Gemeenteblad van Veldhoven
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Veldhoven | Gemeenteblad 2017, 209602 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Veldhoven | Gemeenteblad 2017, 209602 | Verordeningen |
Beleidsregel voor de toepassing van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, vastgesteld door de burgemeester en het college van burgemeester en wethouders bij besluit van 21 november 2017
De burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veldhoven, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;
overwegende, dat de Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur hen beleidsruimte verschaft bij de besluitvorming omtrent het toepassen van hun uit deze wet voortvloeiende bevoegdheden;
gelet op het bepaalde in de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 3, 27, 30a en 31 van de Drank- en Horecawet, artikel 30b van de Wet op de kansspelen, de artikelen 2.1 en 2.17 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de artikelen 2:13, 2:15, 2:24 en 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening, Aanbestedingswet 2012 en het Burgerlijk Wetboek,
Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen
In deze beleidsregel wordt, in aanvulling op de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, verstaan onder:
Bibob-toets: de wijze van behandelen van een aanvraag waarbij met toepassing van de wet door het bestuursorgaan wordt beoordeeld of er redenen aanwezig zijn om de aanvraag te weigeren, respectievelijk de beschikking in te trekken of te beëindigen, daaraan voorschriften te verbinden dan wel een advies bij het Bureau aan te vragen;
Artikel 1.2 Toepassing wet Bibob in bijzondere situaties
Het bestuursorgaan zal, in aanvulling op het genoemde toepassingsbereik in deze beleidsregel en bijbehorende bijlagen, ook overgaan tot toepassing van de Wet Bibob:
als vanuit eigen informatie of informatie verkregen van een of meer partners binnen het samenwerkingsverband RIEC of van het Openbaar Ministerie informatie als bedoeld in artikel 26 van de wet er duidelijke aanwijzingen zijn die het vermoeden rechtvaardigen, dat bij de aanvraag voor een beschikking, ten aanzien van de Partij bij het aangaan van een overheidsopdracht of bij de transactie sprake is van een ernstig gevaar als bedoeld in artikel 3 van de wet;
als bij navraag door het bestuursorgaan bij het Landelijk Bureau Bibob blijkt, dat tegen de aanvrager van een beschikking of de Partij bij het aangaan van een overheidsopdracht in de twee jaar voorafgaande aan de datum van indiening van een aanvraag voor een beschikking, tot gunning van een overheidsopdracht of het sluiten van een vastgoedtransactie door het Landelijk Bureau Bibob een advies is uitgebracht of een aanvraag om een advies door het Landelijk Bureau Bibob in behandeling is genomen.
De Wet Bibob wordt in beginsel niet toegepast, ingeval de aanvraag voor een beschikking afkomstig is van, of de overheidsopdracht of vastgoedtransactie plaatsvindt met een:
(toegelaten door de Minister van Volkshuisvesting conform Woningbesluit 1932 middels een daartoe verstrekte vergunning);
Artikel 1.4 Uitzonderingen niet geldig
De genoemde uitzonderingen in deze beleidsregel en bijbehorende bijlagen gelden niet, als:
bij een aanvraag, overheidsopdracht of vastgoedtransactie vanuit eigen informatie of informatie verkregen van een of meer partners binnen het samenwerkingsverband RIEC of van het Openbaar Ministerie informatie als bedoeld in artikel 26 van de wet er duidelijke aanwijzingen zijn die het vermoeden rechtvaardigen, dat bij de aanvraag sprake is van een ernstig gevaar als bedoeld in artikel 3 van de wet.
Indien een van de gevallen in dit artikel genoemd onder a t/m d zich voordoet, zal het bestuursorgaan de Bibob-toets toch toepassen met betrekking tot de desbetreffende aanvraag om een beschikking, overheidsopdracht of vastgoedtransactie.
Hoofdstuk 2 Publiekrechtelijke beschikkingen
Artikel 2.1 Toepassingsbereik bij nieuwe beschikkingen
Het bestuursorgaan zal de Bibob-toets in beginsel toepassen met betrekking tot aanvragen om een beschikking zoals bedoeld in:
artikel 2:13 van de Algemene plaatselijke verordening voor zover het betreft het organiseren van evenementen met betrekking tot vecht- dan wel zelfverdedigingsporten, zoals free fight (het vrije gevecht), MMA (Mixed Martial Arts), cage fight (kooigevecht), kickboksen en Muay Thai (Thaiboksen) in al hun varianten;
artikel 2.1 eerste lid, aanhef en onder e van de Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover dat onderdeel betrekking heeft op een inrichting als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid van die wet (omgevingsvergunning - inrichtingen Wet Milieubeheer), met inachtneming van de in bijlage 3 genoemde uitgangspunten en uitzonderingen;
artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder i van de Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover dat onderdeel betrekking heeft op een activiteit waarvoor bij algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 2.17 van die wet is bepaald, dat de beschikking in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de wet kan worden geweigerd (omgevingsvergunning - beperkte milieutoets), met inachtneming van de in bijlage 3 genoemde uitgangspunten en uitzonderingen;
Artikel 2.2 Toepassingsbereik bij reeds verleende beschikkingen
Het bestuursorgaan kan de wet in beginsel toepassen met betrekking tot reeds verleende beschikkingen indien:
vanuit eigen informatie of informatie verkregen van een of meer partners binnen het samenwerkingsverband RIEC of van het Openbaar Ministerie informatie als bedoeld in artikel 26 van de wet er duidelijke aanwijzingen zijn die het vermoeden rechtvaardigen, dat bij de aanvraag sprake is van een ernstig gevaar als bedoeld in artikel 3 van de wet Bibob;
Hoofdstuk 3 Privaatrechtelijke transacties
Artikel 3.1a Het aangaan en beëindigen van een overheidsopdracht
Voorafgaand aan het sluiten van een overheidsopdracht komt de gemeente contractsvrijheid toe. De gemeente heeft het daaruit voortvloeiende recht om geen overheidsopdracht met een Partij aan te gaan, mede of uitsluitend op basis van het feit dat de gemeente van oordeel is dat ten aanzien van die Partij een Integriteitsrisico bestaat.
Met betrekking tot Aanbestedingen kán er sprake zijn van een integriteitsrisico wanneer zich een van de situaties genoemd in artikel 2.87 Aanbestedingswet 2012 voordoet. Van een integriteitsrisico is in ieder geval sprake als een situatie als bedoeld in artikel 3.1b van deze beleidsregel zich voordoet.
De gemeente kan, in aanvulling op artikel 2.86 lid 3 van de Aanbestedingswet 2012, gedragingen en omstandigheden van aan de Partij gelieerde partijen of personen bij de beoordeling van de vraag of er sprake is van een Integriteitsrisico betrekken. Onder gelieerde (rechts)personen worden in ieder geval verstaan zij die:
Artikel 3.1b Ernstige fouten in de uitoefening van het beroep
Artikel 3.1c Toepassingsbereik Bibob-onderzoek
Op grond van artikel 5 lid 2 Wet Bibob en artikel 3 Besluit Bibob past het bestuursorgaan de Bibob-toets toe met betrekking tot de gunning van een overheidsopdracht of de ontbinding van een overeenkomst met de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie een overheidsopdracht is gegund:
Artikel 3.1d Gevolgen eigen onderzoek
De uitkomst van een eigen onderzoek bij de gunning van een overheidsopdracht kan voor de gemeente aanleiding zijn om een Partij van een opdracht uit te sluiten, om in de overeenkomst inzake de gunning van een overheidsopdracht nadere, al dan niet ontbindende, voorwaarden op te nemen of om als voorwaarde op te nemen dat onderaannemers niet zonder toestemming van de gemeente worden gecontracteerd.
Artikel 3.2a Het sluiten van een vastgoedtransactie
Voorafgaand aan het sluiten van een vastgoedtransactie komt de gemeente altijd contractsvrijheid toe. De gemeente heeft het daaruit voortvloeiende recht om geen transactie met een Partij aan te gaan, mede of uitsluitend op basis van het feit dat de gemeente van oordeel is dat ten aanzien van die Partij een Integriteitsrisico bestaat.
Artikel 3.2b Toepassingsbereik Bibob-onderzoek
In geval van een vastgoedtransactie als bedoeld in artikel 1.1, aanhef en onder s., sub i, ii en iii vindt een Bibob-onderzoek plaats wanneer deze betrekking heeft op de volgende risicocategorieën:
Artikel 4.1 Intrekking beleidslijn
De “Beleidsregel Bibob”, vastgesteld op 24 mei 2016 en in werking getreden op 1 juni 2016, is met de inwerkingtreding van deze beleidsregel ingetrokken.
Deze beleidsregel is vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van Veldhoven, ieder voor zover bevoegd, op 21 november 2017 en treedt in werking op 1 december 2017.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-209602.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.