Gemeenteblad van Uden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Uden | Gemeenteblad 2017, 101128 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Uden | Gemeenteblad 2017, 101128 | Beleidsregels |
Beleidsregels Re-integratie Participatiewet c.a. 2017
Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Uden
gelet op de artikelen 7, 8a en 10 tot en met 10 f van de Participatiewet, de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers (IOAW), de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de artikelen 10.1, 4.81 en 4.84 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb),
gelet op het bepaalde in de Re-integratieverordening Participatiewet 2015,
Het college kan een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, onder 1, 2, 3, 5 of 6 van de wet, en die behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie, gedurende maximaal drie maanden bij een werkgever onbeloonde werkzaamheden laten verrichten met het oog op een reële vaststelling van de loonwaarde.
Aan de (potentiële) werkgever van een persoon, van wie het college heeft vastgesteld dat hij behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie, en die – met inzet van loonkostensubsidie- in dienst kan treden bij de werkgever, kan loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d, van de wet, worden verstrekt.
Artikel 7. Indienstnemingssubsidie
De werkgever komt in aanmerking voor een indienstnemingssubsidie als hij een bijstandsgerechtigde een dienstbetrekking voor tenminste 6 maanden aanbiedt en die bijstandsgerechtigde heeft voorafgaand aan de dienstbetrekking ten minste 12 maanden aaneengesloten volledig een uitkering op grond van de IOAW of IOAZ dan wel algemene bijstand genoten.
Artikel 8. Tegemoetkoming onkosten en verwervingskosten
Het college kan aan een bijstandsgerechtigde die, naar het oordeel van het college, in verband met de arbeidsinschakeling of een re-integratievoorziening noodzakelijke kosten moet maken en niet over de middelen beschikt om deze kosten te betalen, een tegemoetkoming voor deze noodzakelijke kosten verstrekken.
Voor zover de kosten, bedoeld in het eerste lid, reiskosten betreffen:
bedraagt in afwijking van sub c, indien reizen met openbaar vervoer niet mogelijk is en met de auto wordt gereisd, de tegemoetkoming € 0,19 per kilometer met een maximum van 30 kilometer per dag en wordt de reisafstand gemeten van postcode huisadres tot postcode locatie aan de hand van de ANWB routeplanner.
De belanghebbende die gedurende een periode van ten minste twaalf maanden aaneengesloten op een uitkering op grond van de IOAW of IOAZ dan wel bijstand is aangewezen kan in aanmerking komen voor een premie, wanneer hij naar het oordeel van het college volledig alle trajectafspraken is nagekomen en duidelijke inzet heeft getoond voor het bereiken van de trajectdoelen.
Enkel die bepalingen die verdere toelichting behoeven worden hieronder behandeld.
Een werkervaringsplaats onderscheidt zich van een gewone dienstbetrekking. Bij een beoordeling of er al dan niet sprake is van een dienstbetrekking toetst de rechter aan de drie criteria voor het bestaan van een dienstbetrekking: persoonlijk verrichten van arbeid, loon en gezagsverhouding. Daarbij wordt gekeken naar een aantal aspecten zoals de bedoeling van de partijen en wat al dan niet schriftelijk is overeengekomen. De rechter besteedt vooral aandacht aan de feitelijke invulling van de overeenkomst.
Werkstage is gericht op uitbreiden kennis en ervaring
De Hoge Raad heeft bepaald dat er bij werkstages (lees werkervaringsplaats) weliswaar sprake is van het persoonlijk verrichten van arbeid, maar dat dit overwegend gericht is op het uitbreiden van de kennis en ervaring van de werknemer. Daarnaast is bij een werkstage in de regel geen sprake van beloning. Terughoudend zijn met het verstrekken van een gerichte stagevergoeding ligt daarom voor de hand. Er kan wel een onkostenvergoeding worden gegeven, mits er daadwerkelijk sprake is van een vergoeding van gemaakte kosten.
Doel van de werkervaringsplaats
Het tweede lid geeft nog eens specifiek aan wat het doel is van de werkervaringsplaats, om het verschil met een normale arbeidsverhouding aan te geven. Dit is vooral van belang om te voorkomen dat een persoon claimt dat sprake is van een dienstbetrekking en bij de rechter loonbetaling afdwingt.
De werkervaring kan twee doelen hebben. Op de eerste plaats kan het gaan om het opdoen van specifieke werkervaring. Dit is vergelijkbaar met de zogenaamde ‘snuffelstage’, waarbij een persoon de gelegenheid krijgt om te bezien of het soort werk als passend kan worden beschouwd. Op de tweede plaats kan het gaan om het leren werken in een arbeidsrelatie. Op de werkervaringsplaats kan een persoon wennen aan aspecten als gezag, op tijd komen, werkritme en samenwerken met collega’s.
Opstellen schriftelijke overeenkomst
In het vierde lid is bepaald dat voor de werkervaringsplaats een schriftelijke overeenkomst wordt opgesteld. Hierin kan expliciet het doel van de stage worden opgenomen, evenals de wijze van begeleiding. Door deze schriftelijke overeenkomst kan nog eens worden gewaarborgd dat het bij een werkervaringsplaats niet gaat om een reguliere arbeidsverhouding.
Volgens de Participatiewet dient ook sociale activering uiteindelijk gericht te zijn op arbeidsinschakeling. Voor bepaalde doelgroepen is arbeidsinschakeling echter een te hoog gegrepen doel. Voor deze personen wordt participatie met een re-integratie doelstelling ingezet.
Onder 'sociale activering' wordt verstaan: het verrichten van onbeloonde maatschappelijk zinvolle activiteiten gericht op arbeidsinschakeling of, als arbeidsinschakeling nog niet mogelijk is, op zelfstandige maatschappelijke participatie (artikel 6, eerste lid, onderdeel c, Participatiewet). Bij activiteiten in het kader van sociale activering kan worden gedacht aan het zelfstandig verrichten van vrijwilligerswerk of deelnemen aan activiteiten in de wijk of buurt.
Het college kan aan een persoon die behoort tot de doelgroep activiteiten aanbieden in het kader van sociale activering voor zover de mogelijkheid bestaat dat hij op enig moment algemeen geaccepteerde arbeid kan verkrijgen waarbij geen gebruik wordt gemaakt van een voorziening (artikel 4, eerste lid).
Voor de verplichting om gebruik te maken van een voorziening gericht op sociale activering is vereist dat de mogelijkheid bestaat dat een persoon op enig moment algemeen geaccepteerde arbeid kan verkrijgen waarbij geen gebruik wordt gemaakt van een voorziening. Bestaat die mogelijkheid niet, dan kan een persoon niet worden verplicht gebruik te maken van een dergelijke voorziening. Sociale activering heeft tot doel personen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt terug te leiden naar de arbeidsmarkt, of als dit nog niet mogelijk is, als tussendoel te bevorderen dat personen zelfstandig kunnen deelnemen aan het maatschappelijk leven. Hieruit volgt dat als het einddoel, arbeidsinschakeling, niet kan worden bereikt, er geen grond is die persoon te verplichten om gebruik te maken van een voorziening gericht op sociale activering.
Het college stemt duur activiteiten af op de persoon
Het tweede lid geeft het college de mogelijkheid om de duur van activiteiten in het kader van sociale activering nader te bepalen. Het college moet de duur afstemmen op de mogelijkheden en capaciteiten van een persoon. Gezien de mogelijk sterk verschillende behoeften op dit gebied, zal een al te rigide termijn moeilijk zijn.
In dit artikel wordt verstaan onder belanghebbende:
de persoon met een naar het oordeel van het UWV structurele functionele beperking, die arbeid als zelfstandige verricht of gaat verrichten, of die arbeid in dienstbetrekking verricht of die arbeid in dienstbetrekking gaat verrichten (maar niet werkzaam is of zal zijn als werknemer in de zin van de Wsw), en voor zover voor diens ondersteuning bij arbeidsinschakeling het college zorg draagt of onmiddellijk voorafgaande aan de aanvang van de arbeid als zelfstandige of in de dienstbetrekking zorg droeg tot het moment dat het inkomen uit die arbeid gedurende twee aaneengesloten jaren ten minste het minimumloon bedraagt en ten behoeve van die persoon in die twee jaren geen loonkostensubsidie is verleend;
en die behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, sub e, van de wet.
Een proefplaatsing kan worden ingezet zodat werkgever en werknemer elkaar wederzijds kunnen leren kennen. Na een proefplaatsing weten beide partijen wat ze van de ander mogen verwachten, dit vergroot de kans op het succesvol aangaan van een dienstbetrekking. In de periode van de proefplaatsing kan ook de loonwaarde van de persoon worden gemeten. Op deze manier kan vóór het aangaan van een dienstbetrekking op objectieve manier vastgesteld worden hoe hoog de inzet van loonkostensubsidie moet zijn.
Artikel 7. Indienstnemingssubsidie
Met personen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt bedoelen we hier personen waarvan we verwachten dat ze minimaal 12 maanden nodig hebben om betaald werk te vinden.
De indienstnemingssubsidie kan worden ingezet om de werkgever tegemoet te komen in een deel van de kosten bij het in dienst nemen van een persoon met een grote afstand tot de arbeidsmarkt.
Artikel 8. Tegemoetkoming onkosten en verwervingskosten
Het uitgangspunt is, dat bij een reisafstand van minder dan 10 kilometer enkele reis geen reiskosten worden vergoed. Bij een afstand van 10 kilometer of meer wordt de volledige afstand vergoed. Tot 10 kilometer kan immers gefietst of (bij een kleine afstand) gelopen worden. Indien men niet beschikt over een fiets en ook niet over de middelen om deze aan te schaffen, kan op grond van het derde lid hiervoor een bedrag worden verstrekt.
De grens van 10 kilometer wordt gehanteerd, omdat deze aansluit bij de regels over reiskostenvergoeding van de Belastingdienst. Omdat veel werkgevers om die reden onder de 10 kilometer woon-werkverkeer geen reiskostenvergoeding verstrekken, is het logisch om hierbij aan te sluiten. Anders zou belanghebbende tijdens de re-integratieperiode wél reiskosten vergoed krijgen, en nadat belanghebbende een dienstverband krijgt bij de werkgever niet meer.
In uitzonderingsgevallen kan van bovenstaande regels worden afgeweken. Hierbij kan worden gedacht aan bijvoorbeeld fysieke of mentale beperkingen waardoor 10 kilometer fietsen niet mogelijk is.
Het uitgangspunt is, dat de kosten op basis van openbaar vervoer tweede klasse worden vergoed. Het kan echter voorkomen, dat reizen met openbaar vervoer niet mogelijk is (bijvoorbeeld als de reistijd met openbaar vervoer dusdanig lang is, dat belanghebbende ’s ochtends niet op tijd kan zijn). In dat geval kan een kilometervergoeding van € 0.19 per kilometer worden vergoed.
Voor het krijgen en behouden van werk moet de bijstandsgerechtigde soms kosten maken, bijvoorbeeld een Verklaring Omtrent Gedrag of beschermende kleding/schoenen (voor zover de werkgever dit niet verstrekt).
Vanwege nazorg en het streven naar duurzame uitstroom is vergoeding van dergelijke verwervingskosten mogelijk tot en met 6 maanden na de datum van werkaanvaarding. De kosten die voor vergoeding in aanmerking komen, worden gemaximeerd op een totaalbedrag van € 250,00.
Onder verwervingskosten moet ook worden verstaan: de aanschaf van een fiets of fietskinderstoeltjes, mits belanghebbende aannemelijk kan maken dat deze noodzakelijk zijn voor het krijgen en behouden van werk.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2017-101128.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.