Gemeente Haren - Verordening tot wijziging van de verordening op de heffing en invordering van de onroerende zaakbelasting 2011

De raad van de gemeente Haren,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 oktober 2017,

gelet op artikel 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening tot wijziging van de verordening op de heffing en invordering van de onroerende zaakbelasting 2011.

Artikel I

Artikel 2, lid 1 wordt gelezen als volgt:

‘Als onroerende zaak wordt aangemerkt de onroerende zaak, bedoeld in Hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken.’

Artikel II

Artikel 3, lid 1 wordt gelezen als volgt:

‘De heffingsmaatstaf is de op de voet van Hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor de onroerende zaak vastgestelde waarde voor het kalenderjaar bedoel in artikel 1.”

 

Artikel III

Artikel 5 wordt gelezen als volgt:

‘Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf. Het percentage bedraagt voor:

  • a.

    de gebruikersbelasting: 0,2060%;

  • b.

    de eigenarenbelasting voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen: 0,1670%;

  • c.

    de eigenarenbelasting voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen: 0,2570%.’

Artikel IV

Artikel 5, lid 3 wordt toegevoegd:

Voor belastingbedragen tot € 10,00 vindt geen invordering plaats. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van op een aanslagbiljet verenigde verschuldigde bedragen onroerende zaakbelastingen of andere heffingen aangemerkt als één belastingbedrag.

Artikel V

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking. De in deze verordening aangegeven wijzigingen worden met ingang van 1 januari 2018 bij de heffing toegepast.

 

Haren, 6 november 2017

de raad voornoemd,

O.E. de Vries,

griffier,

P. van Veen,

voorzitter

Naar boven