Gemeenteblad van Meierijstad
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Meierijstad | Gemeenteblad 2017, 121454 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Meierijstad | Gemeenteblad 2017, 121454 | Verordeningen |
Algemene Subsidie Verordening Meierijstad 2018
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Algemene groepsvrijstellingsverordening: Verordening (EU) nr. 651/2014 van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 127), dan wel later daarvoor in de plaats tredende Europese regelgeving.
De-minimisverordening: Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun (PbEU L 352), verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun in de landbouwproductiesector (PbEU L 352/9) en verordening (EU) nr. 717/2014 van de Commissie van 27 juni 2014 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun in de visserij- en aquacultuursector (PbEU L 190/45), dan wel later daarvoor in de plaats tredende Europese regelgeving;
Deze verordening is van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college, met uitzondering van subsidies waarvoor bij afzonderlijke verordening een uitputtende regeling is getroffen en subsidies als bedoeld in artikel 4:23, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (subsidies waarvoor geen wettelijke grondslag nodig is).
Het college stelt bij nadere regeling (hierna te noemen: nadere regels) vast welke activiteiten in aanmerking kunnen komen voor subsidie. Voor zover van toepassing, wordt hierin tevens bepaald welke doelgroepen voor subsidie in aanmerking komen, hoe de subsidie wordt berekend en hoe de subsidiebedragen worden uitbetaald.
Artikel 4. Algemene subsidie-uitgangspunten
In het algemeen worden slechts activiteiten gesubsidieerd die georganiseerd worden door instellingen, zijn volledig bevoegde rechtspersonen, die zijn gevestigd in Meierijstad. Een subsidie kan worden aangevraagd door het bestuur van de vereniging of stichting, of een ander daartoe gemachtigd persoon.
Artikel 4:24 van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing op subsidie verleend bij of krachtens deze verordening.
Artikel 12. Weigerings-, intrekkings- en terugvorderingsgronden
Onverminderd het vorige lid kan het college de subsidie verder in ieder geval weigeren:
als de aanvrager voor het jaar of de jaren waarop de aanvraag betrekking heeft met een functionaris een bezoldiging als bedoeld in artikel 1.1 onder e van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector overeenkomt of is overeengekomen die hoger is dan het bedrag, bedoeld in artikel 2.3, eerste lid, van die wet;
Voor zover dit niet is bepaald bij nadere regels, wordt bij de verleningsbeschikking vermeld op welke wijze de subsidie-ontvanger de besteding van de subsidie dient te verantwoorden.
Artikel 14. Algemene verplichtingen van subsidie-ontvanger
Als aannemelijk is dat een of meer van de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet, niet tijdig of niet geheel zullen worden verricht of dat niet, niet tijdig of niet geheel aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan, meldt de subsidie-ontvanger dat onverwijld aan het college.
Artikel 19. Subsidievaststelling
Als een aanvraag tot subsidievaststelling niet voor het tijdstip, bedoeld in de artikelen 17, eerste lid en 18, eerste lid, aanhef en onder a of b, is ingediend, kan het college de subsidie-ontvanger schriftelijk een nieuwe termijn stellen. Wordt de aanvraag niet binnen deze termijn ingediend dan kunnen zij overgaan tot ambtshalve vaststelling.
In nadere regels kan worden bepaald door het college dat van één of meer artikelen of artikelleden van die nadere regels kan worden afgeweken als daaraan vasthouden voor een subsidieaanvrager of –ontvanger gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zouden zijn tot de daarmee te dienen belangen.
Met het eerste lid krijgt het college de bevoegdheid toegewezen om te besluiten over het verstrekken van subsidies waarop de Algemene Subsidieverordening van toepassing is. Het blijft mogelijk om voor bepaalde vormen van subsidies een afzonderlijke verordening vast te laten stellen door de gemeenteraad.
Ten aanzien van subsidies waarvoor overeenkomstig artikel 4:23, derde lid, van de Awb geen wettelijke grondslag nodig is (zoals bijvoorbeeld incidentele subsidies) geldt dat in deze verordening de procedurele kant van de verstrekking (wijze van aanvragen, beslistermijnen etc.) is opgenomen.
Het college is bevoegd nadere regels vast te stellen waarin de subsidiegrondslagen nader worden uitgewerkt. Voorheen werd ook gewerkt met beleidsnota’s of beleidsregels, maar de formele juridische term is nadere regels.
Artikel 4. Algemene subsidie-uitgangspunten
Algemeen uitgangspunt is dat slechts subsidie wordt verstrekt aan instellingen die gevestigd zijn binnen de gemeente Meierijstad. Hiervan kan worden afgeweken indien aantoonbaar wordt gemaakt dat instellingen werkzaam zijn ten behoeve van de inwoners van Meierijstad.
Artikel 5. Europees steunkader
Om subsidies onder een Europees steunkader te brengen moet de subsidie op het toepasselijke steunkader (bijvoorbeeld behoud cultureel erfgoed) worden toegesneden. Daarbij kan het nodig zijn dat er wordt afgeweken van de ASV, of dat deze wordt aangevuld. Het eerste lid maakt het college daartoe bevoegd.
Het tweede en derde lid zijn een uitvloeisel van de eis van Europese Commissie dat in subsidieregelingen en –beschikkingen die gebruik maken van het Europees steunkader, het toepasselijk kader expliciet wordt vermeld.
Als sprake is van steun die valt onder een Europees steunkader, kunnen uiteraard alleen de activiteiten, doelstelling, resultaten en kosten voor subsidie in aanmerking komen voor zover die voldoen aan de eisen van het betreffende steunkader (lid 4).
Artikel. 6 Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud
Het subsidieplafond is bedoeld om te voorkomen dat er subsidiebedragen moeten worden betaald, waarvoor geen of onvoldoende middelen beschikbaar zijn. Indien een subsidieplafond voor een bepaalde categorie subsidies is vastgesteld kan en mag er niet meer subsidie verleend worden dat het plafond. Bijvoorbeeld bij subsidies van monumentenzorg kan een subsidieplafond dienen als budgetbewakingsinstrument.
Dit artikel is opgenomen om te voorkomen dat de gemeente verplicht kan worden gesteld om voor alle subsidies te publiceren over het effecten doelmatigheid. Dit is niet wenselijk voor “kleine” waarderingssubsidies. Indien het college dit wenselijk acht is dit natuurlijk wel mogelijk en kan dit in middels opname in nadere regels geregeld worden.
Artikel 8. Indexering en financiële positie gemeente
Alle subsidies zullen in principe, tenzij is een nadere regel anders is vermeld, jaarlijks worden geïndexeerd met het indexcijfer prijsmutatie overheidsconsumptie, zoals gepubliceerd in de septembercirculaire. Het gaat hierbij om het samengesteld gewogen gemiddelde indexcijfer, bestaande uit de component netto materiele consumptie (1/3) en de component lonen en salarissen (2/3).
Indien de financiële positie van de gemeente het niet toelaat om te indexeren kan hiervan dus worden afgeweken.
Artikel 9 en artikel 10. Aanvraag en aanvraagtermijn
Deze artikelen beschrijven dat een aanvraag schriftelijk dient te worden ingediend en welke stukken deel uit moeten maken van de aanvraag. Verder is de procedure voor het aanvragen opgenomen. Het terugdringen van administratieve lasten is een van de uitgangspunten van het subsidiebeleid. Daarom wordt er voor gekozen om het grootste deel van de subsidie-ontvangers (subsidiebedragen tot € 10.000,-) slechts één maal per 4 jaar subsidie aan te laten vragen.
Bij de bepaling van de hoogte van het bedrag wordt de accommodatiesubsidie uitgesloten. Dit is om te voorkomen dat bepaalde verenigingen als gevolg van dit onderdeel boven genoemde grens hebben. Een voetbalvereniging kan bijvoorbeeld € 7000,- doelgroepen/ledensubsidie ontvangen en daarnaast wel € 60.000,- accommodatiesubsidie ter compensatie van de huur van de velden. De vereniging uit de voorbeeld valt volgens deze artikelen dus gewoon onder het normbedrag.
De aanvraag voor een incidentele subsidie dient uiterlijk 8 weken voorafgaand aan de activiteit ingediend te worden.
Hier worden de termijnen vastgelegd waarbinnen het college gehouden is beslissingen te op een aanvraag voor subsidie. De Awb schrijft deze termijnen niet strikt voor. De gekozen termijn zijn gekozen vanwege de huidige praktijk.
In oktober/november wordt jaarlijks de begroting vastgesteld en vervolgens kunnen de subsidies verstrekt worden voor het jaar daarop. Vandaar de keuze voor 31 december.
Voor incidentele subsidies geldt een beslistermijn van 6 weken. Dit is ambities maar haalbaar.
Artikel 12. Weigerings-, intrekkings- en terugvorderingsgronden
De Awb kent twee soorten weigeringsgronden, verplichte en facultatieve. Deze zijn opgenomen in de artikelen 4:25 en 4:35 van de Awb. Het college heeft de bevoegdheid naast deze artikelen autonome weigeringsgronden op te nemen. Deze zijn in lid 2 opgenomen.
Dit artikel geeft de mogelijkheid om naast de opgenomen regels voor verantwoording van de subsidie via de verleningsbeschikking aanvullende voorwaarden voor verantwoording op te nemen.
Artikel 14. Algemene verplichtingen van subsidie-ontvanger
Dit artikel bevat een meldingsplicht (eerste lid) en informatieplicht (tweede lid) die voor alle subsidie-ontvangers geldt voor de omschreven gewijzigde omstandigheden.
Artikel 15. Aan een subsidie te verlenen bijzondere verplichtingen
Dit artikel bevat een bevoegdheidsgrondslag voor het college om aan de subsidie bepaalde bijzondere verplichtingen te verbinden. Hierbij kan gedacht wordt aan de voorwaarde ten aanzien van gebruik bij subsidie van de bouw van bijvoorbeeld kleedlokalen bij een sportaccommodatie.
Artikel 16, 17 en 18. Eindverantwoording subsidies
Ook met betrekking tot de verantwoording van de subsidies is beperking van administratieve lasten uitgangspunt van het subsidiebeleid. Daarnaast is uitgangspunt dat aan de voorkant kritisch gekeken wordt of de juiste instellingen bijdragen aan gemeentelijke beleidsdoelstelling en daarvoor subsidie ontvangen. Vervolgens geldt het principe van vertrouwen in de instellingen dat met het ontvangen subsidiebedrag ook de juiste dingen gedaan worden. Bovenstaande uitgangspunten heeft ertoe geleid dat voor verenigingen met een subsidiebedrag tot € 10.000,- geldt dat zij achteraf geen verantwoording hoeven af te leggen.
Het subsidiebedrag wordt bij het moment van subsidieverlening ook meteen vastgesteld. Hiermee wordt voor circa 80% van de verenigingen de administratieve last flink beperkt.
Voor subsidiebedragen tussen € 10.000,- en € 50.000,- geldt een lichte verantwoording in de vorm van een inhoudelijk en financieel verslag. Boven de € 50.000,- subsidie geldt de zwaarste vorm van verantwoorden in de vorm van een controleverklaring door een accountant.
Artikel 19. Subsidievaststelling
Dit artikel regelt de termijnen waarbinnen de subsidiebedragen, na indiening van de verantwoordingsvereisten, dienen te worden vastgesteld. Dit geldt dus alleen voor subsidiebedragen boven € 10.000,-.
Artikel 20. Betaling en bevoorschotting
Volgens eerdere artikelen worden de subsidies uiterlijk 31 december vastgesteld, zodat uitbetaling in de eerste maand van het kalenderjaar kan plaatsvinden. Voor de lagere subsidiebedragen tot € 50.000,- geldt dat uitbetaling ineens van het volledige subsidiebedrag plaatsvindt. Voor bedragen hierboven wordt gewerkt met bevoorschotting in vier termijnen.
Artikel 21. Berekening van uurtarieven, uniforme kostenbegrippen
Dit artikel schrijft voor dat als het college bij de bepaling van de subsidiabele kosten gebruik maakt van uurtarieven, de berekeningswijze hiervan en de voorgeschreven definities in nadere regels vastgelegd dient te worden. De aanvrager zal daarmee bij zijn aanvraag rekening moeten houden. Bij subsidies waarop een Europees steunkader van toepassing is , is het college hierin beperkt tot tarieven en kostenbegrippen die voldoen aan de eisen van het desbetreffende steunkader.
Deze hardheidsclausule is opgenomen omdat in uitzonderlijke gevallen vasthouden aan een termijn in de ASV of de toepasselijke nadere regels wegens bijzondere omstandigheden onevenredig kan zijn tot de daarmee te dienen belangen. Op grond van het eerste lid kan het college dan een andere termijn vaststellen.
Op grond van het tweede lid kan het college bovendien in nadere regels een hardheidsclausule opnemen die ziet op nader in de nadere regels opgenomen bepalingen.
De nieuwe verordening is van toepassing op aanvragen voor het subsidiejaar 2018 en verder. Hiermee is procedureel uniformiteit van toepassing op alle subsidieaanvragen. Dit staat los van het inhoudelijke harmonisatietraject.
De subsidieaanvragen van voorgaande jaren blijven behandeld worden conform de procedures van de oude subsidieverordeningen en beleidsregels/nadere regels van de afzonderlijke voormalige gemeente Sint-Oedenrode, Schijndel en Veghel.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-121454.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.