe rekening is gehouden met de in en rond het verordeningsgebied voorkomende relevante omgevingsaspecten. Omdat deze beheersverordening enkel de bestaande planologische situatie voortzet, is de onderzoeksopgave van beperkte omvang. Om die reden is de afweging per aspect beknopt weergegeven.
4.2 Archeologie en cultuurhistorie
Op grond van de Erfgoedwet moet bij de vaststelling van een beheersverordening rekening worden gehouden met de archeologische waarden. Voorliggende beheersverordening neemt de bestaande archeologische waarden, zoals opgenomen in de bestemmingsplannen, onverkort over. Op het moment dat voor het plangebied een nieuw bestemmingsplan / omgevingsplan wordt vastgesteld zal opnieuw rekening worden gehouden met archeologie.
In het verordeningsgebied bevinden zich zowel rijks- als gemeentelijke monumenten. Rijksmonumenten worden beschermd via de Erfgoedwet. Gemeentelijke monumenten via de Erfgoedverordening. De in de bestemmingsplannen opgenomen monumenten worden wederom als zodanig bestemd. Op het moment dat voor het plangebied een nieuw bestemmingsplan / omgevingsplan wordt vastgesteld zal opnieuw rekening worden gehouden met cultuurhistorie. Dit geldt ook voor het deel van het plangebied dat is aangewezen als beschermd stads- en dorpsgezicht. Het voormalige bestemmingsplan bevat een bepaling dat een advies aan een landschapsdeskundige kan worden gevraagd voordat een aanlegvergunning wordt verleend. Deze regeling blijft gehandhaafd.
Met betrekking tot de bodem wordt aangegeven dat in het verordeningsgebied geen nieuwe (grootschalige) ontwikkelingen worden toegestaan waarvoor op voorhand bodemonderzoek noodzakelijk is. Vanuit het omgevingsaspect bodem zijn er dan ook geen belemmeringen voor het verordeningsgebied.
Het verordeningsgebied is getoetst aan de Natuurbeschermingswet 1998 en de Flora- en faunawet en de en de Wet natuurbescherming die vanaf 1 januari 2017 in werking treedt. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in gebiedsbescherming en soortenbescherming.
Ten aanzien van gebiedsbescherming zijn in het kader van de Europese richtlijnen in Nederland speciale beschermingszones aangewezen die een hoge wettelijke bescherming kennen. Hiervoor zijn Natura 2000- en gebieden deel uitmakend van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS, tegenwoordig Natuurnetwerk Nederland (NNN)) aangewezen.
Binnen het verordeningsgebied zijn geen ontwikkelingen beoogd die van invloed zijn op de EHS- en Natura 2000-gebieden.
Op grond van de Flora- en faunawet gelden algemene verboden tot het verwijderen van beschermde plantensoorten van hun groeiplaats, het beschadigen, vernielen, wegnemen of verstoren van voortplantings- of vaste rustplaatsen of verblijfplaatsen van beschermde diersoorten of het opzettelijk verontrusten van een beschermde diersoort. Bij nieuwe ontwikkelingen dient hiermee rekening te worden gehouden.
Voor het verordeningsgebied kan worden gesteld dat het om een bestaande situatie gaat waarin geen nieuwe (grootschalige) ontwikkelingen worden toegestaan. Wat betreft de soortenbescherming, worden daarom geen belemmeringen verwacht.
Het verordeningsgebied valt onder het beheer van het waterschap Hollandse Delta. Zij draagt zorg voor schoon en voldoende water en voor veilige dijken en wegen. Voor de watergangen, waterkeringen, kunstwerken en waterpartijen in het verordeningsgebied geldt dat de bestaande situatie wordt gecontinueerd. De kwaliteit- en kwantiteitsfunctie van het water in het verordeningsgebied is hiermee gewaarborgd.
Ten behoeve van de milieuzonering is door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) het systeem "Bedrijven en milieuzonering" ontwikkeld, in de vorm van een bedrijvenlijst, waarin de bedrijven zijn gecategoriseerd op hun milieueffecten. Afhankelijk van de mate waarin de in deze lijst opgenomen bedrijven milieuhinder (uitgaande van de gemiddelde bedrijfssituatie) kunnen veroorzaken, kent de lijst aan de bedrijven een milieucategorie toe. Naarmate de milieuhinder toeneemt, loopt de milieu-indeling op van 1 t/m 6, met bijbehorende richtafstanden.
Binnen het plangebied zijn diverse bedrijven aanwezig. Deze beheersverordening legt de bestaande situatie vast. De bestaande milieuhygiënische situatie is en blijft daarmee gehandhaafd en een planologische verslechtering is niet mogelijk. Vanuit milieuzonering gelden er dan ook geen belemmeringen voor de vaststelling van de beheersverordening.
De Wet geluidhinder (Wgh) stelt eisen met betrekking tot de geluidbelasting van geluidsgevoelige gebouwen en terreinen door drie verschillende geluidsbronnen: wegverkeer, spoorwegverkeer en industrie.
In de Wgh is bepaald dat elke weg in principe een zone heeft, waar aandacht aan geluidhinder moet worden besteed. Wegen waar deze zone in principe niet geldt, zijn onder andere wegen waarvoor een maximumsnelheid geldt van 30 km/uur. Voor de zoneplichtige wegen (dus met een maximumsnelheid van 50 km/uur of meer) biedt de beheersverordening een regeling dat een geluidsgevoelig gebouw niet dichter naar een zoneplichtige weg kan worden gebouwd.
Aangezien binnen het plangebied geen spoorwegen aanwezig zijn, is geluidbelasting ten gevolge spoorwegverkeer bij de voorliggende beheersverordening niet aan de orde.
Het plangebied bevindt zich binnen de geluidzone van het industrieterrein Europoort-Maasvlakte. Nieuwe geluidsgevoelige functies (zoals woningen) binnen deze zone zijn alleen toegestaan op het moment dat een hogere waarde is verkregen. Met onderhavige beheersverordening wordt de geluidzone van het industrieterrein niet aangepast. Gezien het conserverende karakter van de beheersverordening, vormt deze geluidszone geen belemmering.
Het aantal geluidgevoelige objecten binnen de wettelijke geluidzones rond de binnen het plangebied gelegen wegen en de geluidzone van het industrieterrein mag niet (zonder meer) toenemen. Omdat er sprake is van een beheersverordening en de rechten uit de vigerende bestemmingsplannen zijn overgenomen, is het toevoegen van nieuwe geluidsgevoelige objecten niet aan de orde.
De Wet luchtkwaliteit is onderdeel van de Wet milieubeheer. In de wet zijn normen opgenomen voor de luchtkwaliteit. De luchtkwaliteitseisen vormen onder andere geen belemmering voor ruimtelijke ontwikkeling als er geen sprake is van een feitelijke of dreigende overschrijding van een grenswaarde of als een project, al dan niet per saldo, niet tot een verslechtering van de luchtkwaliteit leidt. In het verordeningsgebied zijn geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk die nader luchtkwaliteitsonderzoek vereisen. Luchtkwaliteit is daarmee geen belemmering voor het verordeningsgebied.
Voor risicovolle bedrijven bevat het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) veiligheidsnormen. Het heeft gevolgen voor de ruimtelijke ordening. Bij het plannen van kwetsbare objecten, zoals woonhuizen in de omgeving van een risicovolle inrichting, moet op basis van het Bevi rekening worden gehouden met de mogelijke invloed van die inrichting. De risicovolle inrichtingen zijn op de risicokaart weergegeven. Daarop zijn ook inrichtingen weergegeven waar gevaarlijke stoffen aanwezig zijn en die onder der werkingssfeer van het Activiteitenbesluit milieubeheer (Activiteitenbesluit) vallen. Binnen het plangebied zijn zowel inrichtingen aanwezig die vallen onder de werkingssfeer van het Bevi als inrichtingen die vallen onder de werkingssfeer van het Activiteitenbesluit.
Wat betreft het vervoer van gevaarlijke stoffen wordt het toetsingskader gevormd door de Wet basisnet. Op basis van het Besluit externe veiligheid transportroutes moet rekening worden gehouden met het zogenaamde basisnet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Uitgangspunt van het basisnet is dat door het vastleggen van veiligheidszones de gebruiksruimte voor het vervoer van gevaarlijke stoffen en ruimtelijke ontwikkelingen op elkaar kunnen worden afgestemd. Binnen het plangebied vindt over de G. J. van den Boogerdweg (N15 / N218) transport van gevaarlijke stoffen plaats. Deze transportroute valt onder de werkingssfeer van het basisnet, zie figuur 4.1.
Binnen het plangebied zijn een aantal buisleidingen aanwezig, zie figuur 4.1. Het toetsingskader voor hogedruk aardgastransportleidingen is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) en de bijbehorende Regeling externe veiligheid buisleidingen (Revb).
Figuur 4.1 uitsnede risicokaart en daarop aangegeven het plangebied (geel)
Deze beheersverordening legt de bestaande situatie vast. Voor externe veiligheid zijn er geen belemmeringen voor de vaststelling van de beheersverordening. Volledigheidshalve bevat de beheersverordening een regeling dat alleen de bestaande risicovolle inrichtingen zijn toegestaan.
Naast de in paragraaf 4.9 beschreven leidingen zijn geen kabels en leidingen aanwezig binnen het verordeningsgebied die naar aard en omvang een ruimtelijk en/of functioneel belang hebben. Voorliggende beheersverordening neemt de aanwezige leidingen, zoals opgenomen in de bestemmingsplannen, onverkort over. Hiermee levert dit geen belemmering op.
Hoofdstuk 5 Juridische toelichting
In dit hoofdstuk wordt de keuze voor het instrument beheersverordening uiteengezet en een uitleg gegeven bij de planologische regeling.
De beheersverordening is gebaseerd op de volgende uitgangspunten:
Zowel het behoud van de bestaande situatie als het behoud van de planologische ruimte vormen de onderlegger voor de beheersverordening. Daartoe is de regeling uit het geldende bestemmingsplan in deze verordening overgenomen.
In de regeling is expliciet bepaald dat wanneer de bestaande legale situatie afwijkt van hetgeen op het kaartbeeld en/of in de voorschriften is bepaald, de bestaande legale situatie alsnog is toegestaan.
Met de inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is een aantal termen die gebruikt werden in de voorheen geldende bestemmingsplannen niet meer actueel. In plaats van een aanlegvergunning, wordt nu gesproken over een 'omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden' en in plaats van een vrijstelling, is er nu sprake van een 'afwijking'. De inhoud en de bedoeling van de regels wijzigen echter niet, er is sprake van een nieuwe naam van de vergunningen. In deze verordening is aangegeven hoe deze vergunningen nu moeten worden gelezen.
Voor de geldende bestemmingsplannen geldt dat de regeling en bijbehorende kaart is opgenomen als bijlage bij deze beheersverordening of een verwijzing naar www.ruimtelijkeplannen.nl is opgenomen. In artikel 2 lid a zijn de verwijzing naar deze plannen opgenomen en zijn de geldende plannen van toepassing verklaard. Er is met een besluitsubvlak aangegeven welk plan waar geldt.
Besluitvlak Landelijk Gebied Westvoorne
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlagen 'Voorschriften Landelijk Gebied Westvoorne' en 'Kaarten Landelijk Gebied Westvoorne' bij de regels.
Besluitvlak Landelijk Gebied Westvoorne, 1e herziening
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlagen 'Voorschriften Landelijk Gebied Westvoorne, 1e herziening' en 'Kaarten Landelijk Gebied Westvoorne, 1e herziening' bij de regels.
Besluitvlak Landelijk Gebied Westvoorne, 2e herziening
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlage 'Voorschriften Landelijk Gebied, 2e herziening' bij de regels.
Besluitvlak Paraplu Woonbestemmingen
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing - voor zover deze betrekking heeft op het plangebied - en opgenomen in de bijlage 'Voorschriften paraplu woonbestemmingen' bij de regels.
Besluitvlak Landelijk Gebied Westvoorne, 4e herziening
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlage 'Voorschriften Landelijk Gebied Westvoorne, 4e herziening' bij de regels.
Besluitvlak Ruimte voor Ruimte
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlagen 'Voorschriften Ruimte voor Ruimte' en 'Kaart Ruimte voor Ruimte' bij de regels.
Besluitvlak Ruimte voor Ruimte II
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlage 'Voorschriften Ruimte voor Ruimte II' en 'Kaart Ruimte voor Ruimte II' bij de regels.
Het bestemmingsplan is integraal als PDF opgenomen (het plan is niet digitaal raadpleegbaar). De regeling uit dit plan is onverkort van toepassing en opgenomen in de bijlagen 'Voorschriften Kruiningergors' en 'Kaart Kruiningergors' bij de regels.
Besluitvlakken wijzigingsplannen
De diverse wijzigingsplannen zijn integraal opgenomen. Voor de wijzigingsplannen wordt de verbeelding van voornoemde (moeder)plannen gewijzigd. De regels van het moederplan (inclusief herzieningen) blijven wel van toepassing. In afwijking van het besluitvlak 'Landelijk Gebied Westvoorne' en 'Ruimte voor Ruimte' wordt waar mogelijk een verwijzing naar de digitale verbeelding zoals weergegeven op www.ruimtelijkeplannen.nl opgenomen. Waar dit niet mogelijk is zijn de verbeeldingen als bijlage bij de regels opgenomen. Op deze wijze kunnen de kaarten eenvoudig worden geraadpleegd.
Conform artikel 3.38, lid 3 en 4, van de Wro kunnen wijzigingsbevoegdheden en nadere eisen uit geldende plannen binnen een beheersverordening niet worden overgenomen. Voor wijzigingsbevoegdheden geldt dat deze ontwikkelingen mogelijk maken die afwijken van ofwel de bestaande ruimtelijke structuur ofwel de bestaande functionele structuur. Om die reden stroken deze regelingen niet met het doel van een beheersverordening als instrument. Het opnemen van deze instrumenten kan op grond van artikel 3.6 Wro alleen in een bestemmingsplan en is dus niet mogelijk in een beheersverordening.
Verder zijn de in de bijlagen opgenomen regelingen met betrekking tot het overgangsrecht, de strafbepaling en de slotbepaling niet meer van toepassing binnen het regiem van de beheersverordening.
Al deze bepalingen zijn dan ook buiten toepassing van de beheersregeling gelaten (artikel 2 sub b).
Situaties die niet voldoen aan de ter plaatse geldende regeling, maar wel legaal tot stand gekomen zijn, blijven eveneens toegestaan. Dit is bepaald in artikel 2 sub e. Het kan daarbij gaan om zowel bouw- als gebruiksmogelijkheden overeenkomstig een eerder doorlopen ruimtelijke procedure. Denk hier bijvoorbeeld aan verleende vergunningen op basis van artikel 19 van de oude Wet op de Ruimtelijke Ordening en meer recentere Wabo-procedures. Deze verleende vergunningen vallen onder het begrip 'bestaand'.
Deze beheersverordening regelt in principe dat de in het laatste bestemmingsplan geldende regelingen van kracht blijven. Bij aanvragen voor omgevingsvergunning betekent dit concreet dat de bijlage(n) bij de verordening, dan wel het plan zoals beschikbaar is via www.ruimtelijkeplannen.nl, het toetsingskader is. In deze bijlagen zijn de regeling van het eerdere bestemmingsplannen integraal overgenomen, voor zover zij van toepassing zijn binnen het verordeningsgebied.
Door deze systematiek blijft het toetsingskader voor aanvragen voor omgevingsvergunning in principe gelijk aan die vóór de inwerkingtreding van deze verordening. Wel moet erop worden gelet dat nadere eisen en wijzigingsbevoegdheden die in de bijlage voorkomen, niet kunnen worden toegepast. Dit zijn bevoegdheden die ontwikkelingen mogelijk maken, die niet onder het regime van een beheersverordening mogen vallen en bovendien op grond van de Wro niet hierin kunnen worden opgenomen. Hetzelfde geldt voor het overgangsrecht en de strafbepaling die niet relevant meer zijn, nu er een beheersverordening geldt. In artikel 2 lid b van deze verordening zijn deze bevoegdheden buiten toepassing verklaard.
Doordat het laatste bestemmingsplan wordt vervangen door de beheersverordening met dezelfde regeling c.q bestemmingen, verandert er voor de aanvrager c.q. burger in principe niets. Een aanvraag voor omgevingsvergunning wordt getoetst aan de bijlagen in de beheersverordening, dit is het hiervoor geldende bestemmingsplan. De bijlagen (voorschriften en plankaart) die als toetsingskader worden gebruikt zijn in pdf-formaat dan wel digitaal beschikbaar.
Hoofdstuk 6 Procedure beheersverordening
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) kent geen voorbereidingsprocedure voor de beheersverordening. De beheersverordening legt de bestaande bouw- en gebruiksmogelijkheden vast en is daarmee een technische verwerking van een noodzakelijke tussenstap om een actueel planologisch kader te kunnen gebruiken. De voorliggende beheersverordening biedt dan ook geen nieuwe regels of mogelijkheden en wordt daarom niet ter inzage gelegd als ontwerp beheersverordening.
De beheersverordening wordt door de gemeenteraad vastgesteld. Tegen het vaststellingsbesluit van een beheersverordening kan geen bezwaar of beroep worden aangetekend.
De verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na de bekendmaking van het vaststellingsbesluit, tenzij in het besluit daarvoor een ander tijdstip is aangewezen. In onderhavig geval is dat het geval en treedt de beheersverordening de dag na bekendmaking in werking.
In deze regels wordt verstaan onder:
de beheersverordening 'Landelijk Gebied Westvoorne' van de gemeente Westvoorne;
het gebied waarop deze verordening van toepassing is, vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0614.BHLandelijkGebied-0100 met bijbehorende bestanden;
een beperkt kwetsbaar object als bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
bestaand gebruik: het gebruik van de gronden en bouwwerken dat aanwezig is op het tijdstip van de vaststelling van de verordening of zoals dat kan worden gebruikt krachtens een verleende omgevingsvergunning voor het gebruik, daaronder valt niet het gebruik dat reeds in strijd was met het daarvoor geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan;
bestaande bouwwerken: bouwwerken die op het tijdstip van de vaststelling van de verordening aanwezig zijn of nog kunnen worden gebouwd krachtens een verleende omgevingsvergunning voor het bouwen, daaronder valt niet de bebouwing die reeds in strijd was met het daarvoor geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan;
gebouwen welke dienen ter bewoning of andere geluidsgevoelige objecten of terreinen, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
een bij een bestemmingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, die hoger is dan de voorkeurgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden;
inrichtingen, waarbij volgens het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde of richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;
de bij een bestemmingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
Hoofdstuk 2 Bouw- en gebruiksregels
Artikel 2 Algemene bouw- en gebruiksregels
In het verordeningsgebied gelden de volgende regels:
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-51873.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.