Wijzigingsverordening Algemene plaatselijke verordening Ede 2012

De raad van de gemeente Ede;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, zaaknummer 69899;

gelet op de artikelen 149 en 151c, eerste lid, van de Gemeentewet

besluit vast te stellen de: Wijzigingsverordening Algemene plaatselijke verordening Ede 2012

Artikel I

De Algemene plaatselijke verordening Ede 2012 wordt als volgt gewijzigd:

 

A

Artikel 1:3 komt te vervallen.

 

B

Artikel 1:8 komt te luiden:

Artikel 1:8 Weigeringsgronden

  • 1.

    Een vergunning of ontheffing kan in ieder geval worden geweigerd in het belang van:

    • a.

      de openbare orde;

    • b.

      de openbare veiligheid;

    • c.

      de volksgezondheid;

    • d.

      de bescherming van het milieu.

  • 2.

    Een vergunning of ontheffing kan ook worden geweigerd als de aanvraag daarvoor minder dan 3 weken voor de beoogde datum van de beoogde activiteit is ingediend en daardoor een behoorlijke behandeling van de aanvraag niet mogelijk is.

 

C

Artikel 2:25 komt te luiden:

Artikel 2:25 Evenementen

  • 1.

    Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren of te veroorzaken.

  • 2.

    Evenementen die voldoen aan door het college bij nadere regel vastgestelde algemene regels zijn vrijgesteld van het eerste lid. Bij deze nadere regel wordt in ieder geval de verplichting opgenomen om voorafgaand melding te doen bij de burgemeester. De gestelde regels kunnen per gebied verschillend luiden.

  • 3.

    De burgemeester kan binnen vijf dagen na ontvangst van de melding besluiten een evenement te verbieden, indien er aanleiding is te vermoeden dat daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.

  • 4.

    Dit artikel is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg, in situaties waarin voorzien wordt door artikel 10 juncto 148, van de Wegenverkeerswet 1994.

  • 5.

    Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

 

D

Artikel 2:29 wordt als volgt gewijzigd:

De titel van het artikel «Artikel 2:29 Sluitingstijdem» wordt vervangen door: Artikel 2:29 Sluitingstijden.

 

E

Artikel 2:39, tweede lid, onder b, komt te luiden:

b. speelgelegenheden waarvoor de raad van bestuur van de kansspelautoriteit bevoegd is vergunning te verlenen; en

 

F

Artikel 2:77 wordt als volgt gewijzigd:

De woorden «vaste camera» worden vervangen door: camera’s .

 

G

Artikel 4:3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het zesde lid komt als volgt te luiden:

6. Het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau LAr,LT veroorzaakt door de inrichting bedraagt niet meer dan 70 dB(A), gemeten op de gevel van geluidgevoelige gebouwen op een hoogte van 1,5 meter of bij het ontbreken daarvan gemeten op 50 meter afstand.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van het tiende lid door een puntkomma, wordt een lid ingevoegd, luidende:

11. De houder van de inrichting informeert omwonenden vooraf door middel van een brief over de incidentele festiviteit.

 

H

Artikel 4:15 komt te luiden:

Artikel 4:15 Handelsreclame

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van het college of het bevoegd gezag op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren door middel van een opschrift, aankondiging of afbeelding.

  • 2.

    De vergunning kan worden geweigerd in verband met redelijke eisen van welstand.

  • 3.

    Het eerste lid geldt niet indien tevens een vergunning is vereist op grond artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Erfgoedwet of de Erfgoedverordening.

  • 4.

    Het is verboden op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren indien daardoor het verkeer in gevaar wordt gebracht of ernstige hinder ontstaat voor de omgeving.

  • 5.

    Het vierde lid geldt is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door het Activiteitenbesluit milieubeheer of op de Wet milieubeheer gebaseerde voorschriften.

 

I

Artikel 5:34 komt te luiden:

Artikel 5:34 Verbod vuur stoken

Het is verboden in de openlucht stoffen te verbranden buiten inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer of anderszins vuur aan te leggen, te stoken of te hebben als daardoor gevaar ontstaat voor de openbare orde of de openbare veiligheid.

 

J

Artikel 6:1 wordt als volgt gewijzigd:

In het eerste lid wordt «5:33, 5:36 en 5:37» vervangen door: 5:33, 5:34, 5:36 en 5:37.

Artikel II.

Deze wijzigingsverordening treedt in werking op de achtste dag na die van bekendmaking.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 6 juli 2017, zaaknummer 69899

De raad voornoemd,

de griffier,

G.H. Hagelstein

de voorzitter,

C. van der Knaap

Naar boven