Gemeenteblad van Aa en Hunze
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Aa en Hunze | Gemeenteblad 2017, 220200 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Aa en Hunze | Gemeenteblad 2017, 220200 | Verordeningen |
“Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2018”
De raad van de gemeente Aa en Hunze;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze van
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
“Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2018”
HOOFDSTUK II AFVALSTOFFENHEFFING
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven terzake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in hoofdstuk 1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
Als de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.
Als de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing als de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar van een ander perceel gebruik maakt.
Artikel 9 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en de volgende twee maanden na de eerste termijn.
In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 50,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens één maand later.
De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
HOOFDSTUK III REINIGINGSRECHTEN.
Artikel 10 Aard van de belasting en belastbaar feit
Onder de naam ‘reinigingsrechten’ worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, nota of andere schriftuur.
Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
HOOFDSTUK IV AANVULLENDE BEPALINGEN
In tegenstelling tot de invordering van afvalstoffenheffing wordt bij de invordering van de reinigingsrechten geen kwijtschelding verleend.
Artikel 18 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsrechten en afvalstoffenheffing.
De “Verordening Reinigingsheffingen 2017", vastgesteld bij raadsbesluit van 10 november 2016, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 21, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Tarieventabel 2018 behorende bij de “Verordening reinigingsheffingen 2018”.
Hoofdstuk 1. Maatstaf en tarief afvalstoffenheffing
1.1.1 De belasting bedraagt per belastingjaar per perceel € 203,00
1.1.2 De belasting als bedoeld in onderdeel 1.1.1 wordt:
1.1.2.1 als het perceel op 1 januari van het belastingjaar of,
als de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van
de belastingplicht, wordt gebruikt door één persoon
1.1.3 De belasting als bedoeld in onderdeel 1.1.1 wordt:
1.1.3.1 vermeerderd voor het op 1 januari van het
belastingjaar of, als de belastingplicht later aanvangt,
bij aanvang van de belastingplicht, in bruikleen hebben
van een extra container (= boven hetgeen door de gemeente
als basispakket aan het perceel is verstrekt, te weten:
één grijs- en één groengekleurde container en een PMD container)
Hoofdstuk 2. Maatstaven en tarieven overige reinigingsrechten
2.1.1 het achterlaten van huishoudelijke afvalstoffen of grof
huishoudelijk afval vanaf 600 kilogram per pashouder
per jaar, op een daartoe van gemeentewege
ter beschikking gestelde plaats, per kilogram € 0,15
2.1.2 het op aanvraag vervangen van een in bruikleen gegeven
pas ten behoeve van het afvalbrengstation in verband met
vermissing of door beschadiging die niet het gevolg is van
slijtage bij normaal gebruik € 20,00
2.1.3 het op aanvraag aan huis ophalen van huishoudelijke
afvalstoffen of grof huishoudelijk afval per m3 of
2.2 Het recht bedraagt voor het achterlaten van:
2.3 autobanden zonder velg gratis
2.4 autobanden met velg, per stuk € 5,00
2.5 tractorbanden/vrachtwagenbanden, per stuk € 35,00
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-220200.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.