Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) gemeente ‘s-Hertogenbosch 2016

De gemeenteraad heeft op 15 december 2015 de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) gemeente 's-Hertogenbosch 2016 met bijbehorende bijlagen vastgesteld. In de ondergrond van de gemeente bevindt zich een uitgebreid netwerk van kabels en leidingen voor o.a. het transport van water, gas, elektronische of optische signalen en elektriciteit. Met behulp van de verordening kan de gemeente voldoen aan de wettelijke plicht om te zorgen voor een goede coördinatie van al het boven- en ondergrondse werk in de openbare ruimte. De regelgeving is in werking getreden op 1 januari 2016.

U kunt de tekst van de verordening en de bijlagen terug vinden op www.s-hertogenbosch.nl/stad-en-bestuur/bestuur/verordeningen-en-beleid

 

 

 

De gemeenteraad van ‘s-Hertogenbosch; in zijn openbare vergadering van 15 december 2015, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 november 2015,

reg.nr. 4984529

gelet op de Gemeentewet

Besluit:

  • 1.

    Vaststellen van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren 2016 (AVOI 2016) gemeente ’s-Hertogenbosch, onder gelijktijdige intrekking van de huidige Telecommunicatieverordening 2009 gemeente ’s-Hertogenbosch en gelijktijdige intrekking van de Algemene Voorwaarden Kabels en Leidingen 2006 (AVKL 2006);

  • 2.

    Vaststellen van de bijlagen behorende bij de AVOI 2016 gemeente ’s-Hertogenbosch, zijnde de toelichting bij de AVOI 2016, het Handboek Kabels en Leidingen gemeente ’s-Hertogenbosch 2016 (op basis van de VNG degeneratie regeling B2)

  • 3.

    Om afdeling 3, artikel 2:4 lid 3 en afdeling 5, artikel 5:16 lid 4 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) gemeente ’s-Hertogenbosch te wijzigen, in die zin dat in deze artikelen wordt verwezen naar de AVOI 2016 in plaats van naar de Telecommunicatiewet en de daarop gebaseerde Telecommunicatieverordening 2009;

  • 4.

    De huidige regeling voor wat betreft het onderdeel nadeelcompensatie met Brabant Water en Enexis tijdelijk voort te zetten;

  • 5.

    De AVOI op de gebruikelijke wijze bekend te maken en per 1 januari 2016 in werking te laten treden.

 

's-Hertogenbosch,

De gemeenteraad voornoemd,

De griffier,

drs. W.G. Amesz

De voorzitter,

mr.dr. A.G.J.M. Rombouts

 

Hoofdstuk 1: ALGEMENE bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    belanghebbenden: de bewoners (omwonenden) en bedrijfsmatige gebruikers van alle percelen, grenzend aan het tracé van kabels en/of leidingen;

  • b.

    bovengrondse voorzieningen: transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations die onderdeel uitmaken van een net of netwerk, als bedoeld in onderdeel l. van dit artikel, die bovengronds in de openbare ruimte worden geplaatst;

  • c.

    breekverbod: verbod voor het uitvoeren van werkzaamheden in de grond, geldend onder andere bij een gesloten sneeuwdek en/of vorst in de grond of bij evenementen;

  • d.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente ‘s-Hertogenbosch;

  • e.

    coördinatiebevoegdheid: de coördinerende rol van de gemeente over de aanleg, instandhouding en opruiming van alle kabels en/of leidingen in, op en boven de gehele openbare grond binnen de gemeentelijke grenzen;

  • f.

    gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht, artikel 5.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet, een publiekrechtelijke vergunning of een privaatrechtelijke overeenkomst;

  • g.

    grondroerder: degene, de natuurlijke of rechtspersoon, onder wiens verantwoordelijkheid werkzaamheden worden verricht;

  • h.

    (huis)aansluiting: het gedeelte van de kabel en/of leiding dat een netwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt (o.a. ten behoeve van een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, onderdelen a tot en met d, van de Wet Waardering Onroerende Zaken);

  • i.

    instemmingsbesluit: besluit van het college op een aanvraag van voorgenomen aaneengesloten werkzaamheden inzake kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk in, op en boven openbare gronden;

  • j.

    kabels en/of leidingen: kabels en/of (buis)leidingen als onderdeel van een openbaar net(werk); voorbeelden van deze kabels en/of leidingen zijn kabels als bedoeld in de Telecommunicatiewet, elektriciteitskabels (koppel-, transport- en distributiekabels), gasleidingen en waterleidingen (transport-, distributie- en dienstleidingen) en kabels en/of leidingen ten behoeve van industriële netwerken;

  • k.

    marktconforme kosten: kosten zoals deze onder normale omstandigheden in een markteconomie op de desbetreffende markt worden gemaakt;

  • l.

    net of netwerk: één of meer ondergrondse kabel(s) en/of leiding(en), daaronder mede begrepen de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations, voorzieningen (afsluiters, brandkranen, lassen, etc.) en andere hulpmiddelen, behoudens voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen liggen binnen de installatie van een producent of van een afnemer en tevens omvattende lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken; bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie;

  • m.

    netbeheerder: degene die als natuurlijk persoon handelend in de uitvoering van een beroep of bedrijf dan wel als rechtspersoon acteert als beheerder van een (al dan niet openbaar) net of netwerk voor de levering van elektriciteit, gas, water, aardwarmte of WKO (Warmte Koude Opslag), dan wel aanbieder is van een (al dan niet openbaar) elektronisch communicatienetwerk;

  • n.

    niet-openbare kabels en/of leidingen: kabels en/of leidingen (dan wel het netwerk waartoe deze behoren) die niet gebruikt worden om openbare (voor het publiek beschikbare) diensten aan te bieden;

  • o.

    openbare gronden: openbare gronden, als genoemd in artikel 1.1, onder aa, van de Telecommunicatiewet;

  • p.

    registratiesysteem: digitaal registratiesysteem wat wordt gebruikt door de gemeente waarin vergunningen, instemmingen en meldingen van werkzaamheden aan kabels en/of leidingen en alles wat daarmee samenhangt worden verwerkt door of namens de gemeente en/of de grondroerder;

  • q.

    sleufloze technieken: het maken van een holle ruimte in de grond, met behulp van een gestuurde) boring of persing, zonder daarbij de omringende grondslag te verwijderen;

  • r.

    spoedeisende werkzaamheden: werkzaamheden waarvan uitstel niet mogelijk is, als een ernstige belemmering of storing in de dienstverlening via het betreffende net of netwerk is opgetreden, en/of schade ontstaat c.q. is ontstaan;

  • s.

    vergunning: besluit van het college op een aanvraag van voorgenomen aaneengesloten werkzaamheden inzake kabels en/of leidingen in, op en boven openbare gronden die door de gemeente beheerd worden, uitgezonderd voor kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk;

  • t.

    werkzaamheden: handmatige en/of mechanische (graaf)werkzaamheden, inclusief het opbreken en herstellen van de sleufverharding en sleufloze technieken in, op en boven openbare grond in verband met de aanleg, instandhouding, verplaatsing en opruiming van kabels en/of leidingen;

  • u.

    werkzaamheden van niet-ingrijpende aard: aaneengesloten werkzaamheden inzake:

    • het aanbrengen, instandhouden of verwijderen van kabels en/of leidingen in reeds aangebrachte voorzieningen (mantelbuizen);

    • aanleg, instandhouding en/of opruiming van kabels en/of leidingen met een gezamenlijke tracélengte tot vijfentwintig (25) meter en niet vallend onder onderdeel r. van dit artikel, waarbij geen wegen, watergangen of groenvoorzieningen volledig worden gekruist en met geringe overlast c.q. belemmeringen voor de omgeving;

    • aanleg, instandhouding en/of opruiming van incidentele (huis)aansluitingen, waarbij geen wegen, watergangen of groen-voorzieningen volledig worden gekruist, tot een gezamenlijke tracélengte van vijfentwintig (25) meter;

    • het plaatsen van distributie- en mutatiepunten met een afmeting kleiner dan 30x30x30 cm (lxbxh);

    • het maken van maximaal twee montagegat(en) c.q. lasgat(en); een opbreking met beperkte afmeting, maximaal 2 m², die wordt gemaakt ten behoeve van de toegang tot een distributie- of mutatiepunt, plaatsen van afsluiters, het opgraven van een kabelrol ten behoeve van huisaansluitingen, voor het herstellen van kabel- c.q. leidingstoringen of voor inspectiedoeleinden.

Artikel 2 Coördinatie van werkzaamheden

    • 1.

      Het college is belast met de coördinatie van werkzaamheden in, op en boven openbare gronden, voor zover de gemeente ‘s-Hertogenbosch deze gronden beheert, in bezit heeft dan wel daarover coördinatiebevoegdheid heeft, in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen.

    • 2.

      Bij deze coördinatie worden mede betrokken andere werkzaamheden in, op en boven openbare gronden.

Artikel 3 Nadere regels

  • 1.

    Het college is bevoegd krachtens deze verordening nadere regels te stellen.

  • 2.

    Deze nadere regels hebben in ieder geval betrekking op:

    • a.

      het tijdstip, de plaats en de wijze van uitvoering bij de aanleg, instandhouding (inclusief het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen) en opruiming van kabels en/of leidingen;

    • b.

      het bevorderen van het medegebruik van voorzieningen;

    • c.

      ordening, planning en coördinatie van werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding (inclusief het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen) en opruiming van kabels en/of leidingen;

    • d.

      de te verstrekken gegevens alsmede over de wijze waarop die dienen te worden verstrekt;

    • e.

      herstelkosten en vergoeding van degeneratiekosten.

  • 3.

    Het is verboden om af te wijken van de door het college vastgestelde nadere regels.

Hoofdstuk 2: Aanvragen en melden van werkzaamheden

Artikel 4 Vereisten vergunning, instemming en melding

    • 1.

      Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning of instemmingsbesluit, of zonder toestemming ingeval van een melding, conform het vierde en vijfde lid van dit artikel, werkzaamheden uit te voeren in, op en boven openbare gronden inzake de aanleg, instandhouding of opruiming van kabels en/of leidingen en/of bovengrondse voorzieningen te plaatsen.

    • 2.

      Voor het aanvragen van een vergunning, instemmingsbesluit of toestemming ingeval van meldingsplicht, dient gebruik te worden gemaakt van daartoe door het college vastgestelde (digitale) formulieren en/of registratiesysteem.

    • 3.

      Indien voor de voorgenomen werkzaamheden tevens (privaatrechtelijke) toestemming nodig is van een andere gedoogplichtige dan de gemeente ‘s-Hertogenbosch dient dit bij de aanvraag aangegeven te worden.

    • 4.

      Voor het verrichten van werkzaamheden van niet ingrijpende aard, als bedoeld in onderdeel u. van artikel 1, is geen vergunning of instemmingsbesluit, als bedoeld in het eerste lid, noodzakelijk maar kan worden volstaan met een digitale melding vooraf aan het college.

    • 5.

      Spoedeisende werkzaamheden, als bedoeld in onderdeel r. van artikel 1, dienen voorafgaand aan de start van de werkzaamheden gemeld te worden. Als een melding vooraf niet mogelijk is, moet de melding uiterlijk binnen één werkdag na de start van de uitvoering gemotiveerd worden gedaan aan het college. Indien achteraf blijkt dat de uitgevoerde werkzaamheden vergunning- of instemmingsplichtig zijn, dient er alsnog een vergunning of instemmingsbesluit aangevraagd te worden.

    • 6.

      Het in het eerste lid opgenomen verbod is niet van toepassing op werkzaamheden van de gemeente bij het uitvoeren van haar publiekrechtelijke taak.

    • 7.

      Het college is bevoegd via nadere regels delen van het grondgebied aan te wijzen waarop het vijfde lid van dit artikel niet van toepassing zijn.

Artikel 5 Gegevensverstrekking

    • 1.

      Bij een aanvraag voor een vergunning of instemmingsbesluit dienen de volgende gegevens te worden verstrekt:

    • a.

      een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel bij de eerste aanvraag van ieder kalenderjaar;

    • b.

      een schriftelijke machtiging als het een aanvraag voor een vergunning of instemming betreft voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen voor of namens een netbeheerder;

    • c.

      naam-, (factuur-)adres- en woonplaatsgegevens van de eigenaar, beheerder en exploitant van de kabels en/of leidingen en van de (onder)aannemer(s) die belast zijn met de werkzaamheden, alsmede de naam en telefoonnummer van de contactpersoon voor de werkzaamheden;

    • d.

      een opgave van het aantal, de soort en het beoogde gebruik van de kabels en/of leidingen;

    • e.

      welke belanghebbenden en instanties vooraf in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van aanvang, beëindiging en aard van de werkzaamheden;

    • f.

      een verkeers- en bereikbaarheidsplan;

    • g.

      een uitvoeringsplan met daarin opgenomen:

    • -

      een (digitale) GBKN tekening (DWG- of PDF-formaat) met legenda, eenduidige en volledige maatvoering (RD-coördinaten) met daarop aangegeven een opgave van het gewenste tracé;

    • -

      overtuigende gegevens en inzicht omtrent de uitvoerbaarheid van de voorgenomen werkzaamheden binnen de beschikbare ruimte, waaruit ook blijkt dat de bereikbaarheid van de overige kabels en/of leidingen blijft gewaarborgd;

    • -

      een opgave van de objecten (bovengrondse voorzieningen en de afmetingen daarvan, handholes c.q. distributiepunten, brandkranen, etc.), zowel van permanente als tijdelijke aard, die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst en de situering daarvan op de tekening;

    • -

      de tracélengte en de lengte en breedte van de te graven sleuf, alsmede de aard van de sleufbedekking;

    • -

      een omschrijving van eventuele opbrekingen;

    • -

      het boorprofiel indien het gestuurde boringen betreft;

    • -

      het voorgenomen tijdstip van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden.

    • h.

      informatie over de afstemming met andere gedoogplichtigen;

    • 2.

      Indien de werkzaamheden betrekking hebben op kabels van elektronische communicatienetwerken dienen, aanvullend op het eerste lid, bij de aanvraag tevens de volgende gegevens te worden verstrekt:

    • -

      een opgave van het aantal kabels dat direct in gebruik wordt genomen en een opgave van het aantal kabels dat niet direct in gebruik wordt genomen.

    • 3.

      Bij een melding ten behoeve van spoedeisende werkzaamheden en werkzaamheden van niet ingrijpende aard dienen de volgende gegevens te worden verstrekt:

    • a.

      een schriftelijke machtiging indien het een aanvraag betreft voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen voor of namens een netbeheerder;

    • b.

      naam, adres en woonplaatsgegevens van de eigenaar, beheerder en exploitant van de kabels en/of leidingen, naam en adres van de (onder)aannemer(s) die belast zijn met de werkzaamheden, alsmede de naam en telefoonnummer van de contactpersoon voor de werkzaamheden;

    • c.

      het adres van de graaflocatie;

    • d.

      de dagtekening van de melding;

    • e.

      de lengte van de sleuf die wordt opengebroken;

    • f.

      het oppervlak dat wordt opengebroken indien het alleen een montagegat betreft.

    • 4.

      Het college kan nadere regels stellen inzake de te verstrekken gegevens alsmede over de wijze waarop die dienen te worden verstrekt.

Artikel 6 Beslistermijnen
    • 1.

      Het college beslist op een aanvraag voor een vergunning of instemmingsbesluit binnen acht weken na de datum van ontvangst van de aanvraag. De aanvraag voor een instemmingsbesluit voor werkzaamheden ten behoeve van een openbaar elektronisch communicatienetwerk geldt als melding als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onderdeel a van de Telecommunicatiewet.

    • 2.

      Betreft het een aanvraag waarbij meerdere gedoogplichtigen zijn betrokken dan beslist het college binnen acht weken na de dag van ontvangst van een volledig ingevulde aanvraag inclusief bijlagen.

    • 3.

      Indien het werkzaamheden van niet ingrijpende aard betreft beslist het college binnen drie werkdagen na de datum van ontvangst van de melding.

    • 4.

      In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, houdt het college de beslissing aan, indien er in verband met de voorgenomen werkzaamheden een of meerdere vergunning(en), ontheffing(en) of toestemming(en) op grond van overige wetgeving is of zijn vereist. Het vorenstaande geldt niet als de beschikking op een aanvraag van de vergunning(en), ontheffing(en) of toestemming(en) al is gegeven en de in artikelen 6:7 en 6:9 Algemene wet bestuursrecht genoemde termijnen zijn verstreken zonder dat bezwaren zijn ingediend. Deze aanhouding eindigt na afloop van de bezwarentermijn, tenzij er bezwaren zijn ingediend en tevens is verzocht om een voorlopige voorziening; in dat geval eindigt de aanhouding met ingang van de dag nadat op dat verzoek is beslist.

    • 5.

      Indien een beschikking niet binnen acht weken kan worden gegeven, deelt het college dit schriftelijk aan de aanvrager mede en noemt het daarbij een redelijke termijn waarbinnen de vergunning of instemmingsbesluit wel tegemoet kan worden gezien.

    • 6.

      Paragraaf 4.1.3.3 (positieve beschikking bij niet tijdig beslissen) van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing.

Artikel 7 Voorschriften, beperkingen en weigeringsgronden

    • 1.

      Het college kan aan het verstrekken van een vergunning, instemmingsbesluit of toestemming ingeval van meldingsplicht, voorschriften of beperkingen verbinden, dan wel een vergunning weigeren, in het belang van:

    • a.

      de openbare orde;

    • a.

      veiligheid, waaronder mede verstaan wordt de verkeersveiligheid

    • b.

      het voorkomen of beperken van overlast; waaronder mede verstaan wordt de bescherming van eventuele archeologische vondsten, van groenvoorzieningen, bomen en beplantingen en van het uiterlijke aanzien van de omgeving;

    • c.

      de bereikbaarheid van gronden en/ of gebouwen; waaronder mede verstaan wordt het veilig en doelmatig gebruik van openbare gronden en gebouwen en het doelmatig beheer en onderhoud ervan en evenementen;

    • d.

      de ondergrondse ordening, waaronder mede verstaan wordt het zo min mogelijk hinder veroorzaken voor reeds in de grond aanwezige werken en het niet in gevaar brengen of zonder noodzaak bemoeilijken van deze werken, waaronder mede verstaan worden de riolering en de levering of het transport van elektronische informatie, gas, water en elektriciteit.

    • 2.

      De voorschriften of beperkingen en de weigeringsgronden, zoals genoemd in het eerste lid, kunnen slechts betrekking hebben op:

    • a.

      het tijdstip, de plaats en wijze van uitvoering bij aanleg, instandhouding, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en/of leidingen;

    • b.

      het bevorderen van medegebruik van voorzieningen, zoals kabelgoten en geleidingen, die door derden of de gemeente ‘s-Hertogenbosch tegen marktconforme prijzen ter beschikking worden gesteld;

    • c.

      afstemming met betrekking tot overige in de grond aanwezige werken.

    • 3.

      De grondroerder dient belanghebbenden, zoals bedoeld in onderdeel a. van artikel 1, ter plaatse van de uit te voeren werkzaamheden schriftelijk te informeren over aanvang, duur, aard en plaats van de werkzaamheden.

    • 4.

      De wijze van uitvoering bij de aanleg, instandhouding (inclusief het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen) en opruiming van kabels en/of leidingen en medegebruik van voorzieningen moet gebeuren conform de in de gemeente van toepassing zijnde nadere regels zoals bedoeld in artikel 3.

    • 5.

      De grondroerder is verplicht na het einde van de werkzaamheden de grond, eventuele verhardingen en beplanting terug te brengen in de oude staat, tenzij het college vooraf heeft aangegeven hier (gedeeltelijk) zelf zorg voor te willen dragen.

    • 6.

      Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een vergunning, instemmingsbesluit en meldingen zijn leges verschuldigd conform de Legesverordening van de gemeente ‘s-Hertogenbosch.

    • 7.

      De netbeheerder draagt er zorg voor dat de voorschriften worden nageleefd.

Artikel 8 Wijzigen of Intrekken vergunning of instemming

  • 1.

    Het college kan de vergunning of instemming wijzigen of intrekken, indien:

    • a.

      de in de vergunning of instemmingsbesluit benoemde werkzaamheden niet binnen één jaar na de datum waarop de vergunning of het instemmingsbesluit onherroepelijk is geworden zijn voltooid;

    • b.

      de kabel en/of leiding definitief buiten gebruik is gesteld;

    • c.

      de vergunning of instemming is verleend tengevolge van onjuiste of onvolledige gegevens;

    • d.

      de vergunning of instemming in strijd met enig wettelijk voorschrift is afgegeven;

    • e.

      het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften niet wordt nageleefd;

    • f.

      na het verlenen van de vergunning of instemming naar het oordeel van het college gegronde aanleiding bestaat te veronderstellen dat het van kracht blijven van de vergunning of de instemming onaanvaardbare schadelijke gevolgen heeft voor mens, natuur of milieu en hieraan door het stellen van nadere voorschriften en beperkingen aan de verleende vergunning of instemming niet kan worden tegemoetgekomen;

    • g.

      dit naar het oordeel van het college redelijkerwijs nodig is vanwege de uitvoering van gemeentelijke werkzaamheden van openbaar belang en algemeen nut;

    • h.

      er sprake is van verkoop van gronden in eigendom van gemeente, behorende tot de openbare grond, aan derden.

  • 1.

    Het college gaat niet over tot intrekking of wijziging van de vergunning of instemming dan nadat het college de houder van de vergunning of instemming heeft gehoord.

  • 2.

    Aan het besluit tot wijziging of intrekking van de vergunning of instemming kan de verplichting worden verbonden om de betreffende kabels en/of leiding(en) te verplaatsen of deze te verwijderen.

Artikel 9 (Mede)gebruik van voorzieningen

  • 1.

    Een grondroerder is maakt bij de aanleg, instandhouding of het verplaatsen van kabels en/of leidingen in, op en boven openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik van bestaande, hetzij door overige netbeheerders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde, voorzieningen indien dit technisch haalbaar is en medegebruik geen belemmering vormt voor de veiligheid, toegankelijkheid en leveringszekerheid.

  • 2.

    Een vooroverleg dan wel een door het college geïnitieerd overleg naar aanleiding van een aanvraag voor vergunning of instemmingsbesluit is er mede op gericht te bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

  • 3.

    Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels en/of leidingen, legt de grondroerder de gemeente een alternatief tracé voor en wordt daarbij bezien of andere netbeheerders eventuele voorgenomen werkzaamheden op dat tracé kunnen combineren of doet hij aan andere netbeheerders een verzoek tot medegebruik van kabels en/of leidingen.

Hoofdstuk 3: Overige bepalingen

Artikel 10 Nadeelcompensatie
    • 1.

      Het bepaalde in dit artikel geldt niet indien hierin reeds is voorzien in de Telecommunicatiewet.

    • 2.

      Op het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van kabels en/of leidingen in, op of boven openbare gronden gelden de volgende bepalingen (tenzij en voor zover daarover andersluidende afspraken zijn overeengekomen tussen partijen):

    • a.

      De netbeheerder is verplicht op aanwijzing van de gemeente over te gaan tot het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van kabels en/of leidingen ten dienste van zijn netwerk;

    • b.

      Eventuele nadeelcompensatie, als gevolg van een aanwijzing zoals bedoeld in onderdeel a. van dit artikel, wordt verleend op basis van een publiekrechtelijke regeling of schriftelijk vastgelegde (privaatrechtelijke) afspraken;

    • c.

      Het college en de netbeheerder zullen bij verwijdering, verplaatsing of aanpassing van kabels en/of leidingen elkaars schade zo veel mogelijk beperken;

    • d.

      Na een aanwijzing tot het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en/of leidingen gaat de netbeheerder zo snel mogelijk over tot de uitvoering, doch niet later dan dertien (13) weken na de datum van ontvangst van de aanwijzing.

Artikel 11 Breekverbod
    • 1.

      Als er sprake is van een gesloten sneeuwdek en/of vorst in de grond of tijdens evenementen is het college bevoegd een breekverbod in te stellen. De vaststelling dat er sprake is van een voornoemde omstandigheid is een bevoegdheid van het college.

    • 2.

      Het college kondigt een algemeen graaf- en breekverbod voor 08:00 uur aan door middel van een digitale melding.

    • 3.

      Het college informeert de betrokken grondroerders tijdig door middel van een digitale melding over beëindiging van het breekverbod.

    • 4.

      Indien er sprake is van een breekverbod is het verboden werkzaamheden uit te voeren in de openbare grond en/of bestrating.

    • 5.

      Het breekverbod is niet van toepassing in geval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing en waarvan uitstel niet mogelijk is.

Artikel 12 Eigendom
    • 1.

      Indien eigendom, exploitatie of beheer van de kabel en/of leiding wordt overgedragen aan een andere netbeheerder, gaan de rechten en plichten volgens deze verordening die betrekking hebben op de kabel en/of leiding van rechtswege over op de nieuwe netbeheerder.

    • 2.

      De netbeheerder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel en/of leiding verandert.

    • 3.

      Op het eigendom van de kabels en/of leidingen zijn de desbetreffende wettelijke bepalingen van toepassing.

Artikel 13 Niet-openbare kabels en leidingen

    • 1.

      Bij werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van niet-openbare kabels en/of leidingen in, op en boven openbare gronden is het bepaalde in deze verordening van overeenkomstige toepassing.

    • 2.

      Het opnemen van het eerste lid van dit artikel in deze verordening houdt geen gedoogplicht in voor de gemeente ‘s-Hertogenbosch met betrekking tot niet-openbare kabels en/of leidingen.

Artikel 14 Informatieplicht
    • 1.

      De netbeheerder stelt het college onverwijld en schriftelijk in kennis van het feit dat een kabel en/of leiding niet langer ten dienste staat van een net of netwerk in of op openbare gronden.

    • 2.

      In dit kader kan van de netbeheerder een overzicht van alle (niet) in gebruik zijnde kabels en/of leidingen worden verlangd. De bewijslast van ingebruikname ligt bij de netbeheerder.

Artikel 15 Overleg
  • 1.

    Het college organiseert periodiek een overleg, waarvoor in elk geval de bij de gemeente ‘s-Hertogenbosch bekende netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen worden uitgenodigd.

  • 2.

    In dit overleg worden de plannen van de gemeente ‘s-Hertogenbosch en van de diverse netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen besproken en eventueel afgestemd in het kader van de bepalingen van deze verordening.

Hoofdstuk 4: Handhavings- en toezichtbepalingen

Artikel 16 Toezicht en handhaving

    • 1.

      Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college aangewezen personen.

    • 2.

      Het college is bevoegd de werkzaamheden direct stil te leggen, indien er wordt gewerkt:

    • a.

      zonder vergunning, instemmingsbesluit of zonder toestemming ingeval van meldingsplicht;

    • b.

      in afwijking van de nadere regels;

    • c.

      in afwijking van de aan het de vergunning, instemmingsbesluit of aan meldingsplichtige werkzaamheden verbonden voorschriften of beperkingen;

    • d.

      in strijd met het geldende breekverbod.

    • 3.

      Indien een grondroerder zich niet houdt aan de voorschriften en beperkingen uit de vergunning of het instemmingsbesluit, kan het college de vergunning of het instemmingsbesluit intrekken.

    • 4.

      In het geval van intrekking van de vergunning of het instemmingsbeluit dan wel er wordt gewerkt zonder toestemming ingeval van meldingsplicht, kan het college verlangen dat de oorspronkelijke situatie wordt hersteld.

Artikel 17 Strafbepaling

Overtreding van een bij of krachtens deze verordening gegeven voorschrift, of een beperking of voorschrift verbonden aan een vergunning, instemmingsbesluit of bij toestemming ingeval van meldingsplicht wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Hoofdstuk 5: Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 18 Inwerkingtreding
    • 1.

      Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2016.

    • 2.

      Op de datum van inwerkingtreding van de in het eerste lid genoemde verordening wordt de “Telecommunicatieverordening gemeente ’s-Hertogenbosch”, zoals vastgesteld in de raadsvergadering van 16 februari 2009, ingetrokken.

Artikel 19 Overgangsbepalingen
    • 1.

      De aanwezigheid van kabels en/of leidingen in of op openbare gronden, voor zover deze zijn gemeld of aangevraagd en aangelegd met toepassing van verleende vergunningen, instemmingsbesluiten en/of op basis van andere aantoonbare en gelegaliseerde afspraken met de gemeente, zoals die hebben gegolden tot de inwerkingtreding van deze verordening, wordt per ingang van deze verordening eveneens beheerst door de regels van deze verordening.

    • 2.

      Op aanvragen, als bedoeld in het eerste lid, waarop bij de inwerkingtreding van deze verordening nog niet is beslist, wordt met toepassing van deze verordening een beslissing genomen.

Artikel 20 Hardheidsclausule

Het college heeft de bevoegdheid op grond van afweging van de te behartigen belangen en met in acht name van de redelijkheid en billijkheid in incidentele en te motiveren gevallen af te wijken van de bepalingen van deze verordening.

Artikel 21 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als:

"Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Gemeente ‘s-Hertogenbosch 2016".

's-Hertogenbosch,

De gemeenteraad voornoemd,

De griffier,

drs. W.G. Amesz

De voorzitter,

mr.dr. A.G.J.M. Rombouts

Bijlage:

Schaderegeling ingravingen Kabels en Leidingen Gemeente ’s-Hertogenbosch 2016

Ten gevolge van de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen in en op openbare gronden ontstaat schade aan straatwerk, overige verhardingen of groenvoorzieningen. Die schade moet worden hersteld en de herstelkosten komen altijd voor rekening van de netbeheerder.

In deze Schaderegeling ingravingen zijn (onder andere) de voorwaarden en tarieven vastgelegd met betrekking tot de wijze van verrekening van de herstelkosten van straatwerk, asfaltherstel, herstel van natuursteenverhardingen, groenvoorzieningen, beheers- en degeneratiekosten.

Artikel 1. Algemeen

De begripsbepalingen van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Gemeente ’s-Hertogenbosch 2016 zijn op deze Schaderegeling van toepassing tenzij daarvan nadrukkelijk wordt afgeweken.

Alle technische en procedurele aspecten die verband houden met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen zijn opgenomen in het Handboek Kabels & Leidingen van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 2. Toepasselijkheid

Deze regeling is van toepassing op alle werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen in of op de openbare grond van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 3. Uitgangspunten bij verrekening van herstelkosten

Behoudens de hieronder genoemde uitzonderingen stelt de gemeente ’s-Hertogenbosch de netbeheerder in de gelegenheid de aangerichte schade ten gevolge van de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen te (laten) herstellen. De netbeheerder verzorgt de uitvoering van het tijdelijke en definitieve herstel van de elementenverharding en/of bermen en gazons, waaronder sleuven zonder bedekking.

De beheers- en degeneratiekosten worden berekend volgens de vigerende tarieven, zie artikel 5.1.

De aannemer die namens de netbeheerder de werkzaamheden in de door de gemeente aangewezen centrumgebieden van ’s-Hertogenbosch, Rosmalen, Nuland en Vinkel uitvoert moet voldoen aan de door de gemeente gestelde kwaliteits-eisen zoals bepaald in bijlage 10.6 van het Handboek Kabels & Leidingen van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Indien herstel niet tijdig plaatsvindt, onvoldoende is of uitblijft kan de gemeente ’s-Hertogenbosch het herstel laten verrichten door een door de gemeente geselecteerde aannemer. De marktconforme kosten worden vervolgens aan de netbeheerder doorberekend. De netbeheerder wordt hiervan vooraf (schriftelijk) op de hoogte gebracht door de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Hieronder is per categorie aangegeven wat de uitzonderingen op het bovenstaande zijn:

  • 1.

    Herstel van reguliere elementverhardingen:

Geen uitzonderingen.

  • 2.

    Herstel van natuursteenverharding of sierbestrating:

Geen uitzonderingen.

  • 3.

    Herstel van groenvoorzieningen (excl. bermen, gazons, en sleuven zonder bedekking ):

Voor werkzaamheden (verwijderen of snoeien) aan groenvoorzieningen die de gemeente ten behoeve van werkzaamheden met betrekking tot kabels en/of leidingen moet uitvoeren berekent de gemeente ’s-Hertogenbosch 100% van de marktconforme kosten door aan de netbeheerder.

Indien vooraf afgesproken is dat de netbeheerder toestemming krijgt van de gemeente om de werkzaamheden aan groenvoorzieningen (verwijderen of snoeien) zelf uit te voeren geeft de gemeente aan onder welke voorwaarden dit dient te gebeuren.

Beplantingsmateriaal dat ten behoeve van werkzaamheden met betrekking tot kabels en/of leidingen (door de netbeheerder) wordt verwijderd, wordt als verloren beschouwd.

De gemeente voert de werkzaamheden met betrekking tot de inboet van het beplantingsmateriaal in eigen beheer uit of laat dit door een door de gemeente geselecteerde aannemer uitvoeren. Al het te gebruiken materiaal zal daarbij van dezelfde soort en minimaal van eenzelfde kwaliteit en afmeting zijn als het oorspronkelijk aanwezige materiaal.

De gemeente ’s-Hertogenbosch berekent in bovenstaande gevallen 100% van de marktconforme kosten door aan de netbeheerder.

  • 4.

    Opbreken en herstel van asfaltverhardingen en overige gesloten verhardingen: Bij werkzaamheden waar ter plaatse asfaltverharding of overige gesloten verharding aanwezig is en de netbeheerder toestemming heeft gekregen van de gemeente ’s-Hertogenbosch om de verharding open te breken, dient de netbeheerder ervoor te zorgen dat, nadat de werkzaamheden zijn uitgevoerd, de sleuf tijdelijk dicht gestraat wordt.

Het opbreken van gesloten verhardingen en dichtstraten van de sleuf dient te gebeuren conform de voorschriften uit het Handboek Kabels & Leidingen van de gemeente ’s-Hertogenbosch.Bij werkzaamheden waarbij asfaltverharding wordt opgebroken dient de netbeheerder het Asfaltformulier volledig ingevuld te versturen via MOOR (het formulier is tevens vanuit MOOR te downloaden). Asfaltverharding wordt tijdens het (periodieke) asfalt onderhoudsprogramma in opdracht van de gemeente ’s-Hertogenbosch hersteld.

Overige gesloten verhardingen worden eveneens door of in opdracht van de gemeente ’s-Hertogenbosch hersteld.

De gemeente ’s-Hertogenbosch berekent standaard 100% van de marktconforme herstelkosten door aan de netbeheerder. De kosten voor herstel van asfaltverharding worden berekend volgens de vigerende tarieven, zie artikel 5.2.

Indien er afwijkende projectmatige afspraken zijn gemaakt tussen de gemeente en de netbeheerder inzake de verrekening van herstelkosten van gesloten verhardingen, dient de netbeheerder een kopie van die afspraken aan de gemeente te overleggen. Op het moment dat op de locatie waar de afspraak betrekking op heeft verrekening van herstelkosten van gesloten verharding aan de orde is kan verrekening in die gevallen afwijken van het hierboven bepaalde.

Artikel 4. Verhalen van overige schade

Niet alle schades die de gemeente als gevolg van kabel en/of leidingwerkzaamheden lijdt kunnen door de vooraf vastgestelde schadehersteltarieven worden gedekt.

Dit is het geval bij:

  • 1.

    Schade bij groenwerkzaamheden (excl. bermen, gazons, en sleuven zonder bedekking );

Met betrekking tot het opnemen van beplanting zullen al vóór het verstrekken van het instemmingsbesluit specifieke afspraken worden vastgelegd, zie ook art 3.3.

De schade aan bomen wordt achteraf vastgesteld en berekend op basis van het door de gemeente ’s-Hertogenbosch gehanteerde “Keuzemodel afhandeling schades aan bomen”.

De netbeheerder kan, conform het civiele aansprakelijkheidsrecht, aansprakelijk worden gesteld voor de schade.

Het totale schadebedrag wordt opgebouwd uit de getaxeerde schade inclusief taxatiekosten, beredderingskosten en overige bijkomende kosten zoals voor verhalen van schade.

  • 2.

    Schade die ontstaat buiten de sleuf

Als gevolg van werkzaamheden kan er ook schade ontstaan buiten de sleuf (aan materialen, lantaarnpalen, verkeerslichten, geparkeerde auto’s, e.d.). Zover het gemeentelijke eigendommen betreft kan de gemeente deze schade gaan verhalen op de netbeheerder, conform het civiele aansprakelijkheidsrecht.

  • 3.

    Verborgen gebrekenIndien na oplevering en goedkeuring van hersteld straatwerk een buitenproportionele oneffenheid wordt geconstateerd door de gemeente dan zal de netbeheerder in staat gesteld worden om de verharding te herstellen. Het is inherent dat alleen die schade in ogenschouw wordt genomen welke het gevolg is van de door de netbeheerder uitgevoerde werkzaamheden. Indien herstel niet tijdig plaatsvindt, onvoldoende is of uitblijft kan de gemeente ’s-Hertogenbosch het herstel laten verrichten door een door de gemeente geselecteerde aannemer. De marktconforme kosten daarvan worden vervolgens voor 100% aan de netbeheerder doorberekend. De netbeheerder wordt hiervan vooraf (schriftelijk) op de hoogte gebracht door de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 5. Tarieven

  • 1.

    Beheer- en degeneratiekosten:De beheer- en degeneratiekosten worden berekend volgens de vigerende VNG richtlijn “Tarieven (graaf)werkzaamheden Telecom” en de daarbij behorende “Tarieven (her)straatwerkzaamheden kabels- en/of leidingwerken”. Voor de gemeente ‘s-Hertogenbosch wordt het tarief B2 (herstel door de netbeheerder en onderhoud door de gemeente) gehanteerd.

Deze tarieven worden voor alle netbeheerders gehanteerd en worden jaarlijks vastgesteld door de VNG. In de gemeente ‘s-Hertogenbosch wordt er voor de verrekening gerekend met de werkelijke sleufbreedte.

  • 2.

    Tarief asfaltherstel:In de gemeente ’s-Hertogenbosch wordt voor het herstel van asfaltverharding: € 175,00 (zwart asfalt) en € 200,00 (rood asfalt), allebei excl. BTW per vierkante meter gehanteerd, inclusief verkeersmaatregelen en de aan- en afvoerkosten. Dit tarief is vastgesteld in 2016 en wordt jaarlijks verhoogd met de gemeentelijke indexering.

Artikel 6. Overige en slotbepalingen

Deze regeling is van toepassing op werken en werkzaamheden waarover op het moment van in werking treden geen andere overeenkomsten zijn aangegaan tussen de gemeente ’s-Hertogenbosch en belanghebbende(n).

Deze regeling is niet van toepassing op het gemeentelijke rioleringsnet.

Deze regeling treedt in werking op de dag na de datum van bekendmaking.

Artikel 7. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: “Schaderegeling ingravingen Kabels en Leidingen Gemeente ’s-Hertogenbosch 2016”.

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 4 november 2015.

De Secretaris,

mr.drs. I.A.M. Woestenberg

De Burgemeester,

mr.dr. A.G.J.M. Rombouts

Toelichting

Niet alle (sub)artikelen worden automatisch van een toelichting voorzien. Er wordt slechts een toelichting gegeven indien een nadere uitleg noodzakelijk wordt geacht.

Algemeen

Het doel van deze toelichting is informatie, aanvulling en nadere uitleg te verstrekken met betrekking tot de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI), zowel voor gebruik binnen de gemeente als voor de netbeheerders. De actuele versie van de toelichting is steeds bepalend.

De AVOI heeft als doel de regie en coördinatie uniform te regelen met betrekking tot werkzaamheden die nodig zijn voor de aanleg, instandhouding en opruiming van alle kabels en/of leidingen in openbare gronden binnen de gemeentegrenzen.

De AVOI reguleert de werkzaamheden in de openbare ruimte, waarbij de (weg)verharding, maar ook bermen en groenvoorzieningen etc. worden opgebroken. De AVOI is onder andere gericht op minimalisatie van overlast en maatschappelijke kosten ten gevolge van werkzaamheden in de openbare ruimte: proactieve regie (1) meer grip en sturing op werkzaamheden; het waarborgen van bereikbaarheid, leefbaarheid, veiligheid en communicatie tijdens werkzaamheden; uniforme regels en sanctiemogelijkheden en een efficiënt gebruik van de openbare ruimte.

(1)Rode draad van proactieve regie is informatie-uitwisseling tussen alle belanghebbenden. Partijen (gemeenten, netbeheerders en grondroerders) betrekken elkaar vroegtijdig en in de juiste fase bij projecten. De plannen van de gemeente én van de netbeheerders worden vanuit een lange termijn planning (5 jaar vooruit) zoveel als mogelijk inzichtelijk gemaakt en gemonitord teneinde werkzaamheden zoveel als mogelijk op elkaar af te stemmen en/of te combineren.

Belangrijk uitgangspunt is dat werkzaamheden alleen in de openbare ondergrond mogen worden uitgevoerd na voorafgaand akkoord van het college van burgemeester en wethouders.

Volgens de AVOI wordt iedere aanvraag eenduidig behandeld. Het verschil in wettelijke grondslag (Telecommunicatiewet e.a.) is geen reden om de aanvragen verschillend te behandelen. De AVOI geeft ook invulling aan de conform de Telecommunicatiewet verplichte Telecommunicatieverordening.

Kaders voor de gemeentelijke bevoegdheden en rollen

De gemeentelijke bevoegdheden vloeien voort uit de Gemeentewet, de Belemmeringenwet Privaatrecht, de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Plaatselijke Verordening, de WION, de Telecommunicatiewet en uit eventuele (privaatrechtelijke) afspraken met netbeheerders.

De gemeente is in vele rollen betrokken bij werkzaamheden in de openbare ruimte onder andere als grondeigenaar, ruimtelijk planner, aanlegger van infrastructuur, bodembeschermer, etc.

In het belang van de gemeente, burgers, bedrijven en netbeheerders moet een zorgvuldig, uniform en integraal beleid gevoerd worden bij voorbereiding, uitvoering en nazorg van werkzaamheden in openbare gronden.

Ondanks de verschillende uitgangsposities van partijen wordt door de gemeente harmonisering en uniformering en gelijke behandeling nagestreefd. Het opbreken van de openbare ruimte dient tot zo min mogelijk overlast en schade te leiden, met waarborging van veiligheid en bereikbaarheid en voorkoming van verstoring van openbare orde en ondergrondse ordening.

De grondroerders zijn verantwoordelijk voor een juiste en tijdige gegevensverwerking en moeten voldoen aan de wettelijke plicht tot zorgvuldig graven. Ten aanzien van het ontwerp, voorbereiding, uitvoering en beheer van de werkzaamheden dient voldaan te worden aan de uniforme (uitvoerings-)voorschriften die zijn vastgelegd in het Handboek Kabels & Leidingen.

Twee regimes voor kabels en leidingen

Een onderscheid dient gemaakt te worden tussen werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk en werkzaamheden in verband met aanleg, instandhouding en opruiming van overige kabels en leidingen.

Voor de uitvoering van werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk bepaalt de Telecommunicatiewet (Tw), dat de aanbieder van een openbaar elektronisch communicatienetwerk die het voornemen heeft werkzaamheden uit te voeren, slechts overgaat tot het verrichten van deze werkzaamheden indien het voornemen daartoe schriftelijk is gemeld aan het college en de aanbieder van het college instemming heeft verkregen voor de uitvoering van de werkzaamheden (artikel 5.4, eerste lid, van de Tw). De Telecommunicatiewet bepaalt daarbij eveneens dat het college in het instemmingsbesluit bijzondere voorschriften kan opnemen (artikel 5.4, tweede en derde lid, van de Tw) en dat de gemeenteraad met betrekking tot het verrichten van de werkzaamheden bij verordening regels vaststelt (artikel 5.4, vierde lid, van de Tw).

Voor de werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van de overige kabels en leidingen ontbreekt een dergelijke vorm van wetgeving. In veel gemeenten wordt de vergunning voor de werkzaamheden verleend op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV), enkele gemeenten kennen reeds een afzonderlijke kabel- en leidingenverordening.

De gemeente ’s-Hertogenbosch heeft besloten om zowel de instemmingsplicht uit de Tw als de vergunningplicht uit de APV op te nemen in de AVOI. De gemeente voldoet hiermee aan de eis uit de Tw om een Telecommunicatieverordening op te stellen en de gemeentelijke wens om uniformering te realiseren in het kabel- en leidingbeleid van de gemeente ’s-Hertogenbosch met betrekking tot alle netbeheerders (telecom en nuts).

Publiekrechtelijke vergunning of instemming en privaatrechtelijke toestemming

De vergunning of instemming voor het uitvoeren van werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen is publiekrechtelijk van aard. Dat wil zeggen dat de verkrijger van de vergunning of instemming het recht krijgt om (tijdelijk en onder bepaalde voorwaarden) de openbare orde te mogen verstoren, dit om de gewenste werkzaamheden te kunnen uitvoeren.

De vergunning ofinstemming tot het uitvoeren van werkzaamheden geeft geen privaatrechtelijke toestemming aan de vergunning- of instemmingverkrijger om daadwerkelijk de werkzaamheden uit te voeren. De verkrijger van de vergunning ofinstemming dient daartoe eveneens een privaatrechtelijke toestemming te verkrijgen van de eigenaar van de openbare gronden. Indien de gemeente eigenaar van de gronden is, dan kan de gemeente tegelijkertijd met de vergunning ofinstemming eveneens een privaatrechtelijke toestemming geven aan de vergunningverkrijger, zodat deze kan overgaan tot de uitvoering van de werkzaamheden. Als een derde eigenaar van de grond is, ligt dat anders. Het college kan in dat geval de aanvrager erop wijzen dat hij niet eerder met de werkzaamheden kan aanvangen alvorens hij ook privaatrechtelijke toestemming heeft verkregen van deze derde.

Hoofdstuk 1: ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

Breekverbod

In de verordening zijn bepalingen over het breekverbod opgenomen die het college de bevoegdheid geeft een verbod op te leggen tot uitvoering van werkzaamheden onder andere bij een gesloten sneeuwdek en/of vorst in de grond of tijdens bijvoorbeeld feest- of gedenkdagen, evenementen of beperking van overlast voor winkeliers. Dat wil zeggen dat er niet in de grond gegraven mag worden zolang het breekverbod geldt. Een nadere omschrijving van het breekverbod is opgenomen in de uitvoeringsvoorschriften.

College

Het college van burgemeester en wethouders (hierna college) is bevoegd de taken voortvloeiende uit de AVOI af te handelen en te handhaven, waarbij deze voor wat betreft de uitvoering naar wens en behoefte uit praktische overweging gemandateerd kunnen worden aan één of meer daartoe aangewezen ambtenaren.

Gedoogplichtige

Gedoogplichtigen moeten de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen toestaan in en op hun gronden. De gemeentelijke betrokkenheid is vooral gericht op haar rol als beheerder van de openbare gronden. In deze hoedanigheid is de gemeente voor wat betreft de elektronische openbare communicatienetwerken de gedoogplichtige conform de Telecommunicatiewet.

Voor water- en energienetwerken geldt dat de gemeente de gedoogplichtige kan zijn conform de Belemmeringenwetten, conform een publiekrechtelijke vergunning of conform een privaatrechtelijke overeenkomst. Het begrip gedoogplichtige slaat ook op andere partijen dan de gemeente die krachtens de wet gedoogplichtig zijn.

Grondroerder

De grondroerder is de partij die daadwerkelijk de werkzaamheden verricht of laat verrichten. Dit zal vaak een aannemer of installateur zijn, maar het kan ook een interne afdeling van een netbeheerder betreffen als die dergelijke werkzaamheden zelf uitvoeren. Als een grondroerder namens een netbeheerder optreedt, wordt nu expliciet naar een machtiging gevraagd, dit ter wille van rechtszekerheid en rechtsgeldigheid. Ook kan de grondroerder een partij zijn die voor eigen naam en rekening netwerken aanlegt, maar niet zelf exploiteert en het netwerk of netwerkcapaciteit daarna verhuurt of verkoopt. De grondroerder is verplicht om een melding van de voorgenomen werkzaamheden te verzorgen richting het college en eventuele overige betrokken partijen. De grondroerder dient over een instemmingsbesluit of vergunning te beschikken voor aanvang van de werkzaamheden.

(Huis)aansluiting

(Huis)aansluitingen worden door de relatief beperkte omvang van de werkzaamheden uitgezonderd van diverse algemene regels van de AVOI. Daarvoor is een lichter formeel regime van toepassing waarvoor nadere kaders zijn gesteld.

Instemmingsbesluit

Voorgenomen werkzaamheden inzake kabels ten dienste van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk moeten vooraf (digitaal) gemeld worden, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen:

  • reguliere werkzaamheden;

  • werkzaamheden van niet ingrijpende aard;

  • spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing.

Voor de reguliere werkzaamheden geldt dat pas gestart mag worden met die werkzaamheden als op basis van een aanvraag een instemmingsbesluit is verleend. De gemeente hanteert in het algemeen een doorlooptijd van acht weken voor aanvragen voor reguliere werkzaamheden.

Voor werkzaamheden van niet ingrijpende aard is geen instemmingsbesluit noodzakelijk maar kan worden volstaan met een (digitale) melding vooraf. Na melding kan in het algemeen binnen een termijn van drie werkdagen met de werkzaamheden gestart worden.

Voor spoedeisende werkzaamheden kan het zo zijn dat melden vooraf onmogelijk is. Alleen in dit uitzonderingsgeval is het toegestaan het werk achteraf te melden.

Echter, indien achteraf blijkt dat de uitgevoerde werkzaamheden (niet ingrijpende- en spoedeisende werkzaamheden) toch omvangrijk zijn geweest en daarom instemmingsplichtig zijn, dient er achteraf alsnog een instemmingsbesluit aangevraagd te worden.

Kabels en/of leidingen

Verzamelbegrip; Kabels en/of leidingen zijn onderdeel van een openbaar totaal net(werk), daaronder ook begrepen de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations, voorzieningen (afsluiters, brandkranen, lassen, etc.) en andere hulpmiddelen, behalve voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen liggen binnen de installatie van een producent of van een afnemer. Ook omvattende: lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken (zoals mantelbuizen, kabelgoten, handholes, lasdozen, duikers) en beschermingswerken. Voorbeelden van kabels en/of leidingen zijn telecommunicatie- en omroepkabels, elektriciteitskabels (koppel-, transport- en distributiekabels), gasleidingen en waterleidingen (transport-, distributie- en dienstleidingen) en kabels en leidingen voor industriële netwerken. Inhoudelijk is er procedureel geen onderscheid gemaakt in de begrippen kabels en/of leidingen.

Marktconforme kosten

Dit begrip is relevant vanwege het nagestreefde stimuleren van het medegebruik van bestaande voorzieningen (van de gemeente zelf of van derde partijen). Partijen kunnen worden verplicht daarvan gebruik te maken, met dien verstande dat (aansluitend bij de Telecommunicatiewet) de te betalen vergoeding marktconform dient te zijn.

Net of netwerk

De definitie is afgeleid van de omschrijving zoals die gehanteerd wordt in de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION). De omschrijving maakt met name duidelijk dat het om ondergrondse netten gaat, en dan zowel de distributie- en transportnetten voor energie (gas, water, elektriciteit) als de elektronische communicatienetwerken (zoals specifiek geregeld in en krachtens de Telecommunicatiewet). In de tekst wordt geen inhoudelijk onderscheid gemaakt tussen de termen net en netwerk.

Netbeheerder

Het begrip netbeheerder wordt gehanteerd als uniforme term voor de beheerders van de netten voor de levering van water en energie en tevens de aanbieders van (niet-)openbare elektronische communicatienetwerken. Het komt voor dat de netbeheerder in het geval van voorgenomen werkzaamheden de rol van grondroerder op zich neemt. In aansluiting bij de recente wet- en regelgeving op het gebied van graafrechten wordt de netbeheerder meer dan voorheen medeverantwoordelijk gehouden voor een juiste uitvoering en naleving van de rechten en verplichtingen met betrekking tot werkzaamheden.

Openbare gronden

Hiertoe worden conform de wettelijke omschrijving gerekend de openbare wegen inclusief trottoirs/voetpaden, glooiingen, bermen, sloten, bruggen, viaducten, duikers, tunnels, beschoeiingen en andere werken, evenals wateren inclusief bruggen, plantsoenen, pleinen en andere plaatsen die voor eenieder toegankelijk zijn.

Spoedeisende werkzaamheden

Hiervoor geldt een lichter procedureel regime. De netbeheerder moet duidelijk maken dat dit werk redelijkerwijs geen uitstel kan dulden op grond van de aangegeven belangen.

Vergunning

Voorgenomen werkzaamheden inzake overige kabels en/of leidingen (uitgezonderd kabels ten dienste van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk) moeten vooraf (digitaal) gemeld worden, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen:

• reguliere werkzaamheden;

• werkzaamheden van niet ingrijpende aard;

• spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing.

Voor de reguliere werkzaamheden geldt dat pas gestart mag worden met die werkzaamheden als op basis van een aanvraag een vergunning is verleend. De gemeente hanteert in het algemeen een doorlooptijd van acht weken voor aanvragen voor reguliere werkzaamheden.

Voor werkzaamheden van niet ingrijpende aard is geen vergunning noodzakelijk maar kan worden volstaan met een (digitale) melding vooraf. Na melding kan in het algemeen binnen een termijn van drie werkdagen met de werkzaamheden gestart worden.

Voor spoedeisende werkzaamheden kan het zo zijn dat melden vooraf onmogelijk is. Alleen in dit uitzonderingsgeval is het toegestaan het werk achteraf te melden.

Echter, indien achteraf blijkt dat de uitgevoerde werkzaamheden (niet ingrijpende- en spoedeisende werkzaamheden) toch omvangrijk zijn geweest en daarom vergunningsplichtig zijn, dient er achteraf alsnog een vergunning aangevraagd te worden.

Het college kan de vergunning weigeren, wijzigen of intrekken, zoals benoemd in de artikelen 7 en 9.

Werkzaamheden

(Graaf)werkzaamheden in de openbare grond, inclusief het opbreken en herstel van de sleufverharding en sleufloze technieken in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen. Hoewel gezien de consequenties ervan de regelingen van de AVOI vooral betrekking hebben op mechanische werkzaamheden, vallen handmatige werkzaamheden er ook onder. Deze zijn vaak van toepassing op het werken nabij bomen of groenvoorzieningen en de separaat onderscheiden categorieën spoedeisende werkzaamheden en niet ingrijpende werkzaamheden. Tot de werkzaamheden die deze AVOI betreffen behoren eveneens de werkzaamheden in verband met het medegebruik van voorzieningen, zoals dat van mantelbuizen, kabelgoten of geleidingen. Vanuit de te behartigen belangen kan het nastreven of voorschrijven van medegebruik door de gemeente gestimuleerd worden.

Werkzaamheden van niet ingrijpende aard

Het onderscheid tussen werkzaamheden van al dan niet ingrijpende aard vloeit voort uit artikel 5.4, vijfde lid, van de Telecommunicatiewet. Naast (huis)aansluitingen (tot een bepaalde lengte) worden andere niet ingrijpende werkzaamheden aan een lichter regime onderworpen, omdat ze veelal slechts gedurende relatief korte tijd in een beperkt gedeelte van het netwerk worden verricht, en waarvan de impact relatief beperkt en kortstondig is. Voor deze niet ingrijpende werkzaamheden geldt een verkorte procedure. De definitie geeft op hoofdlijnen aan voor welke situaties deze lichtere procedure van toepassing kan zijn. Vaak gaat het om werkzaamheden aan reeds bestaande kabels en/of leidingen en betreft het een beperkte lengte of oppervlakte die niet of nauwelijks het normale gebruik van de openbare gronden beperkt. Daarbij kan van belang zijn of rijbanen en andere verhardingen, wateren of groenvoorzieningen volledig gekruist worden of dat boringen noodzakelijk zijn.

Overige begripsbepalingen

Behoeven geen nadere toelichting.

Artikel 2 Coördinatie van Werkzaamheden

Het college hebben een coördinatiebevoegdheid met betrekking tot de aanleg, instandhouding en opruiming van alle kabels en/of leidingen in de gehele openbare grond binnen de gemeentelijke grenzen. Onder het uitvoeren van de coördinerende rol worden o.a. werkzaamheden verstaan als een onderzoek naar de haalbaarheid van het gevraagde tracé en het onderzoeken of meerdere partijen tegelijkertijd gebruik willen maken van het tracé. Ook worden, indien noodzakelijk, voor het uiteindelijke tracé aanvullende uitvoeringseisen gesteld. De feitelijke situatie is zo dat de fysieke ondergrond vol raakt met een veelheid aan kabels en/of leidingen, dit maakt betere afstemming van werkzaamheden en belangen noodzakelijk.

Artikel 3 Nadere regels

Het college krijgt de mogelijkheid toegekend door de raad om in voorkomende gevallen nadere regels ter uitvoering van deze verordening vast te stellen.

Hoofdstuk 2: AANVRAGEN EN MELDEN VAN WERKZAAMHEDEN

Artikel 4 VEREISTEN VERGUNNING, INSTEMMING EN MELDING

Uitgangspunt is dat werkzaamheden in de openbare ruimte verboden zijn, tenzij men beschikt over een vergunning of instemmingsbesluit. Het in de Telecommunicatiewet vastgelegde principe van graafrechten in relatie tot de vereiste toestemming (vergunning) van het college is vertaald naar de AVOI en wordt toegepast op werkzaamheden van alle netbeheerders. De vergunning of instemmingsbesluit heeft betrekking op de plaats, het tijdstip en de wijze van uitvoering van de werkzaamheden.

Het onderscheid tussen reguliere werkzaamheden, werkzaamheden van niet ingrijpende aard en spoedeisende werkzaamheden wordt in dit artikel duidelijk gemaakt.

Tot de niet ingrijpende werkzaamheden (en spoedeisende werkzaamheden) behoren werkzaamheden waarvoor gedurende niet meer dan een korte tijd in een beperkt gedeelte van het netwerk werkzaamheden worden verricht en waarvan de impact voor de omgeving relatief beperkt en kortstondig is. Er wordt als norm een lengte van de kabels en/of leidingen korter of gelijk aan 25 meter gehanteerd en daarbij mogen geen verharde wegen, watergangen of groenvoorzieningen volledig worden gekruist.

Voor werkzaamheden rond de kabels en/of leidingen van de gemeente zelf - zoals de riolering - maar ook eventuele andere kabels en/of leidingen, is om praktische redenen de verordening (en het daarin opgenomen graafverbod) niet van toepassing verklaard. Om redenen van effectiviteit en kwaliteit is het wel zeer wenselijk dat waar mogelijk binnen de gemeente afspraken en procedures worden gemaakt om de doelen van deze verordening ook intern zoveel mogelijk na te leven.

Artikel 5 Gegevensverstrekking

In dit artikel is verduidelijkt op welke wijze een aanvraag voor een vergunning of instemmingsbesluit

moet worden gedaan en welke gegevens daarbij verstrekt moeten worden. Het betreft informatie die de gemeente als beheerder van de openbare gronden nodig heeft om een juiste beoordeling te maken en inzicht te krijgen in de belangen die door de voorgenomen werkzaamheden worden geraakt. Duidelijk is ook gemaakt dat instemming of vergunning steeds op aanvraag van de verzoekende partij zal plaatsvinden en niet op eigen initiatief van de gemeente.

De aanvraag moet (digitaal) gebeuren door middel van de door het college vastgestelde (digitale) formulieren en/of registratiesysteem. Voor aanvragen voor werkzaamheden van niet ingrijpende aard moeten slechts een beperkt aantal gegevens verstrekt worden. Voor reguliere aanvragen moeten meer gegevens verstrekt worden.

Artikel 6 Beslistermijnen

De beslistermijn (voor reguliere aanvragen) is maximaal acht weken en is afgeleid uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Op grond van de Awb is het college verplicht binnen een redelijke termijn een vergunning of instemmingsbesluit te verstrekken, waarbij die redelijke termijn geacht te zijn verstreken na verloop van acht weken. In navolging van de Wet Dwangsom en Beroep bij niet tijdig beslissen moet het college zich bewust zijn van het belang van de voortgang van de activiteiten en zich inspannen om de termijn tot besluitvorming zo kort mogelijk te houden. Het college kan onder bepaalde voorwaarden de termijn tot besluitvorming verlengen.

De Lex Silencio Positivo is de rechtsfiguur waarbij er automatisch sprake is van een positieve beschikking als een bestuursorgaan niet binnen de voorgeschreven beslistermijn een besluit op een aanvraag heeft genomen, de zogenaamde van rechtswege verleende beschikking (geregeld in paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht). Er geldt een speciaal regime voor vergunningstelsels die onder de Europese Dienstenrichtlijn vallen. Met het in werking treden van deze richtlijn is een overgangstermijn van twee jaar vastgesteld welke eind 2011 eindigde. Gedurende de overgangstermijn moesten decentrale overheden expliciet in het vergunningstelsel opnemen dat de Lex Silencio Positivo van toepassing was op dat stelsel anders gold deze niet. Na de overgangstermijn is er sprake van een omgekeerde situatie en moet de Lex Silencio Positivo expliciet worden uitgesloten, anders is deze van toepassing op elk vergunningstelsel dat onder de Dienstenrichtlijn valt. Het uitsluiten van de Lex Silencio Positivo is alleen mogelijk wanneer dit gerechtvaardigd kan worden door dwingende redenen van algemeen belang.

In de AVOI wordt beschreven wat de procedure is om zaken grondig af te wegen, waarbij juist onderdelen van openbare veiligheid en verkeersveiligheid een grote rol spelen. Een Lex Silencio Positivo is hier niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang met name openbare orde, openbare veiligheid, verkeersveiligheid en volksgezondheid. Derhalve is paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht in de AVOI niet van toepassing verklaard.

Artikel 7 VOORSCHRIFTEN, BEPERKINGEN EN WEIGERINGSGRONDEN

Dit artikel somt de weigeringsgronden voor het verlenen van de vergunning op. De gronden zijn gelijkluidend met de belangen zoals genoemd in artikel 5.4, tweede lid, van de Telecommunicatiewet.

De belangen, het handhaven van de openbare orde en het waarborgen van de veiligheid, spreken voor zich. Het college kan ook voorschriften stellen ter beperking of voorkoming van overlast. Indien er meerdere voornemens worden gemeld, kan het college besluiten deze werkzaamheden qua tijdstip op elkaar af te stemmen om hiermee de overlast te beperken. Ook kunnen zij indien bekend is dat er andere werkzaamheden dan de werkzaamheden ten behoeve van de aanleg van elektronische communicatiekabels zullen plaatsvinden, deze werkzaamheden op elkaar afstemmen, dan wel het voorschrift stellen dat er onderling overleg plaatsvindt. In geval van (grootschalige) werkzaamheden kan gedacht worden aan het stellen van voorschriften met betrekking tot het bereikbaar houden van de desbetreffende en omringende gronden. Ook de doorstroming van het verkeer en het openhouden van een verkeersweg voor ambulance, politie of brandweer kunnen bij het stellen van deze voorschriften een rol spelen.

Als laatste wordt het belang van de ondergrondse ordening genoemd. Op deze wijze kan worden voorkomen dat de ondergrond onnodig vol raakt. Voorts kan bij ondergrondse ordening gedacht worden aan bescherming van reeds in de grond aanwezige werken, zoals werken ten behoeve van het transport of de levering van gas, water en elektriciteit, of aan de bescherming van andere in de grond aanwezige zaken zoals objecten van archeologische waarde.

Met betrekking tot de aanleg, instandhouding of opruiming van kabels ten behoeve van een (al dan niet openbaar) elektronisch communicatienetwerk zijn een aantal voorschriften en beperkingen geregeld in de Telecommunicatiewet. Echter, alle grondroerders moeten aan een aantal verplichtingen voldoen als zij werkzaamheden gaan verrichten zoals bedoeld in de AVOI. Daarnaast kan het college aan het instemmingsbesluit of de vergunning aanvullende voorschriften of beperkingen verbinden. Omwille van de uniformiteit is in de verordening geregeld onder welke voorwaarden dit kan en welke soort voorschriften en beperkingen dit zijn.

De voorschriften hebben vooral te maken met de wijze van uitvoering en zijn gericht op de (deels wettelijk vastgelegde) belangen die de gemeente geacht wordt te behartigen. Daarnaast kunnen door het college lokaal geldende regels van toepassing worden verklaard als die er ten aanzien van de aanleg van kabels en/of leidingen zijn.

Dit artikel benadrukt dat belanghebbenden van percelen langs het tracé, maar ook de bedrijfsmatige gebruikers worden geïnformeerd. Hieronder vallen o.a. winkeliers en gebruikers van kantoorpanden, die als bewoners behandeld moeten worden.

De wijze van uitvoering bij de aanleg, instandhouding (inclusief het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen) en opruiming van kabels en/of leidingen en medegebruik van voorzieningen moet gebeuren conform de in de gemeente van toepassing zijnde nadere regels zoals bedoeld in artikel 3

De grondroerder moet eventuele verhardingen en beplanting terugbrengen in de oude staat, tenzij het college vooraf heeft aangegeven hiervoor zelf zorg te dragen.

Artikel 8 WIJZIGEN OF INTREKKEN VERGUNNING OF INSTEMMING

Het college heeft de mogelijkheid de verleende vergunning te wijzigen of in te trekken als er niet voldaan is aan de voorschriften wat betreft plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden zoals genoemd in dit artikel.

Artikel 9(Mede)gebruik van voorzieningen

Dit artikel beschrijft dat een grondroerder op verzoek van een gedoogplichtige gebruik moet maken van reeds aanwezige voorzieningen als deze tegen een marktconforme prijs worden aangeboden. Het doel hiervan is te voorkomen dat onnodig gegraven wordt in gemeentegrond of overige voorzieningen in de openbare ruimte.

Het college kan (die bevoegdheid wordt in de Telecommunicatiewet gegeven) bevorderen dat voorzieningen mede gebruikt worden (op grond van artikel 5.4, vierde lid 4, onder d, van de Tw, bevat de verordening regels met betrekking tot het bevorderen van het medegebruik). Voor het onderzoeken van het medegebruik kan degene die voornemens is werkzaamheden uit te voeren gebruik maken van reeds aanwezige informatie bij de gemeente. Indien het voornemen tot werkzaamheden voldoende uitgewerkt is – bekend is bijvoorbeeld langs welk tracé de kabels zullen lopen – dan kan de gemeente naar degene die over de voorziening beschikt door verwijzen of indien de gemeente zelf degene is die de voorziening ter beschikking kan stellen daarover in gesprek gaan.

Parallel aan het bevorderen van het medegebruik van voorzieningen voor wat betreft de kabels ten dienste van een openbaar elektronisch telecommunicatienetwerk, geldt dit artikel ook voor wat betreft de overige kabels en leidingen.

Hoofdstuk 3: Overige bepalingen

Artikel 10 Nadeelcompensatie

Op het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk op verzoek van de gemeente, zijn de wettelijke regels conform Art. 5.8 van de Telecommunicatiewet van toepassing.

Op het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van overige kabels en/of leidingen die bijvoorbeeld ten dienste staan van een netwerk ten behoeve van water- of energievoorzieningen in of op openbare gronden gelden de geformuleerde bepalingen, in samenhang met eventuele geldende privaatrechtelijke overeenkomsten met de netbeheerder(s) die gerespecteerd worden voor zover deze regelingen niet aanvullend daarop zijn. Een netbeheerder is verplicht maatregelen, waaronder het verplaatsen, te nemen als dat noodzakelijk is voor werken door of vanwege de gemeente. De gemeente zal dus de noodzakelijkheid moeten aantonen. De eventuele compensatie van kosten van de het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, worden vooralsnog berekend aan de hand van de tussen partijen van toepassing zijnde afspraken, totdat er algemeen geldende regels zijn overeengekomen.

Artikel 11Breekverbod

Het college is bevoegd een breekverbod in te stellen. Dat wil zeggen dat er niet in de grond gegraven mag worden zolang het breekverbod geldt. Bijvoorbeeld ten behoeve van overlastbeperking, tijdens door de gemeente vergunde evenementen, tijdens feest- of gedenkdagen of als er naar het oordeel van de gemeente sprake is van gesloten sneeuwdek en/of vorst in de grond. Een afweging die gemaakt wordt is de kans op overlast of schade en de omvang hiervan aan de openbare gronden als er gegraven wordt (een nadere omschrijving van het breekverbod is opgenomen in de uitvoeringsvoorschriften).

Het breekverbod wordt op de dag dat het breekverbod ingaat, tijdig gecommuniceerd naar de betrokken grondroerders. Het beëindigen van het breekverbod wordt ook tijdig meegedeeld aan de betrokken grondroerders.

Ten tijde van het breekverbod mogen er op geen enkele wijze werkzaamheden plaatsvinden in de openbare grond en/of bestrating. In het geval van spoedeisende werkzaamheden is het breekverbod niet van toepassing. Overtreding van het breekverbod leidt tot (volledige) stillegging van het werk.

Artikel 12 Eigendom

Het zakelijk karakter van de verkregen instemming of vergunning is gewenst, opdat de nieuwe netbeheerder die gebruik maakt van de kabel en/of leiding de betreffende graafrechten heeft en tevens gehouden is aan de geldende voorschriften.

Het college moet op de hoogte gesteld worden van het feit dat het eigendom wordt overgedragen. De wettelijke bepalingen zijn van toepassing op het eigendom van netwerken in grond van anderen.

Artikel 13 Niet- openbare kabels en leidingen

Met niet-openbare kabels en/of leidingen worden kabels en/of leidingen bedoeld die niet gebruikt worden om openbare diensten aan te bieden. Een voorbeeld hiervan is een point-to-point glasvezelverbinding tussen twee bankgebouwen als deze (gedeeltelijk) in openbare grond is aangelegd door de bankinstelling zelf. De gemeente gedoogt (onder voorwaarden) kabels en/of leidingen met een publieke of openbare functie in de openbare ruimte. De gemeente kan echter ook aanvragen krijgen van particuliere partijen. Vanwege het intensieve gebruik van de ondergrondse ruimte en de veiligheidsrisico’s is de tendens dat in het algemeen geen toestemming wordt verleend voor de aanleg van niet-openbare kabels en/of leidingen van particulieren en/of bedrijven. Particulieren die een eigen verbinding wensen, dienen bij voorkeur gebruik maken van openbare netstructuren. Toch zijn er uitzonderingssituaties en indien de beschikbare (ondergrondse) ruimte het toestaat kan de gemeente onder strikte voorwaarden daarvoor toestemming geven. Bij (eventuele) werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van niet-openbare kabels en/of leidingen in openbare wegen en wateren is het bepaalde in de AVOI van overeenkomstige toepassing.

Artikel 14 Informatieplicht

Wettelijk is voor wat betreft openbare elektronische communicatienetwerken voorzien in regels ten aanzien van kabels (en bijbehorende voorzieningen) voor wat betreft de duur van de gedoogplicht. Het is van groot belang om inzichtelijk te hebben of kabels en/of leidingen nog deel uitmaken van een netwerk. Ook gezien de mogelijkheden tot medegebruik van al bestaande voorzieningen.

Op basis van de Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten (WION) is de netbeheerder verplicht kabels en/of leidingen te registreren. Netbeheerders zijn verplicht het college te informeren over het al dan niet in gebruik zijn van bepaalde voorzieningen. Op verzoek van het college moeten zij gegevens kunnen overleggen van alle al dan niet in gebruik zijnde kabels en/of leidingen.

Wijzigingen kunnen ook optreden door het vervallen van het openbare karakter van gronden. Dit heeft ook gevolgen voor het karakter van kabels en/of leidingen in deze gronden.

Artikel 15 Overleg

Ter afstemming van allerlei zaken en het voeren van proactieve regie wordt er regelmatig een periodiek (lange termijn) overleg gepland tussen de gemeente en netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen. Dit gebeurt op initiatief van de gemeente. Het kan ook in samenwerking met andere gemeenten of overheden gebeuren.

Hoofdstuk 4: Handhavings- en Toezichtbepalingen

Artikel 16 Toezicht en Handhaving

Dit artikel maakt alle betrokken partijen bewust van het niet-vrijblijvende karakter van de AVOI.

Uitgangspunt is dat partijen zich houden aan de bepalingen van de AVOI, waarmee nagestreefde doeleinden bereikt kunnen worden.

Dit artikel geeft aan dat het college ambtenaren kan aanwijzen die belast zijn met toezicht op de naleving van het bepaalde krachtens deze AVOI. Als één of meer partijen zich niet houden aan de voorschriften en beperkingen van deze AVOI behoudt het college zich nadrukkelijk het recht voor gebruik te maken van de haar toekomende bevoegdheden en mogelijkheden zowel bestuursrechtelijk als civielrechtelijk en eventueel strafrechtelijk. Bestuursrechtelijk zijn met name de Awb en de Gemeentewet van belang met de huidige bepalingen inzake bestuursdwang, last onder dwangsom en bestuurlijke boete. Civielrechtelijk blijven de opties van onrechtmatige daad van toepassing. Strafrechtelijk is naast het wetboek van Strafrecht in algemene zin ook de Wet op de economische delicten relevant, omdat daarin rechtstreeks bepalingen uit de Telecommunicatiewet van toepassing zijn verklaard.

Afgezien van voornoemde preventieve en vooral correctieve of repressieve acties kan het college in voorkomende gevallen ook ingrijpen in het lopende proces en werkzaamheden (onder bepaalde voorwaarden) ook tijdelijk stil leggen. In dit artikel staat beschreven in welke gevallen dit kan.

Artikel 17 Strafbepaling

Dit artikel spreekt voor zich en behoeft geen nadere toelichting.

Hoofdstuk 5: Overgangs- en Slotbepalingen

Artikel 18 Inwerkingtreding

Dit artikel spreekt voor zich en behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 19 Overgangsbepaling

Dit artikel spreekt voor zich en behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 20 Hardheidsclausule

Dit artikel spreekt voor zich en behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 21 Citeertitel

Dit artikel spreekt voor zich en behoeft geen nadere toelichting.

Naar boven