Gemeenteblad van Hulst
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hulst | Gemeenteblad 2016, 22436 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hulst | Gemeenteblad 2016, 22436 | Verordeningen |
Aanvullende regeling arbeidsvoorwaarden gemeente Hulst; treedt de dag na bekendmaking in werking, zulks met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2016.
Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Hulst;
besluiten vast te stellen de navolgende regeling:
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
1. de ambtenaar in de zin van artikel 1:1, eerste lid onder a van de CAR-UWO;
2. de werknemer als bedoeld in artikel 2:5:1, eerste lid van de CAR-UWO;
maandbedrag dat binnen de salarisschaal aan de ambtenaar is toegekend, naar evenredigheid van diens formele arbeidsduur;
salaristoelagen zoals bedoeld in paragraaf 3 van hoofdstuk 3 van de CAR-UWO;
het uurloon als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder o van de CAR-UWO;
de salarisschaal die bij een functie hoort;
een reeks maandbedragen als opgenomen in de bijlage bij hoofdstuk 3;
het maandbedrag in een salarisschaal;
het hoogste bedrag van een salarisschaal;
het geheel van werkzaamheden dat door de ambtenaar is te verrichten conform artikel 3:1 van de CAR-UWO;
het door burgemeester en wethouders op methodische wijze naar zwaarte rang ordenen van de functies;
de vertaling van de gevonden rangorde naar salarisschalen;
de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder k van de CAR-UWO;
werkzaamheden die de ambtenaar, voor wie de bijzondere werktijdenregeling geldt, in dienstopdracht verricht boven de feitelijke arbeidsduur per week;
weduwe, weduwnaar, geregistreerd partner van de overleden ambtenaar, of de ongehuwde partner die een samenlevingscontract had met de overleden ambtenaar;
In aanvulling op het bepaalde in artikel 3:1 van de CAR-UWO wordt binnen onze organisatie met ingang van 1 januari 2016 het HR21 functiewaarderingssysteem gebruikt.
Nadere uitwerking van het systeem is opgenomen in de Procedureregeling Functiebeschrijving en Functiewaardering gemeente Hulst.
Gelet op het gestelde in artikel 3:2 van de CAR-UWO gelden de volgende aanvullende bepalingen.
1. Een medewerker heeft recht op salaris vanaf de dag waarop het dienstverband van de medewerker
ingaat. Indien in het aanstellingsbesluit of de arbeidsovereenkomst geen ingangsdatum is opgenomen,
vangt het recht op salaris aan op de dag waarop de medewerker feitelijk werkzaamheden is gaan
2. Het salaris wordt gebaseerd op de gemiddelde arbeidsduur per week en wordt uitbetaald per maand.
3. Wanneer het salaris of een salaristoelage moet worden berekend over een gedeelte van een
kalendermaand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal
4. Het salaris of een salaristoelage van de ambtenaar met een onvolledige betrekking wordt vastgesteld
op een evenredig deel van het salaris of van de salaristoelage dat voor hem zou gelden bij een
5.Het recht op salaris eindigt in geval van ontslag met ingang van de dag waarop het einde van het
dienstverband ingaat, tenzij er sprake is van een uitzonderingssituatie als gevolg van artikel 16:1:2 van de CAR-UWO. Een dergelijke situatie wordt altijd voorgelegd aan het college van burgemeester en wethouders, waarbij er sprake is van onderbouwing van redenen die deze uitzondering rechtvaardigen.
1. In aanvulling op het gestelde in artikel 3:3 van de CAR-UWO geldt een aanloopschaal voor de
medewerker die nog niet voldoet aan de in zijn functiebeschrijving opgenomen functie-eisen.
2. De salarissen van de ambtenaren van wie het salaris niet of bij krachtens de wet is geregeld, worden
vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in bijlage II-a van de CAR-UWO.
3. In bedoelde bijlagen II-a zijn de tussenschalen 10A en 11A niet van toepassing voor de gemeente Hulst.
1. Burgemeester en wethouders bepalen met inachtneming van de resultaten van een
functiewaarderingsonderzoek en aan de hand van de vastgestelde conversie de voor de ambtenaar
geldende functionele salarisschaal.
Daarbij wordt voor de functie van de gemeentesecretaris een aantal uitgangspunten gehanteerd:
a. de functie van de gemeentesecretaris is per definitie de hoogste ambtelijke functie in de
b. de bepaling van de functionele salarisschaal van de gemeentesecretaris wordt zonder
methodische functiewaardering met inachtneming van een bovengrens vastgesteld, zijnde één
In aanvulling op het gestelde in artikel 3:4 van de CAR-UWO geldt ten aanzien van het toekennen van een salarisverhoging het volgende.
1. Een periodieke verhoging wordt toegekend aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt,
voor de eerste maal met ingang van de eerste dag van d maand waarin zijn aanstelling een jaar is verstreken en nadien telkens op 1 januari.
3. Het tijdstip waarop ingevolge het tweede lid van dit artikel een periodieke verhoging wordt toegekend,
kan worden vervroegd indien daartoe naar het oordeel van de werkgever aanleiding bestaat.
4. Een verhindering wegens ziekte als bedoeld in hoofdstuk 7 van de CAR-UWO is niet van invloed op het tijdstip van toekenning van periodieke salarisverhogingen.
5. Het bevoegd gezag kan de medewerker die volgens de recent opgemaakte personeelsbeoordeling goed of uitstekend functioneert meerdere periodieke verhogingen toekennen.
1. Het element coördinatie kan leiden tot een extra vorm van beloning. Het betreft hier specifieke
taakverzwarende werkzaamheden die in de vorm van een oplegprofiel aan de functie worden
2. Het oplegprofiel kan worden toegekend aan ambtenaren tot en met functieschaal 10. Voor wat
betreft de hogere salarisschalen wordt het oplegprofiel geacht begrepen te zijn in de functie en de
Het toekennen van het oplegprofiel voor de functieschalen één tot en met tien geschiedt op de
functieschaal, tenzij er sprake is van een uitloopschaal als bedoeld in artikel 15 of een persoonlijke
toelage. In dat geval wordt het oplegprofiel bovenop de uitloopschaal of functieschaal met inbegrip van
de persoonlijke toelage toegekend.
3. Bij de toepassing van het oplegprofiel wordt een beloning verstrekt van maximaal drie eindperiodieken
volgens de op de ambtenaar van toepassing zijnde functieschaal.
De aan het oplegprofiel verbonden beloning komt altijd als extra bij het salaris en de salaristoelagen. Dit
is ook het geval als de ambtenaar het maximum van de uitloopschaal heeft bereikt of een persoonlijke
De hoogte van de beloning voor het oplegprofiel is in het algemeen afhankelijk van de mate van
verantwoordelijkheid, het aantal betrokken personen, de duur, de tijdspanne en de zwaarte.
Verder is de hoogte van de beloning afhankelijk van de normfunctie waaraan het oplegprofiel wordt
toegevoegd en de daaraan verbonden functie-eisen.
Naarmate voor een normfunctie reeds een hoger werk- en denkniveau wordt gevraagd, mag het
functioneel leiding geven bij het oplegprofiel geacht worden onderdeel van de functie uit te
Afhankelijk van deze factoren vindt de beloning hiervoor als volgt plaats:
-één eindperiodiek van de functieschaal bij een lichte vorm van een oplegprofiel;
-twee eindperiodieken van de functieschaal bij een middelzware vorm van een oplegprofiel;
-drie eindperiodieken van de functieschaal bij een zware vorm van een oplegprofiel.
4. Het afdelingshoofd doet een voordracht voor de toepassing van het oplegprofiel coördinatie met een
1. Aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft
bereikt, kan op basis van ‘goed’ functioneren een extra salarisverhoging worden toegekend ter
grootte van één periodieke salarisverhoging. Indien dit samenvalt met de reguliere periodieke
salarisverhoging als bedoeld in artikel 3:4 van de CAR-UWO leidt dit in zijn totaliteit tot twee periodieke
2. Op basis van een beoordeling ‘uitstekend’ kan vervolgens nog één extra periodieke salarisverhoging
3. Het salaris kan daarbij niet hoger worden vastgesteld dan op het maximum van de functieschaal.
4. Bij de toepassing van lid 1 of 2 blijft het tijdstip waarop ingevolge het artikel 3:4 van de CAR-UWO en artikel 6 een salarisverhoging wordt toegekend onverlet,
Extra periodieke verhoging bij het behalen van een vakdiploma
1. Aan de ambtenaar, die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft
bereikt, wordt bij het behalen van een voor zijn functie van belang zijnde vakdiploma één extra
periodieke salarisverhoging toegekend.
In aanvulling op het gestelde in artikel 3:6 van de CAR-UWO geldt ten aanzien van de inpassing in een hogere schaal het volgende:
1. Bij bevordering naar een salarisschaal met een hoger maximumsalaris wordt voor de ambtenaar het
salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op het eerst hogere bedrag in die schaal, gelegen onmiddellijk
boven het salaris, dat de medewerker in die oude schaal zou hebben genoten. Indien deze bevordering tegelijkertijd plaatsvindt met een periodieke verhoging vindt eerst de periodieke verhoging plaats en
vervolgens de inschaling vanwege de bevordering.
2. Indien bij toepassing van het eerste lid van dit artikel het verschil tussen het oude salaris en het salaris in de nieuwe schaal minder dan 75% bedraagt van het verschil tussen het bedrag dat de medewerker
laatstelijk genoot en het naast hogere bedrag in de oude schaal dan volgt een extra periodieke verhoging.
3. Wanneer de in het tweede lid benoemde vergelijkingssystematiek niet mogelijk is omdat de
medewerker het maximum van de salarisschaal behorende bij zijn oude functie reeds had bereikt, dient
te worden vergeleken met het verschil tussen het bedrag behorende bij periodiek 10 en 11 in de oude schaal.
1. Aan de daartoe aangewezen medewerkers van de afdeling Realisatie&Beheer, welke belast zijn met het besturen van voertuigen, wordt bij schadevrij rijden
gedurende een periode van zes maanden een bruto premie toegekend van 5% van het bruto maandsalaris.
De van toepassing zijnde periodes lopen steeds van januari tot en met juni en van juli tot en met
2. Bij langdurige ziekte wordt de premie als bedoeld in lid 1 berekend naar rato van het aantal gewerkte volle maanden in betrokken periode.
De ambtenaar die zitting heeft op een stembureau, ontvangt daarvoor een bruto vergoeding van € 300,00 per dag.
De badmeesters ontvangen gedurende de openingsmaanden van het zwembad een bruto toelage van € 12,-- per maand voor de aanschaffing van werkkleding.
Afbouwtoelage bij wegvallen toelage onregelmatige dienst en/of toelage bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst
1. De afbouwtoelage zoals bedoeld in artikel 3:16 van hoofdstuk 3 van de CAR-UWO en de artikelen 11 en 12 uit deze regeling, gaat over in een blijvende toelage
wanneer de ambtenaar de leeftijd van 60 jaar bereikt en hij onmiddellijk voor de aanvang van de afbouwtoelage gedurende tenminste 10 jaren zonder
wezenlijke onderbreking een toelage -als bedoeld in artikel 3:16 van de CAR-UWO en de artikelen 11 en 12 uit deze regeling- heeft genoten.
2. In afwijking van lid 1 wordt onder wezenlijke onderbreking bij de toelage onregelmatige diensten voor badmeesters verstaan een onderbreking van langer dan acht maanden.
1. De ambtsjubileumgratificatie ingevolge artikel 3:19 van de CAR-UWO gemeente Hulst wordt verdubbeld
indien de desbetreffende diensttijd geheel in dienst van de gemeente Hulst is doorgebracht.
2. De regeling als bedoeld in lid 1 geldt eveneens voor die ambtenaren, die al dan niet na een eerdere
betrekking bij de overheid 25 of 40 jaar in dienst zijn van de gemeente Hulst, inclusief de voormalige
gemeente Hontenisse en de voormalige dienst Centraal Bouw- en Woningtoezicht en Gemeentewerken
Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, treffen burgemeester en wethouders een bijzondere regeling.
De algemene salarismutaties voor de sector gemeenten, zoals die in Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden worden overeengekomen, zijn wat betreft het percentage en ingangsdatum van overeenkomstige toepassing op de bedragen genoemd in deze regeling.
1. Het bepaalde in lid 2 tot en met 5 is niet van toepassing voor de ambtenaren die voor het eerst vanaf
2 december 2008 bij de gemeente Hulst in een tijdelijk of in een vast dienstverband worden benoemd
(lees nieuwe ambtenaren) en voor ambtenaren die reeds werkzaam zijn bij de gemeente Hulst, maar die na voornoemde datum in een hogere functie worden benoemd
dan wel na voornoemde datum in een functie met een hoger functieniveau worden ingepast.
2. Alleen de ambtenaren die op 1 december 2008 in een tijdelijk of in een vast dienstverband werkzaam
zijn bij de gemeente Hulst kunnen rechten ontlenen aan hun op voornoemde datum geldende functie
verbonden salaris en het daarbij behorende salarisperspectief, waaronder de bepalingen voor
bevordering naar de uitloopschaal zoals genoemd in lid 2 tot en met 5.
3. De ambtenaar die het maximum salaris van de voor hem geldende functieschaal, vastgesteld op basis van functiewaardering, heeft bereikt en die voldoet aan de
gestelde voorwaarden in lid 5, wordt bevorderd naar de uitloopschaal.
Schaal 13 en hoger kennen geen uitloopmogelijkheid voor een bevordering naar de uitloopschaal.
4. Hantering van de uitloopschaal geschiedt volgens de bedragen zoals opgenomen in de bijlage II-a van de CAR-UWO.
5. Instroming in de uitloopschaal vindt plaats op basis van een personeelsbeoordeling, indien de ambtenaar:
- de functie op normale wijze vervult, dit blijkens een beoordeling ‘normaal’;
- twaalf maanden heeft doorgebracht op het maximum salaris verbonden aan de functionele schaal.
6. De bepaling van de omvang van de eerste periodiek in de uitloopschaal geschiedt volgens de
systematiek als bedoeld in artikel 10, lid 2 en deze bedraagt tenminste 75% van de waarde van de
laatste periodiek van de functionele schaal.
7. Bij indeling in een aanloop- of garantieschaal of bij rechten op een herplaatsingstoelage van het
Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds / Uitvoeringsinstituut WerknemersVerzekeringen is toekenning van een uitloopschaal niet mogelijk.
Als afdelingshoofd c.q. leidinggevende in het kader van deze regeling treden op de functionarissen, die daartoe door het college zijn aangewezen.
De te nemen besluiten in het kader van deze aanvullende regeling arbeidsvoorwaarden gemeente Hulst vinden plaats door of namens het college van burgemeester en wethouders.
Op basis van een mandaatregeling kunnen met name genoemde zaken in het kader van deze regeling worden gemandateerd aan een lid van de directie of een afdelingshoofd.
1. Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2016 onder intrekking van de ‘Bezoldigingsverordening
2. Indien de inwerkingtreding van deze regeling ertoe leidt dat aanspraken van individuele ambtenaren in neerwaartse zin worden bijgesteld, vindt overleg plaats over de gevolgen daarvan.
Vastgesteld in de vergadering van 1 februari 2016.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-22436.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.