Beleidsregels subsidie voor particuliere woningverbetering gemeente De Marne 2017-2021

 

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a)

    De-minimis-regeling: het maximum subsidiebedrag als bedoeld in de EU-verordening van 18 december 2013, nr. 1407/2013;

  • b)

    Subsidie: de aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten.

  • c)

    Subsidieplafond: maximum van de totaal aan particuliere woningverbetering in De Marne uit te geven middelen, gebaseerd op het door het college vastgestelde budget voor deze subsidieregeling;

  • d)

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Marne;

Artikel 2: Doelstelling

De doelstelling van deze regeling is het stimuleren van de gewenste transitie op de woningmarkt in de gemeente De Marne als beschreven in het projectplan Particuliere woningverbetering.

Artikel 3: Toepassingsgebied

Deze verordening is van toepassing op het grondgebied van de gemeente De Marne.

Artikel 4: Toepassingsbereik subsidies

Het college kan, met in achtneming van artikel 5 en bijlage 1 van het projectplan particuliere woningverbetering, aan de eigenaar of eigenaren van een pand:

  • a)

    Subsidie verlenen ter tegemoetkoming in de kosten van maatregelen ten behoeve van het (duurzaam) leeftijd bestendig maken van de woning;

  • b)

    Subsidie verlenen ter tegemoetkoming in de kosten van maatregelen ten behoeve van het energiezuinig maken van de woning.

Artikel 5: Aanwijzing en reikwijdte

  • 1.

    De verlening van de in artikel 4 bedoelde subsidies vindt slechts plaats indien het pand door het college daartoe is aangewezen.

  • 2.

    Deze regeling is mede van toepassing op bedrijfsruimten, voor zover ze zijn gelegen in aangewezen woonhuizen, en de verbouwing noodzakelijk is voor de verbetering van de woningen.

  • 3.

    Deze regeling is van toepassing op eigenaar-bewoners en particuliere verhuurders mits de verlening niet leidt tot overschrijding van de Europese de-minimis norm.

  • 4.

    Deze regeling is niet van toepassing op woningbouwcorporaties.

Artikel 6: Subsidieplafond

  • 1.

    Het totale plafond voor subsidie voor particuliere woningverbetering is door het college vastgesteld op € 792.500,-.

  • 2.

    De maximale looptijd van deze regeling gaat tot 2021.

  • 3.

    De verdeling van de subsidie geschiedt, met in achtneming van het betreffende subsidieplafond, op basis van de volgorde van ontvangst van subsidieaanvragen.

  • 4.

    Indien gewenst kan het college voor de afzonderlijke regelingen als bedoeld in artikel 4 onder a en b aparte subsidieplafonds vaststellen.

Artikel 7: Hoogte subsidies

  • 1.

    De hoogte van de subsidie voor woningverbetering als bedoeld in artikel 4 onder a bedraagt 50% van de totale verbouwkosten voor de werkzaamheden als bedoeld in artikel 4 onder a, met een maximum van € 10.000,-.

  • 2.

    De hoogte van de subsidie voor woningverbetering als bedoeld in artikel 4 onder b, bedraagt 40% van de totale verbouwkosten voor de werkzaamheden als bedoeld in artikel 4 onder b, met een maximum van € 5.000,-.

Artikel 8: Aanvraag subsidieverlening

Het verlenen van vindt slechts plaats indien de eigenaar hiertoe een aanvraag heeft ingediend.

Artikel 9: Inhoudelijke voorwaarden voor subsidieverlening

  • 1.

    Een subsidie als bedoeld in artikel 4 onder a, wordt slechts verleend onder de voorwaarde dat:

    • a)

      Het verbouwplan goedgekeurd is door het college;

    • b)

      De WOZ-waarde van de woning voor verbouw lager is dan € 150.000,-. Deze waarde kan door het college worden aangepast indien gewenst;

    • c)

      De woning is gebouwd voor 1 januari 1979.

    • d)

      Er waar mogelijk gebruik wordt gemaakt van lokale aannemers en bouwbedrijven.

  • 1.

    Een subsidie als bedoeld in artikel 4 onder b, wordt slechts verleend onder de voorwaarde dat:

    • a)

      Het verbouwplan goedgekeurd is door het college;

    • b)

      De WOZ-waarde van de woning voor verbouw lager is dan € 150.000,-. Deze waarde kan door het college worden aangepast indien gewenst;

    • c)

      De woning is gebouwd voor 1 januari 1979;

    • a)

      Er waar mogelijk gebruik wordt gemaakt van lokale aannemers en bouwbedrijven;

    • a)

      Er gebruik wordt gemaakt van de subsidieregeling als bedoeld in artikel 4 onder a.

Artikel 10: Subsidieverleningsbeschikking

In de subsidieverleningsbeschikking wordt in ieder geval vermeld:

  • a)

    De naam van de aanvrager en het adres van het pand;

  • b)

    Het verbouwplan;

  • c)

    De geraamde kosten van de subsidiabele investeringen als bedoeld in artikel 4;

  • d)

    De subsidiebijdragen op deze investeringen.

Artikel 11: Procedurele voorwaarden voor subsidieverordening

  • a)

    Er wordt geen subsidie verstrekt voor kosten die zijn gemaakt voorafgaand aan de ontvangstdatum van de aanvraag;

  • b)

    Het college beslist binnen een termijn van zes weken na ontvangst van een volledige aanvraag op het verzoek tot verlening van de subsidie;

  • c)

    De aanvang van de werkzaamheden in het kader van het verbouwplan wordt uiterlijk drie weken van tevoren schriftelijk gemeld bij het college;

  • d)

    Met de uitvoering van de werkzaamheden wordt een aanvang gemaakt binnen 22 weken na de dag waarop de verleningsbeschikking is verzonden;

  • e)

    Binnen dertien weken na de dag waarop het totale werk is opgeleverd, wordt de voltooiing van de werkzaamheden gemeld. Hierbij wordt melding gemaakt van de werkzaamheden die niet of niet geheel conform het verbeterplan zijn verricht;

  • f)

    De melding van de voltooiing van de werkzaamheden vindt plaats binnen 18 maanden nadat met de uitvoering van de werkzaamheden een aanvang is gemaakt;

  • g)

    De aanvraag tot vaststelling bevat een inhoudelijk verslag waaruit blijkt dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht;

  • h)

    Aan de door het college aangewezen toezichthouders wordt op door hen te bepalen tijdstippen:

  • I.

    Toegang verleend tot de woning;

  • II.

    Inzage verleend in alle bescheiden en tekeningen die nodig zijn voor het vooraf en achteraf kunnen controleren van de werkzaamheden.

Artikel 12: Algemene weigeringsgronden

  • 1.

    Op subsidies is titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht met betrekking tot subsidies onverkort van toepassing.

  • 2.

    Een aanvraag tot subsidie kan in ieder geval worden geweigerd indien de aanvraag niet in het belang dan wel in strijd is met de doelstelling van deze regeling als geformuleerd in artikel 2.

Artikel 13: Betalen van de subsidie

Een verzoek om betaling van de subsidies als bedoeld onder artikel 4 dient schriftelijk te worden ingediend bij het college op een daartoe beschikbaar te stellen declaratieformulier. De subsidie kan worden gedeclareerd vanaf tien weken voor aanvang van de (bouw)werkzaamheden tot tien weken na aanvang van de (bouw)werkzaamheden. Het college toets binnen zes weken het declaratieformulier aan de verleningsbeschikking. De betaling vindt plaats binnen vier weken nadat het college een positief advies heeft uitgebracht.

Artikel 14: Intrekken van de subsidie

  • 1.

    Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht met betrekking tot subsidies is onverkort van toepassing.

  • 2.

    Het college kan een subsidie geheel of gedeeltelijk intrekken indien de originele rekeningen en betalingsbewijzen inzake de verrichte werkzaamheden niet door het college gecontroleerd en akkoord bevonden zijn.

  • 3.

    Bij de intrekking kan het college de subsidie direct opeisbaar maken, hetgeen kan resulteren in geheel of gedeeltelijk terugvorderen van de hoofdsom van de subsidie vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment dat de subsidie is verstrekt.

Artikel 15: Hardheidsclausule

  • 1.

    Het college kan in bijzondere gevallen, ten gunste van de belanghebbende, afwijken van de bepalingen in deze beleidsregels, indien toepassing van de beleidsregels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt;

  • 2.

    In alle gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien beslist het college.

Artikel 16: Inwerkingtreding

Deze subsidieregeling treed in werking met ingang van 21 december 2017

Artikel 17: Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels subsidie particuliere woningverbetering gemeente De Marne 2017-2021

Naar boven