Verordening tot eerste wijziging van de “Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing in de gemeente ’s-Hertogenbosch 2017”.

De Gemeenteraad van 's-Hertogenbosch in zijn vergadering van 11 juli 2017

regnr. 6993395;

gelet op de Gemeentewet;

Besluit vast te stellen

Verordening tot eerste wijziging van de “Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing in de gemeente ’s-Hertogenbosch 2017”.

De gemeenteraad vernoemd,

De griffier, drs. W.G. Amesz

De voorzitter, mr. dr. A.G.J.M. Rombouts

 

Verordening tot eerste wijziging van de "Verordening op de heffing en de invordering van rioolheffing in de gemeente 's-Hertogenbosch 2017"

 

Artikel 1

Artikel 1 van de verordening Rioolheffing 2017 wordt gelezen als volgt:

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    gemeentelijke riolering: een voorziening of combinatie van voorzieningen voor inzameling, verwerking, zuivering of transport van afvalwater, hemelwater of grondwater, in beheer of in onderhoud bij de gemeente; onder de gemeentelijke riolering worden mede begrepen het voor de openbare dienst bestemde gemeentewater, alsmede de voor de openbare dienst bestemde overige voorzieningen in eigendom van de gemeente voor het doelmatig inzamelen en verwerken van afvalwater, zoals systemen voor de individuele behandeling van afvalwater;

  • b.

    eigendom: een roerende of onroerende zaak of een zelfstandig gedeelte daarvan;

  • c.

    verbruiksperiode: de periode waarop de afrekening van het waterbedrijf betrekking heeft;

  • d.

    water: huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater, hemelwater, grondwater, oppervlaktewater en leidingwater.

Artikel 2

Artikel 5 van de verordening Rioolheffing 2017 wordt gelezen als volgt:

  • 1.

    Het eigenarendeel wordt geheven naar een vast bedrag per eigendom.

  • 2.

    Het gebruikersdeel wordt geheven naar het aantal kubieke meters water dat vanuit het eigendom wordt afgevoerd.

    Het aantal kubieke meters water wordt gesteld op het aantal kubieke meters water dat in de laatste aan het begin van het belastingjaar voorafgaande verbruiksperiode naar het eigendom is toegevoerd of opgepompt. Ingeval de verbruiksperiode niet gelijk is aan een periode van twaalf maanden, wordt de hoeveelheid water door herleiding naar tijdsgelang bepaald. Bij die herleiding wordt een gedeelte van een kalendermaand voor een volle maand gerekend, met dien verstande dat twee gedeelten van een kalendermaand als één volle maand worden gerekend.

  • 3.

    Ingeval gebruik wordt gemaakt van een pompinstallatie moet die pompinstallatie zijn voorzien van een:

    • a.

      watermeter, waarvan de hoeveelheid opgepompt water kan worden afgelezen, of bedrijfsurenteller, waarvan het aantal uren dat een pompinstallatie met vaste capaciteit in bedrijf is geweest kan worden afgelezen. De eerste volzin is niet van toepassing indien vaststelling van de hoeveelheid opgepompt water geschiedt op grond van enige andere wettelijke bepaling.

  • b.

    De op de voet van het tweede lid berekende hoeveelheid toegevoerd of opgepompt water wordt verminderd met de hoeveelheid water die niet is afgevoerd.

Artikel 3
  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

De gemeenteraad van ‘s-Hertogenbosch,

De griffier, De voorzitter,

Drs. W.G. Amesz, mr. dr. A.G.J.M. Rombouts

Naar boven