Gemeenteblad van Heemstede
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Heemstede | Gemeenteblad 2016, 187392 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Heemstede | Gemeenteblad 2016, 187392 | Verordeningen |
Verordening heffing en invordering van parkeerbelasting 2017
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden.
De belasting bedoeld in artikel 2, aanhef en onder a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, aanhef en onder b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, als deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
De belasting bedoeld in artikel 2, aanhef en onder a en b, is niet verschuldigd indien het voertuig voorzien is van een geldige gehandicaptenparkeerkaart en een conform de wettelijke voorschriften ingestelde parkeerschijf, mits deze parkeerkaart en -schijf duidelijk zichtbaar achter de voorruit van het voertuig zijn aangebracht, tot een maximum van twee uur.
Artikel 4 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.
De belasting bedoeld in artikel 2, aanhef en onder a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college van burgemeester en wethouders gestelde voorschriften.
Met betrekking tot de belastingen die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de vergunning bedoeld in artikel 2, aanhef en onder b, met uitzondering van de vergunning bedoeld in artikel 3.3 van de tarieventabel, in de loop van het belastingjaar wordt verleend, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de vergunning bedoeld in artikel 2, aanhef en onder b, met uitzondering van de vergunning bedoeld in artikel 3.3 van de tarieventabel, in de loop van het belastingjaar wordt ingeleverd, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven .
Artikel 8 Termijnen van betaling
In afwijking van het bepaalde in het vorige lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen één maand na het einde van het parkeren, indien het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon of ander communicatiemiddel inloggen op de centrale computer.
Artikel 9 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, aanhef en onder a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.
De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, aanhef en onder a, bedragen € 60,-.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en invordering van de parkeerbelastingen.
De Verordening heffing en invordering van parkeerbelasting 2016 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Tarieventabel Parkeerbelastingen 2017
behorende bij en deel uitmakende van de "Verordening heffing en invordering van parkeerbelasting 2017". Bij deze “Verordening heffing en invordering van parkeerbelasting 2017" wordt verwezen naar het vigerende: Aanwijzingsbesluit heffing en invordering van parkeerbelastingen 2017.
Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2, aanhef en onder a, bedraagt: |
||
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-187392.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.