1e wijziging van de reclamerichtlijnen uit de "Welstandsnota Helmond 2013"

De raad van de gemeente Helmond;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 6 juni 2017;

gelet op artikel 12a van de Woningwet;

 

overwegende dat:

  • a)

    de gewijzigde reclamerichtlijnen als onderdeel van de welstandsnota, conform de Woningwet en de Inspraakverordening Helmond, m.i.v. 23 februari 2017 tot en met 6 april 2017 gedurende zes weken voor eenieder ter inzage heeft gelegen;

  • b)

    er gedurende de onder 1 genoemde inzagetermijn geen inspraakreacties zijn ontvangen;

  • c)

    de welstandsnota Helmond 2013 langs elektronische weg beschikbaar wordt gesteld.

besluit:

vast te stellen de 1e wijziging van de reclamerichtlijnen uit de "Welstandsnota Helmond 2013"

Artikel I

Hoofdstuk 7.2 van de "Welstandsnota Helmond 2013" wordt gewijzigd in de tekst zoals weergegeven op bijlage I.

Artikel II

Deze wijziging treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking.

 

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 27 juni 2017.

De raad voornoemd,

de voorzitter

de griffier

BIJLAGE I BEHOREND BIJ HET RAADSBESLUIT

Reclamerichtlijnen welstandsnota Helmond

Algemeen.

Reclame is niet meer weg te denken uit onze samenleving. De invloed

van reclame op ons dagelijks leven is de afgelopen decennia steeds groter geworden. Om in de gebouwde omgeving het fenomeen reclame beheersbaar te houden is het van belang hiervoor een afgewogen beleid te formuleren.

De laatste jaren groeit de rol van reclame verder, vooral door nieuwe media, digitalisering en automatisering. Met nieuwe technieken kan betrekkelijk eenvoudig een grote impact worden bereikt, ook in de openbare ruimte. Video-walls, LED-schermen, grootschalige spandoeken en folies zijn daar voorbeelden van. Daardoor is de behoefte aan een geactualiseerd en afgewogen reclamebeleid toegenomen.

Definitie handelsreclame.

Onder handelsreclame dient te worden verstaan:

  • Iedere openbare aanprijzing van goederen of diensten, waarmee kennelijk beoogd wordt een commercieel belang te dienen.

Juridisch kader

Bepalend voor de beleidsruimte is het juridisch kader dat hier van toepassing is. Het reclamebeleid vindt zijn juridische grondslag in diverse wetten/regelingen, waarvan de belangrijkste zijn de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de Algemene Plaatselijke Verordening Helmond 2008 (APV).

 

Op grond van de Wabo (artikel 2.2, eerste lid, onder h en onder i) is een omgevingsvergunning vereist voor het (laten) maken of voeren van handelsreclame of voor het toestaan dat handelsreclame wordt gemaakt of gevoerd, voor zover hiervoor in een provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist.

In artikel 4.4.2.a van de APV is een dergelijke vergunningplicht opgenomen voor handelsreclame.

 

Een omgevingsvergunning (handelsreclame) kan onder meer worden geweigerd indien deze hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving, niet voldoet aan de redelijke eisen van welstand.

Het reclamebeleid voor welstand maakt het mogelijk inhoudelijk invulling te geven aan deze toetsgrond.

In artikel 4.4.2.a van de APV zijn tevens verschillende veelvoorkomende reclames genoemd waarvoor een omgevingsvergunning (handelsreclame) niet is vereist.

 

Indien handelsreclame als fysiek object is aan te merken, als een bouwwerk, is voor het bouwen op grond van de Wabo (artikel 2.1, eerste lid, onder a) een omgevingsvergunning (bouwen) nodig.

Een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen moet worden geweigerd als er sprake is van strijd met het Bouwbesluit, de bouwverordening, het bestemmingsplan en/of met redelijke eisen van welstand.

 

Reclameobjecten die omgevingsvergunningplichtig zijn, maar wel voldoen aan de toetsingsvrije criteria, genoemd in deze reclamerichtlijnen behoeven geen welstandstoets. Voldoet de handelsreclamereclame niet aan de regels voor toetsingsvrije handelsreclame dan vindt er een toetsing plaats door de welstandscommissie aan de hand van algemene welstandscriteria.

 

Vrijstaande reclameobjecten, maar ook bewegende/ knipperende gevelreclame zoals LED-schermen, video-walls etc. zijn niet toetsingsvrij.

 

Voor gebouwen in gebieden met een bijzondere architectonische karakteristiek kan ook maatwerk wenselijk zijn. Als de vormgeving, het materiaalgebruik of de detaillering het nodig maakt, zal de inpassing van reclames vooraf door de welstandscommissie worden getoetst aan de algemene welstandscriteria voor reclame. Dergelijke gebieden worden in de welstandsnota aangemerkt als specifiek handelsreclamegebied en zijn niet toetsingsvrij.

 

Bij reclame aan, op, bij monumenten is onafhankelijk van de grootte een omgevingsvergunning vereist op grond van artikel 2.1, eerste lid onder f van de Wabo en artikel 4.4.2a van de APV. Dergelijke aanvragen worden door de monumentencommissie en welstandscommissie beoordeeld.

Welstandstoets voor maatwerk.

Door het hanteren van algemene welstandscriteria kan worden ingespeeld op specifieke behoeften of situaties en kan maatwerk worden geboden.

 

Algemene welstandscriteria voor reclame:

  • 1

    Gevelreclames en reclame op eigen erf zijn toegestaan als zij qua vormgeving, afmetingen en plaatsing op de gevelopzet en/of de omgeving afgestemd worden.

  • 2

    Er dient een rechtstreeks verband te zijn tussen handelsreclame en de activiteiten die in het pand en/of op het perceel plaatsvinden.

  • 3

    Bij woningen is reclame niet toegestaan (behoudens de toetsingsvrije 0,25 m2 gevelreclame bij woningen ten behoeve van een daar toegelaten beroep, dienst of bedrijf aan huis).

  • 4

    De reclame dient zich te voegen naar de architectuur en daarmee in samenhang te worden ontworpen.

  • 5

    D e reclame mag het straatbeeld niet aantasten of verstoren.

  • 6

    Reclame in de openbare ruimte op gemeentegrond is niet toegestaan, behoudens reclame op zuilen, borden, muren of andere constructies, aangewezen door de overheid.

Handelsreclamegebied De Veste.

De ruimtelijke en architectonische ontwikkeling van het centrumgebied van Brandevoort (de Veste) is gebaseerd op een gedetailleerd stedenbouwkundig ontwerp en beeldkwaliteitplan. De samenhang in de gevelarchitectuur is groot; tegelijkertijd is sprake van veel variatie.

Bijzonder is de rijkdom aan geveldecoraties en details.

Het Signingplan is ingezet om sturing aan reclame te geven in aansluiting op deze specifieke architectuur. De herkenbaarheid van winkels is met name vergroot door de toepassing van karakteristieke luifels. Maar ook andere reclamevormen zijn op passende wijze geïntegreerd. Nu de architectuur van het centrumgebied en de integratie van reclame gestalte heeft gekregen kan de bestaande situatie als bepalende context dienen bij toekomstige wijzigingen of toevoegingen. Daarmee heeft het Signingplan zijn functie gehad en kan volstaan worden met het hanteren van de algemene welstandscriteria voor reclame.

 

Ruitreclame tot 20% van het ruitoppervlak is vrij van toetsing, alsook handelsreclame achter ruiten voor zover deze niet bewegend en niet knipperend is en zich niet achter een woningruit bevindt. Deze toetsingsvrije handelsreclame op of achter ruiten dient wel rechtstreeks verband te houden met de activiteiten die in het pand of op het bijbehorende perceel plaatsvinden.

Regels toetsingsvrije handelsreclame buiten bedrijventerreinen.

De regels voor handelsreclame buiten bedrijventerreinen hebben betrekking op de hele stad buiten de gebieden die in bestemmingsplannen zijn aangemerkt als bedrijventerrein.

 

Het aanbrengen van handelsreclame tegen gevels van panden is toetsingsvrij als de totale oppervlakte minder is dan:

  • -

    2 m2 bij panden (niet zijnde woningen) met een gevelbreedte tot 20m.

  • -

    4 m2 bij panden (niet zijnde woningen) met een gevelbreedte van 20m of meer.

Bij tweezijdig zichtbare reclames worden beide zijden meegerekend. Voor hoeksituaties geldt voor beide straatgevels de bovengenoemde maximale oppervlakte.

In aanvulling op de genoemde maximale oppervlakte is ruitreclame mogelijk tot een oppervlakte 20% van het ruitoppervlak. Handelreclame achter ruiten is toegestaan voor zover deze niet bewegend en niet knipperend is en zich niet bevindt achter ruiten van woningen.

 

Handelsreclame die loodrecht op het gevelvlak wordt aangebracht mag niet meer dan 0,7m voor het gevelvlak uitsteken; de vrije hoogte t.o.v. het straatpeil dient tenminste 2,4m te zijn.

 

Er dient een rechtstreeks verband te zijn tussen handelsreclame en de activiteiten die in het pand en/of op het perceel plaatsvinden.

Handelreclame mag niet aan woningen worden aangebracht met uitzondering van woningen met een praktijk aan huis. Ten behoeve van een praktijk aan huis mag bij woningen reclame op de gevel worden aangebracht met een oppervlakte van maximaal 0,25 m2.

 

Handelsreclame aan, op, bij monumenten is niet toetsingsvrij.

Regels toetsingsvrije handelsreclame op bedrijventerreinen.

De regels voor handelsreclame op bedrijventerreinen hebben betrekking op gebieden die in bestemmingsplannen zijn aangemerkt als bedrijventerrein.

 

Het aanbrengen van handelsreclame tegen gevels van bedrijfspanden is toetsingsvrij als de totale oppervlakte minder is dan:

  • -

    8 m2 bij panden met een gevelbreedte van 20m of meer.

  • -

    4 m2 bij panden met een gevelbreedte van minder dan 20m. Bij tweezijdig zichtbare reclames worden beide zijden meegerekend. Voor hoeksituaties geldt voor beide straatgevels de bovengenoemde maximale oppervlakte.

In aanvulling op de genoemde maximale oppervlakte is ruitreclame mogelijk tot een oppervlakte 20% van het ruitoppervlak.

Handelreclame achter ruiten is toegestaan voor zover deze niet bewegend en niet knipperend is en zich niet bevindt achter ruiten van woningen.

Daarnaast kan één vlag toetsingsvrij worden geplaatst met een maximale oppervlakte van 4 m2 per vlagzijde.

 

Handelsreclame die loodrecht op het gevelvlak wordt aangebracht mag niet meer dan 1m voor het gevelvlak uitsteken; de vrije hoogte t.o.v. het straatpeil dient tenminste 2,4m te zijn.

 

Er dient een rechtstreeks verband te zijn tussen handelsreclame en de activiteiten die in het pand en/of op het perceel plaatsvinden.

Handelreclame mag niet aan woningen worden aangebracht met uitzondering van woningen met een praktijk aan huis. Ten behoeve van een praktijk aan huis mag bij woningen reclame op de gevel worden aangebracht met een oppervlakte van maximaal 0,25 m2.

 

Een bedrijfsverzamelgebouw wordt opgevat als één bedrijfsvestiging met gedeelde reclame-uitingen.

 

Handelsreclame aan, op, bij monumenten is niet toetsingsvrij.

Naar boven