Tweede wijziging van de Algemeen Plaatselijke Verordening Eijsden-Margraten 2015

De raad van de Gemeente Eijsden-Margraten;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 november 2016

Gelet op de artikelen 149 en 151c, eerste lid, van de Gemeentewet

Gezien het advies van de commissie Algemene Zaken Middelen en Milieu

Besluit vast te stellen de tweede wijziging van de Algemeen Plaatselijke Verordening Eijsden-Margraten 2015

Artikel I

De Algemene Plaatselijke Verordening Eijsden-Margraten 2015 wordt gewijzigd als volgt:

 

A

Artikel 1:3 komt te vervallen.

 

B

Artikel 1:8 komt te luiden:

Artikel 1:8 Weigeringsgronden

  • 1.

    Een vergunning of ontheffing kan in ieder geval worden geweigerd in het belang van:

    • a.

      de openbare orde;

    • b.

      de openbare veiligheid;

    • c.

      de volksgezondheid;

    • d.

      de bescherming van het milieu.

  • 2.

    Een vergunning of ontheffing kan ook worden geweigerd als de aanvraag daarvoor minder dan 3 weken voor de beoogde datum van de beoogde activiteit is ingediend en daardoor een behoorlijke behandeling van de aanvraag niet mogelijk is.

  • 3.

    Voor bepaalde, door het bestuursorgaan aan te wijzen, vergunningen of ontheffingen kan de in het tweede lid genoemde termijn worden verlengd tot ten hoogste acht weken.

  • 4.

    In afwijking van het bepaalde in lid 2 en lid 3 kan het bestuursorgaan besluiten de aanvraag voor een vergunning als bedoeld in artikel 2:25 APV (Evenement) te weigeren indien deze minder dan 26 weken voor het tijdstip waarop de aanvrager de vergunning nodig heeft wordt ingediend en daardoor een behoorlijke behandeling van de aanvraag niet mogelijk is.

     

C

Artikel 2:39, tweede lid, onder b, komt te luiden:

  • b.

    speelgelegenheden waarvoor de raad van bestuur van de kansspelautoriteit bevoegd is vergunning te verlenen; en

 

D

Artikel 2:77, eerste lid, komt te luiden:

  • 1.

    De burgemeester is bevoegd overeenkomstig artikel 151c van de Gemeentewet te besluiten tot plaatsing van camera’s voor een bepaalde duur ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats.

 

E

Artikel 2:74b, eerste lid, komt te luiden:

  • a.

    De burgemeester is bevoegd overeenkomstig artikel 151c van de Gemeentewet te besluiten tot plaatsing van camera’s voor een bepaalde duur ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats.

     

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van bekendmaking

 

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 13 december 2016

De griffier,

Mr. Marc Verbeet

De voorzitter,

Dieudonné Akkermans

Naar boven