Gemeenteblad van Coevorden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Coevorden | Gemeenteblad 2016, 57715 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Coevorden | Gemeenteblad 2016, 57715 | Verordeningen |
Verordening Adviesraad Sociaal Domein gemeente Coevorden
De gemeenteraad van Coevorden;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 april 2016, nr. 1293
gelet op artikel 149 van de Gemeente wet, artikel 2.1.3 derde lid van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo), artikel 47 van de Participatiewet, artikel 2.10 van de Jeugdwet en artikel 2 derde lid van de Wet sociale werkvoorziening (WSW)
Artikel 4. Voorzitter van de adviesraad
De voorzitter van de adviesraad bekleedt geen vertegenwoordigende functie namens een politieke partij in de gemeente Coevorden, is geen lid van het college of de raad en is geen ambtenaar van de gemeente Coevorden. De voorzitter van de adviesraad heeft geen zakelijke binding met de gemeente Coevorden, voor zover een dergelijke binding van invloed kan zijn op zijn/haar onafhankelijke positie.
Artikel 6. Voordracht benoeming en zittingsduur
De werving van de leden van de werkgroepen en de voorzitter van de adviesraad vindt plaats via een sollicitatieprocedure, waarbij wordt gewerkt met profielschetsen, opgesteld door de leden van de adviesraad. De werving van de leden van de werkgroepen en de voorzitter worden bekendgemaakt in de lokale media en in media die gericht zijn op en bekend zijn bij de onderscheiden cliëntgroeperingen.
De leden van de werkgroepen en de voorzitter van de adviesraad worden benoemd voor een periode van maximaal vier jaar. Benoemingen kunnen één keer aansluitend op de eerste termijn met eenzelfde periode van maximaal 4 jaar worden verlengd. Na de maximale zittingsduur van acht jaar is een lid van de werkgroep en de voorzitter van de adviesraden niet opnieuw benoembaar.
Artikel 9. Door het college te verstrekken informatie
De voorzitter van de adviesraad en de leden van de werkgroepen hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot de inhoud van stukken waar door het college geheimhouding is opgelegd. Deze geheimhoudingsplicht strekt zich ook uit tot andere personen die de werkgroepen over vertrouwelijke onderwerpen consulteren. De voorzitter van de adviesraad en de leden van de werkgroepen wijzen externen op hun geheimhoudingsplicht. De geheimhoudingsplicht vervalt niet door de beëindiging van het voorzitterschap of lidmaatschap van de werkgroepen, noch door beëindiging van het adviseurschap door derden.
Artikel 10. Advisering en adviestermijnen
De adviesraad beslist in welke werkgroep(en) het advies wordt voorbereid. Dit betreft de werkgroep waar het onderwerp onder valt of een samenwerking van meerdere werkgroepen. Het lid dat/de leden die de werkgroep(en) vertegenwoordigt/vertegenwoordigen in de adviesraad, zorgt/zorgen voor een goede werkwijze bij de totstandkoming van het advies.
Artikel 13. Faciliteiten en budget
Het college stelt de adviesraad jaarlijks een werkbudget ter beschikking ten behoeve van uitgaven die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de werkzaamheden van de adviesraad, de werkgroepen en de voorzitter van de adviesraad, zoals de onkosten van de leden van de werkgroepen en de voorzitter van de adviesraad, inhuur van deskundigen, deskundigheidsbevordering en het organiseren van bijeenkomsten.
Artikel 16. Wijziging verordening
Deze verordening wordt slechts gewijzigd nadat de adviesraad in de gelegenheid is gesteld haar standpunt hierover kenbaar te maken. De adviesraad formuleert haar standpunt over het wijzigen van deze verordening binnen vier weken.
Artikel 17. Intrekken oude verordening en overgangsrecht
Het college benoemt de voorzitter van de adviesraad zoals bedoeld in artikel 4 en de leden van de werkgroepen zoals bedoeld in artikel 3 die vanaf de inwerkingtreding van deze verordening functioneren als voorzitter en leden van de werkgroepen. De sollicitatieprocedure zoals vastgelegd in artikel 6 lid 1 tot en met 4 is op deze eerste benoeming niet van toepassing.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 26 april 2016.
voorzitter griffier
B.J. Bouwmeester J. Kuipers-Meijering
Toelichting bij de Verordening Adviesraad Sociaal Domein gemeente Coevorden
Met deze verordening wordt uitvoering gegeven aan artikel 47 van de Participatiewet, artikel 2.1.3, derde lid van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (hierna: Wmo), artikel 2.10 van de Jeugdwet en artikel 2 derde lid van de Wet sociale werkvoorziening (hierna: Wsw). Deze artikelen dragen de gemeenteraad op bij verordening regels te stellen over de wijze waarop bij de uitvoering van de betreffende wet betrokken personen (of hun vertegenwoordigers) worden betrokken bij ontwikkeling van gemeentelijk beleid.
De gemeente hecht sterk aan actieve betrokkenheid van mensen die met de Participatiewet, Wmo, Wsw en Jeugdwet te maken krijgen. Wet- en regelgeving en beleid worden steeds meer integraal. Het ligt daarom voor de hand ook de belangenbehartiging zodanig vorm te geven dat de integraliteit van de adviezen maximaal gewaarborgd is. Dit heeft geresulteerd in een proces gericht op het komen tot één Adviesraad Sociaal Domein per 1 januari 2016 (hierna: adviesraad). Eén brede adviesraad draagt bij aan de totstandkoming van adviezen waarbij de belangen van álle doelgroepen zijn meegewogen.
Raakvlakken Wsw, Wmo, Participatiewet en Jeugdwet
Met de komst van de Participatiewet geldt de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) alleen nog voor de zittende Wsw-ers terwijl nieuwe arbeidsgehandicapten onder de Participatiewet vallen. Voor mensen die eind 2014 onder de Wsw vielen en dus een dienstverband via de Wsw hadden, verandert er niets. Zij behouden al hun rechten. De gemeente moet passend werk blijven bieden. Er moet aandacht zijn voor mensen die begeleid werken via de Wsw. Als zij hun werk verliezen dan hoeft de gemeente hen geen nieuwe begeleid werken-plek via de Wsw aan te beiden. Als dat gebeurt dan vervalt de Wsw-indicatie. Dat geldt ook voor mensen die met een tijdelijk dienstverband in de Wsw werken. Als dat dienstverband afloopt dan hoeft de gemeente ook hen geen nieuw Wsw-dienstverband aan te bieden en vervalt ook voor hen de Wsw-indicatie. Vanaf 1 januari 2015 kunnen er geen nieuwe mensen meer in de Wsw instromen. Wie op de wachtlijst stond voor een Wsw-dienstverband, valt onder de Participatiewet of onder de Wajong, WAO, Wia. Mensen die onder de Wajong, WAO of Wia vallen, kunnen bij het UWV terecht.
Vanaf 2015 moeten gemeenten zorgen voor onafhankelijke cliëntondersteuning op het gebied van zorg, hulp, werk of voorzieningen. Dit geldt dus ook voor arbeid.
Sommige mensen met een arbeidshandicap werken maar hebben ook ondersteuning nodig bij zelfstandig of begeleid wonen. Als de woonbegeleiding wegvalt, dan gaat het ook vaak mis met het werk.
Arbeidsmatige dagbesteding (Wmo) en sociale activering (Participatiewet): naast betaald werk (waaronder beschut werk) via de Participatiewet, is via de Wmo dagbesteding mogelijk.
In de Participatiewet staat regulier werk voorop. Dat geldt ook voor mensen met een arbeidshandicap. Loonkostensubsidie is een instrument dat de gemeente kan inzetten voor werknemers die niet in staat zijn het wettelijk minimumloon te verdienen.
Artikel 2.10 van de Jeugdwet stelt dat artikel 2.1.3 derde lid van de Wmo van overeenkomstige toepassing is. Ook de belangen van de doelgroep die valt onder Jeugdwet moeten worden behartigd in de adviesraad. In dit kader kende de ‘oude’ Wmo-raad reeds een cluster Jeugd.
Enkel die bepalingen die nadere toelichting behoeven worden hier behandeld.
lid 1: De adviesraad is bevoegd gevraagd en ongevraagd advies te geven over het te ontwikkelen beleid. De gevraagde ongevraagde adviezen hebben betrekking op het beleid van het sociaal domein. Het sociaal domein wordt daarbij gedefinieerd als het gehele beleidsdomein dat direct of indirect is gerelateerd aan de uitvoering van de Jeugdwet, Wmo, WSW en Participatiewet.
Artikel 3. Samenstelling werkgroepen en adviesraad
lid 1: Het minimum aantal leden van de werkgroepen is op drie gesteld; bij een kleinere samenstelling lijkt het –gezien alle deeldoelgroepen- niet mogelijk om tot een adequate belangenafweging te komen. Het maximum aantal leden is op zeven gesteld. Een groter aantal leden draagt naar verwachting niet bij aan een adequate belangenafweging.
lid 2: Om de actieve betrokkenheid van alle personen goed tot zijn recht te kunnen laten komen, is het van belang dat de adviesraad een afspiegeling is van alle doelgroepen vallende onder de Participatiewet, de Wmo, de WSW en de Jeugdwet. Een evenredige vertegenwoordiging van deze groepen in de werkgroepen is daarom het uitgangspunt van deze verordening.
lid 3: De aantoonbare binding met de samenleving van de gemeente Coevorden en de belanghebbenden kan blijken uit onder andere (vak)kennis van, (ervarings)deskundigheid over of affiniteit met doelgroepen die in de werkgroepen worden vertegenwoordigd. Dit hoeft echter niet noodzakelijkerwijs te betekenen dat de leden van de werkgroepen in de gemeente Coevorden woonachtig zijn.
lid 2: De aantoonbare binding met de samenleving van de gemeente Coevorden en de belanghebbenden kan blijken uit onder andere (vak)kennis van, (ervarings)deskundigheid over of affiniteit met de beleidsterreinen die onder het sociaal domein vallen. Hoewel de voorkeur uitgaat naar een inwoner van de gemeente Coevorden, hoeft dit niet noodzakelijkerwijs te betekenen dat de voorzitter van de adviesraad woonachtig is in de gemeente Coevorden.
Artikel 5. Ambtelijk secretaris
lid 1: Het college voorziet in ondersteuning om de adviesraad zijn rol effectief te kunnen laten vervullen. De ambtelijk secretaris kan de communicatie tussen de adviesraad en het college stroomlijnen.
Artikel 6. Voordracht, benoeming en zittingsduur
In artikel 6 is vastgelegd op welke wijze de werkgroepen worden samengesteld en dat de leden van werkgroepen worden benoemd door het college. Ze hebben daarmee een formele status.
Daarnaast wordt in artikel 10 aangegeven dat de werkgroepen adviezen voorbereiden. Daarmee is ook de taak van de werkgroepen vastgelegd. In datzelfde artikel wordt in lid 7 aangegeven hoe de adviesraad met adviezen vanuit de werkgroepen omgaat. Deze bepalingen betreffen volgens ons de positie en de rol van de (leden van de) werkgroepen en maken volgens ons voldoende duidelijk wat de status van de werkgroepen en de leden van de werkgroepen is.
lid 1: De ondersteunende en adviserende taken van de ambtelijk secretaris tijdens de sollicitatieprocedure hebben onder andere betrekking op het naleven van de bepalingen over de leden en de voorzitter zoals ze in de verordening zijn opgenomen.
lid 3, 8, 9 en 10: Het college moet in haar besluit een gemotiveerde onderbouwing opnemen, indien zij besluit:
een voordracht van leden van werkgroepen of van de voorzitter van de adviesraad af te wijzen;
een voordracht tot het ontslag van leden van werkgroepen of van de voorzitter van de adviesraad af te wijzen;
een voordracht van een tijdelijk plaatsvervangend lid van de werkgroep af te wijzen.
In de oorspronkelijke verordening was dit artikel gewijd aan de rol van de kwartiermakers, maar dit behoeft geen regeling in de definitieve verordening en is daarom vervallen.
Artikel 13. Faciliteiten en budget
lid 1: De hoogte van het werkbudget wordt jaarlijks op basis van de begroting van de adviesraad en de door de gemeenteraad beschikbaar gestelde middelen voor de adviesraad vastgesteld.
lid 1: Onderdeel van het werkbudget van de adviesraad is een vergoeding van de onkosten van leden van de werkgroep. Wanneer wordt gesproken over een vergoeding voor de werkzaamheden van leden van de werkgroepen, kan deze worden gezien als een vrijwilligersbijdrage. Een vrijwilligersbijdrage wordt, ongeacht de hoogte van de bijdrage, in mindering gebracht op een uitkering. Dit is niet het geval wanneer het om een onkostenvergoeding gaat.
Artikel 17 . Intrekken oude verordening en overgangsrecht
Lid 5: De voorbereiding van de vorming van een nieuwe adviesraad en de daarin opgenomen werkgroepen voor het sociaal domein heeft plaatsgevonden met ondersteuning van een kwartiermakersteam, bestaande uit vertegenwoordigers van de (oude) advies- resp. cliëntenraden. De werving en selectie van voorzitter en leden van de werkgroepen vormde daarvan een onderdeel. Het kwartiermakersteam heeft het sollicitatieproces gecoördineerd. Zij hebben een oproep tot werving in de verschillende media geplaatst, de gesprekken gevoerd met de sollicitanten en naar aanleiding daarvan een voordracht aan het college gedaan van de te benoemen voorzitter en de te benoemen leden van de werkgroepen.
Het college voorziet in de benoeming voor de eerste benoemingsperiode. Op nieuwe benoemingen zijn de bepalingen over werving en selectie zoals opgenomen in artikel 6 lid 1 tot en met 4 van toepassing.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-57715.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.