Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
|
|
|
|
|
|
|
2.1.1
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
|
|
2.1.1.1
|
aanlegkosten:de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatie werken (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatie werken (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
De aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
|
|
2.1.1.2
|
bouwkosten:
|
|
|
|
De aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
|
|
|
A. Uitgangspunten “standaard” bouwwerken:
|
|
|
Bij de in onderstaande tabel genoemde bouwwerken wordt het aantal kubieke meters of het aantal vierkante meters berekend volgens NEN 2580 (bruto-oppervlakte- en inhoudsberekening bouwwerken)
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Civieltechnisch
|
|
|
|
Parkeergarage (gebouw) bovengronds
|
|
|
|
Parkeergarage ondergronds
|
|
|
|
Agrarische voorzieningen
|
|
|
|
Veldschuren, werktuigberging
|
|
|
|
Rundvee-/Kalverenstal
|
|
|
|
Kippenstal
|
|
|
|
Varkensstal
|
|
|
|
Paardenstal
|
|
|
|
Mestkelders
|
|
|
|
Industrie
|
|
|
|
Productie- / opslaghal, magazijn < 10.000 m3
|
|
|
|
Productie- / opslaghal, magazijn > 10.000 m3
|
|
|
|
Productie- / opslaghal, magazijn > 20.000 m3
|
|
|
|
Bedrijfsunit met kantoor
|
|
|
|
Kantoren
|
|
|
|
Kantoren
|
|
|
|
Handel
|
|
|
|
Commerciële centra
|
|
|
|
Meubelhal/dhz
|
|
|
|
Showroom
|
|
|
|
Winkels < 2500 m3
|
|
|
|
Winkels < 5000 m3
|
|
|
|
Winkels < 7500 m3
|
|
|
|
Medisch/ sociaal
|
|
|
|
Gezondheidscentra / huisartsenpraktijk/ apotheek
|
|
|
|
Horeca
|
|
|
|
Hotels
|
|
|
|
(Eet)café / snackbar / koffiebar
|
|
|
|
Restaurant
|
|
|
|
Vergaderzaal
|
|
|
|
Sport
|
|
|
|
Sporthallen / gymzalen
|
|
|
|
Kleedgebouwen
|
|
|
|
Kantine, clublokaal
|
|
|
|
Onderwijs
|
|
|
|
Scholen/ kinderdagverblijven
|
|
|
|
Woningen/ woongebouwen
|
|
|
|
Seriematig / projectbouw / sociale woningbouw
|
|
|
|
Appartementen
|
|
|
|
Recreatiewoningen
|
|
|
|
Vrijstaande en /of geschakelde woningen
|
|
|
|
Woonwagen
|
|
|
|
Overige
|
|
|
|
Aanbouw woning t/m 50 m3
|
|
|
|
Aanbouw woning > 50 m3
|
|
|
|
Garage / berging, vrijstaand / aangebouwd
|
|
|
|
Dakkapel ( per woning,per m1)
|
|
|
|
Dakopbouw
|
|
|
|
Carport/overkapping (per m2)
|
|
|
|
Kelder
|
|
|
|
Schuttingen/hekwerken (per m1 )
|
|
|
|
|
|
|
|
B. Uitgangspunt bouwkosten “niet-standaard” bouwwerken:
|
|
|
|
Voor bouwwerken die niet in bovenstaande tabel Bouwkosten zijn genoemd worden de bouwkosten (exclusief BTW) als uitgangspunt genomen. Onder bouwkosten wordt in deze gevallen verstaan de aan een derde te betalen aanneemsom als bedoeld in paragraaf 1, lid 1 van de “Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), van het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2.1.1.3
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
|
|
2.1.1.4
|
Conceptvraag: voordat een aanvraag wordt ingediend van een omgevingsvergunning kan aan de hand van een conceptaanvraag worden gevraagd naar het onderdeel van het bevoegd gezag omtrent de kans op het verlenen van een vergunning, op basis van conceptaanvraag, uitgewerkt plan
|
|
|
|
|
|
|
2.1.1.5
|
In behandeling nemen: hiermee wordt bedoeld het moment van indienen, dat wil zeggen als voor de aanvrager een ontvangstbevestiging is gemaakt waarin vermeld staat dat een aanvraag is ontvangen.
|
|
|
|
|
2.1.1.6
|
Perceel: Het gebied waarop de (partiële) herziening / wijziging van het bestemmingsplan betrekking heeft
|
2.1.2
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
2.1.3
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op de activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis al in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
|
|
Hoofdstuk 2 Beoordeling conceptaanvraag
|
|
2.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een conceptaanvraag:
|
|
2.2.1
|
om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a of c, en tweede lid onder g, van de Wabo ( indien een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een op basis van een concept aanvraag uitgewerkt plan in behandeling wordt genomen, worden de daarvoor geheven leges, indien de aanvrager, bouwplan en locatie hetzelfde zijn en de aanvraag binnen een jaar na de beoordeling van het vooroverleg wordt gedaan, met deze leges verrekend):
|
€ 176,40
|
2.2.2.
|
voor het op ambtelijk niveau beoordelen of een formeel aan de Raad gericht verzoek om een herziening van het bestemmingsplan kansrijk is
|
€ 176,40
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
|
|
2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo betrekking heeft op bouwwerken welke 2.1.1.2.A worden benoemd, bedraagt het tarief per m3 (tenzij anders vermeld)
|
|
|
|
|
|
Civieltechnisch
|
|
|
Parkeergarage (gebouw) bovengronds
|
€ 2,70
|
|
Parkeergarage ondergronds
|
€ 4,20
|
|
|
|
|
Agrarische voorzieningen
|
|
|
Veldschuren, werktuigberging
|
€ 0,60
|
|
Rundvee-/Kalverenstal
|
€ 0,90
|
|
Kippenstal
|
€ 1,50
|
|
Varkensstal
|
€ 1,40
|
|
Paardenstal
|
€ 1,80
|
|
Mestkelder
|
€ 1,30
|
|
|
|
|
Industrie
|
|
|
Productie- / opslaghal, magazijn < 10.000 m3
|
€ 1,10
|
|
Productie- / opslaghal, magazijn: > 10.000 m3 en < 20.000 m3
|
|
|
voor de eerste 10.000 m3
|
€ 11.000,00
|
|
daarna per m3
|
€ 0,85
|
|
Productie- / opslaghal, magazijn > 20.000 m3
|
|
|
voor de eerste 20.000 m3
|
€ 19.500,00
|
|
daarna per m3
|
€ 0,65
|
|
Bedrijfsunit met kantoor
|
€ 2,25
|
|
|
|
|
Kantoren
|
|
|
Kantoren
|
€ 7,10
|
|
|
|
|
Handel
|
|
|
Commerciële centra
|
€ 6,50
|
|
|
|
|
Meubelhal/dhz
|
€ 3,70
|
|
|
|
|
Showroom
|
€ 4,25
|
|
|
|
|
Winkels < 2.500 m3
|
€ 6,70
|
|
Winkels > 2.500 m3 en < 5.000 m3 voor de eerste 2.500 m3,
|
€ 16.750,00
|
|
daarna per m3
|
€ 6,40
|
|
Winkels > 5.000 m3 voor de eerste 5.000 m3,
|
€ 32.750,00
|
|
daarna per m3
|
€ 5,90
|
|
|
|
|
Medisch/ sociaal
|
|
|
Gezondheidscentra / huisartsenpraktijk/ apotheek
|
€ 9,00
|
|
|
|
|
Horeca
|
|
|
Hotels
|
€ 9,30
|
|
(Eet)café / snackbar / koffiebar
|
€ 7,00
|
|
Restaurant
|
€ 6,70
|
|
Vergaderzaal
|
€ 5,25
|
|
|
|
|
Sport
|
|
|
Sporthallen / gymzalen
|
€ 5,75
|
|
Kleedgebouw
|
€ 6,40
|
|
Kantine
|
€ 5,00
|
|
|
|
|
Onderwijs
|
|
|
Scholen/ kinderdagverblijven
|
€ 6,10
|
|
|
|
|
Woningen/ woongebouwen
|
|
|
Seriematig / projectbouw / sociale woningbouw
|
€ 5,75
|
|
Appartementen
|
€ 7,30
|
|
Recreatiewoningen
|
€ 8,00
|
|
Vrijstaande en /of geschakelde woningen
|
€ 6,70
|
|
Woonwagen
|
€ 4,90
|
|
|
|
|
Overige
|
|
|
Aanbouw woning < 50 m3
|
€ 9,70
|
|
Aanbouw woning > 50 m3
|
€ 8,30
|
|
|
|
|
Garage / berging, vrijstaand / aangebouwd
|
€ 3,90
|
|
Dakkapel (per woning, per m1)
|
€ 30,60
|
|
Dakopbouw
|
€ 7,35
|
|
Carport/overkapping (per m2)
|
€ 4,60
|
|
Kelder
|
€ 6,00
|
|
Schuttingen / hekwerken (per m1 )
|
€ 2,55
|
|
|
|
|
met een minimum van
|
€ 236,50
|
|
en een maximum van
|
€ 795.000
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op bouwwerken welke niet bij 2.1.1.2.A worden benoemd dan bedragen de leges
|
2,80%
|
|
van de bouwkosten als bedoeld in art. 2.1.1.2, onder B met een minimum van
|
€ 236,50
|
|
en een maximum van
|
€ 795.000
|
|
|
|
|
Verplicht advies agrarische commissie
|
|
2.3.1.2
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 357,20
|
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
2.3.1.3
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit
|
10%
|
|
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges met een minimum van
|
€ 117,95
|
|
en een maximum van
|
€ 1.042,15
|
|
Aanlegactiviteiten
|
|
2.3.2
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, en de kosten niet meer zijn dan €25.000, bedraagt het tarief:
|
€ 237,95
|
|
en indien de aanlegkosten meer zijn dan € 25.000 bedraagt het tarief
|
€ 423,10
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
2.3.3
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:
|
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
10%
|
|
van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag voor het betreffende bouwdeel met een minimum van
|
€ 207,30
|
|
en een maximum van
|
€ 2.918,00
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
10%
|
|
van het op grond van subonderdeel 2.3.1 verschuldigde bedrag voor het betreffende bouwdeel met een minimum van
|
€ 207,30
|
|
en een maximum van
|
€ 2.918,00
|
2.3.3.2.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking) en tevens sprake is van het realiseren van onzelfstandige woonruimte, per te verhuren kamer:
|
€ 400,00
|
2.3.3.2.1.1
|
indien de aanvraag als bedoeld onder 2.3.3.2.1 wordt geweigerd, buiten behandeling wordt gelaten of ingetrokken
|
€ 300,00
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 9.649,45
|
2.3.3.3.1
|
indien een ruimtelijke onderbouwing wordt aangeleverd die voldoet aan de kwaliteitscriteria van de gemeente
|
€ 7.237,10
|
2.3.3.4
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
10%
|
|
van het op grond van subonderdeel 2.3.1 verschuldigde bedrag met een minimum van
|
€ 207,30
|
|
en een maximum van
|
€ 2.883,40
|
2.3.3.5
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
25%
|
|
van het op grond van subonderdeel 2.3.1 verschuldigde bedrag met een minimum van
|
€ 207,30
|
2.3.3.6
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
25%
|
|
Van het op grond van subonderdeel 2.3.1 verschuldigde bedrag met een minimum van
|
€ 207,30
|
|
en een maximum van
|
€ 2.918,00
|
2.3.3.7
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
10%
|
|
van het op grond van subonderdeel 2.3.1 verschuldigde bedrag met een minimum van
|
€ 207,30
|
|
en een maximum van
|
€ 2.918,00
|
|
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is
van een bouwactiviteit
|
|
2.3.4
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€ 300,20
|
2.3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
€ 300,20
|
2.3.4.2.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking) en tevens sprake is van het realiseren van onzelfstandige woonruimte, per te verhuren kamer
|
€ 400,00
|
2.3.4.2.1.1
|
indien de aanvraag als bedoeld onder 2.3.4.2.1 wordt geweigerd, buiten behandeling wordt gelaten of ingetrokken
|
€ 300,00
|
2.3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 9.649,45
|
2.3.4.3.1
|
indien een ruimtelijke onderbouwing wordt aangeleverd die voldoet aan de kwaliteitscriteria van de gemeente
|
€ 7.237,10
|
2.3.4.4
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 300,20
|
2.3.4.5
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 743,50
|
2.3.4.6
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 743,50
|
2.3.4.7
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 300,20
|
|
|
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 267,60
|
|
Dit bedrag wordt als volgt verhoogd voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte volgens NEN 2580
|
|
|
0 tot en met 100 m² met een vast bedrag van
|
€ 267,60
|
|
101 tot en met 500 m² met een vast bedrag van
|
€ 267,60
|
|
vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van
|
€ 2,00
|
|
501 tot en met 1000 m² met een vast bedrag van
|
€ 1.088,15
|
|
vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van
|
€ 1,50
|
|
1001 tot en met 1500 m² met een vast bedrag van
|
€ 1.838,15
|
|
vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van
|
€ 1,00
|
|
1501 tot en met 2500 m² met een vast bedrag van
|
€ 2.338,15
|
|
vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van
|
€ 0,50
|
|
meer dan 2500 m² met een vast bedrag van
|
€ 2.838,15
|
|
vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van
|
€ 0,25
|
|
|
|
2.3.6
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag voor een omgevingsvergunning betrekking heeft op een gemeentelijk of rijksmonument bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 260,55
|
|
|
|
2.3.7
|
Sloopactiviteiten
|
|
2.3.7.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.3.7.1.1
|
in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo,
|
€ 178,00
|
2.3.7.1.2
|
in gevallen waarin de aanvraag betrekking heeft op het geheel of gedeeltelijk slopen van een bouwwerk (gemeentelijk, provinciaal of rijksmonument), bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, en artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo:
|
€ 178,00
|
|
|
|
2.3.7.2
|
Asbesthoudende materialen
|
|
|
Gereserveerd
|
|
|
|
|
2.3.8
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
423,95
|
|
|
|
2.3.9
|
Uitweg/inrit
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:12.2 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 175,90
|
|
|
|
2.3.10
|
Kappen
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de artikel 4:11.1 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
Bij 1 boom
|
€ 111,60
|
|
Bij 2 tot en met 5 bomen en/of houtwallen
|
€ 111,60
|
|
vermeerderd per boom met
|
€ 40,50
|
|
Bij 6 tot en met 10 bomen
|
€ 314,00
|
|
vermeerderd per boom met
|
€ 30,35
|
|
Bij 11 bomen of meer
|
€ 466,60
|
|
vermeerderd per boom met
|
€ 20,25
|
|
met een maximum van
|
€ 1.156,80
|
|
|
|
2.3.11
|
Handelsreclame
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of art. 4.15 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, en indien niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in onderdeel 2.3.1 (bouwactiviteit), bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 119,00
|
2.3.11.1
|
indien de activiteit bestaat uit het maken of voeren van die handelsreclame bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder h, van de Wabo:
|
€ 119,00
|
2.3.11.2
|
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat die handelsreclame aan de onroerende zaak wordt gemaakt of gevoerd, bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder i, van de Wabo:
|
€ 119,00
|
|
|
|
2.3.12
|
Opslag van roerende zaken
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:10, vijfde lid van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.3.12.1
|
Indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken:
|
€ 186,80
|
2.3.12.2
|
Indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:
|
€ 186,80
|
|
|
|
2.3.13
|
Natura 2000-activiteiten
|
|
2.3.13.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit ruimtelijke ordening (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 119,00
|
2.3.14
|
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)
|
|
2.3.14.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 119,00
|
|
|
|
2.3.15
|
Andere activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling,
|
|
2.3.15.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 119,00
|
2.3.15.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 119,00
|
|
|
|
2.3.16
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.3.16.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
|
2.3.16.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
|
|
|
|
|
2.3.17
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
|
|
2.3.17.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
€ 300,20
|
2.3.17.2
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
|
€ 392,10
|
|
|
|
2.3.18
|
Advies Milieueffectrapportage (
M.e.r
.)
|
|
2.3.18.1
|
Indien een wettelijk voorschrift een advies van de commissie voor de milieueffectrapportage (m.e.r.) voorschrijft en wordt afgegeven of indien een vrijwillig advies wenselijk is en wordt afgegeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.Indien deze begroting is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.18.2
|
Indien van gemeentewege een milieueffectenrapportage dient te worden opgesteld (exclusief de uit te voeren onderzoeken) bedraagt het tarief:
|
€ 4.085,00
|
2.3.19
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
2.3.19.1
|
Onverminderd hetgeen bepaald in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid van de Wabo:
|
|
2.3.19.1.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven
|
€ 260,55
|
2.3.19.1.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven
|
€ 260,55
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Vermindering
|
|
2.4.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.
|
|
2.4.2
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:
|
|
|
bij 5 of meer activiteiten:
|
5%
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 Vermindering of teruggaaf
|
|
2.5.1
|
Vermindering als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project intrekt, bestaat aanspraak op vermindering van een deel van de leges. De vermindering bedraagt:
|
75%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
2.5.2
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning
|
|
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project intrekt op verzoek van de vergunninghouder, is sprake van teruggaaf van een deel van de leges, mits dit verzoek is ingediend binnen één jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:
|
25%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges
|
|
|
|
|
2.5.3
|
Vermindering als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning
|
|
2.5.3.1
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project weigert, is sprake van vermindering van de leges. De vermindering bedraagt:
|
25%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
2.5.3.2
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
|
|
2.5.3.3
|
De leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning, bedragen 50% van de leges, berekend op de wijze zoals in onderdeel 2.3.1. indien aan de aanvraag een eerdere geweigerde vergunning vooraf is gegaan en: - de aanvrager en de locatie hetzelfde zijn, - de nieuwe aanvraag geen compleet nieuw bouwplan is, - de nieuwe aanvraag is ingediend binnen twaalf maanden na de weigering.
|
|
2.5.4
|
Vermindering als gevolg van het niet verder behandelen van een aanvraag omgevingsvergunning
|
|
2.5.4.1
|
Als de gemeente een aangevraagde omgevingsvergunning voor een project niet verder behandelt op grond van artikel 4:5 Awb, is sprake van teruggaaf van een deel van de leges. De vermindering bedraagt:
|
50%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
2.5.4.2
|
De leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning, bedragen:
|
75%
|
|
van de leges, berekend op de wijze zoals in onderdeel 2.3.1. indien aan de aanvraag een eerder niet behandelde aanvraag vooraf is gegaan en: - de aanvrager en de locatie hetzelfde zijn, - de nieuwe aanvraag geen compleet nieuw bouwplan is, - de nieuwe aanvraag is ingediend binnen twaalf maanden na het buiten behandeling laten.
|
|
2.5.5
|
Vermindering als gevolg van het van rechtswege verlenen van een omgevingsvergunning
|
|
|
Indien de aangevraagde vergunning niet binnen de daarvoor wettelijk gestelde termijn wordt verleend (vergunning van rechtswege), is sprake van vermindering van een deel van de leges. De vermindering bedraagt
|
50%
|
2.5.6
|
Minimumbedrag voor teruggaaf
|
|
|
Een bedrag minder dan
|
€ 207,30
|
|
wordt niet teruggegeven.
|
|
|
|
|
2.5.7
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
Gereserveerd
|
|
2.5.8
|
Geen vergunning vereist
|
|
|
Indien een besluit inhoudende, dat voor de aangevraagde activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, zijn er geen leges verschuldigd.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning
|
|
2.6
|
Gereserveerd
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
|
|
2.7
|
Indien een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het bouwen in afwijking van een eerder ingediend bouwplan, waarvoor reeds een vergunning is verleend, maar waarvan nog geen gebruik is gemaakt, bedraagt het tarief 10% van de oorspronkelijk geheven leges met een minimum van
|
€ 235,90
|
|
en een maximum van
|
€ 1.057,75
|
|
Het vorenstaande wordt toegepast indien het een ondergeschikte wijziging betreft of de afwijking zodanig is dat naar de omstandigheden beoordeeld geen sprake is van een nieuw bouwplan.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
|
2.8.1
|
(Partiële) herziening bestemmingsplan
|
|
2.8.1.1
|
Het verschuldigde bedrag bedraagt onverkort het bepaalde onder 2.3.1, voor het behandelen van een aanvraag, vanaf het moment van indienen, tot herziening van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening:
|
€ 9.649,00
|
2.8.1.1.1
|
indien een ruimtelijke onderbouwing wordt aangeleverd die voldoet aan de kwaliteitscriteria van de gemeente
|
€ 7.237,00
|
2.8.2.1
|
Als de herziening uitsluitend betrekking heeft op een planologische gebruiksfunctie bedraagt het verschuldigde bedrag bedraagt onverkort het bepaalde onder 2.3.1, voor het behandelen van een aanvraag, vanaf het moment van indienen, tot herziening van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening:
|
€ 5.790,00
|
2.8.2.2
|
indien een ruimtelijke onderbouwing wordt aangeleverd die voldoet aan de kwaliteitscriteria van de gemeente
|
€ 4.342,00
|
2.8.3
|
Het verschuldigde bedrag voor een aanvraag voor herziening/wijziging, dat op verzoek van de aanvrager wordt meegenomen in een ambtshalve in procedure te brengen actualisatieplan bedraagt
|
€ 1.042,00
|
|
|
|
2.8.4
|
Wijziging bestemmingsplan
|
|
2.8.4.1
|
Het verschuldigde bedrag bedraagt onverkort het bepaalde onder 2.3.1, voor het behandelen van een aanvraag, vanaf het moment van indienen, tot wijziging van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening
|
€ 5.018,00
|
2.8.4.2
|
indien een ruimtelijke onderbouwing wordt aangeleverd die voldoet aan de kwaliteitscriteria van de gemeente
|
€ 3.763,00
|
|
|
|
2.8.5
|
Vermindering
|
|
2.8.5.1
|
Als een aanvraag voor herziening/wijziging van het bestemmingsplan wordt ingetrokken of geweigerd is sprake van vermindering van de van de leges. De vermindering bedraagt
|
50%
|
|
van de op grond van hoofdstuk 2.8.1, 2.8.2, 2.8.3 of 2.8.4 in rekening te brengen leges
|
|
|
|
|
2.9
|
Hoofdstuk 9
|
|
|
Gereserveerd
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10 Overig/administratief
|
|
2.10.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in subonderdeel 2.3.1 (bouwactiviteit), onderdeel 2.3.3 en 2.3.4 waarvoor een vergunning moet worden verleend met toepassing van artikel 2.5.8, 2.5.14, 2.5.28 en 2.5.29 van de Bouwverordening wordt het berekende bedrag, onverkort het bepaalde in 2.3.1, verhoogd met:
|
€ 208,30
|
2.10.2
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1 (bouwactiviteit), waarbij uitsluitend ten behoeve van die aanvraag, tevens een procedure tot vaststelling van een hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder moet worden toegepast, wordt het berekende bedrag, onverkort het bepaalde in 2.3.1, verhoogd met:
|
€ 1.784,90
|
2.10.3
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1 (bouwactiviteit), waarvoor een bouwveiligheidsplan als bedoeld in artikel 2.7 lid a van de Ministeriële regeling omgevingsrecht door de aanvrager ingediend moet worden, wordt het berekende bedrag, onverkort het bepaalde in 2.3.1, verhoogd met:
|
€ 237,95
|
2.10.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:
|
€ 119,00
|
|
|
|
|
Exploitatieovereenkomst/Exploitatieplan
|
|
2.10.5
|
Indien de kosten voor de diensten als bedoeld in de bepalingen 2.3.3, 2.3.4 en 2.8.1 verhaald worden via een exploitatieplan of een exploitatieovereenkomst wordt het uit dien hoofde verschuldigde bedrag niet op grond van de legesverordening in rekening gebracht.
|
|