Verordening tot 2e wijziging Algemene plaatselijke verordening Schouwen-Duiveland 2015

De raad van de gemeente Schouwen-Duiveland;

 

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 september 2017;

 

Overwegende dat ter uitvoering van nieuwe wetgeving en door nieuwe ontwikkelingen in de rechtspraak het wenselijk is enige artikelen van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Schouwen-Duiveland 2015, vastgesteld in zijn vergadering van 26 november 2015, te wijzigen;

 

Gelet op de artikelen 149 en 151c, eerste lid van de Gemeentewet:

 

Besluit:

 

vast te stellen de verordening tot tweede wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Schouwen-Duiveland 2015:

Artikel I

 

A

Artikel 1:3 komt te vervallen.

 

B

In artikel 1:6, onderdeel d, wordt na ‘gemaakt binnen’ ingevoegd: ‘of gedurende’.

 

C

Artikel 1:7 komt te luiden:

 

Artikel 1:7 Termijnen

1. De vergunning of ontheffing geldt voor onbepaalde tijd, tenzij bij de vergunning of ontheffing anders is bepaald of de aard van de vergunning of ontheffing zich daartegen verzet.

2. De aard van de vergunning of ontheffing verzet zich in ieder geval tegen gelding voor onbepaalde tijd indien het aantal vergunningen of ontheffingen is beperkt en het aantal mogelijke aanvragers het aantal beschikbare vergunningen of ontheffingen overtreft.

 

D

Artikel 1:8 komt te luiden:

Artikel 1:8 Weigeringsgronden

  • 1.

    Een vergunning of ontheffing kan in ieder geval worden geweigerd in het belang van:

    • a.

      de openbare orde;

    • b.

      de openbare veiligheid;

    • c.

      de volksgezondheid;

    • d.

      de bescherming van het milieu.

  • 2.

    Een vergunning of ontheffing kan ook worden geweigerd als de aanvraag daarvoor minder dan 3 weken voor de beoogde datum van de beoogde activiteit is ingediend en daardoor een behoorlijke behandeling van de aanvraag niet mogelijk is.

 

E

Artikel 2:27 komt te luiden:

 

Artikel 2:27 Begripsbepalingen

1. In deze afdeling wordt verstaan onder:

a. openbare inrichting:

1. een hotel, restaurant, pension, café, cafetaria, snackbar, discotheek, buurthuis of clubhuis;

2. elke andere voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was logies wordt verstrekt of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie ter plaatse worden verstrekt of bereid;

b. terras: een buiten de besloten ruimte van de openbare inrichting liggend deel daarvan waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie ter plaatse kunnen worden bereid of verstrekt.

 

F

Artikel 2:29 lid 9 wordt vernummerd naar lid 10 en lid 9 komt te luiden:

 

Artikel 2:29 lid 9 & 10

9. De burgemeester kan door middel van een voorschrift te verbinden aan de exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 andere sluitingstijden vaststellen voor een afzonderlijk horecabedrijf of voor het bij dit horecabedrijf behorend terras en de andere aanhorigheden.

10. Het bepaalde in de voorgaande leden is niet van toepassing op situaties waarin bij of krachtens de Wet milieubeheer is voorzien.

 

G

Artikel 2:39, tweede lid, onder b, komt te luiden:

speelgelegenheden waarvoor de raad van bestuur van de kansspelautoriteit bevoegd is vergunning te verlenen; en

 

H

In artikel 2:42, tweede lid, onderdeel b, wordt ‘kalk, krijt, teer’ vervangen door: ‘kalk, teer,’.

 

I

Artikel 2:50 komt te luiden:

 

Artikel 2:50 Hinderlijk gedrag in voor het publiek toegankelijke ruimten 

Het is verboden zich zonder redelijk doel en op een voor anderen hinderlijke wijze op te houden in of op een voor het publiek toegankelijke ruimte, dan wel deze te verontreinigen of te gebruiken voor een ander doel dan waarvoor deze ruimte is bestemd. Onder deze ruimten worden in elk geval begrepen: portalen, openbare toiletten, wachtlokalen voor het openbaar vervoer, parkeergarages en rijwielstallingen.

 

J

Artikel 2:74a komt te luiden:

Het is verboden op of aan de weg, op een andere openbare plaats of in een voor publiek toegankelijk gebouw middelen als bedoeld in de artikelen 2 of 3 van de Opiumwet of daarop gelijkende waar te gebruiken, toe te dienen, dan wel voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen voorhanden te hebben.

 

K

Artikel 2:77, eerste lid, komt te luiden:

De burgemeester is bevoegd overeenkomstig artikel 151c van de Gemeentewet te besluiten tot plaatsing van camera’s voor een bepaalde duur ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats.

 

L

Na artikel 2:78 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

 

Artikel 2:79 Woonoverlast als bedoeld in artikel 151d Gemeentewet

1. Degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt, of tegen betaling in gebruik geeft aan een persoon die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen is ingeschreven, draagt er zorg voor dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt.

2. Als de burgemeester een last onder dwangsom of onder bestuursdwang oplegt naar aanleiding van een schending van deze zorgplicht kan hij daarbij aanwijzingen geven over wat de overtreder dient te doen of na te laten om verdere schending te voorkomen. De burgemeester stelt beleidsregels vast over het gebruik van deze bevoegdheid.

3. De last kan in ieder geval worden opgelegd bij ernstige en herhaaldelijke:

a. geluid- of geurhinder;

b. hinder van dieren;

c. hinder van bezoekers of personen die tijdelijk in een woning of op een erf aanwezig zijn;

d. overlast door vervuiling of verwaarlozing van een woning of een erf;

e. intimidatie van derden vanuit een woning of een erf.

 

M

Artikel 6:2 komt te luiden:

 

Artikel 6.2 Toezichthouders

  • 1.

    Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast:

    • de ambtenaren die als buitengewoon opsporingsambtenaar zijn beëdigd zoals bedoeld in artikel 142 van het Wetboek van Strafvordering.

    • buitengewoon opsporingsambtenaren en medewerkers handhaving in dienst van de gemeente Schouwen-Duiveland.

    • buitengewoon opsporingsambtenaren en medewerkers handhaving in dienst van de RUD Zeeland, Waterschap Scheldestromen, Staatsbosbeheer, gemeente Middelburg, gemeente Vlissingen en

      gemeente Goeree-Overflakkee.

  • 2.

    Het college dan wel de burgemeester kan daarnaast andere personen met dit toezicht belasten.

  • 3.

    Met het toezicht op de naleving van het bepaalde in afdeling 8A van hoofdstuk 2 zijn uitsluitend belast de ambtenaren als bedoeld in artikel 41 van de Drank- en Horecawet.

  • 4.

    Onverminderd het eerste en tweede lid zijn de ambtenaren van politie, bedoeld in artikel 141, onder b, van het Wetboek van Strafvordering, eveneens belast met het toezicht op de naleving van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften.

 

Artikel II Inwerkingtreding

 

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

 

 

Vastgesteld door de raad van de gemeente Schouwen-Duiveland in zijn openbare vergadering van 26 oktober 2017.

Burgemeester en wethouders van Schouwen-Duiveland,

E. van de Vreede, G.C.G.M. Rabelink,

Locogriffier, Voorzitter

Naar boven