Gemeenteblad van Echt-Susteren
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Echt-Susteren | Gemeenteblad 2016, 53838 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Echt-Susteren | Gemeenteblad 2016, 53838 | Beleidsregels |
Beleidsregel Leidraad regionale mestverwerking
Leidraad regionale mestverwerking
De raad van gemeente Echt-Susteren
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. 16 februari 2016,
dat de Leidraad regionale mestverwerking vanaf 29 april 2016 tot en met 9 juni 2016 voor een ieder ter inzage ligt in het gemeentehuis in Echt, Nieuwe Markt 55 te Echt.
In Nederland wordt meer mest geproduceerd dan op het land kan worden uitgereden. Vanaf 1 januari 2014 is in de meststoffenwet bepaald dat veebedrijven die hun mest niet binnen de normen die hiervoor gelden volledig op hun eigen grond kwijt kunnen, mest moeten laten verwerken. Doel van de verwerkingsplicht is dat de mest buiten de Nederlandse landbouw wordt afgezet, zodat er geen sprake meer is van mestoverschot. Onder mestverwerking wordt verstaan:
De verplichte verwerking is voor de regio Zuid 30% in 2014 en 50% in 2015. De staatssecretaris van Economische Zaken kan het verwerkingspercentage jaarlijks bijstellen wanneer omstandigheden veranderen, zoals een krimpende nationale mestplaatsingsruimte of groeiende mestproductie.
De gemeenten krijgen en hebben aanvragen gekregen voor de ontwikkeling van mestverwerking en -bewerking op boerderijniveau of op regionaal niveau. De opdracht voor alle gemeenten is dan ook “wat kan waar en onder welke voorwaarden”.
Mestbewerking – Mestverwerking
Wat er wordt bedoeld onder mestverwerking of mestbewerking verschilt tussen de ministeries van Infrastructuur en Milieu en van Economische Zaken (meststoffenwet).
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Onder het bewerken van mest wordt verstaan het behandelen van dierlijke mest zonder het product noemenswaardig te veranderen. Bijvoorbeeld: het mengen, roeren of homogeniseren van mest en het mechanisch scheiden van de mest in een dunne en een dikke fractie. Omgekeerde osmose geldt als bewerking. Bij het verwerken van mest worden technieken of combinaties daarvan toegepast waardoor de aard en de hoedanigheid van de dierlijke mest wijzigt. Voorbeelden hiervan zijn: het vergisten of composteren van mest en het produceren van mineralenconcentraten (kunstmestvervangers) uit dierlijke mest.
Ministerie van Economische Zaken
Met mestverwerking in de meststoffenwet bedoelt men:
Het verbranden of vergassen van dierlijke meststoffen tot as waarin maximaal 10% organische stof (koolstofketens) aanwezig is. De verbranding of vergassing vindt onder voldoende hoge temperatuur plaats en/of duurt zo lang als nodig is om het organisch materiaal in de dierlijke meststoffen grotendeels te vernietigen.
In deze notitie gebruiken we de definities van bewerken en verwerken van het ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Mestverwerkings- en mestbewerkingstechnieken
Er zijn nogal wat technieken voor mestverwerking en mestbewerking. Sommige zijn al volop in praktijk andere nog in ontwikkeling. Maar er komen nog steeds nieuwe technieken bij. Er is een overzicht opgesteld van alle mestverwerkings- en –bewerkingstechnieken die bekend zijn. Hierbij is aangegeven of de techniek op boerderij niveau, regionaal niveau of grootschalig wordt ingezet. De gegevens zijn afkomstig van www.mestverwerken.wur.nl.
Huidige ruimtelijke beleid gemeenten
Onderstaande tabel geeft in het kort weer wat het huidige ruimtelijke beleid is t.a.v. mestverwerking en mestbewerking voor de SML-gemeenten (het milieubeleid is vastgelegd in landelijke wet- en regelgeving).
In het POL 2014 is in het hoofdstuk land- en tuinbouw onder de paragraaf bevorderen innovaties ook een gedeelte gewijd aan de mestverwerking. Daarin wordt aangegeven dat uitbreiding van bestaande agrarische bedrijven met een mestbewerkingsinstallatie of een biomassa-installatie (in samenwerkingsverband met andere agrarische bedrijven) op bedrijfsniveau onder voorwaarden mogelijk is. In alle gevallen dient er aandacht te zijn voor:
De beste locaties voor regionale en grootschalige mestverwerkingsinstallaties zijn bedrijventerreinen. Deze locaties passen het beste bij het karakter van dergelijke voorzieningen en beschikken over goede ontsluiting. Ook ontwikkelingsgebieden intensieve veehouderij en grootschalige clusters land- en tuinbouwbedrijven lenen zich voor regionale mestverwerking. De koppeling tussen mestverwerking (als producent van energie) en energievragers biedt kansen en speelt mee bij de locatiekeuze.
Vanuit het streven naar evenwicht in de driehoek ecologie-economie-maatschappij zijn de mogelijke toepassingen door de SML – gemeenten en de stakeholders langs de lat gelegd voor wat betreft:
Belangrijkste thema is dat er geen negatieve aspecten mogen zijn voor de volksgezondheid. Met andere woorden leefbaarheid (People) is het belangrijkste uitgangspunten voor het opstellen van de leidraad. Het is echter belangrijk om de samenhang te houden tussen de afzonderlijke trends bij People, Profit en Planet. Om die reden geen sectorale afspraken maken maar juist een integrale leidraad op te stellen. Om die reden wordt in de leidraad ruimte gegeven voor innovaties en nieuwe technieken. Daarom wordt gewerkt met een regionaal deskundigenteam waarin nieuwe regionale initiatieven beoordeeld worden op basis van een aantal vooraf meegekregen randvoorwaarden.
Door de stakeholders en de SML – gemeenten zijn de volgende uitgangspunten geformuleerd:
Mestbewerking - en mestverwerking initiatieven, ongeacht locatie tot 25.000 m3 en bij initiatieven voor industriële verwerking > 25.000 m3 worden door een regionale deskundigenpool beoordeeld en van een niet bindend advies voorzien aan BO-LEN en het college B&W van de gemeente waarbinnen het initiatief gesitueerd is. Er wordt gewerkt met een deskundigenpool dat nieuwe initiatieven voor mestbewerking en mestbewerking uit de regio beoordeelt op basis van een aantal vooraf opgedane invalshoeken en kwantitatieve waarden. Door het inschakelen van de deskundigenpool krijgen de verschillende initiatiefnemers binnen Midden-Limburg een zelfde benadering van hun initiatieven. Dit komt de integraliteit en uniformiteit ten goede.
De deskundigenpool, welke per casus van samenstelling wisselt, doorloopt de aangedragen initiatieven tezamen met vertegenwoordigers van landbouworganisaties (LLTB), maatschappelijke organisaties (NFM Limburg, dorpsraden) en overheden (provincie, SML-gemeenten, Waterschap), zodat iedereen in een zo vroeg mogelijk stadium op de hoogte is van de initiatieven. Afhankelijk van het impact en de vraag van het initiatief zal de samenstelling van de deskundigenpool een andere samenstelling of omvang hebben.
Voor elk initiatief wordt gezamenlijk de waarde bepaald en uitgediept, een afweging gemaakt en uiteindelijk een advies gegeven richting de betreffende gemeente. Bij de invulling van de deskundigenpool zal er goed gekeken moeten worden dat de onafhankelijkheid gewaarborgd is en dat die deskundigheid gevraagd wordt welke nodig is voor de ingebrachte casus.
Concreet richt de deskundigenpool zich daarbij op:
Deze mestbeleidsvisie zal goed gecommuniceerd moeten worden met de agrarische bedrijven.
Hiertoe kunnen allereerst persberichten worden uitgezet en bijeenkomsten met adviesbureaus, LLTB worden georganiseerd.
De Gemeente beoordeelt alle plannen waarvoor in het kader van het bestemmingsplan een ruimtelijke toets en beoordeling nodig is. Bij enkele concepten wordt een initiatief ter advisering beoordeeld door een regionale deskundigenpool. Er wordt gewerkt vanuit drie clusters waarbinnen de initiatieven beoordeeld worden:
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-53838.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.