Gemeenteblad van Zandvoort
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zandvoort | Gemeenteblad 2017, 11233 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zandvoort | Gemeenteblad 2017, 11233 | Beleidsregels |
Beleidsregels Schulddienstverlening Zandvoort
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
het ondersteunen bij het vinden van een adequate oplossing gericht op de aflossing van schulden indien redelijkerwijs is te voorzien dat een natuurlijke persoon of een zelfstandige zonder personeel niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden of indien hij in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen, alsmede preventie, advies en nazorg;
Artikel 2. Doelgroep gemeentelijke schulddienstverlening
Alle inwoners van 18 jaar en ouder van de gemeente Zandvoort kunnen zich tot het college wenden voor schulddienstverlening.
Artikel 3. Aanbod schulddienstverlening
Het college verleent aan aanvrager schulddienstverlening indien het college schulddienstverlening noodzakelijk acht. De noodzaak is aanwezig als er sprake is van een situatie zoals omschreven in artikel 1 onder f van deze beleidsregels. Indien de noodzaak niet aanwezig wordt geacht door het college, kan een aanvraag worden geweigerd.
Het aanbod van het college bestaat uit een schulddienstverleningstraject van één of meerdere producten:
Crisisdienst: het college probeert een crisissituatie af te wenden door gebruik te maken van de bestaande convenanten, uitstel te vragen of betalingsregeling te treffen met de desbetreffende schuldeiser. Onder crisissituaties wordt verstaan gedwongen woningontruiming en/of de beëindiging van de levering van gas, elektriciteit en water of het royement van de zorgverzekering;
Informatie- en adviesgesprek: het college geeft informatie en advies over het zelfstandig bereiken van duurzaam financieel evenwicht zonder gebruik te maken van de producten stabilisatie, betalingsregeling, schuldregeling, budgetbeheer of budget-coaching. Onder informatie en advies wordt ook verstaan het doorverwijzen naar derden.
Schuldregeling: het college bemiddelt tussen de klant en zijn schuldeisers om problematische en niet problematische schulden aan te pakken. Het college doet dit volgens de richtlijnen van de Gedragscode Schuldregeling NVVK; een minnelijke schuldregeling kan bestaan uit een schuldbemiddeling of een schuldsanering (saneringskrediet).
Aanvrager doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn voor de schulddienstverlening, zowel bij de aanvraag als gedurende de looptijd van het schulddienstverleningstraject.
Artikel 5. Weigerenen beëindigen
Indien aanvrager niet of in onvoldoende mate de verplichtingen uit artikel 4 nakomt, kan het college besluiten om een aanvraag schulddienstverlening te weigeren dan wel te beëindigen.
Artikel 6. Weigerings-en Beëindigingsgronden
Onverminderd de overige bepalingen in deze beleidsregels en de wettelijke mogelijkheden, kan het college besluiten tot het weigeren of beëindigen van de schulddienstverlening indien:
de aanvrager opzettelijk of verwijtbaar fraude heeft gepleegd die financiële benadeling van een bestuursorgaan tot gevolg heeft en hij in verband daarmee onherroepelijk strafrechtelijk is veroordeeld of een onherroepelijke bestuurlijke sanctie is opgelegd, tenzij de fraudevordering volledig is betaald.
Artikel 7. Recidive – hernieuwde aanvraag
Toelichting beleidsregels schulddienstverlening gemeente Zandvoort
Op 1 juli 2012 is de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) in werking getreden. Deze kaderwet biedt een stramien voor de vormgeving en de invulling door gemeenten van hun beleid met betrekking tot schuldhulpverlening.
De gemeenteraad heeft het beleidsplan ‘Stevig op eigen benen’ op 26 mei 2016 vastgesteld. In dit beleidsplan zijn de uitgangspunten van de gemeente Zandvoort vastgelegd op het terrein van schulddienstverlening. Deze beleidsregels, zijn een nadere concretisering hiervan. De burger weet hierdoor waaraan hij zich dient te houden en de gemeente weet welke verplichtingen zij aan de burger mag opleggen en wanneer zij de toegang tot de schuldhulpverlening kan weigeren of beëindigen.
De gemeentelijke schuldhulpverlening valt per 1 juli 2012 onder de werking van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De Beleidsregels schulddienstverlening Zandvoort is gebaseerd op artikel 3 juncto artikel 2 Wgs.
Dit artikel is grotendeels gebaseerd op artikel 1 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en bevat de definities van de verschillende begrippen.
Artikel 2. Doelgroep gemeentelijke schulddienstverlening
Conform de visie zoals neergelegd in het beleidsplan ‘Stevig op eigen benen’ staat schulddienstverlening in beginsel open voor alle inwoners van 18 jaar en ouder van de gemeente Zandvoort. Uitgangspunt is de individuele toetsing van iedere aanvraag.
Artikel 3. Aanbod schulddienstverlening
Alleen indien schulddienstverlening noodzakelijk is, zal de aanvrager door het college tot deze vorm van dienstverlening worden toegelaten. Het uitgangspunt is in beginsel zelfredzaamheid, eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid van de aanvrager, maar dit laat onverlet dat er sprake kan zijn van – al dan niet tijdelijk – ‘ontzorgen’ van de aanvrager. Anders gezegd, motivatie is niet de voorwaarde vooraf, maar het doel waarnaar gestreefd wordt.
Er wordt bij elke aanvraag een individuele afweging gemaakt en er zijn dus geen algemene c.q. categoriale uitsluitingsgronden. Op deze manier wordt de ondersteuning toegespitst op de mogelijkheden van de hulpvrager en staat de hulpvraag centraal.
Of er een aanbod schulddienstverlening zal worden gedaan en vervolgens welk product of combinatie van producten kan worden ingezet, hangt af van de situatie van de aanvrager, de doelstelling van de schulddienstverlening en de voorwaarden van het betreffende product. De inzet van producten kan per situatie verschillen. Er worden in artikel 3 enkele factoren genoemd die bepalen in welke mate de gemeente één of meerdere producten schulddienstverlening aanbiedt. Voor een deel is dit een nadere invulling van het begrip ‘regelbare schuld’ en ‘regelbare schuldenaar’ conform de indeling in het beleidsplan.
Afhankelijk van de persoonlijke situatie wordt maatwerk geboden en voor de klant geschikte dienstverlening ingezet.
Het aanbod schulddienstverlening is ook mede afhankelijk van de specifieke woonsituatie, zoals bij de eigenwoningbezitters.
Met dit artikel wordt de eigen verantwoordelijkheid en medewerking van de aanvrager voorop gesteld. Het behoort tot de eigen verantwoordelijkheid van burgers om tijdig de relevante informatie te geven, medewerking te verlenen en zich in te spannen om inkomsten en uitgaven in evenwicht te brengen en te houden. Dit zowel in de fase van aanvraag als gedurende de looptijd van een traject. Een geboden traject kan alleen succesvol zijn bij de inzet van de schuldenaar. Daarnaast helpen deze verplichtingen bij het volhouden van het traject.
Wat betreft de verplichting tot medewerking is in lid 2 een aantal verplichtingen benoemd. Dit is geen limitatieve opsomming. De medewerking bestaat onder andere uit:
Bij het nakomen van afspraken kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de opgelegde verplichting om de auto te verkopen. Deze verplichting wordt aan een schuldregeling verbonden vanwege het feit dat het hebben van een auto de kans op nieuwe schulden vergroot (denk aan verkeersboetes, noodzakelijke reparaties en dergelijke). Uiteraard wordt er bij het opleggen van de verplichting tot verkoop van de auto een uitzondering gemaakt, indien de auto noodzakelijk is vanwege medische redenen of indien de auto noodzakelijk is voor het verwerven van inkomsten.
Het aangaan van nieuwe schulden is niet toegestaan, omdat het de minnelijke schuldregeling doorkruist. Indien er sprake is van een nieuwe schuld wordt onderzocht of de nieuwe schuld op andere wijze ingelost kan worden. Is dit niet het geval, dan kan dit reden zijn om de schulddienstverlening te beëindigen.
Artikel 6. Weigerings- en beëindigingsgronden
In dit artikel wordt beschreven wanneer de gemeentelijke schulddienstverlening kan worden geweigerd of beëindigd.
Bij een niet-regelbaar schuldenpakket kan een schuldeiser niet worden gedwongen mee te werken aan een minnelijk traject schuldbemiddeling. Onder een niet regelbaar schuldenpakket vallen de niet saneerbare vorderingen. Dit zijn onder meer bepaalde verkeersboetes, vorderingen die ontstaan zijn als gevolg van een misdrijf en schulden die zijn ontstaan door opzettelijke of ernstig verwijtbare fraude (bestuurlijke boete).
Bij een niet regelbare schuldenaar gaat het om de verslavingsproblematiek of andere psychosociale problematiek waarbij de aanvrager de benodigde hulpverlening niet wil zoeken en/ of aanvaarden. Zonder die hulpverlening is het niet mogelijk om de onderliggende oorzaak van de schulden op te lossen of aan te pakken.
Een voorstel tot schuldbemiddeling kan aan de schuldeisers worden gedaan als de schulden stabiel en vastgesteld zijn. Als hierin nog veranderingen zijn te verwachten doordat de aanvrager een vordering betwist of doordat er nieuwe schulden te verwachten zijn, is het niet mogelijk om te bemiddelen tussen schuldeisers en verzoeker. Dit heeft te maken met gelijkberechtiging van schuldeisers.
Het kan voorkomen dat de aanvrager is toegelaten tot de schulddienstverlening op basis van onjuiste of onvolledige gegevens. Aan de hand van de juiste gegevens dient te worden nagegaan of het bestaande aanbod terecht is gedaan. Indien dit niet het geval is, zal het college het traject schulddienstverlening beëindigen. Bij het verstrekken van onjuiste gegevens of inlichtingen wordt rekening gehouden met de mate waarin dit met opzet of vanwege grove nalatigheid is gebeurd.
Binnen de gemeente wordt ervan uitgegaan dat klanten met respect worden behandeld en dat de professional in staat wordt gesteld om de taken naar behoren te kunnen uitvoeren. Dit is vastgelegd in het zogeheten Agressieprotocol. Iedere vorm van agressie die normale boosheid of teleurstelling overstijgt, wordt niet geaccepteerd. Indien een aanvrager of bezoeker van de Publiekshal zich schuldig maakt aan een vorm van agressie kunnen maatregelen worden opgelegd. Als een aanvrager van schulddienstverlening zich in ernstige mate schuldig maakt aan agressie, waarbij een pandverbod is opgelegd, kan de dienstverlening worden gestaakt.
Indien de aanvrager in staat is om zelf een oplossing te vinden voor de schulden, (bijvoorbeeld omdat er voldoende inkomen is) of dat er geen sprake is van een problematische schuld, kan de aanvraag voor schulddienstverlening worden geweigerd. Voorts kan een traject worden beëindigd, bijvoorbeeld omdat er vermogen ontstaan is door erfenis of loterij.
Voordat het besluit tot afwijzing of beëindiging wordt genomen krijgt de aanvrager – in geval er sprake is van een niet nakoming van afspraken door de aanvrager zelf – een hersteltermijn aangeboden. Indien de aanvrager de afspraken niet nakomt binnen de geboden hersteltermijn, wordt de schulddienstverlening afgewezen dan wel beëindigd.
Voordat er een negatieve beschikking wordt genomen, wordt de aanvrager vooraf gehoord en in kennis gesteld.
Bij een afwijzing of een beëindiging van een aanvraag of een traject kan nog gericht specifieke dienstverlening ingezet worden, bijvoorbeeld een informatie of adviesgesprek. Ook zal er zo nodig een gepaste verwijzing naar andere hulpverlenende instanties gedaan worden.
Artikel 7. Recidive – hernieuwde aanvraag
Op basis van het principe van eigen verantwoordelijkheid, wordt een nadrukkelijke grens gesteld aan het kunnen doen van hernieuwde aanvragen. Afhankelijk van de reden van afwijzing dan wel beëindiging worden er 1 van de 3 genoemde recidive termijnen gehanteerd. De langste recidive termijn in Zandvoort bedraagt 5 jaar.
Een herhaalde aanvraag schulddienstverlening zal na een afwijzing voor het minnelijk traject dan wel na het WSNP-traject geen zin hebben als de situatie van de aanvrager ongewijzigd is. Schuldeisers zullen dan niet akkoord gaan met het voorstel tot regeling van de schulden.
De beleidsvrijheid (artikel 2 juncto artikel 3 Wgs) zoals aan de gemeente gegeven om een dergelijke recidivebepaling op te nemen, ontslaat de gemeente niet van de verplichting om, daar waar een onevenredige situatie ontstaat voor de burger, af te wijken van het bepaalde van artikel 7 indien nodig (ingevolge artikel 8: inherente afwijkingsbevoegdheid). Bijvoorbeeld, als er redenen zijn die de schuldenaar niet zijn toe te rekenen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-11233.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.