Privacyregeling Jeugdhulp Zwartewaterland

Het gemeentebestuur van Zwartewaterland

en

Het bevoegd gezag van:

Bureau Jeugdzorg Overijssel;

GGD IJsselland, Jeugdgezondheidszorg 0 - 19;

Mee IJsseloevers;

Stichting de Kern, maatschappelijke dienstverlening;

Stichting Kadera;

Dimence Jeugd GGZ;

AndersOm Thuisbegeleiding BV;

Hierna te noemen de partners

Gelet op de wet – en regelgeving die van toepassing is:

Artikel 8 EVRM, artikel 10 Grondwet en artikel 272 Wetboek van Strafrecht;

Wet bescherming persoonsgegevens;

Wet maatschappelijke ondersteuning;

Wet op de jeugdzorg, alsmede de Jeugdwet die op 1 januari 2015 in de plaats treedt voor de Wet op de jeugdzorg; 

Wet inzake de geneeskundige behandelingsovereenkomst;

Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg;

Beroepscode van de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers;

Gedragscode van het Nederlands Instituut voor Psychologen;

Gedragscode van de Nederlandse Vereniging van Onderwijskundigen en Pedagogen;

Handreiking Bemoeizorg van KNMG, GGD Nederland en GGZ Nederland;

De privacyreglementen van de partners;

Aanleiding voor deze regeling,

Het beleid inzake jeugdhulp van de gemeente Zwartewaterland is gericht op:

• Voorkomen en vroeg signaleren van opgroei – en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen bij jeugdigen;

• Versterken van het opvoedkundig klimaat in gezinnen, wijken, scholen, kinderopvang en peuterspeelzalen;

• Bevorderen van opvoedvaardigheden van ouders;

• Inschakelen, herstellen en versterken van eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen van jeugdigen, zijn ouders en hun sociale omgeving;

• Bevorderen van de veiligheid van jeugdigen in de opvoedsituatie waarin zij opgroeien;

• Integrale hulp bieden aan jeugdigen en hun ouders indien er sprake is van multi problematiek en

• Het tot stand brengen en uitvoeren van gezinsplannen en het op basis daarvan bieden van jeugdhulp bij opgroei – en opvoedproblemen, psychische problemen en stoornissen.

Ter uitvoering van dit gemeentelijk beleid werken de partners intensief samen in het bieden van integrale jeugdhulp en van andere vormen van ondersteuning die goed aansluiten bij de vragen van jeugdigen en hun ouders en die ook een appel doen op hun eigen oplossend vermogen en het oplossend vermogen van de sociale omgeving.  

Voor  het bieden van deze integrale jeugdhulp is het noodzakelijk dat de partners persoonsgegevens van jeugdigen en hun ouders verwerken.

Voor een rechtmatige en zorgvuldige verwerking van persoonsgegevens achten de partners het noodzakelijk de verwerking van persoonsgegevens in een regeling vast te leggen.

De partners stellen de volgende privacyregeling vast

  Artikel 1 Begripsbepalingen

agendadeelnemer: instelling of vrij gevestigde beroepskracht die geen partner is, ad hoc deel neemt aan een MDO in verband met zijn professionele betrokkenheid bij de jeugdige en zijn ouders, of in verband met zijn expertise en die in verband met zijn deelname aan het MDO de Privacyverklaring Jeugdhulp Zwartewaterland heeft ondertekend;

beheerder: degene die, onder verantwoordelijkheid en op aanwijzing van de verantwoordelijke, de dagelijkse zorg heeft voor het beheer van de gegevens die in het bestand zijn opgenomen, zijnde de beleidsmedewerker van de gemeente die het CJG team aanstuurt;

bestand: de verzameling persoonsgegevens van de jeugdige en zijn ouders, dat het CJG vastlegt met het oog op het bieden van integrale jeugdhulp;

betrokkene: de persoon op wie een persoonsgegeven betrekking heeft;

casusregisseur: zorgprofessional die op casusniveau bewaakt dat het gezinsplan dan wel het plan van aanpak wordt uitgevoerd, zijnde een lid van het CJG team of een andere agendadeelnemer;

CJG: Centrum voor Jeugd en Gezin in de gemeente Zwartewaterland;

CJG team: beroepskrachten van: GGD IJsselland Jeugdgezondheidszorg 0 – 19, De Kern maatschappelijke dienstverlening, MEE IJsseloevers, de dienst Leerplicht, Stichting Kadera; Dimence Jeugd GGZ; AndersOm Thuisbegeleiding BV; die gezamenlijk de kerntaken van het CJG uitvoeren: verlenen van toegang tot de jeugdhulp, bieden van jeugdhulp en het voeren van casusregie, dan wel het aanwijzen van een externe casusregisseur;

CJG team: CJG team, dan wel Zorg - en adviesteam;

CJG zorgregisseur: de functionaris die in opdracht van de gemeente de procesregie voert in geval van complexe en meervoudige hulpvragen of zodanige problematiek en die zo nodig in verband hiermee een MDO organiseert;

expertiseteam: team, bestaande uit: de CJG zorgregisseur, een intakemedewerker, een spv-er  en een gz psycholoog van Dimence, dat desgevraagd advies geeft aan het CJG team, aan het Zorg - en adviesteam of aan het MDO over  de jeugdhulp aan een jeugdige en zijn ouders;

gezinsplan: plan van aanpak dat door de zorg- of casusregisseur ouders en zo mogelijk met de jeugdige en zo nodig samen met hun sociale omgeving is opgesteld;

huiselijk geweld: lichamelijk, geestelijk of seksueel geweld of bedreiging daarmee door iemand uit de huiselijke kring;

jeugdhulp: jeugdhulp als bedoeld in artikel 1.1 in de Jeugdwet;

kindermishandeling: elke vorm van een voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend, of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel;

minderjarige: persoon tot achttien jaar;

MDO: multidisciplinair overleg van partners zo nodig aangevuld met agendadeelnemers op uitnodiging en onder leiding van de CJG zorgregisseur, in verband met een complexe of meervoudige hulpvraag;

ondersteuning: andere vormen van hulp dan jeugdhulp, geboden aan de jeugdige en zijn ouders, gericht op het voorkomen en wegnemen van belemmeringen in een onbedreigde ontwikkeling van jeugdigen naar volwassenheid;

partner: gemeentebestuur of instelling die dit reglement heeft ondertekend en zich daarmee bindt aan de bepalingen van deze privacyregeling;

persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijk persoon;

plan van aanpak: beschrijving van de wijze waarop de hulpvraag dan wel de problemen van de jeugdige en zijn gezin zullen worden aangepakt, waarin ook wordt omschreven welk aandeel de jeugdige en zijn ouders zelf hebben in de aanpak en of en zo ja welk aandeel de sociale omgeving daarin heeft;

sociale omgeving: familieleden, vrienden en andere personen met wie de jeugdige en zijn ouders zich verbonden voelen;

verantwoordelijke: verantwoordelijke in de zin van de Wet bescherming persoonsgegevens zijnde B&W van de gemeente Zwartewaterland;  

verwerking van persoonsgegevens: elke handeling, of elk geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens, waaronder in ieder geval het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van terbeschikkingstelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van gegevens;

verwijzer: de instelling of beroepskracht die de jeugdige en zijn ouders aanmeldt bij het CJG  in verband met hun hulpvraag of hun problematiek;

wettelijk vertegenwoordiger: de ouder van de minderjarige die het gezag over hem uitoefent, of indien er geen ouder is die het gezag uitoefent, de voogd van de minderjarige die het gezag over hem uitoefent;

Zorg - en adviesteam: het team dat op scholen, peuterspeelzalen en kinderopvangcentra de toegang vormt tot de jeugdhulp, ondersteuning biedt, casusregie voert en beoordeelt of in verband met de complexiteit of meervoudigheid van de hulpvraag opschalen naar de zorgregisseur aan de orde is. Dit team bestaat uit de intern begeleider van de school, de CJG jeugdverpleegkundige en op afroep de CJG intakemedewerker.;

• 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 2 Doel van de gegevensverwerking

Doel van de verwerking van persoonsgegevens op basis van deze regeling is het bieden van laagdrempelige en integrale jeugdhulp aan jeugdigen en hun ouders in de gemeente Zwartewaterland.   

Artikel 3 Toepassingsgebied

• 1. Deze regeling is van toepassing op de verwerking van persoonsgegevens in verband met het gezamenlijk bieden van jeugdhulp aan jeugdigen en hun ouders door de partners.

• 2. Deze regeling betreft iedere vorm van verwerking van de in lid 1 genoemde persoonsgegevens, ongeacht of deze gegevens op papier, via e mail of anderszins digitaal of door middel van foto, video of audio worden verwerkt.  

Artikel 4 Verantwoordelijkheden van het gemeentebestuur

• 1. Het college van B&W van de gemeente Zwartewaterland ziet er als verantwoordelijke in de zin van de Wet bescherming persoonsgegevens op toe dat:

• 1. deze regeling wordt nageleefd evenals alle overige wettelijke verplichtingen met betrekking tot de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van jeugdigen en hun ouders;

• 2. er voorzieningen worden getroffen ter bevordering van de juistheid en de volledigheid van de persoonsgegevens die worden verwerkt;

• 3. ten aanzien van de beveiliging van persoonsgegevens afdoende maatregelen worden genomen;

• 4. uitsluitend de voor het doel zoals omschreven in artikel 2 persoonsgegevens worden verwerkt en dat deze gegevens niet langer worden bewaard dan noodzakelijk;

• 5. de verwerking van persoonsgegevens op grond van deze regeling wordt aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens.

 Artikel 5 Verantwoordelijkheid van (de beroepskrachten van) de partners

• 1. Ieder die op grond van deze regeling bevoegd is persoonsgegevens te verwerken, draagt er bij het vastleggen, bespreken of verstrekken van persoonsgegevens van jeugdigen en hun ouders zorg voor dat hij:

• niet meer persoonsgegevens verstrekt dan noodzakelijk is dan voor zorgvuldige jeugdhulp nodig is;

• feiten en interpretaties van feiten van elkaar scheidt;

• de bron noemt als hij ook feiten of interpretaties van feiten verstrekt die afkomstig zijn van derden;

• in geval van interpretaties de feiten beschrijft waarop de interpretatie is gebaseerd;

• diagnoses alleen verstrekt indien zij afkomstig zijn van een bevoegde professional

• de bepalingen van deze regeling naleeft, in het bijzonder ook de geheimhoudingsplicht zoals omschreven in artikel 20, evenals de instructies die hem door of namens de verantwoordelijken gegeven worden in verband met de beveiliging van de persoonsgegevens die op basis van deze regeling worden verwerkt,

• II. INFORMEREN EN TOESTEMMING VRAGEN

Artikel 6 Informeren van de jeugdige en zijn ouders en het vragen van toestemming

1.  Het lid van het CJG team dat, in verband met de jeugdhulp die hij biedt, contact heeft met de jeugdige en zijn ouders, draagt er zorg voor dat zij zo spoedig mogelijk worden geïnformeerd over de verwerking van hun persoonsgegevens door het CJG team. Het lid van het CJG team beschrijft welke gegevens worden vastgelegd, met welk doel dit gebeurt, welke rechten de jeugdige en zijn ouders kunnen uitoefenen ten aanzien van de verwerking van hun gegevens en tot wie zij zich voor de uitoefening van deze rechten kunnen  wenden. Ook beschrijft het CJG team de samenstelling en de werkwijze van het CJG team dat hen jeugdhulp biedt.

2. Nadat het CJG team de jeugdige en zijn ouders heeft geïnformeerd zoals beschreven in lid 1 en lid 2, vraagt het CJG team de jeugdige en zijn ouders om toestemming voor de verwerking van zijn gegevens binnen het team. Daarbij zijn de leeftijdsgrenzen van artikel 19 van toepassing.

Artikel 7 Overleg in aanwezigheid van de ouders

1. Indien het CJG team besluit om in het team overleg te voeren over de hulpvraag van de jeugdige en/of zijn ouders, beoordeelt het team of het mogelijk en gewenst  is om de jeugdige en/of zijn ouders daarbij aanwezig te laten zijn. Indien het team oordeelt dat dit mogelijk en gewenst is, worden de jeugdige en zijn ouders voor dit overleg uitgenodigd.  

Artikel 8 Toestemming voor het verstrekken van persoonsgegevens van de jeugdige en zijn ouders aan anderen die niet tot het CJG team behoren

• 1. Het CJG team vraagt vooraf toestemming aan de jeugdige en zijn ouders voor het verstrekken van persoonsgegevens aan ieder ander die geen deel uit maakt van het CJG team zoals:

• personen uit de sociale omgeving van de jeugdige en zijn ouders,

• de deelnemers aan het MDO;

• instellingen die andere vormen van ondersteuning aan de jeugdige en/ of zijn ouders bieden’;

• instellingen die een of meer delen van het gezinsplan of het plan van aanpak uit (gaan) voeren.

• 2. De toestemming zoals bedoeld in lid 1 wordt gevraagd nadat de jeugdige en zijn ouders zijn geïnformeerd over:

• het doel van de verstrekking,

• de persoon of instelling aan wie de gegevens worden verstrekt, en

• de aard en de inhoud van de gegevens die zullen worden verstrekt.

• 3. Bij het vragen van toestemming zijn de leeftijdsgrenzen van artikel 19 van toepassing.

• Indien de toestemming van de jeugdige en zijn ouders schriftelijk is gegeven, wordt deze vastgelegd in het bestand. Is de toestemming mondeling gegeven, dan maakt het CJG team daarvan een aantekening in het bestand waaruit blijkt voor welke gegevensverstrekking de jeugdige en zijn ouders toestemming hebben gegeven en op  welke datum dit is gebeurd.

Artikel 9 Verstrekken van persoonsgegevens van de jeugdige en zijn ouders aan anderen zonder hun toestemming

1. Stelt een lid van het CJG team vast dat:

- een jeugdige en/of zijn ouders mogelijkerwijs in een zeer ernstige situatie verkeren;

- in verband met de ernst van de situatie en de vitale belangen van de jeugdige en zijn ouders die aan de orde zijn;

- de jeugdige en/of zijn ouders dringend zijn aangewezen op behandeling, zorg, onderzoek of een andere interventie;

- ondanks inspanningen van het CJG team het niet mogelijk is om de toestemming van de jeugdige en zijn ouders voor de noodzakelijke verstrekking van persoonsgegevens te vragen of te krijgen, dan kan het CJG team besluiten om, ondanks het ontbreken van toestemming van de jeugdige en zijn ouders, toch persoonsgegevens van hem te verstrekken aan een of meer anderen die geen deel uit maken van het CJG team. Het CJG team kan hiertoe besluiten indien het tot het oordeel komt dat deze verstrekking van gegevens redelijkerwijs er toe zal leiden dat de ernst van de situatie wordt verminderd en de vitale belangen van de jeugdige en zijn ouders die in verband met deze situatie aan de orde zijn, zullen worden beschermd.

2 Over een verstrekking van gegevens zoals bedoeld in lid 1 voert het CJG team vooraf overleg met de CJG zorgregisseur.  

3.  Het besluit zoals bedoeld in lid 1 en 2 wordt vastgelegd in het bestand met daarbij de redenen die tot het besluit hebben geleid.

4.  De jeugdige en zijn ouders worden zo spoedig mogelijk over de verstrekking van zijn gegevens mondeling of schriftelijk geïnformeerd. Het informeren van de jeugdige en zijn ouders kan uitsluitend worden uitgesteld indien en voor zover er concrete aanwijzingen zijn om aan te nemen dat de veiligheid van de jeugdige en zijn ouders, van het CJG team, of die van anderen, door dit infomeren kan worden bedreigd.

5.  De bepalingen van dit artikel zijn eveneens van toepassing op de CJG zorgregisseur  indien hij meent dat het noodzakelijk is om zonder toestemming gegevens van een jeugdige en zijn ouders aan een ander die geen deel uit maakt van het CJG team te verstrekken. Over de noodzaak van deze verstrekking raadpleegt de CJG zorgregisseur vooraf een ander lid van het expertiseteam.

Artikel 10 Verwerken van persoonsgegevens in verband met zorgcoördinatie  en MDO

• 1. Indien het CJG team meent dat het zelf de hulpvraag of de problematiek van de jeugdige en zijn ouders niet in voldoende mate kan aanpakken, omdat deze hulpvraag of problematiek te complex of te meervoudig is, schakelt het team de CJG zorgregisseur  in om de procesregie te voeren en om te beoordelen of het noodzakelijk is een MDO te organiseren. De CJG zorgregisseur voert daartoe overleg met de CJG medewerker van het CJG team en met de jeugdige en zijn ouders en heeft  toegang tot de persoonsgegevens die in verband met de hulpvraag en de problematiek in het bestand zijn vastgelegd.

• 2. Indien de CJG zorgregisseur meent dat een MDO noodzakelijk is, bespreekt de zorgregisseur dit met de jeugdige en zijn ouders, vraagt hen toestemming voor het MDO en nodigt hen uit hierbij aanwezig te zijn.

• 3. De CJG zorgregisseur nodigt voor het MDO de partners en agendadeelnemers uit die in verband met hun professionele betrokkenheid bij de jeugdige en zijn ouders en/of in verband met hun expertise een bijdrage kunnen leveren aan de analyse van de meervoudige en complexe problematiek en/of bij het vaststellen en uitvoeren van het plan van aanpak.  

• 4. De CJG zorgregisseur verstrekt in het overleg de persoonsgegevens van de jeugdige en zijn ouders die noodzakelijk zijn voor een zorgvuldige analyse van de hulpvraag of de problematiek en voor het vaststellen en uitvoeren van een plan van aanpak.

• 5. De CJG zorgregisseur legt de analyse van de problematiek of de hulpvraag en het plan van aanpak vast in het bestand.

• 6. De CJG zorgregisseur wijst een casusregisseur aan, die toeziet op de naleving van de afspraken in het gezinsplan.

Artikel 11 Verstrekken van gegevens van een jeugdige en zijn ouders in verband met signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

• 1. In geval van signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling volgt het CJG team de stappen van de Wet Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling.  

• 2. Indien het Advies – en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) of het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG)[1] het CJG team benadert in verband met onderzoek naar een melding van signalen van kindermishandeling of huiselijk geweld, kan de beroepskracht, zo nodig zonder toestemming van de jeugdige en zijn ouders, de voor de taakuitoefening van het AMK of het SHG noodzakelijke persoonsgegevens van de jeugdige en zijn ouders verstrekken. Over deze verstrekking worden de jeugdige en zijn ouders geïnformeerd tenzij er concrete aanwijzingen zijn dat door deze informatie de veiligheid van de jeugdige, zijn ouders, beroepskrachten of die van anderen kan bedreigen.

• 3. Contacten met het AMK of het SHG zoals bedoel in lid 1 en in lid 2 worden vastgelegd in het bestand.

• 4. De bepalingen van dit artikel zijn eveneens van toepassing op de CJG zorgregisseur.

Artikel 12 Een melding in de verwijsindex risicojongeren

• 1. Het CJG team kan een jeugdige tot 23 jaar, zo nodig zonder toestemming van de jeugdige en zijn ouders, melden in de verwijsindex risicojongeren indien er een  redelijk vermoeden is dat de jeugdige in de noodzakelijke condities voor een gezonde en veilige ontwikkeling naar volwassenheid daadwerkelijk wordt bedreigd door een van de volgende risico’:s

• de jeugdige staat bloot aan geestelijk, lichamelijk of seksueel geweld, enige andere vernederende behandeling, of verwaarlozing;

• de jeugdige heeft meer of andere dan bij zijn leeftijd normaliter voorkomende psychische problemen, waaronder verslaving aan alcohol, drugs of kansspelen;

• de jeugdige heeft meer dan bij zijn leeftijd normaliter voorkomende ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen;

• de jeugdige is minderjarig en moeder of zwanger;

• de jeugdige verzuimt veelvuldig school of een andere onderwijsinstelling, dan wel verlaat die voortijdig of dreigt die voortijdig te verlaten;

• de jeugdige is niet gemotiveerd om door legale arbeid in zijn levensonderhoud te voorzien;

• de jeugdige heeft meer of andere dan bij zijn leeftijd normaliter voorkomende financiële problemen;

• de jeugdige heeft geen vaste woon – of verblijfplaats;

• de jeugdige is een gevaar voor anderen door lichamelijk of geestelijk geweld of ander intimiderend gedrag;

• de jeugdige laat zich in met activiteiten die strafbaar zijn gesteld;

• de ouders of andere verzorgers van de jeugdige schieten ernstig tekort in de verzorging of opvoeding van de jeugdige;

• de jeugdige staat bloot aan risico’s die in bepaalde etnische groepen onevenredig vaak voorkomen.

• 2. In geval van een melding zoals bedoeld in lid 1 worden naast het burger servicenummer van de jeugdige uitsluitend de volgende gegevens in de verwijsindex opgenomen:

  • de identiteit en de contactgegevens van het lid van het CJG team dat de melding doet;

  • de datum en het tijdstip van de melding;

  • de datum en de tijd waarop op grond van artikel 2n tweede lid onder a Wet op de jeugdzorg, de gegevens over de melding uit de verwijsindex zullen worden verwijderd.

• 3. Over een melding en de risico’s die aanleiding vormen voor de melding, voert de beroepskracht die de melding wil gaan doen, zo mogelijk vooraf, overleg met de jeugdige vanaf twaalf jaar en met zijn ouders, als de jeugdige  nog geen zestien jaar oud is.

• 4. Op het voeren van overleg na de melding met een of meer beroepskrachten die eveneens een melding hebben gedaan en geen deel uit maken van het CJG team zijn de artikel 8 en 9  van toepassing.

[1] Vanaf 1 januari 2015 werken het AMK en het SHG samen in het Advies – en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK), ook wel Veilig Thuis genaamd.

• III. HET BESTAND VAN HET CJG

Artikel 13 Vastleggen, bewaren en vernietigen van persoonsgegevens van de jeugdige en zijn ouders

• 1. Het CJG team, de casusregisseur en de CJG zorgregisseur leggen in het bestand van het CJG de persoonsgegevens van de jeugdige en zijn ouders vast die noodzakelijk zijn voor zorgvuldige jeugdhulp en andere ondersteuning aan de jeugdige en zijn ouders. Daaronder worden in ieder geval verstaan:

• de NAW – gegevens en het burger service nummer van de jeugdige en zijn ouders;

• voor zover relevant, de samenstelling van het gezin van de jeugdige en zijn ouders en zo nodig de NAW gegevens van een of meer andere gezinsleden;

• voor zover relevant de NAW gegevens van de leden van de sociale omgeving van de jeugdige en zijn ouders;

• de naam en de contactgegevens van het lid van het CJG team dat als casusregisseur optreedt;

• de doelen die de jeugdige en zijn ouders met de hulp willen bereiken, het gezinsplan of het plan van aanpak, de namen en contactgegevens van de beroepskrachten en van anderen die rechtstreeks betrokken zijn bij de uitvoering van dit plan;

• gegevens over de uitvoering, de wijziging of aanvulling en de mogelijke stagnaties in de uitvoering van het gezinsplan of het plan van aanpak;

• indien van toepassing het verleningsbesluit voor niet vrij toegankelijke jeugdhulp, alsmede het type jeugdhulp dat wordt verleend en de naam en de contactgegevens van de instelling of de beroepskracht die jeugdhulp verleent;

• de adviezen die desgevraagd in een casus door het expertiseteam worden gegeven;

• Indien een CJG zorgregisseur  wordt ingezet: de interventies van de CJG zorgregisseur, de samenstelling van een MDO dat door de CJG zorgregisseur wordt georganiseerd, de probleemanalyse van het MDO en de uitkomsten van het MDO;

• de afsluiting van de jeugdhulp en de andere ondersteuning, het oordeel van de jeugdige en zijn ouders hierover en de resultaten die met de jeugdhulp en de overige ondersteuning zijn behaald.

• 2. De persoonsgegevens in het bestand worden vijftien jaar bewaard, te rekenen vanaf het jaar waarin de jeugdhulp is afgesloten, tenzij een langere bewaartermijn noodzakelijk is uit een oogpunt van goede jeugdhulp.

• 3. De beheerder draagt er zorg voor dat de gegevens zoals bedoeld in lid 2 na de bewaartermijn zoals genoemd in lid 2 zo spoedig mogelijk worden vernietigd,, of zodanig van identificerende kenmerken worden ontdaan dat zij redelijkerwijs niet langer zijn te herleiden tot een individuele persoon.

Artikel 14 Toegang tot de persoonsgegevens in het bestand

• 1. Voor zover noodzakelijk voor de taakuitoefening hebben uitsluitend toegang tot het bestand:

- de leden van het CJG team;

-  de CJG zorgregisseur;

- de casusregisseur;

- de leidinggevenden van het CJG team en van de CJG zorgregisseur;

-  degenen die zijn belast met de afhandeling van klachten over de geboden jeugdhulp

-  de verantwoordelijke.

2. De leden van het CJG team en de CJG zorgregisseur kunnen, voor zover noodzakelijk voor de taakuitoefening, gegevens uit het bestand verstrekken aan:

- het expertiseteam;

- het MDO;

- partners of andere instellingen die direct zijn betrokken bij de jeugdhulp of de andere vormen van ondersteuning aan de jeugdige en zijn ouders;

- functionarissen van de gemeenten in verband met de verlening en de financiering van de jeugdhulp en de andere vormen van ondersteuning en het afleggen van verantwoording over de jeugdhulp en de andere vormen van ondersteuning die zijn geboden. .

3.  Aan anderen dan de in lid 1 en 2 genoemde personen en instellingen worden uitsluitend persoonsgegevens uit het bestand verstrekt op grond van een wettelijke plicht of met de uitdrukkelijke toestemming van de jeugdige en zijn ouders.

•  IV. RECHTEN VAN BETROKKENEN

Artikel 15 Recht op informatie, inzage en afschrift

• 1. Iedere betrokkene heeft het recht zich schriftelijk tot de verantwoordelijke te wenden met het verzoek hem mede te delen of persoonsgegevens worden verwerkt die op hem betrekking hebben.

• 2. De verantwoordelijke deelt de betrokkene binnen vier weken mee of persoonsgegevens die op hem betrekking hebben, worden verwerkt.

• 3. Indien dit het geval is biedt de verantwoordelijke de betrokkene een volledig overzicht van de persoonsgegevens die zijn opgenomen in het bestand en die op hem betrekking hebben, het doel daarvan, alsmede een overzicht van de personen en instellingen aan wie de verantwoordelijke persoonsgegevens van de betrokkene heeft verstrekt en het doel van deze verstrekking(en).

• 4. Het informatierecht zoals in dit artikel omschreven kan worden geweigerd in het belang van:

  • a. de veiligheid van de Staat;

  • b. het voorkomen, opsporen en vervolgen van strafbare feiten;

  • c. gewichtige economische en financiële belangen van de Staat en van andere openbare lichamen;

  • d. het toezicht op de naleving van wettelijke voorschriften die zijn gesteld ten behoeve van de hier boven bedoelde belangen;

  • e. de bescherming van de betrokkene, of van de rechten en vrijheden van anderen.

• 5. De verantwoordelijke deelt de betrokkene zijn afwijzing op het verzoek binnen vier weken schriftelijk en met vermelding van de motieven voor de afwijzing mede.

Artikel 16 Correctierecht

• 1. Nadat de betrokkene op grond van artikel 15 kennis heeft genomen van de verwerking van zijn persoonsgegevens, kan hij de verantwoordelijke verzoeken de gegevens te verbeteren, aan te vullen, te verwijderen of af te schermen voor zover deze gegevens onjuist, onvolledig of niet ter zake dienend zijn voor het doel van de verwerking.

• 2. Is de betrokkene het niet eens met een oordeel dat over hem in het bestand is opgenomen, dan kan hij de verantwoordelijke verzoeken zijn eigen verklaring omtrent dit oordeel aan het bestand toe te voegen.

• 3. De verantwoordelijke reageert binnen vier weken na ontvangst van het verzoek schriftelijk en gemotiveerd op verzoeken zoals bedoeld in lid 1 en 2.

• 4. Mocht het verzoek om correctie leiden tot aanpassing of verwijdering van gegevens, dan dragen de verantwoordelijken er zorg voor dat deze aanpassing ook bekend wordt gemaakt aan derden die op grond van deze regeling kennis hebben genomen van deze persoonsgegevens.

Artikel 17 Vernietigingsrecht

• 1. De betrokkene heeft het recht zich schriftelijk tot de verantwoordelijke te wenden met het verzoek gegevens uit het bestand die op hem betrekking hebben te vernietigen.

• 2. In reactie op het verzoek van de betrokkene vernietigt de verantwoordelijke uiterlijk binnen drie maanden de gegevens die in het bestand zijn opgenomen en op de betrokkene betrekking hebben, tenzij het bewaren van deze gegevens van aanmerkelijk belang moet worden geacht voor een ander dan de betrokkene, of het vernietigen van de gegevens in strijd is met een wettelijke plicht of met verplichtingen die de verstrekker van de financiering van de hulp het CJG team heeft opgelegd in verband met het afleggen van verantwoording over de inzet van de verstrekte financiële middelen.

Artikel 18 Uitoefenen van de taken van de verantwoordelijke door de beheerder van het bestand

Op basis van een schriftelijk mandaat kan de verantwoordelijke zijn taken zoals omschreven in artikel 15, 16 en 17 overdragen aan de beheerder van het bestand.

Artikel 19 Uitoefenen van rechten door de (wettelijk) vertegenwoordiger(s)

• 1. De rechten die een jeugdige op basis van deze regeling heeft, worden uitgeoefend door de wettelijk vertegenwoordiger(s) indien de jeugdige nog geen twaalf jaar oud is.

• 2. De rechten zoals bedoeld in lid 1 worden uitgeoefend door de wettelijk vertegenwoordiger(s) en de jeugdige beiden, indien de jeugdige al wel twaalf maar nog geen zestien jaar oud is.

• 3. Vanaf zestien jaar oefent een jeugdige zijn rechten zelfstandig uit.

• 4. In geval van wilsonbekwaamheid van een jeugdige van 16 jaar of ouder, worden zijn rechten uitgeoefend door zijn wettelijk vertegenwoordiger(s).  

• 5. De rechten die een (wettelijk) vertegenwoordiger uitoefent op basis van dit artikel, kunnen door de leidinggevende van het CJG team  worden beperkt of geweigerd indien zwaarwegende belangen van de jeugdige zich tegen deze uitoefening verzetten.  

• 6. De bepalingen van dit artikel zijn ook van toepassing indien de jeugdige op grond van deze regeling om toestemming dient te worden gevraagd voor een gegevensverstrekking of daarover dient te worden geïnformeerd.

Artikel 20 Geheimhouding

Een ieder die op grond van deze regeling kennis neemt van persoonsgegevens van een jeugdige en zijn ouders of een betrokkene, is verplicht tot geheimhouding daarvan, tenzij de wet of deze regeling anders bepaalt.

Artikel 21 Slotbepalingen

• 1. Deze privacyregeling treedt in werking op  de dag na die van publicatie.

• 2. Deze regeling kan worden gewijzigd door een gezamenlijk besluit van de partners.  

• 3. Deze regeling kan worden aangehaald als Privacyregeling Jeugdhulp Zwartewaterland.

Zwartewaterland, 25 november 2014

Vastgesteld door het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Zwartewaterland.

Aanvulling Privacyregeling Jeugdhulp Zwartewaterland

Verwerking van persoonsgegevens in verband met risicosignalering

Artikel 1: Doel van de risicosignalering

Doel van de risicosignalering is om tijdig risico’s die voor jeugdigen een belemmering vormen voor een onbedreigde ontwikkeling naar volwassenheid te signaleren en om, samen met de jeugdige en zijn ouders, de stappen te zetten die de risico’s en de belemmeringen verminderen.

Artikel 2 Meldingen van partners

De partners kunnen risico’s op een bedreiging in de ontwikkeling van jeugdigen melden bij de CJG intakemedewerker en zorgregisseur wanneer voor hen niet duidelijk is of er sprake is van een meervoudige hulpvraag die zij niet zelfstandig op kunnen lossen. Deze melding wordt vooraf door de melder besproken met de jeugdige en zijn ouders en er wordt toestemming gevraagd voor de bespreking van de risico’s met de CJG intakemedewerker en zorgregisseur. Daarbij zijn de bepalingen van de artikelen 6 en 7 van toepassing.

Artikel 3 Meldingen van overige instellingen

Een instelling die geen partner is kan eveneens risico’s op een bedreiging van de ontwikkeling van jeugdigen melden bij de CJG zorgregisseur. Ook voor deze melding geldt dat deze vooraf door de melder wordt besproken met de jeugdige en zijn ouders en dat er toestemming voor de bespreking van de risico’s met de CJG zorgregisseur wordt gevraagd, waarbij de artikelen 6 en 7 van toepassing zijn. Zo nodig ondersteunt de CJG zorgregisseur de melder bij zijn contacten over de risico’s met de jeugdige en zijn ouders.

Artikel 4: Overleg en vervolg

De CJG zorgregisseur beoordeelt op basis van de inhoud van een melding en in overleg met de melder of een MDO moet worden georganiseerd. Indien dit het geval is, nodigt de CJG zorgregisseur de partners en agendadeelnemers uit die in verband met hun professionele betrokkenheid bij het gezin of vanwege hun expertise een bijdrage kunnen leveren aan het doel van het overleg. Aan het overleg neemt in ieder geval ook de melder deel. De ouders en zo mogelijk de jeugdige worden eveneens uitgenodigd voor dit overleg. De uitkomsten worden door de CJG zorgregisseur vastgelegd in het bestand en omgezet in een gezinsplan waarna er een casusregisseur wordt aangewezen.

Artikel 5: Privacyregeling van toepassing

De bepalingen van de Privacyregeling Jeugdhulp Zwartewaterland zijn, voor zover relevant, van toepassing op de verwerking van persoonsgegevens in verband met risicosignalering en MDO.   

Deelname risicosignalering door niet partners

Instellingen die geen partner zijn bij de in artikel 5 genoemde privacyregeling ondertekenen eenmalig de Privacyverklaring Risicosignalering Zwartewaterland voordat zij een melding doen en/of aan een MDO deelnemen.

Bijlage 1 Privacyverklaring Agendadeelnemer MDO

[Naam instelling ], voor deze verklaring vertegenwoordigd door

[of naam vrij gevestigde beroepskracht]

Aanleiding voor deze verklaring Dat het, gelet op de professionele betrokkenheid bij een of meer jeugdigen en hun ouders die in het MDO worden besproken, voor een goede afstemming van de ondersteuning die aan deze cliënt(en) wordt geboden, noodzakelijk is dat [naam instelling / vrij gevestigde beroepskracht] als agendadeelnemer deelneemt aan het MDO;

Dat op dit casusoverleg de Privacyregeling Jeugdhulp Zwartewaterland van toepassing is;

Dat deze regeling bepalingen geeft voor een zorgvuldige omgang met persoonsgegevens van jeugdigen en hun ouders;

Verklaart

Dat [naam instelling / vrij gevestigde beroepskracht ] zich als agendadeelnemer aan het MDO zal houden aan de bepalingen van de Privacyregeling Jeugdhulp Zwartewaterland .

Zwartewaterland

[datum ondertekening]

[Handtekening agendadeelnemer]

Bijlage 2: Privacyverklaring Risicosignalering Zwartewaterland

{Naam instelling ], voor deze verklaring vertegenwoordigd door

Aanleiding voor deze verklaring Dat het in verband met het tijdig signaleren en effectief inspelen op risico’s bij jeugdigen op een belemmering in een onbedreigde ontwikkeling naar volwassenheid, noodzakelijk is dat [naam instelling] dergelijke risico’s kan signaleren bij de CJG zorgregisseur van de gemeenten en kan deelnemen aan het overleg over deze risico’s;   Dat het doel van het doen van meldingen en het voeren van overleg is om, samen met de ouders en de jeugdige, te bezien op welke wijze de risico’s en belemmeringen kunnen worden verminderd en de randvoorwaarden voor een onbedreigde ontwikkeling naar volwassenheid kunnen worden versterkt;   dat [naam instelling} in contacten met jeugdigen en hun ouders in sommige gevallen dergelijke risico’s signaleert en daarom deel wil nemen aan de risicosignalering bestaande uit het doen van een melding en het voeren van overleg over gesignaleerde risico’s;

Dat op deze meldingen de Privacyregeling Jeugdhulp Zwartewaterland, alsmede de Aanvulling in verband met risicosignalering van toepassing is;

Dat deze regeling bepalingen geeft voor een zorgvuldige omgang met meldingen en het voeren van overleg over jeugdigen en hun ouders;

Verklaart

Dat [naam instelling}] wenst deel te nemen aan de risicosignalering en zich daarbij zal houden aan de bepalingen van de Privacyregeling Jeugdhulp Zwartewaterland alsmede aan de aanvulling daarop.

 Zwartewaterland

[datum ondertekening]

[Handtekening deelnemer]