Gemeenteblad van Maassluis
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Maassluis | Gemeenteblad 2017, 225140 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Maassluis | Gemeenteblad 2017, 225140 | Verordeningen |
Verordening op de heffing en invordering van binnenhavengelden 2018 gemeente Maassluis
De Raad van de gemeente Maassluis;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 5 december 2017 tot het vaststellen van de tarieven belastingen en heffingen 2018, zaaknummer Z-15-16124, registratienummer ADV-17-04419
gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet, en 229a van de Gemeentewet;
Verordening op de heffing en invordering van binnenhavengelden 2018.
Artikel 1 – Begripsomschrijvingen.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
Artikel 2 – Aard van de heffing; belastbaar feit.
Onder de naam binnenhavengeld worden rechten geheven ter zake van het gebruik met een vaartuig overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde gemeentewateren of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn alsmede ter zake van het genot van diensten door het gemeentebestuur met betrekking tot een vaartuig verstrekt.
Voor de betaling van het binnenhavengeld is hoofdelijk aansprakelijk de kapitein, de schipper, de reder, de eigenaar van het schip, degene aan wie het schip in gebruik is gegeven, alsmede degene die de voorbereidende handelingen jegens de havenbeheerder heeft verricht ter voorbereiding van het verblijf van het schip. Betaling door een van deze partijen bevrijdt de andere partijen.
Artikel 5 Vaststelling belastbaar feit.
Indien met een vaartuig binnen de termijn waarvoor belastingplichtige reeds binnenhavengeld heeft betaald, meer dan één maal gebruik wordt gemaakt van de faciliteiten en dienstverlening in het binnenhavengebied, geldt als tijdstip waarop het gebruik een aanvang neemt, de eerste maal dat gebruik wordt gemaakt van voornoemde faciliteiten en dienstverlening in het binnenhavengebied.
Het binnenhavengeld wordt berekend aan de hand van de tarieven, vermeld in bijlage 1 “haventarieven”, onder punt 2: “tarieven voor binnenhavengeld” van de “Algemene voorwaarden inclusief haventarieven 2018” zoals vastgesteld en bekendgemaakt door het Havenbedrijf Rotterdam NV. De hiervoor bedoelde tarieven worden verhoogd met de verschuldigde BTW (hoog tarief).
Artikel 9 - Restitutie en overschrijving.
Van het binnenhavengeld dat wordt geheven naar een termijn van een jaar, wordt, indien het gebruik van de haven is beëindigd voor het verstrijken van die termijn, op schriftelijk verzoek van de belastingplichtige restitutie verleend voor zoveel twaalfden van het geheven bedrag als er in dat jaar na de beëindiging van het gebruik van de haven nog volle maanden overblijven.
Binnenhavengeld wordt niet in rekening gebracht voor het bezoek aan het Binnenhavengebied door:
een binnenschip voor de periode van ten hoogste twee maanden, indien het bezoek slechts plaatsvindt voor het dokken of het doen verrichten van herstellingen bij een scheepsreparatie-inrichting en mits zowel het tijdstip van aanvang als dat van het einde van het dokken of herstellen vooraf schriftelijk aan de havenmeester is medegedeeld;
een binnenschip voor een periode van ten hoogste twee maanden, indien het bezoek slechts plaatsvindt ten behoeve van het voor de eerste maal vaarklaar maken en/of het houden van een eerste proeftocht na nieuwbouw, het wisselen van bemanning, het stellen van kompassen dan wel ten behoeve van het ontschepen van zieken of doden, mits:
Artikel 12 - Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van binnenhavengeld.
Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel
De ‘Verordening op de heffing en de invordering van binnenhavengelden 2017’ d.d. 20 december 2016, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zijn toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-225140.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.