Wijziging Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Leek september 2015

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leek;

 

gelezen het advies met registratienummer 2015010032;

 

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149 van de Gemeentewet;

 

gelet op de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Leek 2015, waarin aan ons college de bevoegdheid is gegeven om nadere regels te stellen;

 

B E S L U I T:

 

vast te stellen de volgende wijziging van het Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Leek september 2015.

 

Artikel I

Het Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Leek september 2015 wordt gewijzigd als volgt:

  • A.

    Artikel 2.3, lid 1 wordt gewijzigd als volgt:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 2.3 Berekening, vaststelling eigen bijdrage

  • 1.

    De eigen bijdrage wordt berekend, opgelegd, vastgesteld en geïnd al dan niet per periode van 4 weken, zoals geregeld in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.

Artikel 2.3 Berekening, vaststelling eigen bijdrage

  • 1.

    De eigen bijdrage wordt berekend, opgelegd, vastgesteld en geïnd al dan niet per periode van 4 weken, zoals geregeld in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2016.

  • B.

    Artikel 2.5, de leden 1 tot en met 6 worden gewijzigd als volgt:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 2.5 Berekening maximale periodebijdrage

  • 1.

    Bij de bepaling van de hoogte van de maximale periodebijdrage in een bepaald jaar wordt rekening gehouden met het verzamelinkomen van de belanghebbende en dat van zijn eventuele partner het tweede kalenderjaar voorafgaande aan het jaar waarin aan een persoon maatschappelijke ondersteuning is verleend. Onder verzamelinkomen wordt in dit besluit verstaan: het inkomen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015. De gegevens over het verzamelinkomen worden ingewonnen bij de belastingdienst.

  • 2.

    De wettelijk bepaalde maximale periodebijdrage is voor ongehuwde personen jonger dan 65 jaar € 19,40 per 4 weken (norm 2015), met dien verstande dat indien zijn verzamelinkomen meer bedraagt dan € 22.331,00 het bedrag van € 19,40 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen zijn verzamelinkomen en € 22.331,00 per 4 weken;

  • 3.

    De wettelijke bepaalde maximale periodebijdrage is voor ongehuwde personen van met de pensioengerechtigde leeftijd of ouder € 19,40 (norm 2015) per 4 weken, met dien verstande dat indien zijn verzamelinkomen meer bedraagt dan € 16.634,00 het bedrag van € 19,40 wordt verhoogd met dertiende deel van 15% van het verschil tussen zijn verzamelinkomen en € 16.634,00 per 4 weken;

  • 4.

    De wettelijk bepaalde maximale periodebijdrage is voor gehuwde personen, indien een van beiden jonger is dan de pensioengerechtigde leeftijd € 27,60 (norm 2015) per 4 weken, met dien verstande dat indien hun gezamenlijke verzamelinkomen meer bedraagt dan € 27.917,00 het bedrag van € 27,60 wordt verhoogd met dertiende deel van 15% van het verschil tussen hun gezamenlijke verzamelinkomen en € 27.917,00 per 4 weken;

  • 5.

    De wettelijk bepaalde maximale periodebijdrage is voor gehuwde personen die beiden de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt € 27,60 (norm 2015) per 4 weken, met dien verstande dat indien hun gezamenlijke verzamelinkomen meer bedraagt dan € 23.046,00 het bedrag van € 27,60 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen hun gezamenlijke verzamelinkomen en € 23.046,00 per 4 weken;

  • 6.

    Voor wat betreft de hoogte van de in leden 2 t/m 5 genoemde bedragen wordt aangesloten bij de bedragen in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.

Artikel 2.5 Berekening maximale periodebijdrage

  • 1.

    Bij de bepaling van de hoogte van de maximale periodebijdrage in een bepaald jaar wordt rekening gehouden met het verzamelinkomen van de belanghebbende en dat van zijn eventuele partner het tweede kalenderjaar voorafgaande aan het jaar waarin aan een persoon maatschappelijke ondersteuning is verleend. Onder verzamelinkomen wordt in dit besluit verstaan: het inkomen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2016. De gegevens over het verzamelinkomen worden ingewonnen bij de belastingdienst.

  • 2.

    De wettelijk bepaalde maximale periodebijdrage is voor ongehuwde personen jonger dan 65 jaar € 19,40 per 4 weken (norm 2016), met dien verstande dat indien zijn verzamelinkomen meer bedraagt dan € 22.486,00 het bedrag van € 19,40 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen zijn verzamelinkomen en € 22.486,00 per 4 weken.

  • 3.

    De wettelijke bepaalde maximale periodebijdrage is voor ongehuwde personen van met de pensioengerechtigde leeftijd of ouder € 19,40 (norm 2016) per 4 weken, met dien verstande dat indien zijn verzamelinkomen meer bedraagt dan € 16.887,00 het bedrag van € 19,40 wordt verhoogd met dertiende deel van 15% van het verschil tussen zijn verzamelinkomen en € 16.887,00 per 4 weken.

  • 4.

    De wettelijk bepaalde maximale periodebijdrage is voor gehuwde personen, indien een van beiden jonger is dan de pensioengerechtigde leeftijd € 27,80 (norm 2016) per 4 weken, met dien verstande dat indien hun gezamenlijke verzamelinkomen meer bedraagt dan € 28.177,00 het bedrag van € 27,80 wordt verhoogd met dertiende deel van 15% van het verschil tussen hun gezamenlijke verzamelinkomen en € 28.177,00 per 4 weken.

  • 5.

    De wettelijk bepaalde maximale periodebijdrage is voor gehuwde personen die beiden de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt € 27,80 (norm 2016) per 4 weken, met dien verstande dat indien hun gezamenlijke verzamelinkomen meer bedraagt dan23.374,00het bedrag van 27,80 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen hun gezamenlijke verzamelinkomen en 23.374,00 per 4 weken.

  • 6.

    Voor wat betreftde hoogte van de in leden 2 t/m 5 genoemde bedragen wordt aangesloten bij de bedragen in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2016.

  • C.

    Aan artikel 3.5 wordt lid 11 toegevoegd:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 3.5Eigen bijdrage opvang en beschermd wonen

Artikel 3.5 Eigen bijdrage opvang en beschermd wonen

  • 11.

    De toegang en uitvoering voor de voorzieningen beschermd wonen en opvang zijn gemandateerd aan de gemeente Groningen. Hierdoor zijn de vastgestelde regels en tarieven van de gemeente Groningen voor deze voorzieningen van toepassing.

  • D.

    Artikel 4.1, lid 3 wordt gewijzigd als volgt:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 4.1 Vroegtijdige beëindiging, afschrijving en verantwoording

  • 3.

    Over een persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening hoeft per jaar geen verantwoording afgelegd te worden over een bedrag tot en met € 250,00.

Artikel 4.1 Vroegtijdige beëindiging, afschrijving en verantwoording

Dit lid komt te vervallen.

  • E.

    Artikel 4.2, de leden lid 1 en 6 worden gewijzigd als volgt:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 4.2 Hulp bij het huishouden en persoonsgebonden budget

  • 1.

    De hulp bij het huishouden wordt bij een persoonsgebonden budget vastgesteld in uren. Het uurtarief bedraagt € 17,32 voor HH2. Cliënten die voor 1 januari 2015 al een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden ontvingen, ontvangen voor 2015 het bedrag dat hoort bij het maximum van de klasse.

  • 6.

    Over een persoonsgebonden budget voor huishoudelijke hulp hoeft per jaar geen verantwoording afgelegd te worden over een bedrag tot en met € 250,00.

Artikel 4.2 Hulp bij het huishouden en persoonsgebonden budget

  • 1.

    De hulp bij het huishouden wordt bij een persoonsgebonden budget vastgesteld in uren. Het uurtarief bedraagt 18,98 voor HH2. Cliënten die voor 1 januari 2015 al een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden ontvingen, ontvangen voor 2015 het bedrag dat hoort bij het maximum van de klasse.

  • 6.

    Deze tekst vervalt.

De tabel onder 4.2 wordt als volgt gewijzigd:

PGB 201 6 Hulp bij het huishouden 2

Hoogte van het bruto PGB per jaar bij

Hulp bij het huishouden 2

uurprijs

Klasse 1 (0-1,9 uur)

1.711,22

18,98

Klasse 2 (2-3,9 uur)

3.512,50

18,98

Klasse 3 (4-6,9 uur)

6.214,42

18,98

Klasse 4 (7-9,9 uur)

8.916,34

18,98

Klasse 5 (10-12,9 uur)

11.618,26

18,98

Klasse 6 (13-15,9 uur)

14.320,18

18,98

  • F.

    Artikel 4.3 wordt gewijzigd als volgt:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Artikel 4.3 Vrij besteedbaar bedrag persoonsgebonden budget

Over een persoonsgebonden budget voor een maatwerkvoorziening hoeft per jaar geen verantwoording te worden afgelegd over een bedrag tot en met € 250,00.

Artikel 4.3 Vrij besteedbaar bedrag persoonsgebonden budget

Dit artikel komt te vervallen.

  • G.

    De titel van hoofdstuk 8 wordt gewijzigd als volgt:

Bestaande tekst

Nieuwe tekst

Hoofdstuk 8 Producten Zorg In Natura (ZIN) en tarieven PGB en kortdurend verblijf in PGB

Hoofdstuk 8 Producten Zorg In Natura (ZIN) en tarieven ZIN en PGB en kortdurend verblijf in PGB

  • H.

    Hoofdstuk 8 wordt gewijzigd in de zin dat de tabellen 2, 3, 4 en 5 komen te vervallen en er een nieuwe tabel 2 wordt opgenomen:

Tabel 2 Tarieven PGB en ZIN

Categorie

Activiteit

Tarief Zorg in natura

Tarief Persoonsgebonden budget

Eenheid

Hulp bij het huishouden

Hulp bij het Huishouden 2

€ 25,60

Grootegast: € 18,98

Leek: € 18,98

Marum: € 19,28

Zuidhorn: € 24,12

Uur

Begeleiding

Begeleiding Individueel basis Formeel

€ 42,55

€ 40,42

Uur

 

Individuele begeleiding intensief Formeel

€ 72,56

€ 68,93

Uur

 

Individuele begeleiding Informeel

-

€ 15,40

Uur

Kortdurend verblijf

Logeren/respijt-zorg Formeel

€ 92,53

€ 87,90

Etmaal

 

Logeren/respijt-zorg Informeel

-

€ 23,10

Etmaal

Dagbesteding

Begeleiding groep basis Formeel

€ 28,66

€ 27,23

Dagdeel

 

Begeleiding groep intensief Formeel

€ 49,10

€ 46,65

Dagdeel

 

Begeleiding groep Informeel

-

€ 15,40

Dagdeel

Vervoer-diensten

Vervoer

€ 7,74

€ 7,74

Dag

 

Vervoer (rolstoel)

€ 20,28

€ 20,28

Dag

Artikel II

De wijziging van het Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Leek september 2015 treedt in werking op de eerste dag na die, waarop zij bekendgemaakt is en werkt terug tot 12 januari 2016.

 

Aldus besloten in de vergadering

van burgemeester en wethouders

van de gemeente Leek,

d.d. 12 januari 2016.

 

B.C. Hoekstra, burgemeester H.K. Hofman, secretaris

Naar boven