wijziging van de Verordening rekenkamercommissie Dordrecht (1e wijziging)

 

Nr. 1437014

 

 

De RAAD van de gemeente Dordrecht;

 

gezien het voorstel van het presidium van 25 juni 2015, kenmerk 1437014;

 

gelet op artikel 81oa Gemeentewet;

 

 

B E S L U I T :

 

 

vast te stellen de navolgende

wijziging van de Verordening rekenkamercommissie Dordrecht (1e wijziging)

Artikel I Wijziging verordening

De Verordening rekenkamercommissie Dordrecht wordt als volgt gewijzigd.

A.

Artikel 1 sub k komt te luiden:

Bureau rekenkamercommissie: het bureau bestaande uit een onderzoeker, een ambtelijk secretaris en een secretariaat, dat de werkzaamheden van de rekenkamercommissie ondersteunt.

 

B.

Artikel 3 lid 4 wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

C.

Lid zes vervalt onder vernummering van leden zeven tot en met tien tot zes tot en met negen.

 

D.

Artikel 3 lid 6 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

Aan het einde van zin wordt toegevoegd: 'voor een periode van vier jaar'.

 

E.

Artikel 3 lid 7 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

F.

Artikel 3 lid 8 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

G.

Artikel 3 lid 9 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

H.

Artikel 7 lid 1 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    De rekenkamercommissie wordt ondersteund door het bureau rekenkamercommissie.

  •  

I.

Na artikel 7 lid 1 wordt een lid ingevoegd, onder vernummering van leden 2 tot en met 5 tot 3 tot en met 6.

2. De formatie van het bureau rekenkamercommissie is niet groter dan waarmee het presidium heeft ingestemd en het budget is niet hoger dan hetgeen hiervoor in de begroting is opgenomen.

 

J.

Artikel 7 lid 3 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

K.

Artikel 7 lid 4 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

L.

Artikel 7 lid 5 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

en vervalt de laatste zin.

 

M

Artikel 9 lid 3 wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'oktober' vervangen door 'november'.

 

N

Artikel 9 lid 4 wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'Adviescommissie' vervangen door 'commissie'

 

O

Na artikel 9 lid 7 wordt een lid toegevoegd, luidende:

8. De raad kan de rekenkamercommissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De rekenkamercommissie bericht binnen een maand of en in hoeverre aan dat verzoek zal worden voldaan. Indien de rekenkamercommissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

 

P.

Artikel 10 lid 7 komt te luiden:

7. Voor de uitvoering van het onderzoek schakelt de rekenkamercommissie, met inachtneming van het beschikbare budget, naast de onderzoeker van het bureau rekenkamercommissie ook externe personen of bureaus in.

 

Q.

Artikel 10 lid 8 komt te luiden:

8. De rekenkamercommissie stelt degenen wier taakuitoefening (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest en het college in de gelegenheid om binnen twee weken schriftelijk te reageren op de concept-nota van bevindingen.

De rekenkamercommissie kan bepalen dat ook anderen in de gelegenheid worden gesteld om binnen twee weken schriftelijk te reageren op de concept-nota van bevindingen. Na vaststelling door de rekenkamercommissie van de nota van bevindingen wordt een bestuurlijke nota met conclusies en aanbevelingen door de rekenkamercommissie opgesteld. De bestuurlijke nota van bevindingen wordt aan het college gestuurd voor een schriftelijke reactie binnen vier weken. Het college deelt tenminste mee in zijn bestuurlijke reactie:

a. Welke conclusies en aanbevelingen worden gedeeld.

b. De motivering indien conclusies en aanbevelingen niet worden gedeeld.

 

R.

Artikel 10 lid 9 komt te luiden:

9. Na vaststelling door de rekenkamercommissie worden het onderzoeksrapport, de nota van conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport en een nawoord en een raadsadvies van de rekenkamercommissie zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

 

S.

In artikel 10 wordt, onder vernummering van lid 11 tot lid 13, twee leden ingevoegd, luidende:

11. Het college stelt binnen zes weken na besluitvorming door de raad over de aanbevelingen van de rekenkamercommissie een plan van aanpak op over de implementatie van de raadsbesluiten.

12. Het college rapporteert jaarlijks, bij de jaarstukken, aan de raad over de stand van zaken van de uitvoering van de raadsbesluiten die genomen zijn naar aanleiding van rekenkamercommissierapporten.

 

T.

Artikel 10 lid 13 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

U.

Artikel 11 lid 1 komt te luiden:

1.De raad neemt jaarlijks in de begroting een budget op voor de kosten van de rekenkamercommissie.

 

V.

Artikel 11 lid 2 komt te luiden:

2.Als de rekenkamercommissie buiten het vastgestelde budget een extra onderzoek wil doen, dient zij hiertoe uiterlijk in maart een aanvraag in bij het presidium voor het daaropvolgende jaar voor een incidenteel extra budget.

 

W.

Artikel 11 lid 4 wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

X.

Artikel 11 lid 5 aanhef komt als volgt te luiden:

5. Ten laste van het in lid 2 genoemde budget van de rekenkamercommissie worden de kosten gebracht van:

 

Y.

In artikel 11 lid 5 sub a vervallen de woorden 'en zo nodig de kosten van de rechtsvoorganger'.

 

Z.

In artikel 11 lid 5 sub b wordt het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

AA.

In artikel 11 lid 5 sub c vervalt het woord 'eventueel'.

 

BB.

Artikel 12 lid 1 komt te luiden:

1. Het presidium kan namens de raad de onderzoeker van het bureau rekenkamercommissie op verzoek van andere gemeenten belasten met het verrichten van rekenkameronderzoeken van die gemeenten.

 

CC.

Artikel 12 lid 3 wordt als volgt gewijzigd:

Het woord 'onderzoeksbureau' vervangen door 'bureau rekenkamercommissie'.

 

Artikel II Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Rekenkamercommissie Dordrecht (1e wijziging)".

Artikel III Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 september 2015.

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 30 juni 2015.

De griffier, De voorzitter,

M. van Hall A.A.M. Brok

- TOELICHTING –

Hieronder voor zover nodig een korte toelichting op de gewijzigde artikelen

 

Artikel 1

De definitie van 'onderzoeksbureau' is gewijzigd in 'bureau rekenkamercommissie' aangezien dit meer de lading dekt. De ambtenaren aangesteld voor de ondersteuning bestaan niet alleen uit onderzoekers.

 

Tevens is hierbij de samenstelling van het bureau rekenkamercommissie geregeld.

 

Artikel 3

In de oorspronkelijke verordening werd een specifieke datum genoemd tot wanneer de voorzitter en de leden zijn benoemd. Dit is gewijzigd in een meer algemene bepaling.

 

Artikel 7

In dit artikel wordt de ondersteuning van de rekenkamercommissie expliciet benoemd. De beperking dat deze ambtenaren niet voor een ander orgaan van de gemeente kunnen werken, is verwijderd.

 

Artikel 9

Het overzicht van 10 onderzoekswaardige onderwerpen wordt in plaats van in de maand oktober in de maand november verstuurd.

 

Aan dit artikel is verder de bepaling toegevoegd dat de raad een verzoek tot het instellen van een onderzoek kan doen. De onafhankelijkheid van de rekenkamercommissie blijkt onder andere uit het feit dat zij zelfstandig bepaalt welke onderzoeken er worden ingesteld. De rekenkamercommissie kan op verzoek van de raad een onderzoek instellen, maar is niet verplicht het verzoek van de raad in te willigen. Het verzoek van de raad wordt in artikel 182, tweede lid van de wet expliciet genoemd. Omdat deze mogelijkheid uitdrukkelijk in de wet is genoemd, wordt er een bepaald gewicht toegekend aan het verzoek van de raad. Indien de rekenkamercommissie niet voldoet aan een gemotiveerd verzoek van de raad zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

 

Artikel 10

De werkwijze van de rekenkamercommissie wordt hier nog explicieter benoemd.

 

Verder wordt in de verordening opgenomen de opvolging van raadsbesluiten door het college respectievelijk de verantwoording over de uitvoering van de raadsbesluiten door het college.

 

Artikel 11

De rekenkamercommissie wordt de mogelijkheid geboden om in bijzondere gevallen waarin het reguliere budget niet in voorziet een incidenteel extra budget te vragen aan de raad.

Naar boven