Mandaatbesluit college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen inzake mandateren van milieubevoegdheden aan de directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vlaardingen,

gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht,

gelet op de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de Wet mileubeheer (Wm), het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit milieubeheer), de Wet bodembescherming (Wbb), de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (Wvgs), de Wet geluidhinder (Wgh), de Wet Bevordering intergiteitsbeoordelingen (Wet Bibob) en de Algemene plaatselijke Verordening (APV) Vlaardingen,

overwegende dat het wenselijk is om slagvaardig op te treden wanneer een bedrijf de wettelijke regels niet naleeft,

overwegende dat de DCMR Milieudienst Rijnmond, mede als gevolg van de inwerkingtreding van de

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, en de landelijke ontwikkelingen op dit punt, reeds is omgevormd is tot een Regionale Uitvoeringsdienst (RUD), en functioneert als een efficiënt werkende uitvoeringsorganisatie,

overwegende dat het verlenen van het mandaat tot het opleggen van herstelsancties en het besluiten op aanvragen om omgevingsvergunningen (milieu), dan wel de hierna genoemde besluiten, leidt tot een efficiëntere werkwijze door de vermindering van ambtelijke handelingen in de procedure en daardoor tevens tot tijdbesparing,

BESLUIT:
  • I

    De directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond en bij diens afwezigheid zijn vervanger mandaat te verlenen om in naam van het college en onder zijn verantwoordelijkheid besluiten te nemen inzake de in bijlage 1 genoemde bevoegdheden.

  • II

    De directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond kan zijn gemandateerde bevoegdheden ondermandateren aan de afdelingshoofden en bureauhoofden van zijn dienst.

  • III

    Bij de ondertekening van een in (onder)mandaat genomen besluit wordt aangegeven dat het besluit namens het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen is genomen. Tevens worden de naam en de functie van de ondertekenaar vermeld.

  • IV

    Het mandaat wordt niet gebruikt in geval van beleidsgevoelige zaken. Er is sprake van een beleidsgevoelige zaak, indien:

    • a.

      door de uitoefening van de bevoegdheid strijd met een beleidslijn ontstaat;

    • b.

      wordt afgeweken van een verplicht voorgeschreven advies;

    • c.

      ons college een zaak aanwijst als beleidsgevoelig.

  • V

    De directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond stelt ons college, middels het toezenden van concept-besluiten, in de gelegenheid te toetsen of één van de onder IV genoemde omstandigheden zich voordoet.

  • VI

    De directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond zendt ons college afschriften van de door hem genomen besluiten.

  • VII

    Met de inwerkingtreding van dit mandaatbesluit worden alle in verleden, door ons college vastgestelde mandaatbesluiten ingetrokken.

  • VIII

    Dit mandaatbesluit treedt een dag na de dag van publicatie in werking.

  • IX

    Dit mandaatbesluit wordt aangehaald als ‘Mandaatbesluit gemeente Vlaardingen aan DCMR Milieudienst Rijnmond inzake milieubevoegdheden’.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen van 28 juni 2016.

de secretaris,

mw. mr. A.G. Knol-van Leeuwen

de burgemeester,

A.B. Blase

Naar boven