(Gewijzigde) verordening “Subsidieregeling ESF-projecten Arbeidsmarktregio Noord-Holland Noord, gemeente Alkmaar

Nr.

 

De raad van de gemeente Alkmaar;

 

gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlage nr. 2016-190;

 

gelet op het advies van de commissie Sociaal;

 

Overwegende dat het noodzakelijk is dat de gemeente Alkmaar als centrumgemeente van de arbeidsmarktregio Noord-Holland Noord nadere regels stelt voor de besteding, beheer en verantwoording van de gelden die de gemeente Alkmaar ontvangt op grond van de Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 31 maart 2014, 2014-0000040627;

 

Gelet op het bepaalde in artikel 147 van de Gemeentewet,

 

b e s l u i t

 

Vast te stellen de (gewijzigde) verordening “Subsidieregeling ESF-projecten Arbeidsmarktregio Noord-Holland Noord”.

 

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • -

    Agentschap: het agentschap sociale zaken en werkgelegenheid;

  • -

    Arbeidsbelemmerde: een persoon die jegens het college van burgemeester en wethouders van zijn woonplaats aanspraak heeft op een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand en naar het oordeel van dat college een lichamelijke, verstandelijke, psychische of psychosociale beperking heeft;

  • -

    Arbeidsmarktregio: regio van waaruit gemeenten en UWV de dienstverlening aan werkgever en werkzoekenden vorm geven, conform de afspraak tussen VNG, UWV en ministerie SZW d.d. 28 juni 2012;

  • -

    Brutoloon: bruto salaris, inclusief eindejaarsuitkering of een beloning in de vorm van een dertiende maand, zijnde een vast bedrag of vastgesteld percentage van het salaris, dat werknemers als extra loon ontvangen, voor zover dit is geregeld in de geldende CAO of arbeidsovereenkomst, inclusief vakantiegeld, exclusief (overige) vergoedingen, bijzondere beloningen, winst- of prestatieafhankelijke uitkeringen en aanvullende werkgeverslasten. Het brutoloon kan worden verhoogd met de ploegentoeslag of inconveniententoeslag indien dit in de CAO is geregeld;

  • -

    College: college van burgemeester en wethouders van Alkmaar;

  • -

    Directe loonkosten: loonkosten van personeel, waarbij sprake is van direct aan deelnemers van het project bestede uren, dan wel loonkosten weke direct te relateren zijn aan de uitvoering van subsidiabele activiteiten als bedoeld in bijlage 1 van deze regeling;

  • -

    Directe loonkosten projectcoördinatie en –administratie: loonkosten van personeel welke direct zijn te relateren aan coördinatie en administratie van het project en waarbij het desbetreffende personeelslid voor 50% of meer van diens contractuele werktijd werkzaam is voor het project;

  • -

    ESF-regeling: regeling van de Staatssecretaris van Sociale zaken en Werkgelegenheid van 31 maart 2014, 2014-0000040627, tot besteding van de gelden uit het Europees sociaal Fonds 20142020;

  • -

    Externe kosten: kosten die in rekening gebracht worden door derden voor het uitvoeren van direct aan deelnemers gerelateerde activiteiten, dan wel voor het uitvoeren van subsidiabele activiteiten als bedoeld in bijlage 1 bij deze regeling;

  • -

    Externe kosten projectcoördinatie en –administratie: kosten die in rekening gebracht worden door derden en direct te relateren zijn aan het beheer van het project;

  • -

    IOAW: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsondergeschikte werkloze werknemers;

  • -

    IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

  • -

    Jongere: een persoon jonger dan 28 jaar;

  • -

    Loonverletkosten: de loonkosten van deelnemers voor niet-productieve uren als gevolg van deelname aan subsidiabele activiteiten, voor zover die hebben geleid tot een vermindering van de werkbare uren voor de werkgever;

  • -

    Niet-uitkeringsontvanger: de persoon jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a van de Algemene Ouderdomswet, die als werkloze werkzoekende staat geregistreerd bij het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) en die geen uitkering ontvangt of arbeidsondersteuning op grond van enige sociale zekerheidswet;

  • -

    Operationeel Programma: het Operationeel Programma ESF 2014-2020;

  • -

    Plaatsingssubsidie: subsidie verstrekt aan een werkgever die met een persoon, als bedoeld in artikel 5 lid 1 van deze regeling, een (tijdelijke) arbeidsovereenkomst sluit, of een leerwerkovereenkomst dan wel een stage-overeenkomst met een looptijd van tenminste drie maanden niet zijnde een loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d van de Participatiewet, waarbij in het geval van een loonkostensubsidie maximaal het daadwerkelijk betaalde brutoloon vermeerderd met een opslag van 32% subsidiabel is.

  • -

    Praktijkonderwijs: het onderwijs, bedoeld in artikel 10f, eerste lid van de Wet op het voortgezet onderwijs;

  • -

    Project: een samenhangend geheel van activiteiten met betrekking tot een onderwerp als bedoeld in artikel 3;

  • -

    Projectperiode: periode tussen het tijdstip waarop activiteiten starten en worden beëindigd;

  • -

    Sub-project: een op zichzelf staand onderdeel van een project;

  • -

    Voortgezet speciaal onderwijs: het onderwijs dat wordt gegeven op een school of instelling waaraan voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in de Wet op de expertisecentra wordt verzorgd;

  • -

    Wajong-uitkering: uitkering op grond van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten

  • -

    WAO-uitkering: uitkering op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering

  • -

    Werkloze werkzoekende: persoon zonder werk, of met werk voor minder dan twaalf uur per week, die actief op zoek is naar betaald werk voor twaalf uur of meer per week en die daarvoor direct beschikbaar is;

  • -

    WIA-uitkering: uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen;

  • -

    WWB-uitkering: uitkering op grond van de Wet werk en bijstand;

  • -

    ZW-uitkering: uitkering op grond van de Ziektewet;

  • -

    55-plusser: een persoon van 55 jaar of ouder, doch jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene ouderdomswet.

Artikel 2 Doelstelling

Als centrumgemeente arbeidsmarktregio Noord-Holland Noord verstrekt de gemeente Alkmaar overeenkomstig deze verordening subsidie, afkomstig uit de subsidie die de gemeente Alkmaar op grond van de ESF-regeling ontvangt, aan de RPA-NHN ten behoeve van de tot deze arbeidsmarktregio behorende gemeenten en de Stichting Ronduit ten behoeve van de scholen voor Praktijkonderwijs en Voortgezet Speciaal Onderwijs in deze arbeidsmarktregio.

Artikel 3 Reikwijdte

  • 1.

    Het college is bevoegd op grond van de subsidie die de gemeente Alkmaar uit de ESF regeling ontvangt, subsidie te verstrekken voor projecten ter bevordering van actieve inclusie door middel van het vergroten van mogelijkheden tot arbeidsinpassing van personen die op het moment van deelname aan een project behoren tot de doelgroepen zoals aangeven in artikel 5, voor zover het projecten betreffen waarvoor de gemeente Alkmaar als centrumgemeente subsidie verleend heeft gekregen op grond van de ESF regeling.

  • 2.

    De algemene subsidieverordening van de gemeente Alkmaar is niet van toepassing op subsidiering krachtens deze regeling.

  • 3.

    Het bepaalde in de ESF-regeling is onverkort van toepassing op de subsidieverstrekking op basis van deze verordening subsidieregeling ESF-projecten Arbeidsmarktregio Noord-Holland Noord.

Artikel 4 Eisen aan de aanvrager

De aanvraag kan worden ingediend door:

  • -

    Het RPA-NHN, ten behoeve van één of meer van de tot de arbeidsmarktregio behorende gemeente(n);

  • -

    Stichting Ronduit, ten behoeve van scholen voor Praktijkonderwijs en Voorgezet Speciaal Onderwijs tot de arbeidsmarktregio behorend

Artikel 5 Te subsidiëren activiteiten

  • 1.

    Subsidie kan worden verleend voor projecten als bedoeld in artikel 3 voor de inpassing van personen die op het moment van deelname aan een project behoren tot de volgende doelgroep:

    • a.

      niet-uitkeringsontvangers;

    • b.

      arbeidsbelemmerden, dan wel personen met een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen. Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten, IOAW, IOAZ en Ziektewet dan wel personen met een recht op arbeidsondersteuning op grond van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten;

    • c.

      55-plussers met een WWB-uitkering, een IOAW-uitkering, een IOAZ-uitkering of een uitkering van het UWV;

    • d.

      jongeren;

    • e.

      personen die een WWB-uitkering, een aanvullende IOAW-uitkering, een aanvullende IOAZ-uitkering, of een uitkering van het UWV ontvangen en in de twaalf maanden voorafgaand aan hun deelname aan een project deze uitkering(en) in totaal zes maanden of langer hebben ontvangen;

    • f.

      leerlingen, die vijftien jaar of ouder zijn en die geïndiceerd zijn voor, en ingeschreven staan bij, een school voor voortgezet speciaal onderwijs dan wel praktijkonderwijs, alsmede leerlingen die vijftien jaar of ouder zijn en die in de periode van 24 maanden onmiddellijk voorafgaand aan de start van hun deelname aan het project ingeschreven hebben gestaan bij een dergelijke school en in aanvulling op het regulier onderwijs ondersteuning nodig hebben of die na het verlaten van de school begeleiding nodig hebben ten behoeve van de arbeidsintegratie.

  • 2.

    De subsidie heeft steeds betrekking op één project bestaande uit één of meer subprojecten overeenkomstig de subsidie zoals toegekend aan de gemeente Alkmaar op basis van haar aanvraag voor subsidie op grond van de ESF regeling.

Artikel 6 Hoogte en bevoorschotting van de subsidie

  • 1.

    De subsidie ten behoeve van projecten bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten, doch ten hoogste het in de beschikking tot subsidieverlening van het Agentschap SZW vermelde maximumbedrag.

  • 2.

    Indien blijkt dat de subsidieontvanger meer dan 50% van de subsidiabele kosten voor eigen rekening neemt, dan wel dat meer dan 50% van de subsidiabele kosten uit een andere financieringsbron wordt bekostigd, wordt het bedrag verlaagd met dit meerdere.

  • 3.

    De bevoorschotting van een project bedraagt maximaal 50% van de totaal aan de gemeente Alkmaar beschikte subsidie voor het desbetreffend project.

Artikel 7 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Ter uitvoering van de subsidiabele activiteiten van het project, zoals gedefinieerd in artikel 3, komen voor subsidiering uitsluitend de volgende kostensoorten in aanmerking:

    • a.

      externe kosten;

    • b.

      directe loonkosten voor zover deze berekend zijn op basis van het aantal werkelijk gerealiseerde uren tegen een individueel berekend tarief op basis van het brutoloon, vermeerderd met een opslag van 32% van het brutoloon en waarbij het aantal werkbare uren per jaar is gesteld op 1.720 bij een voltijds dienstverband;

    • c.

      plaatsingssubsidies.

  • 2.

    Ten behoeve van het beheer van een project komen voor subsidiering uitsluitend de volgende kostensoorten in aanmerking:

    • a.

      externe kosten voor projectcoördinatie en –administratie;

    • b.

      directe loonkosten projectcoördinatie en –administratie voor zover deze berekend zijn op basis van het aantal werkelijk gerealiseerde uren tegen een individueel bekend tarief op basis van het brutoloon, vermeerderd met een opslag van 32% en waarbij het aantal werkbare uren per jaar is gesteld op 1.720 bij een voltijds dienstverband.

  • 3.

    De directe loonkosten, bedoeld in het eerste lid onder b en het tweede lid onder b, worden verhoogd met een opslag van 40% ter dekking van de overige subsidiabele kosten van het sub-project.

  • 4.

    Per subproject kan maximaal één kostensoort als bedoeld in het eerste lid onder a tot en met c worden verantwoord.

  • 5.

    Per project kan maximaal één kostensoort als bedoeld in het tweede lid onder a en b worden verantwoord.

  • 6.

    De in het tweede lid van dit artikel genoemde externe kosten van projectcoördinatie en –administratie of de directe loonkosten van projectcoördinatie en-administratie inclusief de in het derde lid genoemde opslag hierop, bedragen maximaal 10% van het totaal van de subsidiabele kosten, genoemd in het eerste lid onder a tot en met c van dit artikel en eerste lid onder c inclusief de in het derde lid genoemde opslag.

  • 7.

    De kosten, bedoeld in het eerste en tweede lid van dit artikel, zijn daadwerkelijk gemaakt en betaald tussen 1 januari 2014 en 31 december 2023, waarbij de kosten ten laste van het project zijn gebleven en rechtstreeks aan de uitvoering of het beheer van het project zijn toe te rekenen.

Artikel 8 Niet-subsidiabele kosten

Niet voor subsidiering komen in aanmerkingen:

  • a.

    onredelijke of niet noodzakelijk gemaakte kosten voor uitvoering van het project of een onderdeel daarvan;

  • b.

    kosten van het project die qua prijsniveau niet in een redelijke verhouding staan tot de

    overeengekomen prestaties of hetgeen gebruikelijk is;

  • c.

    loonkosten van een persoon die werkzaam is in een dienstbetrekking op grond van de Wet sociale werkvoorziening;

  • d.

    loonverletkosten;

  • e.

    kosten gemaakt buiten de projectperiode, die benoemd is in de beschikking tot verlening, met uitzondering van kosten voor de directe loonkosten projectcoördinatie en-administratie en de externe koste projectcoördinatie en –administratie ten behoeve van het opstellen van de einddeclaratie tot aan het moment van indienen van het verzoek tot vaststelling;

  • f.

    kosten die reeds uit andere hoofde worden gefinancierd ten laste van andere Europese subsidieprogramma’s;

  • g.

    dezelfde kosten die reeds uit hoofde van nationale subsidieprogramma’s worden gefinancierd zodanig dat de totale financiering van de subsidiabele kosten meer aan 100% bedraagt.

Artikel 9 Indienen van aanvraag

  • 1.

    Het RPA-NHN en de Stichting Ronduit dienen een aanvraag in met gebruikmaking van het door het college verstrekte aanvraagformat.

  • 2.

    De aanvraag heeft steeds betrekking op één project bestaande uit één of meer subprojecten.

  • 3.

    De subsidieaanvraag bevat in ieder geval een projectbeschrijving met bijbehorende begroting en een financieringsplan.

  • 4.

    De projectbeschrijving bevat in ieder geval:

    • een beschrijving van de aard en de omvang van de voorgenomen activiteiten;

    • een beschrijving van de doelstelling, resultaten en producten die de subsidieontvanger met de activiteiten nastreeft;

    • een beschrijving van de wijze waarop de activiteiten zullen worden uitgevoerd, verantwoord en geadministreerd;

    • de duur van de projectperiode.

Artikel 10 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:25 en 4:35 Algemene wet bestuursrecht wordt een aanvraag voor subsidie geweigerd indien en voor zover:

  • a.

    De aanvraag is ingediend na 1 januari 2019;

  • b.

    Het een project betreft dat niet in de beschikking tot subsidieverlening van het Agentschap SZW is opgenomen;

  • c.

    De kosten niet subsidiabel zijn op grond van deze regeling.

Artikel 11 Verplichtingen subsidieontvanger

De subsidieontvanger verplicht zich onderstaande administratieve voorschriften na te leven.

  • 1.

    De subsidieontvanger houdt een inzichtelijke en controleerbare administratie bij met betrekking tot de uitvoering van het project en de in verband daarmee gemaakte kosten en gerealiseerde opbrengsten. Deze administratie bestaat uit een projectadministratie, waaronder, voor zover van toepassing, een deelnemersadministratie, en een financiële administratie waarin alle noodzakelijke gegevens tijdig, juist en volledig zijn vastgelegd en ten behoeve van de vaststelling van de subsidiabiliteit zijn te verifiëren met bewijsstukken.

  • 2.

    De volledige administratie is per project voor controle beschikbaar op één voor de subsidieverstrekker vrij toegankelijke locatie.

  • 3.

    De projectadministratie geeft inzicht in de geplande en gerealiseerde prestaties in termen van deelnemers dan wel in termen van geleverde producten of diensten.

  • 4.

    De financiële administratie geeft inzicht in de subsidiabele kosten, de gerealiseerde opbrengsten en de wijze waarop deze kosten en opbrengsten aan het project worden toegerekend.

  • 5.

    De deelnemersadministratie geeft inzicht in de subsidiabiliteit van de individuele deelnemer zelf en de verrichte activiteiten en behaalde resultaten per individuele deelnemer.

  • 6.

    Subsidieontvanger verstrekt desgevraagd aan door het college aangewezen instanties inzage in of informatie uit de administratie. Tevens verstrekt hij de voornoemde instanties desgevraagd informatie over de projecten die voor monitoring en evaluatiedoeleinden gebruikt kunnen worden.

  • 7.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 4:37 Algemene wet bestuursrecht kan het college aan de beschikking tot verlening van de subsidie overige verplichtingen en voorwaarden verbinden.

Artikel 12 Overige verplichtingen

  • 1.

    Onverminderd de voorschriften voor staatssteun bewaart de subsidieontvanger alle administratieve bescheiden die betrekking hebben op het gesubsidieerde project tot tenminste 31 december 2027 dan wel tot een nader door de subsidieverstrekker aan de subsidieontvanger schriftelijk bekend te maken termijn.

  • 2.

    Van alle administratieve bescheiden wordt het origineel bewaard. Hiervan kan worden afgeweken, indien het origineel wordt overgezet en bewaard op een andere gegevensdrager. Het overbrengen op een andere gegevensdrager geschiedt met juiste en volledige weergave van de gegevens en deze is de volledige bewaartermijn beschikbaar en kan binnen een redelijke tijd leesbaar worden gemaakt.

  • 3.

    De administratie is zodanig ingericht en wordt zodanig gevoerd en bewaard, dat controle daarvan binnen een redelijke termijn mogelijk is. Daartoe verleent de subsidieontvanger de benodigde medewerking met inbegrip van het verschaffen van het benodigde inzicht in de opzet en de werking van de administratie.

  • 4.

    De computersystemen die gebruikt worden voor documenten waarvan uitsluitend een elektronische versie bestaat, voldoen aan aanvaarde beveiligingsstandaarden die waarborgen dat de bewaarde documenten aan de nationale wettelijke eisen voldoen en dat er voor controledoeleinden op kan worden vertrouwd.

  • 5.

    Alle administratieve bescheiden zijn beschikbaar voor de subsidieontvanger. De subsidieontvanger is en blijft verantwoordelijk voor een correcte opslag van alle administratieve bescheiden, ook als hij een derde met de opslag belast.

  • 6.

    De subsidieontvanger verstrekt, uiterlijk 31 december van elk kalenderjaar aan de subsidieverstrekker de burgerservicenummers van de deelnemers aan zijn project.

  • 7.

    Indien er omstandigheden optreden, die de voortgang, inhoud of de administratieve organisatie van het project substantieel wijzigen of die anderszins belangrijke gevolgen kunnen hebben voor het recht op subsidie, doet de subsidieontvanger hiervan onverwijld mededeling aan de subsidieverstrekker.

  • 8.

    De subsidieontvanger verleent aan door de subsidieverstrekker daartoe aangewezen instanties medewerking aan het opstellen van evaluatierapporten met betrekking tot deze regeling, Indien het gesubsidieerde project niet in eigen beheer wordt uitgevoerd draagt subsidieontvanger er zorg voor dat de feitelijke uitvoerder van het project deze medewerking verleent.

  • 9.

    De subsidieontvanger meldt, wanneer binnen drie jaar na afloop van het project sprake is van faillissement of overgang van eigendom van een door het project gefinancierde onderneming, dit aan de subsidieverstrekker.

Artikel 13 Vaststellen subsidie

  • 1.

    De subsidieontvanger dient binnen zes weken na beëindiging van het project een verzoek tot vaststelling van de subsidie in bij de subsidieverstrekker. Bij het verzoek tot vaststelling van de subsidie wordt een verantwoording en een einddeclaratie gevoegd. De subsidieontvanger verstrekt bij de einddeclaratie de burgerservicenummers van de deelnemers aan het project

  • 2.

    Indien uit bij het indienen, dan wel na het controleren van de einddeclaratie respectievelijk na overig onderzoek door daartoe bevoegde instanties blijkt dat minder dan 60% van het verleende subsidiebedrag, genoemd in de laatst afgegeven beschikking tot verlening, is gerealiseerd, wordt het maximale subsidiepercentage, bedoeld in artikel 6 van deze regeling vastgesteld op 40%.

  • 3.

    De subsidieverstrekker kan te allen tijde een (gedeeltelijke) terugvordering van onterecht ontvangen subsidie verhalen op de subsidieontvanger.

Artikel 14 Deelname aan overige ESF projecten

De subsidieontvanger neemt de Europese richtlijn voor het verstrekken van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten in acht, indien opdrachten ten behoeve van dit project worden verstrekt aan derden. De subsidieontvanger legt van dergelijke aanbestedingstrajecten een aanbestedingsdossier aan dat aan de subsidieverstrekker ter beschikking kan worden gesteld.

Artikel 15 Communicatieplicht

  • 1.

    De subsidieontvanger informeert de door hem ingeschakelde uitvoerder en de deelnemers aan projecten dat zij deelnemen aan een door het Europees Sociaal Fonds gesubsidieerd project.

  • 2.

    De subsidieontvanger draagt er zorg voor dat, op relevante op het project en de uitvoering daarvan betrekking hebbende documenten, duidelijk kenbaar wordt gemaakt dat voor het project steun is verleend vanuit het Europees Sociaal Fonds.

  • 3.

    De subsidieontvanger draagt er zorg voor dat een embleem van de Europese Unie aanwezig is op alle vormen van voorlichting- en communicatie-uitingen met betrekking tot het project, en dat dit embleem voldoet aan de instructies die zijn omschreven in bijlage XII van de Verordening.

  • 4.

    De subsidieontvanger draagt er zorg voor dat op alle vormen van voorlichting- en communicatie-uitingen in ieder geval de term Europees Sociaal Fonds aanwezig is en dat indien de vormen van voorlichting- en communicatie-uitingen daarvoor ruimte bieden, tevens de melding wordt gemaakt van de leuze: Het Europees Sociaal Fonds investeert in jouw toekomst.

  • 5.

    De subsidieontvanger licht het publiek voor op zijn website, indien aanwezig, over de uit het Europees Sociaal Fonds ontvangen steun en middels ten minste één affiche met informatie over het project op een voor het publiek goed zichtbare plek zoals omschreven in bijlage XII van de Verordening.[1]

  • 6.

    De subsidieontvanger draagt er zorg voor dat de bij het project betrokken uitvoerders voldoen aan het eerste tot en met het vijfde lid.

  • 7.

    De projectresultaten worden om niet beschikbaar gesteld aan de subsidieverstrekker of door hem aangewezen derden, en de subsidieontvanger verleent medewerking aan door de subsidieverstrekker georganiseerde publicitaire en voorlichtingsactiviteiten gericht op de media, potentiële deelnemers van projecten en het grote publiek.

     

[1] Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad en Verordening (EU) nr. 1304/2013 van het Europees Parlement en de Raad van Europese Unie van 17 december 2013 betreffende het Europees Sociaal Fonds en tot intrekking van de Verordening (EG) nr. 1081/2006 van de Raad (PbEU 2013, L 347)

Artikel 16 Inwerkingtreding

  • 1.

    De ESF verordening, zoals vastgesteld bij raadsbesluit van 9 oktober 2014 van de Gemeente Alkmaar, wordt ingetrokken.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de dag van bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2016.

Artikel 17 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Subsidieregeling ESF-projecten Arbeidsmarktregio Noord-Holland Noord”.

 

Aldus vastgesteld in de raad van 14 april 2016

De gemeenteraad voornoemd,

De griffier,

De voorzitter,

Naar boven