Verordening op de raadscommissies Krimpenerwaard 2016

De raad van de gemeente Krimpenerwaard;

gelet op artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de Verordening op de raadscommissie gemeente Krimpenerwaard 2016:

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    lid: lid van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    commissielid: een op voorstel van een fractie door de raad benoemd lid van een commissie (niet zijnde raadslid)

  • -

    commissievoorzitter: voorzitter van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    griffier: griffier van de raad of diens plaatsvervanger;

  • -

    commissiegriffier: griffier van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

Artikel 2. Instelling raadscommissies

  • 1.

    Er zijn door de raad twee raadscommissies ingesteld:

    • -

      Commissie Samenleving en Bestuur

    • -

      Commissie Ruimte en Financiën

Artikel 3. Taken

Een raadscommissie:

  • a.

    brengt advies uit aan de raad over die onderwerpen waarop haar werkzaamheden betrekking hebben;

  • b.

    kan advies uitbrengen aan de raad over andere onderwerpen dan bedoeld onder a;

  • c.

    voert overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval de door hen verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de onderwerpen bedoeld onder a.

Artikel 4. Samenstelling

  • 1.

    In een raadscommissie is elke fractie met maximaal twee leden (raadsleden en/of commissieleden) tegelijk (“aan tafel”) aanwezig.

    De commissieleden worden door de raad op voordracht van de fracties door de raad benoemd en door de voorzitter beëdigd. Fracties kunnen totaal maximaal 4 commissieleden door de raad laten benoemen. De artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op commissieleden die geen raadslid zijn.

  • 2.

    De leden van de raad of commissieleden kunnen zich door een ander raadslid of een op grond van lid 2 benoemd commissielid laten vervangen in de raadscommissie.

Artikel 5. Voorzitter

  • 1.

    De voorzitter en zijn plaatsvervangers worden door de raad uit zijn midden benoemd.

  • 2.

    De voorzitter is geen lid van de raadscommissie.

  • 3.

    De voorzitter is belast met:

    • a.

      het opstellen van een voorlopige agenda

    • b.

      het leiden van de vergadering;

    • c.

      het handhaven van de orde;

    • d.

      het doen naleven van deze verordening;

    • e.

      hetgeen deze verordening hem verder opdraagt.

Artikel 6. Zittingsduur en vacatures

  • 1.

    De zittingsperiode van een commissielid en -voorzitter eindigt in ieder geval met het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2.

    Een commissielid houdt op lid te zijn als niet meer voldaan wordt aan de in artikel 4, derde lid, gestelde eisen.

  • 3.

    Het commissielidmaatschap eindigt eveneens op voorstel van de fractie die het lid voor benoeming heeft voorgedragen.

  • 4.

    De raad kan de commissievoorzitter of zijn plaatsvervanger ontslaan.

    Een commissielid en de commissievoorzitter kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad.

  • 5.

    Als door overlijden of ontslag een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan.

  • 6.

    Als een fractie niet langer vertegenwoordigd is in de raad, vervalt het lidmaatschap van commissieleden die op voordracht van die fractie zijn benoemd.

Artikel 7. De commissiegriffier

  • 1.

    De griffier van de raad benoemt ter ondersteuning van iedere raadscommissie een op de griffie werkzame ambtenaar als commissiegriffier.

  • 2.

    De commissiegriffier is aanwezig in vergaderingen of wordt vervangen door een daartoe door de griffier van de raad aangewezen op de griffie werkzame ambtenaar.

  • 3.

    De commissiegriffier ondersteunt de voorzitter in het voorbereiden en leiden van de vergadering.

  • 4.

    De commissiegriffier adviseert en ondersteunt de leden van de commissie in de uitoefening van hun taak.

  • 5.

    De commissiegriffier kan op uitnodiging van de commissievoorzitter aan beraadslagingen in vergaderingen deelnemen.

  • 6.

    De commissiegriffier informeert insprekers en andere belangstellenden over de vergaderingen en overige werkzaamheden van de commissie.

  • 7.

    Voor een goed verloop van de vergadering voert de commissiegriffier zonodig overleg met het college van B&W, de ambtelijke organisatie of derden.

Hoofdstuk 2. Vergaderingen

Paragraaf 1. Voorbereidingen

Artikel 8. Oproep en voorlopige agenda

  • 1.

    Voordat de oproep wordt verzonden, stelt de agendacommissie de agenda van de vergadering voorlopig vast.

  • 2.

    De commissievoorzitter zendt ten minste tien dagen voor een vergadering de commissieleden een schriftelijke oproep en de voorlopige agenda met de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde stukken.

  • 3.

    Als een aanvullende agenda als bedoeld in artikel 8, eerste lid, wordt vastgesteld, wordt deze met de daarbij behorende stukken zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden.

Artikel 9. Aanvullende agenda; vaststellen agenda

  • 1.

    In spoedeisende gevallen kan de commissievoorzitter na het verzenden van een schriftelijke oproep een aanvullende voorlopige agenda opstellen. De daarbij behorende stukken worden openbaar gemaakt.

  • 2.

    Als omtrent de inhoud van stukken op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid onder berusting van de griffier en verleent deze de commissieleden op verzoek inzage. Ze worden tevens digitaal besloten ter beschikking gesteld.

  • 3.

    Een agenda wordt bij aanvang van een vergadering door de raadscommissie vastgesteld.

Artikel 10. Ter inzage leggen van stukken

  • 1.

    Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een voorlopige agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep digitaal verspreid. Als na het verzenden van de oproep stukken worden aangeboden, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raadscommissie en zo mogelijk door middel van openbare kennisgeving.

  • 2.

    Als omtrent stukken op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, worden deze in afwijking van het eerste en tweede lid digitaal - via een besloten systeem – ter beschikking gesteld van de leden.

Artikel 11. Openbare kennisgeving

Commissievergaderingen worden ten openbare kennis gebracht door aankondiging in het huis-aan-huis-blad en op de website van de gemeente.

 

Paragraaf 2. Ter vergadering

Artikel 12. Presentielijst

  • 1.

    De commissiegriffier draagt zorg voor het bijhouden van presentielijsten van vergaderingen.

    Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekenen commissieleden de presentielijst.

Artikel 13. Opening vergadering en quorum

  • 1.

    Een vergadering wordt niet geopend voordat blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende commissieleden tegenwoordig is.

  • 2.

    Als ingevolge het eerste lid de vergadering niet kan worden geopend, belegt de commissievoorzitter opnieuw een vergadering tegen een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de oproeping is gelegen.

  • 3.

    Op een vergadering als bedoeld in het tweede lid is het eerste lid niet van toepassing. Een raadscommissie kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge het eerste lid niet geopende vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, als blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende commissieleden tegenwoordig is.

Artikel 14. Verslag

  • 1.

    Een commissiegriffier draagt zorg voor verslagen en besluitenlijsten van vergaderingen. Het verslag kan bestaan uit een schriftelijke weergave en/of audio video verslag.

  • 2.

    Een verslag bevat in ieder geval:

    • a.

      de namen van de commissievoorzitter, de griffier, de commissiegriffier, de burgemeester, de wethouders en de commissieleden, allen voor zover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben;

    • b.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • c.

      een zakelijke samenvatting van het gesprokene onder vermelding van de namen van de sprekers;

    • d.

      een samenvatting van het advies aan de raad;

    • e.

      bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 16 door de raadscommissie is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.

  • 3.

    Een conceptverslag worden gelijktijdig met de verzending aan de commissieleden digitaal beschikbaar gesteld.

  • 4.

    Vastgestelde verslagen worden ondertekend door de commissievoorzitter en commissiegriffier.

  • 5.

    Als verslagen elektronisch beschikbaar zijn, worden ze op de website van de gemeente geplaatst.

Artikel 15. Advies; geen stemmingen

  • 1.

    Als een raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt, beslissen de leden op voorstel van de commissievoorzitter over de inhoud van het advies.

  • 2.

    In het advies worden opgenomen of het voorstel als hamerstuk, bespreekstuk of stemverklaringsstuk door kan naar de raad. de standpunten van alle fracties en commissieleden die geen raadslid zijn.

  • 3.

    In een vergadering vinden geen stemmingen plaats, met uitzondering van over geheimhouding en met betrekking tot de orde.

Artikel 16. Aantal spreektermijnen

  • 1.

    Beraadslaging over onderwerpen of voorstellen geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist.

  • 2.

    Spreektermijnen worden door de commissievoorzitter afgesloten.

  • 3.

    Commissieleden mogen in een termijn niet meer dan éénmaal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel. Per agendapunt is er één woordvoerder per fractie.

  • 4.

    Bij de bepaling hoeveel malen een commissielid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

  • 5.

    De voorzitter kan interrupties toestaan. Onder interruptie wordt verstaan een korte vraag of opmerking.

  • 6.

    Op voorstel van de voorzitter kan gewerkt worden met spreektijden.

Artikel 17. Deelname aan de beraadslaging door anderen

Een raadscommissie kan op enig moment besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

Artikel 18. Spreekrecht burgers

  • 1.

    Burgers kunnen in een vergadering het woord voeren (spreekrecht) over onderwerpen die het beleidsterrein van de commissie betreffen, die geagendeerd en niet-geagendeerd zijn. Het spreekrecht van niet-geagendeerde onderwerpen vindt plaats bij het agendapunt spreekrecht. Het spreekrecht voor geagendeerde onderwerpen vindt plaats bij het betreffende agendapunt.

  • 2.

    Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit uiterlijk 4 uur voor de aanvang van de vergadering (tenzij de voorzitter oordeelt een kortere termijn mogelijk is). aan de commissiegriffier onder vermelding van zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp waarover het woord gevoerd wenst te worden.

  • 3.

    De commissievoorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De commissievoorzitter kan van de volgorde afwijken, als dit in het belang is van de orde van de vergadering.

  • 4.

    De spreker voert het woord, nadat de commissievoorzitter hem dit heeft verleend. De commissievoorzitter kan de deelnemers aan de vergadering toestaan aan insprekers een korte, verhelderende vraag te stellen. Er vindt geen discussie plaats tussen een inspreker en deelnemers van de vergadering.

  • 5.

    De commissievoorzitter of een commissielid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger.

Artikel 18a. Vragenhalfuur

  • 1.

    Aan het begin van de commissievergadering is er een vragenhalfuur, tenzij er bij de voorzitter geen vragen zijn ingediend. In bijzondere gevallen kan de agendacommissie bepalen dat het vragenhalfuur op een ander tijdstip wordt gehouden. De voorzitter bepaalt op welk tijdstip het vragenhalfuur eindigt.

  • 2.

    Commissieleden die tijdens het vragenhalfuur vragen wil stellen, melden dit onder aanduiding van het onderwerp en ten minste twaalf uur voor aanvang van het vragenhalfuur bij de voorzitter.

  • 3.

    De voorzitter bepaalt de volgorde waarin aangemelde onderwerpen tijdens het vragenhalfuur aan de orde worden gesteld.

  • 4.

    De voorzitter bepaalt per onderwerp de spreektijd voor de vragensteller, voor het college, voor de burgemeester en voor de overige raadsleden.

  • 5.

    Per fractie wordt het woord verleend over maximaal twee onderwerpen compact vragen aan het college of de burgemeester te stellen en een toelichting daarop te geven.

  • 6.

    Na de beantwoording door het college of de burgemeester krijgt de vragensteller desgewenst het woord om aanvullende vragen te stellen.

  • 7.

    Tijdens het vragenuur worden geen interrupties toegelaten.

Artikel 19. Handhaving orde en schorsing

  • 1.

    De commissievoorzitter zorgt voor de handhaving van de orde in de vergadering.

  • 2.

    Hij kan de raadscommissie voorstellen aan een commissielid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de commissievoorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het commissielid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

  • 3.

    Hij kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en, als na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord, de vergadering sluiten.

  • 4.

    Hij roept sprekers tot de orde als deze zich in beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaten, afwijken van het in behandeling zijnde onderwerp, andere sprekers herhaaldelijk interrumperen, dan wel anderszins de orde verstoren. Sprekers die hieraan geen gevolg geven, kunnen door hem het woord ontnomen worden over het aanhangige onderwerp.

Artikel 20. Voorstellen van orde

De voorzitter en commissieleden kunnen tijdens een vergadering mondeling een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raadscommissie beslist hier terstond over.

Bij het staken der stemmen is het ordevoorstel afgewezen.

 

Paragraaf 3. Besloten vergaderingen

Artikel 21. Toepassing verordening op besloten vergaderingen

Op besloten vergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 22. Verslag besloten vergadering

  • 1.

    Conceptverslagen en besluitenlijsten van besloten vergaderingen worden digitaal – via een besloten systeem – ter beschikking gesteld.

  • 2.

    Deze verslagen worden zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raadscommissie een besluit over het al dan niet openbaar maken van het verslag.

  • 3.

    De vastgestelde verslagen worden door de commissievoorzitter en de commissiegriffier ondertekend.

Artikel 23. Opheffing geheimhouding

Als de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen, wordt, als de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.

 

Paragraaf 4. Toehoorders en pers

Artikel 24. Toehoorders en pers

  • 1.

    Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare vergaderingen uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2.

    Het blijkgeven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

  • 3.

    De commissievoorzitter is bevoegd, wanneer de orde in de vergadering op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 4.

    Hij is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

Artikel 25. Geluid- en beeldregistraties

Degenen die van een openbare vergadering geluid- of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de commissievoorzitter en gedragen zich naar diens aanwijzingen.

Artikel 25a. Gebruik mobiele apparaten

In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering niet toegestaan om middels mobiele apparaten geluid te veroorzaken dat de vergadering verstoort.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 26. Intrekken oude verordening

De verordeningen op de raadscommissies Krimpenerwaard 2015 wordt ingetrokken.

Artikel 27. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Dit reglement treedt in werking op de dag na bekendmaking. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op de raadscommissies Krimpenerwaard 2016.

     

 

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 28 april 2016,

de griffier, Drs. K.E. Driehuijs

de voorzitter, Mr. R.S. Cazemier

Naar boven