NADERE REGELS VOORWERPEN OP OF AAN DE WEG HELMOND 2016

 

Het college van burgemeester en wethouders van Helmond,

Gelet op het bepaalde in artikel 2.1.5.1, eerste en derde lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Helmond 2008;

 

B e s l u i t :

  • I.

    Vast te stellen de Nadere regels voorwerpen op of aan de weg Helmond 2016.

  • II.

    In te trekken de Nadere regels voorwerpen op of aan de weg Helmond 2015.

 

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1:1 Begripsbepalingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    uitstallingen: voorwerpen met inbegrip van reclamebord die voor een winkel of dienstverlenend bedrijf, in de openbare ruimte worden geplaatst om doorgaans aandacht van publiek te trekken;

  • b.

    reclamebord: losstaand bord met commerciële aanprijzing(en);

  • c.

    gevelzitplaatsen: het bieden van zitgelegenheid bij een winkel of dienstverlenend bedrijf door het plaatsen van los staande tafels, stoelen en banken;

  • d.

    weg: weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder b van de Wegenverkeerswet 1994;

  • e.

    centrumgebied: het gebied zoals weergegeven op bijlage 1;

  • f.

    Brandevoort: het gebied zoals weergegeven op bijlage 2;

     

Artikel 1:2 Doelstelling, reikwijdte en afbakening

    • 1.

      Deze regeling heeft tot doel om het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg in goede banen te leiden en de bruikbaarheid van de weg niet te belemmeren op een zodanige wijze dat de belangen als vermeld in artikel 2.1.5.1, eerste lid en derde lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Helmond 2008 niet worden geschaad.

    • 2.

      Binnen deze regeling worden in het kader van het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid of de woon – en leefomgeving nadere regels gesteld zodat de bruikbaarheid van de weg niet wordt belemmerd of kan worden belemmerd. Deze regeling heeft betrekking op:

    • a.

      het plaatsen van uitstallingen;

    • b.

      het plaatsen van plantenbakken;

    • c.

      het plaatsen van gevelzitplaatsen;

    • d.

      het plaatsen van hoogwerkers, steigers en containers in verband met particuliere (bouw) werkzaamheden die tijdelijk op de weg worden geplaatst;

    • e.

      het plaatsen van voorwerpen op de weg anders dan bedoeld in onderdeel b of stoffen in verband met particuliere (bouw) werkzaamheden die tijdelijk op de weg worden geplaatst;

    • f.

      het plaatsen van (verwijs)borden voor de verkoop van agrarische streekproducten.

    • 3.

      Deze regeling heeft geen betrekking op de zaken als vermeld in artikel 2.1.5.1, zesde lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Helmond 2008.

       

     

HOOFDSTUK 2 VOORWERPEN OP OF AAN DE WEG BIJ WINKELS EN DIENSTVERLENENDE BEDRIJVEN

Artikel 2:1 Algemene bepalingen voor voorwerpen op of aan de weg

Voor voorwerpen op of aan de weg gelden de volgende algemene bepalingen:

  • a.

    uitstallingen, gevelzitplaatsen en plantenbakken mogen alleen op het trottoir of voetgangersgedeelte van de weg worden geplaatst.

  • b.

    uitstallingen, gevelzitplaatsen en plantenbakken mogen niet verder dan 1 meter uit de gevel worden geplaatst.

  • c.

    (nood) uitgangen mogen niet worden belemmerd en

  • d.

    er dient tenminste 1.5 meter ruimte over te blijven om de vrije doorgang van voetgangers te waarborgen.

     

Artikel 2:2 Uitstallingen

Voor uitstallingen gelden de volgende aanvullende bepalingen:

  • a.

    het plaatsen van uitstallingen is uitsluitend toegestaan gedurende de winkelopeningstijden.

  • b.

    er mag maximaal één reclamebord worden geplaatst dat in totaal niet groter is dan 1.5 meter hoog en 0.8 meter breed.

     

Artikel 2:3 Aanvullende bepalingenuitstallingen in centrumgebied

Voor het centrumgebied gelden, naast het bepaalde in de artikelen 2:1 en 2:2, de volgende aanvullende bepalingen:

  • a.

    per winkel mag maximaal één uitstalling op de weg worden geplaatst.

  • b.

    de ruimte die de uitstalling in beslag neemt mag niet meer bedragen dan:

    1. 1 m2;

    2. 70 % van de totale gevelbreedte van de winkel voor zover het hoofdproduct bloemen, planten, groente of fruit betreft.

  • c.

    de uitstalling mag niet hoger zijn dan:

    1. 2.2 meter;

    2. 1.5 meter voor zover het hoofdproduct bloemen, planten, groente of fruit betreft.

 

Artikel 2:4 Aanvullende regels uitstallingen buurt- en wijkwinkelcentra

Voor de buurt- en wijkwinkelcentra, gelden naast het bepaalde in de artikelen 2:1 en 2:2, de volgende aanvullende bepalingen:

  • a.

    de gebruikte ruimte mag niet meer bedragen dan:

    1. 30 % van de totale gevelbreedte, waarbij een minimum van 2 meter ruimte geoorloofd is;

    2. 70 % van de totale gevelbreedte indien het hoofdproduct bloemen, planten, groente of fruit betreft.

  • b.

    de uitstalling mag niet hoger zijn dan:

    1. 2.2 meter;

    2. 1.5 meter voor zover het hoofdproduct bloemen, planten, groente of fruit betreft.

     

Artikel 2:5 Gevelzitplaatsen

Voor gevelzitplaatsen gelden, naast het bepaalde in artikel 2:1, de volgende aanvullende bepalingen:

  • a.

    het plaatsen van gevelzitplaatsen is uitsluitend toegestaan gedurende de winkelopeningstijden;

  • b.

    een gevelzitplaats is volledig open en vrij van overkappingen en schermen;

  • c.

    er mogen geen consumpties worden verstrekt tegen betaling anders dan behorende tot het assortiment van de winkel.

     

Artikel 2:6 Plantenbakken

Er mogen met inachtneming van het bepaalde in artikel 2:1 maximaal twee plantenbakken bij winkelpanden worden geplaatst.

 

HOOFDSTUK 3 OVERIGE VOORWERPEN

Artikel 3:1 Hoogwerkers, steigers, stortbakken en containers in verband met particuliere (bouw) werkzaamheden

Hoogwerkers, steigers, stortbakken en containers in verband met particuliere (bouw) werkzaamheden mogen tijdelijk op de weg worden geplaatst voor zover:

  • a.

    deze niet op wijkontsluitingswegen en fietspaden worden geplaatst;

  • b.

    degene die de werkzaamheden verricht of doet verrichten ervoor zorgdraagt dat de in de aanhef genoemde zaken zich daar niet langer bevinden dan zeven achtereenvolgende dagen;

  • c.

    deze niet binnen een afstand van 5 meter vanaf een kruising worden geplaatst;

  • d.

    bij plaatsing op trottoir- of voetgangersgedeelte er minimaal 1.5 meter wordt vrijgehouden;

  • e.

    de ruimte die in beslag wordt genomen niet meer bedraagt dan de gevelbreedte van de (eigen) woning;

  • f.

    bij plaatsing op de rijbaan er minimaal 3.5 meter rijbreedte wordt vrijgehouden;

  • g.

    (nood)uitgangen niet belemmerd worden;

  • h.

    het verkeer niet in gevaar wordt gebracht en

  • i.

    de in de aanhef genoemde zaken permanent goed zichtbaar zijn voor verkeersdeelnemers en afdoende zijn gemarkeerd.

     

Artikel 3:2 Voorwerpen of stoffen in verband met particuliere (bouw) werkzaamheden anders dan bedoeld in artikel 3:1

Voorwerpen of stoffen anders dan bedoeld in artikel 3:1 in verband met particuliere (bouw) werkzaamheden mogen tijdelijk op de weg worden geplaatst voor zover:

  • a.

    deze op het trottoir, voetgangersgedeelte of op een parkeervak worden geplaatst;

  • b.

    degene die de werkzaamheden verricht of doet verrichten ervoor zorgdraagt dat de voorwerpen of stoffen zich daar niet langer bevinden dan drie achtereenvolgende dagen;

  • c.

    bij plaatsing op trottoir- of voetgangersgedeelte er minimaal 1.5 meter wordt vrijgehouden;

  • d.

    de ruimte die in beslag wordt genomen niet meer bedraagt dan de gevelbreedte van de (eigen) woning;

  • e.

    de hoogte van de voorwerpen of stoffen niet meer dan 1.5 meter bedraagt;

  • f.

    (nood)uitgangen niet belemmerd worden;

  • g.

    het verkeer niet in gevaar wordt gebracht en

  • h.

    na verwijdering van de voorwerpen of stoffen de weg onmiddellijk wordt gereinigd door degene die de werkzaamheden heeft verricht of heeft doen verrichten.

     

Artikel 3:3 (Verwijs)borden ten behoeve van agrarische streekproducten

  •  

  • 1.

    (Verwijs)borden ten behoeve van de verkoop van agrarische streekproducten mogen tijdelijk op of aan de weg worden geplaatst voor zover:

    • a.

      deze worden geplaatst buiten de bebouwde kom als bedoeld in artikel 1.1 van de algemene Plaatselijke Verordening Helmond 2008.

    • b.

      deze niet groter zijn dan 1.5 m2;

    • c.

      deze niet hoger dan 1 meter boven het maaiveld uitkomen;

    • d.

      deze via een paal deugdelijk in de grond worden bevestigd;

    • e.

      deze gedurende een periode van maximaal drie maanden worden geplaatst of zoveel korter wanneer het seizoen van het desbetreffende streekproduct voorbij is en

    • f.

      het verkeer niet in gevaar wordt gebracht.

  • 2.

    Er mogen per bedrijf maximaal drie (verwijs)borden worden geplaatst waarvan:

    • a.

      twee in de onmiddellijke nabijheid van het verkooppunt;

    • b.

      één binnen een straal van 1.000 meter gemeten vanaf het bedrijf waar de verkoop plaatsvindt en dit bord geen bedrijfsnaam of handelsreclame bevat.

       

HOOFDSTUK 4 SLOTBEPALING

Artikel 4:1 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking de dag na bekendmaking.

 

Besloten in de vergadering van 24 mei 2016.

 

Burgemeester en wethouders van Helmond,

de burgemeester,

mevrouw P.J.M.G Blanksma - van den Heuvel

 

de secretaris,

mr. drs. A.P.M. ter Voert

 

Bekend gemaakt op:

27 mei 2016

de secretaris,

mr. drs. A.P.M. ter Voert

 

 

Naar boven