Regeling vermindering leges voor duurzame bouwplannen Den Haag 2018

 

de raad van de gemeente Den Haag,

 

gezien het voorstel van het college van 3 oktober 2017,

 

gelet op paragraaf 2.1 ‘Bouwactiviteiten’ van de Legesverordening omgevingsvergunning 2013,

 

Besluit:

vast te stellen de navolgende Regeling vermindering leges voor duurzame bouwplannen Den Haag 2018;

 

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • -

    bouwkosten Voor het begrip ‘bouwkosten’ wordt verwezen naar onderdeel 1.1.1 van de tarieventabel behorende bij de Legesverordening omgevingsvergunning 2013.

  • -

    GPR Gebouw De Gemeentelijke Praktijkrichtlijn voor duurzaam bouwen, een systeem voor het doorrekenen en beoordelen van bouwplannen op het punt van duurzaamheid.

  • -

    project Een bouwplan dat of ontwikkeling die in het kader van deze regeling als een eenheid moet worden beschouwd, gelet op de bouwkundige en perceelsindeling, het opdrachtgeverschap, de eigendom, functie(s), bedoeling en het karakter van het bouwplan. Verschillende omgevingsvergunningen of aanvragen voor omgevingsvergunning kunnen deel uitmaken van één project.

     

HOOFDSTUK 2. LEGESVERMINDERING VOOR DUURZAME BOUWPLANNEN

Artikel 2 Nieuwbouw

Indien door het college is vastgesteld dat een omgevingsvergunning is uitgevoerd met een duurzaamheidsniveau van minimaal GPR 8 voor alle thema’s, behalve toekomstwaarde: daarvoor minimaal 7,5, wordt het verschuldigde legesbedrag voor de activiteit bouwen verminderd met 75%, tot een maximum van €25.000,- per project. In GPR wordt de gecombineerde berekeningswijze voor energie en milieu toegepast.

Artikel 3 Nieuwbouw, extra duurzaam

Indien door het college is vastgesteld dat een omgevingsvergunning is uitgevoerd met een duurzaamheidsniveau van minimaal 8,5 GPR voor alle thema’s, behalve toekomstwaarde, daarvoor minimaal 8, wordt het verschuldigde legesbedrag voor de activiteit bouwen verminderd met 100%, tot een maximum van €25.000,- per project. In GPR wordt de gecombineerde berekeningswijze voor energie en milieu toegepast.

 

Artikel 4 Verbouw

Indien door het college is vastgesteld dat een omgevingsvergunning is uitgevoerd waarmee een verbetering qua duurzaamheid tot stand komt van minimaal +GPR 1,5, behalve toekomstwaarde, daarvoor minimaal +GPR 1, wordt het verschuldigde legesbedrag voor de activiteit bouwen verminderd met 100%, tot een maximum van €25.000,- per project. In GPR wordt de gecombineerde berekeningswijze voor energie en milieu toegepast.

 

Artikel 5 Lijst met duurzame maatregelen

Indien door het college is vastgesteld dat een omgevingsvergunning is uitgevoerd waarbij één of meer duurzame maatregelen zijn genomen zoals genoemd in de onderstaande lijst, wordt het verschuldigde legesbedrag voor de activiteit bouwen, voor zover verbonden aan die duurzame maatregelen, verminderd met 100%, tot een maximum van €25.000,- per project.

Het betreft de volgende duurzame maatregelen:

a. Bouwen van een dakopbouw of extra (kap)verdieping op een bestaand hoofdgebouw

met een U-waarde van het HR++ of triple-glas van maximaal 1,2 W/M²K en een isolatiewaarde van het dak en de dichte delen (wanden) van minimaal Rc 3,5 m²K/W

b. Plaatsen van dakkapel( len ) op een bestaand hoofdgebouw

met een U-waarde van het HR++ of triple-glas van maximaal 1,2 W/M²K en een isolatiewaarde van het dak en de dichte delen (wanden) van minimaal Rc 3,5 m²K/W

c. Bouwen van een aanbouw of uitbouw aan een bestaand hoofdgebouw

met een U-waarde van het HR++ of triple-glas van maximaal 1,2 W/M²K en een isolatiewaarde van het dak en de dichte delen (wanden) van minimaal Rc 3,5 m²K/W

d. Plaatsing van nieuw glas, al dan niet in combinatie met kozijnvervanging

met een U-waarde van het HR++ of triple-glas van maximaal 1,2 W/m²K

e. Isolatie van buitengevels

met een isolatiewaarde van minimaal Rc 3,5 m²K/W

f. Plaatsing van nieuwe voordeur

met een U-waarde van de deur inclusief het kozijn van maximaal 1,65 W/m²K

g. Dakisolatie, al dan niet in combinatie met verhogen dakrand, dakgoot of nok,

met een isolatiewaarde van het dak van minimaal Rc 3,5 m²K/W

h. Aanbrengen van een begroeid dak, bouwkundige voorzieningen hiervoor

het dak moet een waterbergende capaciteit hebben van minimaal 18 liter per m²

i. Constructieaanpassing ten behoeve van duurzame maatregelen

aanpassingen in de constructie die bedoeld zijn om de duurzame maatregelen, genoemd in dit artikel, te kunnen realiseren.

j. Plaatsen van een buitenunit voor een warmtepomp

met een geluidsproductie van de luchtunit van maximaal 40 dB

k. Plaatsing van zonnepanelen

met een output van in totaal minimaal 1200 Wp.

l. Plaatsing van collectoren voor zonneboiler

met een vermogen van minimaal 4,5 Gj.

 

HOOFDSTUK 3 SLOTBEPALINGEN

Artikel 6 Toepasselijkheid van deze beleidsregel

Deze regeling is uitsluitend toepasselijk op aanvragen omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen die in de periode vanaf 1 januari 2018 tot en met 31 december 2019 worden ingediend.

 

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2018.

 

Artikel 8 Evaluatie

Het college zendt bij het halfjaarbericht 2018 aan de raad een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze regeling in de praktijk.

 

Artikel 9 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als ‘Regeling vermindering leges voor duurzame bouwplannen Den Haag 2018’.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 2 november 2017.

De griffier, Ineke Seuren en de voorzitter, Pauline Krikke.

Naar boven