Gemeenteblad van Nuth
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Nuth | Gemeenteblad 2016, 188372 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Nuth | Gemeenteblad 2016, 188372 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Nuth houdende Treasurystatuut Gemeente Nuth 2017
Het treasurystatuut bevat het beleidskader voor de uitvoering van de treasuryfunctie. Onder treasury wordt verstaan: “Het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s”. In het treasurystatuut worden de uitgangspunten, doelstellingen, taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden vastgelegd. Daarnaast beschrijft het de financiële kaders voor financieringen, uitzettingen, derivaten gebruik, en het verstrekken van leningen en garanties aan derden.
In 2009 is, mede naar aanleiding van wijzigingen in de Wet Fido, het treasurystatuut aangepast. De wijzigingen hadden betrekking op:
Bij de opstelling van dit statuut is rekening gehouden met relevante wettelijk kaders. Mede naar
aanleiding van wijzigingen in wet en regelgeving is aanpassing van het Treasurystatuut noodzakelijk.
De belangrijkste wijzigingen in het Treasurystatuut 2017 zijn:
De Wet Fido is op 15 december 2013 gewijzigd, waarbij verplicht schatkistbankieren van kracht is geworden De uitwerking is vastgelegd in de “Regeling schatkistbankieren decentrale overheden”. De wet verplicht alle decentrale overheden om hun (tijdelijk) overtollige liquide middelen aan te houden in de schatkist. Decentrale overheden kunnen ook hun overtollige middelen uitzetten bij medeoverheden. Voor dergelijke onderlinge kredietverlening geldt wel de voorwaarde dat er geen (verticale) toezichtrelatie mag bestaan tussen de betrokken decentrale overheden. Een decentrale overheid houdt uiteraard de mogelijkheid om leningen te verstrekken en uitzettingen te verrichten als dat gebeurt uit hoofde van de publieke taak. Deze wijzigingen zijn verwerkt in het nu voorliggende statuut.
In september 2013 is door het Rijk het “Beleidskader derivaten” gepubliceerd. De hierin opgenomen uitgangspunten zijn per 30/12/2014 van kracht via wijzigingen in de “Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo)” en het “Besluit Begroten en verantwoorden (BBV)”. In de aanpassingen worden de mogelijkheden van het gebruik van derivaten verkleind. Gemeenten mogen slechts derivaten afsluiten om opwaartse renterisico’s af te dekken. Derivaten dienen één op één aan te sluiten op de onderliggende lening; open posities zijn niet toegestaan. Eenzijdige bijstortverplichtingen voor de gemeente zijn niet toegestaan. De risico’s worden door de wijzigingen verkleind. Deze beperkingen zijn verwerkt in het nu voorliggend statuut.
In februari 2014 is regelgeving met betrekking tot “European Market Infrastructure Regulation (EMIR)” van kracht geworden. EMIR is een Europese verordening, dat betekent dat zij een rechtstreekse werking heeft in de lidstaten van de EU. Als gevolg van deze wetgeving dient de gemeente informatie met betrekking tot lopende derivaten te rapporteren aan een erkend Europees transactieregister (Trade Repository). Via deze registers hebben de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en andere (financiële) toezichthouders in de EU toegang tot gedetailleerde informatie over de derivatenposities van de voor die toezichthouder relevante rapporterende partijen. Deze rapportageverplichting is opgenomen bij de verantwoordelijkheden van de treasurer.
In dit statuut wordt verstaan onder:
Treasuryfunctie De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties: risicobeheer, gemeentefinanciering, kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer;
III Uitgangspunten risicobeheer
Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:
De gemeente kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd middels de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut;
Rente risicobeheer omvat het beperken van de invloed van rentewijzigingen op de financiële resultaten van de gemeente.
Koersrisicobeheer is het beheersen van de risico’s die voortvloeien uit de mogelijkheid dat de financiële activa van de gemeente in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen.
Het kredietrisicobeheer is er op gericht om tegenpartij risico zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken.
Ter beperking van het gemeentelijk risico worden hieraan de volgende voorwaarden gesteld:
het besluit om een lening of garantie te verstrekken moet worden genomen door het college van burgemeester en wethouders. De lenings-, garantie- en overige overeenkomsten die op basis van dit besluit worden afgesloten zijn aan de goedkeuring van burgemeester en wethouders onderworpen en dienen, voor zover van toepassing, te voldoen aan de hiervoor geldende nationale en internationale kaders. Indien het onderhavige besluit ingrijpende gevolgen kan hebben voor de gemeente wordt de raad vooraf ingelicht en neemt het college geen besluit dan nadat de raad zijn wensen en bedenkingen ter zake ter kennis van het college heeft kunnen brengen;
bij garanties moet de geldgever zich verbinden zonder toestemming van burgemeester en wethouders geen uitstel van betaling te geven, bij niet voldoening van enige verplichting van de geldnemer daarvan burgemeester en wethouders zo spoedig mogelijk in kennis te stellen en jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het jaar aan de gemeente een opgave te verstrekken van de restantschuld van de lening per 31 december van het voorafgaande jaar;
de garantie- of leningverkrijgende instelling dient haar jaarrekening of vergelijkbare stukken binnen zes maanden na afloop van het jaar ter beschikking te stellen van de gemeente; het college van burgemeester en wethouders draagt zorg een tijdige aanlevering en bepaalt bij niet naleven hiervan per geval de consequenties, te ondernemen stappen en gevolgen.
gedurende het bestaan van de garantie- of leningsovereenkomst mag de verkrijgende instelling de bezittingen die met de lening zijn gefinancierd niet veranderen of afbreken, noch bezwaren of vervreemden zonder toestemming van burgemeester en wethouders. Afhankelijk van de grootte van het risico kan dit tevens worden bepaald voor overige nader aan te wijzen bezittingen van de instelling;
de door de gemeente betaalde bedragen uit hoofde van de garantiestelling blijven als een direct opeisbare schuld op de instelling rusten. Over deze vordering wordt door de gemeente rente in rekening gebracht volgens een door burgemeester en wethouders bij het aangaan van de garantie te bepalen percentage;
2 De Europese commissie hanteert als basisrente het eenjaars EURIBOR met een opslag van tenminste 0,6%.
3 Voor kleine en middelgrote ondernemingen geldt een jaarlijkse garantiepremie van minimaal 0,4%
XVI Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle
De verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie van de gemeente staan in onderstaande tabel gedefinieerd.
|
|
|
|
van de afdeling bedrijfsvoering belast met treasury/ treasurer(s) |
|
In onderstaande tabel staan bevoegdheden met betrekking tot treasuryactiviteiten weergegeven alsmede de daarbij benodigde autorisatie.
N.B. De punten 1 en 2 zijn momenteel niet van toepassing in verband met het huidige raamcontract met de Bank Nederlandse Gemeenten en de verplichting van schatkistbankieren boven de € 250.000, waarbij deze handelingen automatisch door de bank worden verricht. Plaatsvervanging: bij afwezigheid of verhindering van het Afdelingshoofd bedrijfsvoering worden de verleende bevoegdheden uitgeoefend door een ander afdelingshoofd van de gemeente. Bij afwezigheid van de treasurer/coördinator worden de verleende bevoegdheden uitgeoefend door de adviseur bedrijfsvoering.
4 Voor het verstrekken van leningen of garanties die een materiële invloed hebben op het risicoprofiel (en daarmee op het weerstandsvermogen) van de gemeente Nuth wordt de Gemeenteraad vooraf in de gelegenheid gesteld haar wensen en bedenkingen te uiten;
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-188372.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.