|
|
|
|
|
|
|
|
TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE “LEGESVERORDENING 2017”
|
tarief 2017
|
tarief 2016
|
|
|
|
|
|
|
|
|
TITEL I Algemene Dienstverlening
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 – Burgerlijke
stand.
|
|
|
1.1.1.
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:
|
|
|
1.1.1.1.
|
werkdagen
|
€ 260,75
|
€ 273,55
|
1.1.1.2.
|
zaterdagen
|
€ 434,55
|
€ 455,90
|
1.1.2.
|
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een ander door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:
|
|
|
1.1.2.1.
|
werkdagen
|
€ 260,75
|
€ 273,55
|
1.1.2.2.
|
zaterdagen
|
€ 434,55
|
€ 455,90
|
1.1.2.3.
|
Indien het huwelijk wordt voltrokken door een (buitengewoon) ambtenaar van de Burgelijke Stand die niet in dienst is van de gemeente Veldhoven wordt het tarief zoals vermeldt onder 1.1.1.1. t/m 1.1.2.2. verhoogd met
|
€ 115,00
|
€ 115,00
|
1.1.3.
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek
|
€ 260,75
|
€ 273,55
|
1.1.3.1.
|
Het tarief voor een onderzoek naar de geschiktheid om een locatie als trouwlocatie aan te wijzen
|
€ 139,10
|
€ 145,95
|
1.1.4.
|
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek
|
€ 260,75
|
€ 273,55
|
1.1.5.
|
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapsboekje (inclusief uittreksel € 11,50)
|
|
|
1.1.5.1.
|
de gewone uitvoering (getypt)
|
€ 39,15
|
€ 41,05
|
1.1.5.2.
|
de luxe uitvoering (gekalligrafeerd)
|
€ 52,15
|
€ 54,05
|
1.1.5.3.
|
indien het boekje onder 1.1.5.1. of 1.1.5.2. wordt geleverd in een lederen omslag wordt het tarief verhoogd met
|
€ 17,40
|
€ 18,25
|
1.1.5.4.
|
Het tarief bedraagt voor het fungeren van een ambtenaar als getuige bij een huwelijk
|
€ 26,10
|
€ 27,40
|
1.1.5.5.
|
Het tarief bedraagt voor het kalligrafisch bijschrijven van kinderen in een trouwboekje per kind kinderen in een trouwboekje per kind
|
€ 8,70
|
€ 9,15
|
1.1.6.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gedurende één jaar een lijst te verstrekken waarop zijn vermeld:
|
|
|
1.1.6.1.
|
alle op één dag, in één week of in één maand geborenen en overledenen, voor zover voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend, voor elke op die lijst vermelde aangifte
|
|
|
1.1.6.1.1.
|
alle geboorten, toezending:
|
|
|
|
- per dag
|
€ 470,05
|
€ 493,15
|
|
- per week
|
€ 200,10
|
€ 209,90
|
|
- per maand
|
€ 185,75
|
€ 194,85
|
1.1.6.1.2.
|
alle overledenen, toezending:
|
|
|
|
- per dag
|
€ 109,40
|
€ 114,75
|
|
- per week
|
€ 40,70
|
€ 42,70
|
|
- per maand
|
€ 35,30
|
€ 37,05
|
1.1.6.2.
|
alle op één dag, in één week of in één maand ondertrouwde en getrouwde paren of geregistreerde partners, als voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend, voor elk op die lijst vermeld paar
|
|
|
1.1.6.2.1
|
alle huwelijksaangiften of afkondigingen, toezending:
|
|
|
|
- per week
|
€ 89,40
|
€ 93,80
|
|
- per maand
|
€ 67,80
|
€ 71,15
|
1.1.6.2.2.
|
gesloten huwelijken, toezending:
|
|
|
|
- per week
|
€ 89,40
|
€ 93,80
|
|
- per maand
|
€ 225,85
|
€ 236,95
|
1.1.6.2.3.
|
Indien geen overzicht wordt verlangd van alle personen, maar van een lager aantal, vindt geen correctie van de tarieven plaats
|
|
|
1.1.7.
|
Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier
|
|
|
|
|
€ 6,15
|
€ 6,45
|
1.1.8.
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand gelden de navolgende tarieven zoals opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand
|
|
|
1.1.9.
|
Indien toestemming wordt verleend voor het plaatsen van display-kaarten op de publieksbalie, bedraagt het tarief, per jaar, per display
|
|
|
|
|
€ 101,45
|
€ 106,45
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 - Reisdocumenten
|
|
|
1.2.
|
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:
|
|
|
1.2.1
|
van een nationaal paspoort
|
|
|
1.2.1.1.
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
|
|
|
|
€ 64,76
|
€ 65,85
|
1.2.1.2.
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
|
|
|
|
€ 51,46
|
€ 50,25
|
1.2.2
|
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):
|
|
|
1.2.2.1.
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
|
|
|
|
€ 64,76
|
€ 65,85
|
1.2.2.2.
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
|
|
|
|
€ 51,46
|
€ 50,25
|
1.2.3
|
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):
|
|
|
1.2.3.1.
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
|
|
|
|
€ 64,76
|
€ 65,85
|
1.2.3.2.
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
|
|
|
|
€ 51,46
|
€ 50,25
|
1.2.4
|
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen
|
|
|
|
|
€ 51,46
|
€ 50,25
|
1.2.5
|
van een Nederlandse identiteitskaart
|
|
|
1.2.5.1.
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
|
|
|
|
€ 50,66
|
€ 52,05
|
1.2.5.2.
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
|
|
|
|
€ 28,63
|
€ 27,90
|
1.2.6
|
tot het aanbrengen van een wijziging in een reisdocument als bedoeld in de subonderdelen 1.2.1, 1.2.2, 1.2.3 en 1.2.4
|
€ -
|
€ -
|
|
|
|
|
1.2.7
|
voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van
|
€ 47,55
|
€ 47,05
|
|
|
|
|
1.2.8
|
het tarief bedraagt voor het verstrekken van een medisch paspoort
|
€ 2,65
|
€ 2,80
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 - Rijbewijzen
|
|
|
1.3.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs
|
€ 32,15
|
€ 33,75
|
|
|
|
|
1.3.2.
|
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1. wordt bij een spoedlevering vermeerderd met
|
€ 34,10
|
€ 34,10
|
|
|
|
|
1.3.3.
|
Het tarief bedraagt voor de afgifte van een “eigen verklaring” (inclusief leges Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen € 25,80)
|
€ 35,00
|
€ 33,80
|
|
|
|
|
1.3.4.
|
Ingeval een eerder verstrekt rijbewijs niet kan worden overlegd, zullen de ter zake verschuldigde leges worden verhoogd met
|
€ -
|
€ -
|
|
|
|
|
1.3.5.
|
Het tarief bedraagt voor een inlichting uit het Centraal Register Rijbewijzen:
|
|
|
1.3.5.1.
|
indien deze mondeling wordt verstrekt
|
€ 3,55
|
€ 3,75
|
1.3.5.2.
|
indien deze wordt toegezonden
|
€ 4,25
|
€ 4,45
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 – Verstrekkingen uit de basisregistratie personen.
|
|
|
1.4.1.
|
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3. en 1.4.4., wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.
|
|
|
1.4.2.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.4.2.1.
|
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking:
|
€ 10,15
|
€ 10,65
|
1.4.2.2.
|
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking via het digitale kanaal
|
€ 9,50
|
€ 9,95
|
1.4.2.2.
|
tot het op geautomatiseerde wijze verzamelen en vastleggen van inlichtingen, op de door de verzoeker aangeleverde magnetische banden of schijven:
|
|
|
1.4.2.2.1.
|
voor 2.500 inlichtingen of minder
|
€ 287,65
|
€ 301,75
|
1.4.2.2.2.
|
voor elk volgend honderdtal of gedeelte daarvan tot 5.000 inlichtingen
|
€ 11,55
|
€ 12,10
|
|
|
|
|
1.4.2.2.3.
|
voor elk volgend honderdtal of gedeelte daarvan tot 10.000 inlichtingen
|
€ 11,10
|
€ 11,65
|
|
|
|
|
1.4.2.2.4.
|
Voor elk volgend honderdtal of gedeelte daarvan boven de 10.000 inlichtingen
|
€ 10,40
|
€ 10,90
|
|
|
|
|
1.4.3.
|
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media of schriftelijk, bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen
|
€ 10,05
|
€ 10,55
|
|
|
|
|
1.4.4.
|
Het tarief bedraagt voor:
|
|
|
1.4.4.1.
|
het op verzoek doornemen van de basisregistratie, voor ieder daaraan besteed kwartier
|
€ 6,15
|
€ 6,45
|
|
|
|
|
1.4.4.2.
|
indien voor de gevraagde selectie inlichtingen een computerprogramma moet worden vervaardigd, worden de onder 4.2.2. genoemde tarieven verhoogd met
|
€ 336,60
|
€ 353,10
|
|
indien een computerprogramma moet worden vervaardigd, wordt dit vooraf aan betrokkene medegedeeld
|
|
|
1.4.4.3.
|
een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of een uittreksel uit het gemeentelijke beperkingen register of de gemeentelijke beperkingen registratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet
|
€ 10,05
|
€ 10,55
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 – Verstrekkingen uit het Kiezersregister
|
|
|
N.v.t.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 – Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens
|
|
|
1.6.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:
|
|
|
1.6.1.1.
|
bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:
|
|
|
1.6.1.1.1.
|
ten hoogste 100 pagina’s, per pagina
|
€ 0,23
|
€ 0,23
|
|
met een maximum per bericht van
|
€ 4,50
|
€ 4,50
|
1.6.1.1.2.
|
meer dan 100 pagina’s
|
€ 22,50
|
€ 22,50
|
1.6.1.2
|
bij verstrekking anders dan op papier
|
€ 4,50
|
€ 4,50
|
1.6.1.3
|
dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking
|
€ 22,50
|
€ 22,50
|
|
|
|
|
1.6.2.
|
Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1., 1.6.1.2. en 1.6.1.3. meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.
|
|
|
1.6.3.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens
|
€ 4,50
|
€ 4,50
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 –
Bestuursstukken
|
|
|
1.7.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van:
|
|
|
1.7.1.1
|
een exemplaar van de bouwverordening/bouwbesluit
|
€ 72,80
|
€ 76,35
|
1.7.1.2.
|
een exemplaar van de Algemene plaatselijke verordening (Apv) voor de gemeente
|
€ 22,65
|
€ 23,75
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 – Vastgoedinformatie
|
|
|
1.8.1
|
Het tarief bedraagt ter zake van het verrichten van nasporingen in het kadaster:
|
|
|
1.8.1.1.
|
voor kadastrale informatie, per object of per adres
|
€ 14,80
|
€ 14,80
|
1.8.1.2.
|
voor hypothecaire informatie, per object of per adres
|
€ 14,80
|
€ 14,80
|
1.8.1.3.
|
voor informatie uit akten, per akte
|
€ 14,80
|
€ 14,80
|
1.8.1.4.
|
voor informatie uit een kadastrale kaart, inclusief kopie op formaat A3 of A4, per object of per adres met uitzondering van een kadastrale kaart t/m A3-formaat ten behoeve van het indienen van een melding of een aanvraag voor een vergunning voor het organiseren van een evenement
|
€ 14,80
|
€ 14,80
|
|
|
|
|
1.8.2.
|
Het tarief voor een enkele bevraging (één perceel/stuk grond) uit het geautomatiseerde bodeminformatiesysteem bedraagt per perceel
|
€ 30,40
|
€ 30,40
|
|
|
|
|
1.8.2.1.
|
Het tarief voor een digitale hardcopy (dump) van een gedeelte of het gehele bodeminformatiesysteem bedraagt
|
€ 182,50
|
€ 182,50
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9 – Overige Inwonerszaken
|
|
|
1.9.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.9.1.
|
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent gedrag (inclusief kosten Rijk € 22,55)
|
€ 41,35
|
€ 41,35
|
|
|
|
|
1.9.2.
|
tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn
|
€ 9,10
|
€ 9,55
|
1.9.3.
|
tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening
|
€ 4,30
|
€ 4,50
|
1.9.4.
|
de afgifte van een hondenpenning wegens verlies van de ter beschikking gestelde penning
|
€ 8,70
|
€ 9,15
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10 - Gemeentearchief
|
|
|
1.10.1.
|
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier
|
€ 6,15
|
€ 6,45
|
|
|
|
|
1.10.2.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:
|
|
|
1.10.2.1.
|
een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina
|
€ 0,15
|
€ 0,15
|
|
|
|
|
1.10.2.2.
|
Een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk
|
€ 0,15
|
€ 0,15
|
|
|
|
|
1.10.3.1.
|
Voor het verstrekken van afschriften, fotokopieën, afdruk van een tekening en dergelijke uit het vergunningenarchief worden voor de eerste 20 exemplaren met een oppervlakte van A3 formaat of kleiner geen leges in rekening gebracht. De navolgende exemplaren worden in rekening gebracht overeenkomstig het bepaalde in Hoofdstuk 19 - Diversen, met een minimum van
|
€ 4,85
|
€ 5,10
|
|
|
|
|
1.10.3.2.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek tot verkrijging van gegevens ten aanzien van een bestemmingsplan, bodemgesteldheid en dergelijke voor commerciële doeleinden (o.a. makelaars, architecten, bouwbedrijven, rechtsbijstand, advocaten) bedraagt
|
€ 32,60
|
€ 34,20
|
|
|
|
|
|
In geval van niet digitale verstrekking wordt dit bedrag verhoogd met het tarief voor het verstrekken van afschriften, fotokopieën, afdruk van een tekening en dergelijke als vermeld in Hoofdstuk 19 - Diversen.
|
|
|
|
Bovenstaande is niet van toepassing als het gaat om een bevraging of (digitale) hardcopy als bedoeld in artikel 1.8.2. respectievelijk 1.8.2.1.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 11 – Huisvestingswet
|
|
|
1.11.1
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een urgentiebeschikking in het kader van de "Urgentieverordening gemeente Veldhoven 2015" bedraagt het tarief
|
€ 45,00
|
|
1.11.2
|
Het bepaalde in artikel 1.11.1. is niet van toepassing op of door namens statushouders als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder h, van de "Urgentieverordening gemeente Veldhoven 2015" ingediende verzoeken om urgentiebeschikking
|
|
|
1.11.3
|
De in artikel 1.11.1. bedoelde leges worden gerestitueerd als de urgentie wordt verleend
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 12 – Leegstandswet
|
|
|
1.12.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid van de Leegstandwet bedraagt
|
€ 158,85
|
€ 166,65
|
1.12.1
|
Indien sprake is van twee of meer wooneenheden wordt het tarief onder 1.12 per wooneenheid verhoogd met
|
€ 4,80
|
€ 5,05
|
|
met een maximum verhoging van
|
€ 96,75
|
€ 101,50
|
1.12.2
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de leegstandwet.
|
€ 93,75
|
€ 98,35
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 13 – Gemeentegarantie
|
|
|
1.13.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.13.1.
|
tot het verkrijgen van een gemeentegarantie
|
€ 338,75
|
€ 355,40
|
1.13.2.
|
tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening
|
€ 338,75
|
€ 355,40
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 14 – Winkeltijdenwet
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 15 – Kansspelen
|
|
|
1.15.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning bedraagt:
|
|
|
1.15.1.1.
|
voor één speelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd
|
€ 226,50
|
€ 226,50
|
|
|
|
|
1.15.1.2.
|
voor twee of meer speelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste speelautomaat
|
€ 226,50
|
€ 226,50
|
|
|
|
|
|
en voor iedere volgende speelautomaat
|
€ 90,50
|
€ 90,50
|
1.15.2.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)
|
€ 45,00
|
€ 45,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 16 – Kinderopvang
|
|
|
1.16.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot opname in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK):
|
|
|
1.16.1.1.
|
als kinderdagverblijf waarbij een inspectie door de GGD voor de aanvang plaatsvindt
|
€ 825,00
|
€ 825,00
|
|
|
|
|
1.16.1.2.
|
als buitenschoolse opvang waarbij een inspectie door de GGD voor de aanvang plaatsvindt
|
€ 825,00
|
€ 825,00
|
|
|
|
|
1.16.1.3.
|
als gastouderbureau (eigen bureau) waarbij een inspectie door de GGD voor de aanvang plaatsvindt
|
€ 825,00
|
€ 825,00
|
|
|
|
|
1.16.2.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag door een gastouderbureau tot opname in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK):
|
|
|
1.16.2.1.
|
van gastouders waarbij een inspectie op locatie door de GGD voor aanvang plaatsvindt
|
€ 475,00
|
€ 475,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 17 – Nuts en Telecombedrijven
|
|
|
1.17.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag, als bedoeld in artikel 2.1. en 3.1. van de "Verordening Ondergrondse Infrastructuur Veldhoven 2015", waarbij de graaflengte minder dan 100 meter is of een lasgat/montagegat met een oppervlakte van meer dan 2m2
|
€ 186,14
|
|
1.17.2.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag, als bedoeld in artikel 2.1. en 3.1. van de "Verordening Ondergrondse Infrastructuur Veldhoven 2015", waarbij de graaflengte groter of gelijk is dan 100 meter
|
€ 372,29
|
|
1.17.3.
|
Het tarief genoemd onder 1.17.1. en 1.17.2. wordt verhoogd met een bedrag per strekkende meter sleuflengte, voor zover binnen de bebouwde kom gelegen, van
|
€ 1,79
|
|
1.17.4
|
Het tarief genoemd onder 1.17.1. en 1.17.2. wordt verhoogd met een bedrag per strekkende meter sleuflengte, voor zover buiten de bebouwde kom gelegen:
|
|
|
|
1. over de eerste 2000 meter, een bedrag van
|
€ 1,27
|
|
|
2. over de lengte langer dan 2000 meter doch kleiner of gelijk dan 50000 meter, een bedrag van
|
€ 0,76
|
|
|
3. over de resterende lengte langer dan 50000 meter een bedrag van
|
€ 0,66
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 18
-
Verkeer en vervoer
|
|
|
1.18.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.18.1.
|
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990
|
€ 33,05
|
€ 33,05
|
|
|
|
|
1.18.2.
|
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen
|
€ 33,05
|
€ 33,05
|
|
|
|
|
1.18.3.
|
tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)
|
€ 33,05
|
€ 33,05
|
|
|
|
|
1.18.4.
|
tot het jaarlijks verkrijgen van een ontheffing binnen het gebied dat is aangewezen als een parkeerschijfzone (blauwe zone) ingericht gebied, voor bewoners woonachtig binnen dit gebied:
|
|
|
1.18.4.1.
|
voor één ontheffing per jaar conform Parkeerverordening
|
€ 18,00
|
€ 18,00
|
1.18.4.2.
|
voor een tweede ontheffing per jaar conform Parkeerverordening
|
€ 36,00
|
€ 36,00
|
1.18.5.
|
tot het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart:
|
|
|
1.18.5.1.
|
aan een individuele burger (bedoeld worden de bestuurders- en de passagierskaart)
|
€ 50,00
|
€ 50,00
|
|
|
|
|
1.18.5.2.
|
aan een instelling de eerste kaart, welke is bedoeld voor het gebruik van collectief vervoer
|
€ 50,00
|
€ 50,00
|
|
|
|
|
1.18.5.3.
|
aan een instelling die aanvragen voor een tweede en volgende gehandicaptenparkeerkaart, welke is bedoeld voor het gebruik van collectief vervoer
|
€ 30,80
|
€ 30,80
|
|
|
|
|
1.18.5.4.
|
tot het verkrijgen van een duplicaat gehandicaptenparkeerkaart voor burgers en instellingen
|
€ 30,80
|
€ 30,80
|
|
|
|
|
1.18.5.5.
|
tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats
|
€ 75,00
|
€ 75,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 19 – Diversen
|
|
|
1.19.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.19.1.1.
|
tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 11 van de Afvalstoffenverordening
|
€ 22,50
|
€ 23,60
|
|
|
|
|
1.19.1.2.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van:
|
|
|
1.19.1.2.1
|
een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5:16 lid 1 van de Apv, voor zover deze geen betrekking heeft op de vrijheid van meningsuiting
|
€ 116,45
|
€ 122,15
|
|
|
|
|
1.19.1.2.2.
|
een vergunning als bedoeld in artikel 2:6, lid 1 van de Apv voor het plaatsen van containers, materiaalwagens, loodsen, keten en dergelijke getimmerten
|
€ 86,90
|
€ 91,15
|
|
|
|
|
1.19.1.2.3.
|
een vergunning als bedoeld in artikel 2:6, lid 1 van de Apv voor het aanbrengen c.q. plaatsen van spandoeken en driehoeksborden
|
€ 86,90
|
€ 91,15
|
|
|
|
|
1.19.1.2.4.
|
een ontheffing als bedoeld in artikel 2:55, lid 3 van de Apv voor carbid schieten
|
€ 86,90
|
€ 91,15
|
|
|
|
|
1.19.1.2.5.
|
een ontheffing als bedoeld in artikel 4:5, lid 1 van de Apv voor overige geluidshinder
|
€ 116,45
|
€ 122,15
|
|
|
|
|
1.19.1.2.6.
|
een ontheffing als bedoeld in artikel 5:21, lid 1 van de Apv voor het verbranden van afvalstoffen buiten de inrichtingen of voor het stoken van vuur
|
€ 86,90
|
€ 91,15
|
|
|
|
|
1.19.1.2.7.
|
Een vergunning, ontheffing, een vrijstelling of een andere beschikking voor zover daarvoor niet elders in hoofdstuk 14, 15, 18 of dit hoofdstuk een tarief is opgenomen
|
€ 86,90
|
€ 91,15
|
|
|
|
|
1.19.2.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
|
|
|
1.19.2.1.
|
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina
|
€ 0,15
|
€ 0,15
|
|
|
|
|
1.19.2.2.
|
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:
|
€ 0,15
|
€ 0,15
|
1.19.2.2.1.
|
per pagina op papier van A4-formaat
|
|
|
1.19.2.3.
|
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.19.2.1. en 1.19.2.2. genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk met een oppervlakte van:
|
|
|
1.19.2.3.1.
|
formaat A4 of kleiner
|
€ 2,10
|
€ 2,20
|
1.19.2.3.2.
|
groter dan formaat A4, doch kleiner dan formaat A2
|
€ 4,85
|
€ 5,10
|
1.19.2.3.3.
|
formaat A2 of groter, doch kleiner dan formaat A0
|
€ 7,40
|
€ 7,75
|
1.19.2.3.4.
|
formaat A0 of groter
|
€ 11,30
|
€ 11,85
|
1.19.2.4.
|
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen
|
€ 19,30
|
€ 20,25
|
|
|
|
|
1.19.2.5.
|
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden gemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina
|
€ 3,15
|
€ 3,30
|
|
|
|
|
1.19.3.
|
De in dit hoofdstuk opgenomen bedragen onder de
|
€ 5,10
|
€ 5,35
|
|
worden met
|
€ 1,55
|
€ 1,65
|
|
verhoogd, indien de gevraagde stukken en/of vergunningen moeten worden toegestuurd.
|
|
|
1.19.4.
|
Kosten voor het postkamertraject, voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting t.b.v. buitengemeentelijke afnemers (zonder no-hit-bericht) en bijzondere derden
|
€ 2,25
|
€ 2,25
|
|
|
|
|
1.19.5.
|
Kosten voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van periodieke gegevens op alternatieve media aan afnemers die volgens autorisatiebesluit deze bevoegdheid hebben
|
€ 22,70
|
€ 22,70
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
TITEL 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 – Begripsomschrijvingen
|
|
|
2.1.1.
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
|
|
|
2.1.1.1.
|
gebruiksfunctie:
|
|
|
|
de gedeelten van een of meer bouwwerken op een perceel of standplaats, die dezelfde gebruiksbestemming hebben en die tezamen een gebruikseenheid vormen, zoals omschreven in het Bouwbesluit 2003;
|
|
|
2.1.1.2.
|
gebruiksoppervlakte:
|
|
|
|
gebruiksoppervlakte in vierkante meter (m2) wordt bepaald zoals omschreven in NEN 2580;
|
|
|
2.1.1.3.
|
vooroverleg:
|
|
|
|
een vooroverleg volgende uit een verzoek hierom en daarmee als zodanig erkend door gemeente en aanvrager/verzoeker
|
|
|
2.1.1.4.
|
behandeladvies:
|
|
|
|
een behandeladvies is een verzoek en daarmee als zodanig erkend door gemeente en aanvrager/verzoeker tot advisering inzake één of meerdere deelaspecten van een voorgenomen project voordat er sprake is van een aanvraag tot een (omgevings)vergunning
|
|
|
2.1.1.5.
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
|
2.1.2.
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
|
2.1.3.
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2
-
Vooroverleg
|
|
|
2.2.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vooroverleg in het kader van de Wabo en/of de Wet ruimtelijke ordening
|
€ 100,00
|
€ 100,00
|
2.2.2.
|
Onverminderd het bepaalde in 2.2.1. bedraagt het tarief voor de beoordeling van een principeverzoek om tot een formele aanvraag te komen voor een procedure op grond van artikel 2.12.1.a.3 Wabo (Wabo-projectbesluit), artikel 3.1. Wro(bestemmingsplan) of 3.6 Wro (wijzigingsplan):
|
€ 810,60
|
€ 826,05
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 - Omgevingsvergunning
|
|
|
2.3.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het pro-ject geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
Heffingsgrondslag
|
|
|
|
Dit is de grondslag op basis waarvan leges worden geheven. Er worden meerdere grondslagen gebruikt, afhankelijk van het te leveren product:
|
|
|
|
a. Gebruiksoppervlakte (m2) per gebruiksfunctie waar de aanvraag betrekking op heeft, als omschreven onder artikel 2.1. van deze titel;
|
|
|
|
b. vast tarief per product, als omschreven in het van toepassing zijnde artikel;
|
|
|
|
c. overige grondslagen, als omschreven in het van toepassing zijnde artikel.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.1.
|
|
|
2.3.1.
|
Bouwactiviteiten
|
|
|
2.3.1.1.
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, wordt het tarief bepaald op basis van de gebruiksfunctie(s) en de gebruiksoppervlakte daarvan. Wanneer een bouwactiviteit meer dan één gebruiksfunctie kent wordt het tarief bepaald op basis van de som van de tarieven per gebruiksfunctie en daaraan gekoppelde gebruiksoppervlakte.
|
|
|
|
Er kan naast een nieuwe gebruiksfunctie ook sprake zijn van activiteiten binnen een bestaande gebruiksfunctie. In het laatste geval wordt gerekend met de gebruiksoppervlakte waar de bouwactiviteiten (bijvoorbeeld interne wijzigingen, dakkapel) plaatsvinden ook al blijft de gebruiksfunctie in aard ongewijzigd.
|
|
|
|
Dit alles is te berekenen aan de hand van het onderstaande.
|
|
|
2.3.1.1.1.
|
Wanneer sprake is van één of meer van de volgende gebruiksfuncties:
|
|
|
|
- bijeenkomstfunctie;
|
|
|
|
- gezondheidsfunctie;
|
|
|
|
- logiesfunctie;
|
|
|
|
- onderwijsfunctie;
|
|
|
|
wordt voor de betreffende gebruiksfunctie(s) afzonderlijk de gebruiksoppervlakte bepaald en aan de hand hiervan het volgende tarief per gebruiksfunctie gehanteerd:
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde kleiner is dan 20m2, bedragen de kosten:
|
€ 247,25
|
€ 251,95
|
|
|
|
|
|
indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde 20m2 of groter is, maar kleiner dan of gelijk is aan 200 m2, bedragen de kosten:
|
€ 247,25
|
€ 251,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 32,80
|
€ 33,40
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 20 m2.
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 200m2, maar kleiner dan of gelijk is aan 500m2, bedragen de kosten:
|
€ 6.151,25
|
€ 6.263,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 28,25
|
€ 28,80
|
|
voor elke m2 gebruiksoppervlakte vanaf 200 m2.
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 500m2, maar kleiner dan of gelijk is aan 2000m2, bedragen de kosten:
|
€14.626,25
|
€14.903,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met.
|
€ 26,40
|
€ 26,90
|
|
voor elke m2 gebruiksoppervlakte vanaf 500m2.
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 2000m2 bedragen de kosten:
|
€54.226,25
|
€55.253,95
|
|
|
|
|
|
deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 25,25
|
€ 25,75
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 2000 m2, met een maximum van:
|
€500.000,00
|
€500.000,00
|
2.3.1.1.2.
|
Wanneer sprake is één of meer van de volgende gebruiksfunctie:
|
|
|
|
- celfunctie;
|
|
|
|
- kantoorfunctie;
|
|
|
|
- sportfunctie;
|
|
|
|
- winkelfunctie;
|
|
|
|
wordt voor de betreffende gebruiksfunctie(s) afzonderlijk de gebruiksoppervlakte bepaald en aan de hand hiervan het volgende tarief per gebruiksfunctie gehanteerd:
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde kleiner is dan 20m2, bedragen de kosten:
|
€ 247,25
|
€ 251,95
|
|
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde 20 m2 of groter is, maar kleiner dan of gelijk is aan 200 m2, bedragen de kosten:
|
€ 247,25
|
€ 251,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 30,85
|
€ 31,45
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 20 m2
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 200m2, maar kleiner dan of gelijk is aan 500 m2, bedragen de kosten:
|
€ 5.800,25
|
€ 5.912,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 26,65
|
€ 27,15
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 200 m2.
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 500m2, maar kleiner dan of gelijk is aan 2000m2, bedragen de kosten:
|
€ 13.795,25
|
€ 14.057,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 24,90
|
€ 25,35
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 500 m2.
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 2000m2 bedragen de kosten:
|
€ 51.145,25
|
€ 52.082,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 23,80
|
€ 24,25
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 2000 m2 , met een maximum van:
|
€500.000,00
|
€500.000,00
|
2.3.1.1.3.
|
Wanneer sprake is één of meer van de volgende gebruiksfunctie:
|
|
|
|
- woonfunctie;
|
|
|
|
wordt voor de betreffende gebruiksfunctie(s) afzonderlijk de gebruiksoppervlakte bepaald en aan de hand hiervan het volgende tarief per gebruiksfunctie gehanteerd:
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde kleiner is dan 20m2, bedragen de kosten:
|
€ 247,25
|
€ 251,95
|
|
|
|
|
|
indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde 20 m2 of groter is, maar kleiner dan of gelijk is aan 200 m2, bedragen de kosten:
|
€ 247,25
|
€ 251,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 26,80
|
€ 27,30
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 20 m2
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 200m2, maar kleiner dan of gelijk is aan 500m2, bedragen de kosten:
|
€ 5.071,25
|
€ 5.165,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 23,15
|
€ 23,60
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 200 m2
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 500m2, maar kleiner dan of gelijk is aan 2000m2, bedragen de kosten:
|
€ 12.016,25
|
€ 12.245,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 21,60
|
€ 22,00
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 500 m2
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 2000m2 bedragen de kosten:
|
€ 44.416,25
|
€ 45.245,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 20,70
|
€ 21,10
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 2000 m2, met een maximum van:
|
€500.000,00
|
€500.000,00
|
2.3.1.1.4.
|
Wanneer sprake is van de volgende gebruiksfunctie:
|
|
|
|
- industriefunctie (niet agrarisch);
|
|
|
|
- industriefunctie (agrarisch);
|
|
|
|
- overige gebruiksfunctie;
|
|
|
|
wordt het volgende tarief gehanteerd:
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde kleiner is dan 20m2, bedragen de kosten:
|
€ 247,25
|
€ 251,95
|
|
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde 20m2 of groter is, maar kleiner dan of gelijk is aan 200 m2, bedragen de kosten:
|
€ 247,25
|
€ 251,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 25,85
|
€ 26,35
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 20 m2.
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 200m2, maar kleiner dan of gelijk is aan 500m2, bedragen de kosten:
|
€ 4.900,25
|
€ 4.994,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 10,95
|
€ 11,15
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 200 m2.
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 500m2, maar kleiner dan of gelijk is aan 2000m2, bedragen de kosten:
|
€ 8.185,25
|
€ 8.339,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 6,65
|
€ 6,80
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 500 m2.
|
|
|
|
Indien het gebruiksoppervlakte van het aangevraagde groter is dan 2000m2 bedragen de kosten:
|
€ 18.160,25
|
€ 18.539,95
|
|
|
|
|
|
Deze kosten worden vermeerderd met
|
€ 4,50
|
€ 4,60
|
|
voor elke vierkante meter gebruiksoppervlakte vanaf 2000 m2, met een maximum van:
|
€500.000,00
|
€500.000,00
|
2.3.1.1.5.
|
Wanneer sprake is van de volgende gebruiksfunctie:
|
|
|
|
- bouwwerk geen gebouw zijnde;
|
|
|
|
wordt het volgende tarief gehanteerd:
|
|
|
|
voor gevelwijzigingen bedragen de kosten:
|
€ 133,65
|
€ 136,20
|
|
voor overkappingen bedragen de kosten per overkapping:
|
€ 133,65
|
€ 136,20
|
|
voor wanden/muren en andere (erf)afscheidingen bedragen de kosten, per wand/muur en (erf)afscheiding:
|
€ 133,65
|
€ 136,20
|
|
|
|
|
|
overige bouwwerken geen gebouw zijnde die hierboven niet genoemd zijn per bouwwerk:
|
|
|
|
ongeacht hoogte het grondoppervlakte kleiner dan 2 m2 is:
|
€ 133,65
|
€ 136,20
|
|
indien het grondoppervlakte 2 of meer m2 bedraagt dan wordt het legesbedrag als volgt bepaald:
|
|
|
|
het aangevraagde niet hoger dan één meter is:
|
€ 133,65
|
€ 136,20
|
|
vermeerderd met
|
€ 2,65
|
€ 2,70
|
|
per m2 van het grondoppervlakte waar de aanvraag op van toepassing is met een maximum van:
|
€ 267,30
|
€ 272,40
|
|
het aangevraagde hoger dan één meter is maar niet hoger dan drie meter:
|
€ 155,90
|
€ 158,85
|
|
|
|
|
|
vermeerderd met
|
€ 3,35
|
€ 3,40
|
|
per m2 van het grondoppervlakte waar de aanvraag op van toepassing is met een maximum van:
|
€ 467,70
|
€ 476,55
|
|
het aangevraagde hoger dan drie meter is maar niet hoger dan vijf meter:
|
€ 222,70
|
€ 226,95
|
|
|
|
|
|
vermeerderd met
|
€ 6,65
|
€ 6,80
|
|
per m2 van het grondoppervlakte waar de aanvraag op van toepassing is met een maximum van:
|
€ 890,80
|
€ 907,80
|
|
het aangevraagde hoger dan vijf meter is maar niet hoger dan tien meter:
|
€ 356,30
|
€ 363,10
|
|
|
|
|
|
vermeerderd met
|
€ 10,05
|
€ 10,25
|
|
per m2 van het grondoppervlakte waar de aanvraag op van toepassing is met een maximum van:
|
€ 1.781,50
|
€ 1.815,50
|
|
het aangevraagde hoger dan tien meter is:
|
€ 801,70
|
€ 816,95
|
|
vermeerderd met
|
€ 13,35
|
€ 13,60
|
|
per m2 van het grondopper- vlakte waar de aanvraag op van toepassing is met een maximum van:
|
€ 4.810,20
|
€ 4.901,70
|
|
Alle bouwwerken geen gebouw zijnde niet genoemd zijn in 2.3.1.1.5. geldt het tarief van:
|
€ 133,65
|
€ 136,20
|
|
|
|
|
2.3.1.2.
|
Extra welstandstoets
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2.3.1.3.
|
n.v.t.
|
|
|
2.3.1.4.
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
|
|
Vervallen
|
|
|
2.3.1.5.
|
Beoordeling aanvullende gegevens
|
|
|
|
Vervallen
|
|
|
2.3.1.6.
|
Vervallen
|
|
|
2.3.1.7.
|
Relatie legestarief bouwactiviteiten en bouwkosten
|
|
|
2.3.1.7.1
|
Indien de aanvrager kan aantonen dat de berekende leges uit voorgaande artikelen in 2.3.1.1 meer dan 5% van de bouwkosten (excl. BTW) bedragen, waarbij inbegrepen kosten bouwkundige werken, kosten installaties en kosten van vaste inrichting, bedraagt het tarief: 5% van de bouwkosten.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2.3.1.7.2
|
Artikel 2.3.1.7.1 is enkel van toepassing in die gevallen waarbij:
|
|
|
|
- de in artikel 2.3.1.1 bepaalde legeskosten € 2.000,- of meer bedragen, en;
|
|
|
|
- sprake is van een gebruiksfunctie waarbij in afwijking van de voor deze gebruiksfunctie gebruikelijke bouwwijze wordt gebouwd, dan wel sprake is van een (agrarische) industriefunctie.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.2
|
|
|
2.3.2.
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 466,30
|
€ 475,20
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.3
|
|
|
2.3.3.
|
Planologisch strijdig gebruik
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, bedraagt het tarief voor dit onderdeel:
|
|
|
2.3.3.1.
|
Indien de bedoelde aanvraag tevens toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1o van de Wabo (binnenplanse afwijking) inhoudt:
|
€ 395,40
|
€ 402,95
|
|
|
|
|
2.3.3.2.
|
Indien de bedoelde aanvraag tevens toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2o van de Wabo (buitenplanse kleine afwijking) inhoudt:
|
€ 449,35
|
€ 457,90
|
|
|
|
|
2.3.3.3.
|
Indien de bedoelde aanvraag tevens toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3o van de Wabo (buitenplanse afwijking) inhoudt:
|
€ 4.647,65
|
€ 4.736,15
|
|
|
|
|
2.3.3.4.
|
Indien de bedoelde aanvraag tevens toepassing van artikel 2.12, tweede lid van de Wabo (tijdelijke afwijking) inhoudt:
|
€ 494,30
|
€ 503,70
|
|
|
|
|
2.3.3.5.
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 843,10
|
€ 859,15
|
|
|
|
|
2.3.3.6.
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 843,10
|
€ 859,15
|
|
|
|
|
2.3.3.7.
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 843,10
|
€ 859,15
|
|
|
|
|
2.3.3.8.
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit)
|
€ 843,10
|
€ 859,15
|
|
|
|
|
2.3.3.9.
|
Indien tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2,1, eerste lid, onder a, van de Wabo en de betreffende activiteit heeft betrekking op meer dan 100 m2 gebruiksoppervlak (GO), zoals bedoeld in artikel 2.3.1.1.1., 2.3.1.1.2., 2.3.1.1.3. en 2.3.1.1.4. (cumulatief) wordt het bepaalde in artikel 2.3.3.1. tot en met 2.3.3.8., per m2 GO, verhoogd met
|
€ 3,95
|
€ 4,05
|
|
welke de 50 m2 GO te boven gaat.
|
|
|
|
De verhoging bedraagt maximaal
|
€ 7.000,00
|
€ 7.000,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.4
|
|
|
2.3.4.
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.5
|
|
|
2.3.5.
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
2.3.5.1.
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verkrijgen, wijzigen en/of uitbreiden van een gebruiksvergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een bouwwerk als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief indien:
|
|
|
|
de betreffende gebruiksoppervlakte bedraagt:
|
|
|
|
a. tot en met maximaal 20 m²
|
€ 416,30
|
€ 424,25
|
|
b. meer dan 20 m² tot en met 200 m²
|
€ 416,30
|
€ 424,25
|
|
vermeerderd met
|
€ 2,90
|
€ 2,95
|
|
voor elke m2 vanaf 20 m2.
|
|
|
|
c. meer dan 200 m² tot en met 500 m²
|
€ 938,30
|
€ 955,25
|
|
vermeerderd met
|
€ 2,90
|
€ 2,95
|
|
voor elke m2 vanaf 200 m2.
|
|
|
|
d. meer dan 500 m² tot en met 2.000 m²
|
€ 1.808,30
|
€ 1.840,25
|
|
vermeerderd met
|
€ 1,30
|
€ 1,35
|
|
voor elke m2 vanaf 500 m2.
|
|
|
|
e. meer dan 2.000 m²
|
€ 3.758,30
|
€ 3.865,25
|
|
vermeerderd met
|
€ 0,45
|
€ 0,45
|
|
voor elke m2 vanaf 2000 m2.
|
|
|
|
met een maximum van
|
€ 7.500,00
|
€ 7.500,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.6
|
|
|
2.3.6.
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
|
2.3.6.1.
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens de Erfgoedverordening 2008 Gemeente Veldhoven aangewezen monument, waarvoor op grond van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
|
|
2.3.6.1.1.
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
|
€ 133,80
|
€ 136,35
|
|
|
|
|
2.3.6.1.2.
|
Indien de aanvraag voor een omgevingsvergunning zoals in 2.3.6.1 voorafgegaan wordt door een vooroverleg en/of behandeladvies dan vervalt de legesheffing zoals genoemd in 2.3.6.1.1.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.7
|
|
|
2.3.7.
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.8
|
|
|
2.3.8.
|
Aanleggen of veranderen van een weg
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:7 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 132,00
|
€ 132,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.9
|
|
|
2.3.9.
|
Uitweg/inrit
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:8 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 129,15
|
€ 131,60
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.10
|
|
|
2.3.10.
|
Kappen
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:10, lid 1 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 129,15
|
€ 131,60
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.11
|
|
|
2.3.11.
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.12
|
|
|
2.3.12.
|
Natura 2000-activiteiten
|
|
|
2.3.12.1.
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit ruimtelijke ordening (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 219,70
|
€ 223,90
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.13
|
|
|
|
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanfhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 219,70
|
€ 223,90
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.14
|
|
|
2.3.14.
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.15
|
|
|
2.3.15.
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
2.3.15.1.
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase:
|
|
|
|
het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
|
|
2.3.15.2.
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase:
|
|
|
|
het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft:
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.16
|
|
|
2.3.16.
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.17
|
|
|
2.3.17.
|
Advies
|
|
|
2.3.17.1.
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo, het bedrag dat aan de aanvrager wordt medegedeeld, blijkend uit een specificatie van bovengenoemde bestuursorganisatie of instantie.
|
|
|
2.3.17.2.
|
Indien de specificatie als bedoeld in 2.3.17.1. is uitgebracht, wordt een aanvraag (verder) in behandeling genomen. Indien de aanvrager voor de vijfde werkdag na mededeling de aanvraag schriftelijk intrekt wordt het bedrag volgende uit de specificatie als bedoeld in 2.3.17.1. niet in rekening gebracht.
|
|
|
2.3.17.3
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld, het tarief van deze commissie doorberekend aan de aanvrager.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3.18
|
|
|
2.3.18.
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
2.3.18.1.
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
|
2.3.18.1.1.
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven
|
€ 606,45
|
€ 618,00
|
|
|
|
|
2.3.18.1.2.
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag dat aan de aanvrager wordt medegedeeld, blijkend uit een specificatie van bovengenoemde bestuursorganisatie of instantie.
|
|
|
2.3.18.2.
|
Indien de specificatie als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag (verder) in behandeling genomen. Indien de aanvrager voor de vijfde werkdag na mededeling de aanvraag schriftelijk intrekt wordt het bedrag volgende uit de specificatie als bedoeld in 2.3.18.1. niet in rekening gebracht.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 – Vermindering
|
|
|
2.4.1.
|
Indien de aanvraag van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1., eerste lid, onder a, van de Wabo vergezeld gaat van een gecertificeerde Bouwbesluittoets van een bedrijf waaraan een certificaat voor het toetsen van bouwplannen aan alle relevante scopes volgens BRL 5019 is uitgereikt, dan wordt het bepaalde in artikel 2.3.1.1 verminderd met
|
12%
|
12%
|
|
|
|
|
2.4.1.1.
|
indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de wabo en deze aanvraag vergezeld gaat van een bewijs (burenakkoord) waaruit blijkt dat het bouwinitiatief goedkeuring heeft van de buurt (belanghebbenden) wordt het legesbedrag zoals bepaald in 2.3.3. verminderd met
|
20%
|
|
2.4.1.2.
|
Vervallen
|
|
|
2.4.1.3.
|
Vervallen
|
|
|
2.4.2.
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning volledig en direct ontvankelijk is, en dus voldoet aan de wettelijke indieningsvereisten wordt het legesbedrag als bepaald in 2.3. verminderd.
|
|
|
|
De vermindering bedraagt:
|
|
|
|
indien het legesbedrag zoals bepaald in artikel 2.3. € 1000,- of minder bedraagt:
|
10%
|
10%
|
|
van het in artikel 2.3. bepaalde legesbedrag
|
|
|
|
|
|
|
|
indien het legesbedrag zoals bepaald in artikel 2.3. meer dan € 1000,- bedraagt:
|
1%
|
1%
|
|
|
|
|
|
van het in artikel 2.3. bepaalde legesbedrag verhoogd met € 90,-
|
|
|
2.4.2.1.
|
Vervallen
|
|
|
2.4.2.2.
|
Vervallen
|
|
|
2.4.3.
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is ingediend en er nog geen sprake is van aanvang of gereedkomen van het aangevraagde wordt het legesbedrag zoals bepaald in 2.3 verminderd.
|
|
|
|
|
|
|
|
Deze vermindering bedraagt:
|
|
|
|
indien het legesbedrag zoals bepaald in artikel 2.3. € 1000,- of minder bedraagt:
|
|
|
|
van het in artikel 2.3. bepaalde legesbedrag
|
15%
|
15%
|
|
indien het legesbedrag zoals bepaald in artikel 2.3. meer dan € 1000,- bedraagt:
|
1%
|
1%
|
|
van het in artikel 2.3. bepaalde legesbedrag verhoogd met € 140,-
|
|
|
2.4.4.
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning en de hierbij horende stukken volledig digitaal zijn ingediend wordt het legesbedrag zoals bepaald in 2.3 verminderd met
|
€ 22,50
|
€ 22,50
|
|
|
|
|
2.4.5.
|
Ongeacht de uitkomst van vorenstaande verminderingen resteert er altijd een minimaal tarief van
|
€ 75,00
|
€ 50,35
|
|
|
|
|
2.4.6.
|
Indien toepassing wordt gegeven aan artikel 2.3.1.7 Relatie legestarief bouwactiviteiten en bouwkosten wordt geen toepassing gegeven aan de verminderingen als bedoeld in dit hoofdstuk
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 – Teruggaaf
|
|
|
2.5.1.
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten.
|
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1., 2.3.2., 2.3.3, 2.3.6. en 2.3.7., intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.
|
|
|
|
De teruggaaf bedraagt:
|
|
|
2.5.1.1.
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van de in 2.5.1, genoemde onderdelen verschuldigde leges
|
60%
|
60%
|
|
|
|
|
2.5.1.2.
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling nemen ervan, doch voor het verlenen van de omgevingsvergunning, van de op grond van de in 2.5.1, genoemde onderdelen verschuldigde leges
|
40%
|
40%
|
|
|
|
|
2.5.1.3.
|
Indien teruggaaf wordt verleend op basis van artikel 2.5.1. vervallen de aanspraken op de verminderingen als bedoeld in hoofdstuk 4.
|
|
|
2.5.2.
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten.
|
|
|
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- of aanlegactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1., 2.3.2. en 2.3.6. , intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op gedeeltelijke teruggaaf van het betreffende deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 5 jaren na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt.
|
|
|
|
De teruggaaf bedraagt:
|
30%
|
30%
|
|
met een maximum teruggaaf van
|
€ 15.000,00
|
€ 15.000,00
|
|
van de op grond van de in 2.5.2. genoemde onderdelen verschuldigde leges.
|
|
|
|
Van teruggaaf is geen sprake wanneer er toepassing is gegeven aan artikel 2.5.6. tenzij de intrekking tevens geldt voor de activiteiten waarop artikel 2.5.6. van toepassing is.
|
|
|
2.5.3.
|
Teruggaaf als gevolg van het weigeren of niet (verder) in behandeling nemen van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten.
|
|
|
2.5.3.1.
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1., 2.3.2., 2.3.6. en 2.3.7., weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.
|
|
|
|
De teruggaaf bedraagt:
|
30%
|
30%
|
|
van de op grond van de in 2.5.3.1. genoemde onderdelen verschuldigde leges.
|
|
|
2.5.3.2.
|
Indien op basis van wettelijke onvolledigheid/niet ontvankelijkheid het verzoek als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 niet (verder) in behandeling wordt genomen.
|
|
|
|
De teruggaaf bedraagt:
|
65%
|
65%
|
2.5.3.3.
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1. wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
|
|
|
2.5.3.4.
|
Indien er sprake is van het weigeren van een omgevingsvergunning bestaat geen recht op teruggave van het in Titel 3 onderdeel 3.1.4 genoemde bedrag
|
|
|
2.5.3.5.
|
Indien een aanvraag één of meerdere activiteiten/onderdelen als bedoeld in de Wabo bevat welke bij behandeling vergunningvrij blijken te zijn bedraagt het tarief
|
€ 109,85
|
€ 111,95
|
|
|
|
|
|
voor iedere vergunningvrije activiteit (onderdeel).
|
|
|
2.5.3.6.
|
vervallen
|
|
|
2.5.3.7.
|
De verminderingen als bedoeld in hoofdstuk 4 worden evenals de teruggaaf apart berekend over het in artikel 2.3. bepaalde bedrag. Indien sprake is van vergunningsvrije activiteiten (als bedoeld in 2.5.3.5.) bestaat er geen aanspraak op vermindering.
|
|
|
2.5.4.
|
Ongeacht de uitkomst van vorenstaande teruggaaf/-gaven resteert er altijd een minimaal tarief van
|
€ 75,00
|
€ 100,00
|
|
|
|
|
2.5.5.
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen.
|
|
|
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17. en 2.3.18. wordt geen teruggaaf verleend.
|
|
|
2.5.6.
|
Indien een aanvraag tot wijziging van het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7, die reeds is verleend maar waarvan nog geen gebruik is gemaakt, worden enkel de leges welke betrekking hebben op de wijziging berekend volgens de in 2.3 genoemde heffingsgrondslagen. De oorspronkelijke omgevingsvergunning wordt gezien als huidige toestand.
|
|
|
|
Het vorenstaande vindt geen toepassing indien de afwijking zodanig is dat naar de omstandigheden beoordeeld in essentie een nieuwe bouwplan sprake is.
|
|
|
2.5.6.1.
|
Indien de oorspronkelijk (te wijzigen) aanvraag/vergunning meer dan
|
€ 500,00
|
€ 500,00
|
|
aan leges vertegenwoordigt, wordt het bepaalde in 2.5.6. verhoogd met
|
5%
|
5%
|
|
van dat legesbedrag met een maximum verhoging van
|
€ 1.000,00
|
€ 1.000,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 – Intrekking omgevingsvergunning
|
|
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 – Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project.
|
|
|
2.7.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project wat niet leidt tot een nieuwe omgevingsvergunning
|
€ 109,85
|
€ 111,95
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 – Bestemmingswijziging zonder activiteiten.
|
|
|
2.8.1.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening zal geregeld worden via een exploitatieovereenkomst of een exploitatieplan.
|
|
|
2.8.2.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening zal geregeld worden via een exploitatieovereenkomst of een exploitatieplan.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9 – Sloopmelding
|
|
|
2.9.
|
vervallen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10 – In deze titel niet benoemde beschikking.
|
|
|
2.10.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking
|
€ 109,85
|
€ 111,95
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
TITEL 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 – Horeca
|
|
|
3.1.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet:
|
€ 415,20
|
€ 421,75
|
|
|
|
|
3.1.1.1.
|
Indien de aanvrager middels het daarvoor bestemde formulier verklaart te voldoen aan de inrichtingseisen als bedoeld in artikel 10 van de Drank- en Horecawet en de daarbij gevraagde bijlagen volledig aanlevert, wordt het tarief als benoemt in artikel 3.1.1. verlaagd met
|
€ 72,20
|
€ 73,35
|
3.1.2.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 4 van de Drank- en Horecawet:
|
€ 451,30
|
€ 458,45
|
|
|
|
|
3.1.2.1.
|
Indien de aanvrager middels het daarvoor bestemde formulier
|
|
|
|
verklaart te voldoen aan de inrichtingseisen als bedoeld in artikel 10
|
|
|
|
van de Drank- en Horecawet en de daarbij gevraagde bijlagen
|
|
|
|
volledig aanlevert, wordt het tarief als benoemt in artikel 3.1.1.
|
|
|
|
verlaagd met
|
€ 72,20
|
€ 73,35
|
3.1.3.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het exploiteren van een horecabedrijf, zoals bedoeld in artikel 2:15, lid i van de Apv:
|
€ 275,35
|
€ 279,70
|
|
|
|
|
3.1.4.
|
Vervallen
|
|
|
3.1.5.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet:
|
€ 139,90
|
€ 142,10
|
|
|
|
|
3.1.5.1.
|
Indien de aanvrager middels het daarvoor bestemde
|
|
|
|
formulier verklaart te voldoen aan de inrichtingseisen als
|
|
|
|
bedoeld in artikel 10 van de Drank- en Horecawet en de
|
|
|
|
daarbij gevraagde bijlagen volledig aanlevert, wordt het
|
|
|
|
tarief als benoemd in 3.1.5. verlaagd met
|
€ 72,20
|
€ 73,35
|
3.1.6.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet:
|
|
|
|
|
|
|
3.1.7.
|
Het tarief bedraagt voor een vergunning als bedoeld in artikel 2:6, lid 1 van de Apv voor het in gebruik nemen van openbare gemeentegrond voor het inrichten van een terras:
|
€ 112,80
|
€ 114,60
|
|
|
|
|
3.1.8.
|
In afwijking van het in de vorige leden bepaalde bedraagt het tarief, indien de aanvraag het wijzigingen van het aanhangsel op grond van de Drank- en Horecawet betreft:
|
|
|
3.1.8.1.
|
voor de aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in
|
€ 54,20
|
€ 55,05
|
|
3.1.8. voor één toevoeging/wijziging:
|
|
|
3.1.8.2.
|
voor meer dan één wijziging/toevoeging wordt het tarief als
|
€ 13,55
|
€ 13,75
|
|
bedoeld in artikel 3.1.8.1. in rekening gebracht en tevens voor
|
|
|
|
iedere volgende verhoogd met:
|
|
|
3.1.9.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
|
|
|
|
vooroverleg in het kader van:
|
|
|
3.1.9.1.
|
de Drank- en Horecawet voor het onderdeel Drank- en Horeca-
|
|
|
|
vergunning (excl. Bibob):
|
€ 139,90
|
€ 142,10
|
3.1.9.2.
|
de Drank- en horecawet voor het onderdeel bibob-toets:
|
€ 198,60
|
€ 201,75
|
3.1.9.3.
|
een gecombineerd verzoek als bedoeld in 3.1.9.1. en
|
|
|
|
3.1.9.2.
|
€ 311,40
|
€ 316,30
|
3.1.9.4.
|
de Apv voor wat betreft het verkrijgen van een
|
|
|
|
exploitatievergunning (incl. bibob)
|
€ 198,60
|
€ 201,75
|
3.1.9.5.
|
een ander hiervoor niet gespecificeerd vooroverleg
|
€ 90,20
|
€ 91,65
|
3.1.10.
|
Indien een aanvraag als genoemd in dit hoofdstuk welke vooraf is
|
|
|
|
gegaan door een vooroverleg leidt tot een besluit, wordt
|
60%
|
60%
|
|
van het tarief van het vooroverleg gerestitueerd.
|
|
|
3.1.11.
|
Indien de aanvraag/aanvragen als bedoeld in artikel 3.1.1.
|
|
|
|
tot en met 3.1.4.1. op alle onderdelen (betreffende
|
|
|
|
aanvraag + bibob) direct bij indiening volledig zijn wordt
|
40%
|
40%
|
|
op het in artikel 3.1.1. tot en met 3.1.4.1. bepaalde tarief
|
|
|
|
in mindering gebracht
|
|
|
3.1.12.
|
Indien een aanvraagprocedure als bedoeld in artikel 3.1.1.
|
|
|
|
tot en met 3.1.4.1. wordt beëindigd (bijv. door buiten
|
|
|
|
behandeling stelling of intrekking) worden de volgende
|
|
|
|
percentages van de tarieven behorend bij deze artikelen
|
|
|
|
gerestitueerd:
|
|
|
3.1.12.1.
|
indien de aanvraagprocedure wordt beëindigd voordat de
|
|
|
|
aanvrager in kennis is gesteld over de volledigheid
|
80%
|
80%
|
3.1.12.2.
|
indien de aanvraagprocedure wordt beëindigd nadat de
|
|
|
|
aanvrager in kennis is gesteld over de volledigheid maar
|
|
|
|
voorafgaand aan besluitvorming
|
50%
|
50%
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 – Organiseren evenementen of markten.
|
|
|
3.2.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning voor het organiseren van een evenement op basis van artikel 2:13, lid 1, van de Apv:
|
€ 175,65
|
€ 171,40
|
3.2.2.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding ter verkrijging van een acceptatie van de melding voor het organiseren van een evenement op basis van artikel 2:13, lid 2, van de Apv:
|
€ 54,90
|
€ 53,55
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 – Prostitutiebedrijven.
|
|
|
3.3.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:
|
|
|
3.3.1
|
een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.4, eerste lid, van de Apv, voor een seksinrichting of escortbedrijf:
|
€ 286,45
|
€ 286,45
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 – Splitsingsvergunning woonruimte
|
|
|
N.v.t.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 – Leefmilieuverordening
|
|
|
N.v.t.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 – Brandbeveiligingsverordening
|
|
|
N.v.t.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 – In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of ander beschikking.
|
|
|
3.7.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking:
|
€ 107,35
|
€ 107,35
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Behorende bij raadsbesluit van 11 juli 2017, nr. 17.064
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
mr. G.M.W.M. Wasser
|
|
|
griffier
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|