Verordening tot 1ste wijziging van de Huisvestingsverordening 2015 regio West-Friesland, Gemeente Medemblik

De raad van de gemeente Medemblik,

gelezen het bijbehorend voorstel van het College van burgemeester en wethouders van Medemblik d.d. 28 maart 2017;

gelet op artikel 149 van de gemeentewet en artikel 2 van de huisvestingswet 2014;

overwegende dat het wenselijk is de huisvestingsverordening te actualiseren, zodanig dat vergunninghouders en mensen uit een blijf-van-mijn-lijfhuis met voorrang in aanmerking blijven komen voor een huurwoning;

b e s l u i t

vast te stellen de verordening tot 1ste wijziging van de Huisvestingsverordening 2015 regio West-Friesland, Gemeente Medemblik

I.de Huisvestingsverordening 2015 regio West-Friesland, gemeente Medemblik, vastgesteld op 2 juli 2015, als volgt te wijzigen:

Artikel 2.5 Directe bemiddeling, komt als volgt te luiden:

Directe bemiddeling en huisvesting met voorrang wordt verleend aan een woningzoekende die buiten zijn schuld in een dusdanige situatie verkeert, dat hij op korte termijn woonruimte behoeft. Voorwaarde hierbij is dat de woningzoekende:

• behoort tot de groep vergunninghouders overeenkomstig de voor de gemeente geldende taakstelling, behoudens in die gevallen dat Burgemeester en wethouders op andere wijze in de huisvesting hebben voorzien, ofwel

• behoort tot de groep personen die verblijven in een blijf-van-mijn-lijfhuis.

II. te bepalen dat dit besluit in werking treedt op 1 juli 2017.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Medemblik, gehouden op 11 mei 2017.

De griffier,

De voorzitter,