Verordening eerste wijziging Marktgeldverordening 2017

De raad van de gemeente Wageningen;

 

gelezen het voorstel aan de raad, vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 8 november 2016;

 

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdel a en b, van de Gemeentewet;

 

Besluit de Verordening eerste wijziging Marktgeldverordening 2017 vast te stellen.

 

Artikel I

 

De Marktgeldverordening 2017 wordt als volgt gewijzigd:

 

A

 

In artikel 2, tweede lid, wordt de zinsnede

 

“Het marktgeld als bedoeld in artikel 3, tweede lid, wordt”,

 

vervangen door:

 

“De marktgelden als bedoeld in artikel 3, tweede en derde lid, worden”.

 

B

 

In artikel 3 wordt het eerste lid vervangen door:

 

  • “1.

    Het tarief bedraagt:

    • a.

      voor vergunningshouders van een vaste plaats als bedoeld in artikel 3, lid 1, van de Marktverordening Wageningen 2015:

      • -

        voor het innemen van een standplaats met kramen, tenten, wagens (waarop of van waaruit wordt verkocht), enz., per m1, per kalenderkwartaal:

        • -

          voor de woensdagmarkt: € 18,27;

        • -

          voor de zaterdagmarkt: € 26,57;

      • -

        voor losse uitstallingen, bloemen, groenten, enz., per m1, per kalenderkwartaal:

        • -

          voor de woensdagmarkt: € 17,23;

        • -

          voor de zaterdagmarkt: € 25,53;

    • b.

      voor vergunningshouders van een dagplaats als bedoeld in artikel 3, lid 1, van de Marktverordening Wageningen 2015:

      • -

        voor het innemen van een standplaats met kramen, tenten, wagens (waarop of van waaruit wordt verkocht), enz., per m1, per keer:

        • -

          voor de woensdagmarkt: € 1,40;

        • -

          voor de zaterdagmarkt: € 2,05;

      • -

        voor losse uitstallingen, bloemen, groenten, enz., per m1, per keer:

        • -

          voor de woensdagmarkt: € 1,33;

        • -

          voor de zaterdagmarkt: € 1,96;

    • c.

      voor een standwerkersplaats als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Marktverordening Wageningen 2015, per m2 ingenomen ruimte, per keer:

      • -

        voor de woensdagmarkt: € 1,33;

        met een minimum van: € 7,94;

      • -

        voor de zaterdagmarkt: € 1,96;

        met een minimum van: € 11,81.”

C

 

Aan artikel 3 wordt na het tweede lid een lid toegevoegd, luidende:

 

  • “3.

    Onverminderd het bepaalde in voorgaande leden bedraagt het tarief voor promotionele activiteiten (promotiegeld):

    • a.

      voor vergunningshouders van een vaste plaats als bedoeld in artikel 3, lid 1, van de Marktverordening Wageningen 2015:

      • -

        voor het innemen van een standplaats met kramen, tenten, wagens (waarop of van waaruit wordt verkocht), enz., per vaste plaats, per m1, per kalenderkwartaal:

        • -

          voor de woensdagmarkt: € 5,30;

        • -

          voor de zaterdagmarkt: € 7,71;

      • -

        voor losse uitstallingen, bloemen, groenten, enz., per vaste plaats, per m1, per kalenderkwartaal:

        • -

          voor de woensdagmarkt: € 5,00;

        • -

          voor de zaterdagmarkt: € 7,41;

    • b.

      voor vergunningshouders van een dagplaats als bedoeld in artikel 3, lid 1, van de Marktverordening Wageningen 2015:

      • -

        voor het innemen van een standplaats met kramen, tenten, wagens (waarop of van waaruit wordt verkocht), enz., per dagplaats, per m1, per keer:

        • -

          voor de woensdagmarkt: € 0,41;

        • -

          voor de zaterdagmarkt: € 0,59;

      • -

        voor losse uitstallingen, bloemen, groenten, enz., per dagplaats, per m1, per keer:

        • -

          voor de woensdagmarkt: € 0,38;

        • -

          voor de zaterdagmarkt: € 0,57;

    • c.

      voor een standwerkersplaats als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Marktverordening Wageningen 2015, per standwerkersplaats, per m2 ingenomen ruimte, per keer:

      • -

        voor de woensdagmarkt: € 0,38;

        met een minimum van: € 2,31;

      • -

        voor de zaterdagmarkt: € 0,57;

        met een minimum van: € 3,43.”

D

 

In artikel 4, eerste lid, wordt tussen “eerste” en “lid” een zinsnede toegevoegd, luidende: “en derde”.

 

E

 

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    In het eerste lid wordt de zinsnede

     

    “Het marktgeld bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder a, kan”,

     

    vervangen door:

     

    “De marktgelden bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder a en artikel 3, derde lid, onder a, kunnen”.

     

  • 2.

    In het tweede lid wordt de zinsnede

     

    “Het marktgeld bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b, kan”,

     

    vervangen door:

     

    “De marktgelden bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b en artikel 3, derde lid, onder b, kunnen”.

F

 

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    In het eerste lid wordt tussen de zinsneden “artikel 3, eerste lid, onder a” en “en artikel 5, eerste lid” een zinsnede toegevoegd, luidende:

     

    “, artikel 3, derde lid, onder a”.

     

  • 2.

    In het derde lid wordt de zinsnede

     

    “bedraagt de retributie”,

     

    vervangen door:

     

    “bedragen de retributies”

     

    en wordt tussen de zinsneden “artikel 3, eerste lid, onder a” en “, even zoveel derde” een zinsnede toegevoegd, luidende:

     

    “en artikel 3, derde lid, onder a”.

     

  • 3.

    In het vierde lid wordt tussen de zinsneden “artikel 3, eerste lid, onder a” en “voor dat kwartaal” een zinsnede toegevoegd, luidende:

     

    “en artikel 3, derde lid, onder a”

     

  • 4.

    In het vijfde lid wordt de zinsnede

     

    “onder b en c. en artikel 5”,

     

    vervangen door:

     

    “onder b en c, artikel 3, derde lid, onder b en c en artikel 5”

     

    en wordt tussen de zinsneden “zijn verschuldigd” en “ bij aanvang” een zinsnede toegevoegd, luidende:

     

    “bij aanvang van de dienstverlening dan wel”

     

  • 5.

    In het zesde lid wordt achter de tekst een zinsnede toegevoegd, luidende:

     

    “bij aanvang van de dienstverlening.”

G

 

Artikel 8 wordt als volg gewijzigd:

 

  • 1.

    In het eerste lid wordt tussen de zinsneden “artikel 3, eerste lid, onder a” en “en artikel 5” een zinsnede toegevoegd, luidende:

     

    “, artikel 3, derde lid, onder a”.

     

  • 2.

    In het tweede lid wordt de punt (“.”) achter de zinsnede “onder b en c” verwijderd.

     

  • 3.

    In het tweede lid wordt tussen de zinsneden “artikel 3, eerste lid, onder b en c” en “en artikel 5” een zinsnede toegevoegd, luidende:

     

    “, artikel 3, derde lid, onder b en c”.

 

ARTIKEL II

De bepalingen die ingevolge deze verordening worden gewijzigd, blijven van toepassing op de belastbare feiten die zich voor de in artikel III, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.

Artikel III
  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2017, of zo dit later is, op de eerste dag na die van de bekendmaking en werkt in dat geval terug tot en met 1 januari 2017.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is de in het eerste lid genoemde datum van inwerkingtreding.

  • 3.

    Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening eerste wijziging Marktgeldverordening 2017.

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van 12 december 2016

de voorzitter,

de griffier,

Inzage

Dit besluit wordt met deze elektronische publicatie bekendgemaakt en tevens ter inzage gelegd.

Bezwaar

Op dit besluit is geen bezwaar en beroep mogelijk.

Naar boven