Vierde wijziging Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente Asten 2015

 

Wijzigingen artikelen 4.4, 4.5, 4.6 en 4.7

1) Wijziging art. 4.4

Huidige artikel:

Artikel 4.4Pgb voor HO en Primaire levensbehoeften

  • 1.

    Huishoudelijke ondersteuning in de vorm van een pgb wordt uitgedrukt in de geïndiceerde tijd per week.

  • 2.

    De hoogte van het pgb voor huishoudelijke ondersteuning bedraagt per uur: 125% van de Wet minimumloon voor 23 jaar en ouder inclusief vakantiegeld/-uren op basis van een 36-urige werkweek.

  • 3.

    Eenmaal per jaar, per 1 januari, vindt aanpassing (indexatie) plaats van het in lid 2 genoemde bedrag conform het bepaalde daartoe in de Wet minimumloon.

  • 4.

    Bij de vaststelling van het pgb zoals beschreven in de voorgaande leden, wordt artikel 5.1, tweede lid, van de verordening in acht genomen. Het pgb bedraagt in totaal maximaal het bedrag dat het college zou hebben betaald aan de aanbieder indien de ho zou zijn verstrekt in de vorm van zorg in natura. Dit betekent dat het college, voor wat betreft de bepaling van de totale maximale omvang van het pgb, met inachtneming van artikel 2.1 van deze nadere regels, bepaalt of aan de cliënt, in geval van zorg in natura, HO Basis dan wel HO+ zou zijn verstrekt.

  • 5.

    De hoogte van het pgb voor Primaire levensbehoeften bedraagt:

    • a.

      voor wat betreft het bereiden en neerzetten van maaltijden een bedrag van € 7,50 per keer; en

    • b.

      voor wat betreft het doen van boodschappen, voor wat betreft levensmiddelen, schoonmaakmiddelen en toiletartikelen, een bedrag dat aansluit bij de goedkoopst adequate oplossing.

  • 6.

    Het bepaalde in artikel 2.1, leden 2 tot en met 4, is onverkort van toepassing ingeval van verstrekking van een pgb.

Vervangen door :

Artikel 4.4Pgb voor HO en Primaire levensbehoeften

  • 1.

    Huishoudelijke ondersteuning in de vorm van een pgb wordt uitgedrukt in de geïndiceerde tijd per week jaar.

  • 2.

    De hoogte van het pgb voor huishoudelijke ondersteuning bedraagt per uur: 125% van de Wet minimumloon voor 23 jaar en ouder inclusief vakantiegeld/-uren op basis van een 36-urige werkweek.

  • 3.

    Eenmaal per jaar, per 1 januari, vindt aanpassing (indexatie) plaats van het in lid 2 genoemde bedrag conform het bepaalde daartoe in de Wet minimumloon. De aanpassing per 1 januari is gelijk aan 125% van het wettelijk minimumloon zoals dat gold per 1 juli van het voorafgaande kalenderjaar.

  • 4.

    Bij de vaststelling van het pgb zoals beschreven in de voorgaande leden, wordt artikel 5.1, tweede lid, van de verordening in acht genomen. Het pgb bedraagt in totaal maximaal het bedrag dat het college zou hebben betaald aan de aanbieder indien de ho zou zijn verstrekt in de vorm van zorg in natura. Dit betekent dat het college, voor wat betreft de bepaling van de totale maximale omvang van het pgb, met inachtneming van artikel 2.1 van deze nadere regels, bepaalt of aan de cliënt, in geval van zorg in natura, HO Basis dan wel HO+ zou zijn verstrekt.

  • 5.

    De hoogte van het pgb voor Primaire levensbehoeften bedraagt:

    • a.

      voor wat betreft het bereiden en neerzetten van maaltijden een bedrag van € 7,50 per keer; en

    • b.

      voor wat betreft het doen van boodschappen, voor wat betreft levensmiddelen, schoonmaakmiddelen en toiletartikelen, een bedrag dat aansluit bij de goedkoopst adequate oplossing.

  • 6.

    Het bepaalde in artikel 2.1, leden 2 tot en met 4, is onverkort van toepassing ingeval van verstrekking van een pgb.

Toelichting op Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente

Huidige tekst:

Artikel 4.4Pgb voor HO en Primaire levensbehoeften

Ingevolge het eerste lid wordt de omvang van het pgb voor ho uitgedrukt in de benodigde tijd. Dit is dus anders dan bij ho in de vorm van zin (artikel 2.1 van de nadere regels): die zorg wordt uitgedrukt als een geheel (HO Basis danwel HO+) waarbij op voorhand door de gemeente geen omvang in uren wordt gesteld.

Voor wat betreft de hoogte van een pgb voor ho wordt ingevolge het tweede lid aansluiting gezocht bij de Wet minimumloon (Wml): het uurtarief bedraagt 125% van het Wml. Het uurtarief bedraagt altijd 125% van het Wml, ongeacht de vraag wie de zorg daadwerkelijk gaat verlenen: een zorgaanbieder, een particulier of iemand uit het sociaal netwerk van de betrokkene. Achterliggende gedachte hierbij is het gegeven dat 125% Wml heeft te gelden als een gangbaar / marktconform loon en het tarief dus toereikend mag worden geacht om ho in te kopen. Ho betreft immers ongeschoolde arbeid. Dit betekent overigens niet dat de burger geen duurdere zorg zou mogen / kunnen inkopen c.q. dat de gemeente een aanvraag pgb weigert indien de kosten van de door de burger beoogde inzet meer bedragen dan 125% Wml. Cliënten kunnen in die gevallen zelf bijbetalen.

Vervangen en aanvullen door:

Ingevolge het eerste lid wordt de omvang van het pgb voor ho uitgedrukt in de benodigde tijd. Dit is dus anders dan bij ho in de vorm van zin (artikel 2.1 van de nadere regels): die zorg wordt uitgedrukt als een geheel (HO Basis danwel HO+) waarbij op voorhand door de gemeente geen omvang in uren wordt gesteld. De urenomvang wordt bepaald op jaarbasis (en niet langer op weekbasis zoals voorheen). Door de pgb-omvang op jaarbasis te indiceren, wordt tot uitdrukking gebracht dat een schoon en leefbaar huis niet wil zeggen dat alle leefvertrekken standaard wekelijks schoongemaakt moeten worden.

De frequentie is mede afhankelijk van de persoonlijke situatie (bijv. morsgedrag, huisdieren …). Indiceren op jaarbasis geeft ruimte aan de cliënt om te variëren met de frequentie/omvang van de werkzaamheden binnen het toegekende jaarbudget (een week overslaan, ene week 1 uur en andere week 3 uur …).

Voor wat betreft de hoogte van een pgb voor ho wordt ingevolge het tweede lid aansluiting gezocht bij de Wet minimumloon (Wml): het uurtarief bedraagt 125% van het Wml. Het uurtarief bedraagt altijd 125% van het Wml, ongeacht de vraag wie de zorg daadwerkelijk gaat verlenen: een zorgaanbieder, een particulier of iemand uit het sociaal netwerk van de betrokkene. Achterliggende gedachte hierbij is het gegeven dat 125% Wml heeft te gelden als een gangbaar / marktconform loon en het tarief dus toereikend mag worden geacht om ho in te kopen. Ho betreft immers ongeschoolde arbeid. Dit betekent overigens niet dat de burger geen duurdere zorg zou mogen / kunnen inkopen c.q. dat de gemeente een aanvraag pgb weigert indien de kosten van de door de burger beoogde inzet meer bedragen dan 125% Wml. Cliënten kunnen in die gevallen zelf bijbetalen.

Ingevolge lid 3 wordt het pgb-tarief jaarlijks, per 1 januari, geïndexeerd. Daarbij wordt uitgegaan van het Wml-bedrag (125% daarvan) zoals dat gold op 1 juli van het voorafgaande jaar. Voorheen werd uitgegaan van geldende Wml-bedrag op diezelfde 1 januari. Nu de gemeente ruimschoots voor 1 januari, op een moment dat de Wml-tarieven per 1 januari nog niet bekend zijn, aan de Sociale Verzekeringsbank de pgb-tarieven per het nieuwe kalenderjaar dient door te geven is de praktische keuze gemaakt om de hoogte van het pgb-tarief per 1 januari te koppelen aan de Wml per 1 juli van het voorgaande jaar.

2) Wijziging art. 4.5

Huidige artikel:

Artikel 4.5Pgb voor begeleiding

1.Begeleiding in de vorm van een pgb wordt als volgt uitgedrukt:

begeleiding individueeel in geïndiceerde tijd per week en begeleiding groep in geïndiceerde aantal dagdelen per week.

  • 2.

    Voor pgb gelden twee tarieven:

    • a.

      tarief voor de professionele dienstverlener:

      Onder professionele dienstverlener wordt verstaan een entiteit die beroepsmatig zorg, maatschappelijke en/of aanpalende diensten aanbiedt aan burgers. Van beroepsmatig aanbod is in geval van een zelfstandige zonder personeel sprake indien de dienstverlener als zelfstandige staat ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en daarnaast beschikt over een Verklaring arbeidsrelatie wuo of dga; of

    • b.

      tarief voor particuliere inzet:

Particuliere inzet betreft de inzet die niet wordt geleverd door een professionele dienstverlener zoals beschreven onder a. Onder particuliere inzet wordt mede begrepen inzet door het sociaal netwerk.

  • 3.

    De hoogte van het pgb-tarief in geval van begeleiding door een professionele dienstverlener zoals genoemd in het tweede lid onder a wordt afgeleid van het tarief zorg in natura ingevolge de deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Begeleiding gesloten tussen de gemeente en aanbieders dat zou hebben te gelden tussen de gemeente en een aanbieder in geval van verstrekking in de vorm van zorg in natura aan een nieuwe cliënt. De volgende rekenregel geldt:

    • a.

      het pgb-uurtarief voor begeleiding individueel is het tarief zorg in natura op maandbasis gedeeld door het rekenkundig gemiddeld aantal uren van de op de cliënt van toepassing zijnde categorie vermenigvuldigd met 12 en gedeeld door 52.

    • b.

      het pgb-dagdeeltarief voor begeleiding groep is het tarief zorg in natura op maandbasis gedeeld door het rekenkundig gemiddeld aantal dagdelen van de op de cliënt van toepassing zijnde categorie vermenigvuldigd met 12 en gedeeld door 52. Hierbij geldt als rekenkundig gemiddeld aantal dagdelen:

      • -

        0 tot 16 uur: rekenkundig gemiddelde van 2 dagdelen;

      • -

        16 tot 24 uur: rekenkundig gemiddelde van 5 dagdelen; en

      • -

        24 tot en met 36 uur: rekenkundig gemiddelde van 7,5 dagdelen.

  • 4.

    De hoogte van het pgb voor begeleiding individueel en begeleiding groep in geval van particuliere inzet bedraagt per uur: 125% van de Wet minimumloon voor 23 jaar en ouder inclusief vakantiegeld/-uren op basis van een 36-urige werkweek, waarbij voor begeleiding groep heeft te gelden dat een dagdeel geldt als een uur.

  • 5.

    Eenmaal per jaar, per 1 januari, vindt aanpassing (indexatie) plaats van het in lid 4 genoemde bedrag conform het bepaalde daartoe in de Wet minimumloon.

  • 6.

    Cliënt mag het pgb alleen gebruiken voor direct aan de maatwerkvoorziening begeleiding gerelateerde kosten. Cliënt mag het bedrag dus niet gebruiken voor compensatie van kosten die te beschouwen zijn als algemeen gebruikelijk (zoals voedsel, abonnementskosten, gebruikelijke kosten verbonden aan het uitoefenen van een hobby of sport, et cetera).

Vervangen door:

1.Begeleiding in de vorm van een pgb wordt als volgt uitgedrukt:

begeleiding individueel in geïndiceerde tijd per week en begeleiding groep in geïndiceerde aantal dagdelen per week.

  • 2.

    Voor pgb gelden twee tarieven:

    • a.

      tarief voor de professionele dienstverlener:

      Onder professionele dienstverlener wordt verstaan een entiteit die beroepsmatig zorg, maatschappelijke en/of aanpalende diensten aanbiedt aan burgers. Van beroepsmatig aanbod is in geval van een zelfstandige zonder personeel sprake indien de dienstverlener als zelfstandige staat ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en daarnaast uit overige feiten en omstandigheden blijkt dat de dienstverlener als een ondernemer kan worden aangemerkt beschikt over een Verklaring arbeidsrelatie wuo of dga; of

    • b.

      tarief voor particuliere inzet:

Particuliere inzet betreft de inzet die niet wordt geleverd door een professionele dienstverlener zoals beschreven onder a. Onder particuliere inzet wordt mede begrepen inzet door het sociaal netwerk.

  • 3.

    De hoogte van het pgb-tarief in geval van begeleiding door een professionele dienstverlener zoals genoemd in het tweede lid onder a wordt afgeleid van het tarief zorg in natura ingevolge de deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Begeleiding gesloten tussen de gemeente en aanbieders dat zou hebben te gelden tussen de gemeente en een aanbieder in geval van verstrekking in de vorm van zorg in natura aan een nieuwe cliënt. De volgende rekenregel geldt:

    • a.

      het pgb-uurtarief voor begeleiding individueel is het tarief zorg in natura op maandbasis gedeeld door het rekenkundig gemiddeld aantal uren van de op de cliënt van toepassing zijnde categorie vermenigvuldigd met 12 en gedeeld door 52.

    • b.

      het pgb-dagdeeltarief voor begeleiding groep is het tarief zorg in natura op maandbasis gedeeld door het rekenkundig gemiddeld aantal dagdelen van de op de cliënt van toepassing zijnde categorie vermenigvuldigd met 12 en gedeeld door 52. Hierbij geldt als rekenkundig gemiddeld aantal dagdelen:

      • -

        0 tot 16 uur: rekenkundig gemiddelde van 2 dagdelen;

      • -

        16 tot 24 uur: rekenkundig gemiddelde van 5 dagdelen; en

      • -

        24 tot en met 36 uur: rekenkundig gemiddelde van 7,5 dagdelen.

  • 4.

    De hoogte van het pgb voor begeleiding individueel en begeleiding groep in geval van particuliere inzet bedraagt per uur: 125% van de Wet minimumloon voor 23 jaar en ouder inclusief vakantiegeld/-uren op basis van een 36-urige werkweek, waarbij voor begeleiding groep heeft te gelden dat een dagdeel geldt als een uur.

  • 5.

    Eenmaal per jaar, per 1 januari, vindt aanpassing (indexatie) plaats van het in lid 4 genoemde bedrag conform het bepaalde daartoe in de Wet minimumloon. De aanpassing per 1 januari is gelijk aan 125% van het wettelijk minimumloon zoals dat gold per 1 juli van het voorafgaande kalenderjaar.

  • 6.

    Cliënt mag het pgb alleen gebruiken voor direct aan de maatwerkvoorziening begeleiding gerelateerde kosten. Cliënt mag het bedrag dus niet gebruiken voor compensatie van kosten die te beschouwen zijn als algemeen gebruikelijk (zoals voedsel, abonnementskosten, gebruikelijke kosten verbonden aan het uitoefenen van een hobby of sport, et cetera).

Toelichting op Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente art. 4.5

Huidige tekst:

Voor wat betreft de tariefstelling heeft vervolgens, ingevolge het tweede lid, te gelden dat er een differentiatie wordt gemaakt: een tariefstelling voor de professionele dienstverlener en een tariefstelling voor particuliere inzet (waaronder mede begrepen het sociaal netwerk). De toets of sprake is van een professionele dienstverlener is neergelegd onder lid 2 onder a. De beschrijving is afgeleid van de Basisovereenkomst Sociaal Domein Wet maatschappelijke ondersteuning (definitie van dienstververlener) waarbij voor wat betreft de zelfstandige zonder personeel (eenmanszaak of BV) aanvullend is gesteld dat men als zelfstandige staat ingeschreven bij de KvK en als zelfstandig ondernemer wordt erkend door de fiscus (VAR wuo (winst uit onderneming) of dga (directeur / groot aandeelhouder)).

Voor wat betreft particuliere inzet heeft een ander tarief te gelden. Zie daarvoor het vierde lid: aansluiting wordt gezocht bij de Wet minimumloon (125% uurloon Wml). Het tarief voor individuele begeleiding (geindiceerd in uren) en groepsbegeleiding (geindiceerd in dagdelen) is gelijk. Dat wil zeggen: de hoogte van het pgb voor een uur individuele begeleiding is gelijk aan de hoogte van het pgb voor een dagdeel groepsbegeleiding. Dit is gelijk aan de systematiek van de AWBZ.

Voor wat betreft de aansluiting bij het Wml (125% Wml) dient te worden gesteld dat 125% Wml voor particuliere inzet als een redelijk en reëel tarief kan worden gezien.

Vervangen door (wijzigingen in rood):

Voor wat betreft de tariefstelling heeft vervolgens, ingevolge het tweede lid, te gelden dat er een differentiatie wordt gemaakt: een tariefstelling voor de professionele dienstverlener en een tariefstelling voor particuliere inzet (waaronder mede begrepen het sociaal netwerk). De toets of sprake is van een professionele dienstverlener is neergelegd onder lid 2 onder a. De beschrijving is afgeleid van de Basisovereenkomst Sociaal Domein Wet maatschappelijke ondersteuning (definitie van dienstververlener) waarbij voor wat betreft de zelfstandige zonder personeel (eenmanszaak of BV) aanvullend is gesteld dat men als zelfstandige staat ingeschreven bij de KvK en als zelfstandig ondernemer wordt erkend door de fiscus (VAR wuo (winst uit onderneming) of dga (directeur / groot aandeelhouder)). ook uit andere feiten en omstandigheden kan worden afgeleid dat de dienstverlener een ondernemer is. Denk hierbij aan de zichtbaarheid van de dienstverlener als ondernemer in de maatschappij (bijvoorbeeld via website, promotieactiviteiten …), het hebben van meerdere opdrachtgevers, het lopen van ondernemersrisico, het plegen van investeringen, wijze van gebruik maken van een modelovereenkomst van de belastingdienst (opvolger VAR) …

.…

Voor wat betreft particuliere inzet heeft een ander tarief te gelden. Zie daarvoor het vierde lid: aansluiting wordt gezocht bij de Wet minimumloon (125% uurloon Wml). Het tarief voor individuele begeleiding (geindiceerd in uren) en groepsbegeleiding (geindiceerd in dagdelen) is gelijk. Dat wil zeggen: de hoogte van het pgb voor een uur individuele begeleiding is gelijk aan de hoogte van het pgb voor een dagdeel groepsbegeleiding. Dit is gelijk aan de systematiek van de AWBZ. Voor wat betreft de aansluiting bij het Wml (125% Wml) dient te worden gesteld dat 125% Wml voor particuliere inzet als een redelijk en reëel tarief kan worden gezien.

Ingevolge lid 5 wordt het pgb-tarief jaarlijks, per 1 januari, geïndexeerd. Daarbij wordt uitgegaan van het Wml-bedrag (125% daarvan) zoals dat gold op 1 juli van het voorafgaande jaar. Voorheen werd uitgegaan van geldende Wml-bedrag op diezelfde 1 januari. Nu de gemeente ruimschoots voor 1 januari, op een moment dat de Wml-tarieven per 1 januari nog niet bekend zijn, aan de Sociale Verzekeringsbank de pgb-tarieven per het nieuwe kalenderjaar dient door te geven is de praktische keuze gemaakt om de hoogte van het pgb-tarief per 1 januari te koppelen aan de Wml per 1 juli van het voorgaande jaar.

3) Wijziging art. 4.6

Huidige artikel:

Artikel 4.6Pgb voor kortdurend verblijf

  • 1.

    De vorm en omvang van kortdurend verblijf via een pgb wordt op gelijke wijze bepaald als zorg in natura. De deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Kortdurend verblijf gesloten tussen de gemeente en aanbieders is daarvoor maatgevend.

  • 2.

    Voor pgb gelden twee tarieven:

    • a.

      tarief voor de professionele dienstverlener:

      Onder professionele dienstverlener wordt verstaan een entiteit die beroepsmatig zorg, maatschappelijke en/of aanpalende diensten aanbiedt aan burgers. Van beroepsmatig aanbod is in geval van een zelfstandige zonder personeel sprake indien de dienstverlener als zelfstandige staat ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en daarnaast beschikt over een Verklaring arbeidsrelatie wuo of dga; of

    • b.

      tarief voor particuliere inzet:

Particuliere inzet betreft de inzet die niet wordt geleverd door een professionele dienstverlener zoals beschreven onder a. Onder particuliere inzet wordt mede begrepen inzet door het sociaal netwerk.

  • 3.

    De hoogte van het pgb-tarief in geval van begeleiding door een professionele dienstverlener zoals genoemd in het tweede lid onder a is gelijk aan het tarief zorg in natura ingevolge de deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Kortdurend verblijf gesloten tussen de gemeente en aanbieders dat zou hebben te gelden tussen de gemeente en een aanbieder in geval van verstrekking in de vorm van zorg in natura.

  • 4.

    De hoogte van het pgb voor kortdurend verblijf bij particuliere inzet bedraagt: € 30,00 per etmaal.

Vervangen door (wijzigingen in rood):

Artikel 4.6Pgb voor kortdurend verblijf

  • 1.

    De vorm en omvang van kortdurend verblijf via een pgb wordt op gelijke wijze bepaald als zorg in natura. De deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Kortdurend verblijf gesloten tussen de gemeente en aanbieders is daarvoor maatgevend.

  • 2.

    Voor pgb gelden twee tarieven:

    • a.

      tarief voor de professionele dienstverlener:

      Onder professionele dienstverlener wordt verstaan een entiteit die beroepsmatig zorg, maatschappelijke en/of aanpalende diensten aanbiedt aan burgers. Van beroepsmatig aanbod is in geval van een zelfstandige zonder personeel sprake indien de dienstverlener als zelfstandige staat ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en daarnaast uit overige feiten en omstandigheden blijkt dat de dienstverlener als een ondernemer kan worden aangemerkt beschikt over een Verklaring arbeidsrelatie wuo of dga; of

    • b.

      tarief voor particuliere inzet:

Particuliere inzet betreft de inzet die niet wordt geleverd door een professionele dienstverlener zoals beschreven onder a. Onder particuliere inzet wordt mede begrepen inzet door het sociaal netwerk.

  • 3.

    De hoogte van het pgb-tarief in geval van begeleiding door een professionele dienstverlener zoals genoemd in het tweede lid onder a is gelijk aan het tarief zorg in natura ingevolge de deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Kortdurend verblijf gesloten tussen de gemeente en aanbieders dat zou hebben te gelden tussen de gemeente en een aanbieder in geval van verstrekking in de vorm van zorg in natura.

  • 4.

    De hoogte van het pgb voor kortdurend verblijf bij particuliere inzet bedraagt: € 30,00 per etmaal.

N.B.:

Aanpassing van toelichting bij artikel 4.6 is niet nodig nu in de toelichting bij dit artikel een verwijzing staat naar art. 4.5

4) Wijziging art. 4.7

Huidige artikel:

Artikel 4.7Pgb voor beschermd wonen

  • 1.

    De vorm en omvang van beschermd wonen via een pgb wordt op gelijke wijze bepaald als zorg in natura. De deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Beschermd Wonen gesloten tussen de gemeente en aanbieders is daarvoor maatgevend.

  • 2.

    Voor pgb gelden twee tarieven:

    • a.

      tarief voor de professionele dienstverlener:

      Onder professionele dienstverlener wordt verstaan een entiteit die beroepsmatig zorg, maatschappelijke en/of aanpalende diensten aanbiedt aan burgers. Van beroepsmatig aanbod is in geval van een zelfstandige zonder personeel sprake indien de dienstverlener als zelfstandige staat ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en daarnaast beschikt over een Verklaring arbeidsrelatie wuo of dga; of

    • b.

      tarief voor particuliere inzet:

Particuliere inzet betreft de inzet die niet wordt geleverd door een professionele dienstverlener zoals beschreven onder a. Onder particuliere inzet wordt mede begrepen inzet door het sociaal netwerk.

3.De hoogte van het pgb-tarief in geval van beschermd wonen door een professionele dienstverlener zoals genoemd in het tweede lid onder a is gelijk aan het pgb-zzp GGZ-c tarief 2014 zoals dat voor cliënt gold dan wel zou hebben gegolden, te vermeerderen een toeslag huishoudelijke hulp ad

€ 2.730,00 op jaarbasis.

4.De hoogte van het pgb voor beschermd wonen bij particuliere inzet bedraagt het tarief zoals genoemd in het derde lid minus 20%. De toeslag huishoudelijke hulp wordt niet verstrekt in geval van particuliere inzet.

Vervangen door (wijzigingen in rood):

Artikel 4.7Pgb voor beschermd wonen

  • 1.

    De vorm en omvang van beschermd wonen via een pgb wordt op gelijke wijze bepaald als zorg in natura. De deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Beschermd Wonen gesloten tussen de gemeente en aanbieders is daarvoor maatgevend.

  • 2.

    Voor pgb gelden twee tarieven:

    • a.

      tarief voor de professionele dienstverlener:

      Onder professionele dienstverlener wordt verstaan een entiteit die beroepsmatig zorg, maatschappelijke en/of aanpalende diensten aanbiedt aan burgers. Van beroepsmatig aanbod is in geval van een zelfstandige zonder personeel sprake indien de dienstverlener als zelfstandige staat ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en daarnaast uit overige feiten en omstandigheden blijkt dat de dienstverlener als een ondernemer kan worden aangemerkt beschikt over een Verklaring arbeidsrelatie wuo of dga; of

    • b.

      tarief voor particuliere inzet:

Particuliere inzet betreft de inzet die niet wordt geleverd door een professionele dienstverlener zoals beschreven onder a. Onder particuliere inzet wordt mede begrepen inzet door het sociaal netwerk.

3.De hoogte van het pgb-tarief in geval van beschermd wonen door een professionele dienstverlener zoals genoemd in het tweede lid onder a is gelijk aan het pgb-zzp GGZ-c tarief 2014 zoals dat voor cliënt gold dan wel zou hebben gegolden, te vermeerderen een toeslag huishoudelijke hulp ad

€ 2.730,00 op jaarbasis.

4.De hoogte van het pgb voor beschermd wonen bij particuliere inzet bedraagt het tarief zoals genoemd in het derde lid minus 20%. De toeslag huishoudelijke hulp wordt niet verstrekt in geval van particuliere inzet.

N.B.:

Aanpassing van toelichting bij artikel 4.7 is niet nodig nu in de toelichting bij dit artikel een verwijzing staat naar art. 4.5

Naar boven