Instemmen met de aanvulling van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 met de Voorziening pilot Stadsscholen020 2016-2018. (2016, nr. 386/1586)

 

Nummer 386/1586

Agendapunt 20

Datum besluit B&W 25 oktober 2016

Onderwerp

Instemmen met de aanvulling van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 met de Voorziening pilot Stadsscholen020 2016-2018.

De gemeenteraad van Amsterdam

Gezien de voordracht van burgemeester en wethouders van 25 oktober 2016 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1586);

Gelet op artikel 6 en 140 van de Wet op het primair onderwijs en art. 147 van de Gemeentewet,

Besluit:

  • 1.

    De door het college op 25 oktober 2016 vastgestelde aanvullende Voorziening pilot Stadsscholen020 2016-2018 te bekrachtigen en deze als bijlage 22 aan de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 toe te voegen.

  • 2.

    Het besluit van het college te bekrachtigen tot geheimhouding van de bij deze voordracht behorende Bijlage 2, op grond van artikel 25 van de Gemeentewet met als grondslag de Wet openbaarheid van bestuur (Wob), artikel 10, tweede lid onder b en g, m.b.t. de economische en financiële belangen van de gemeente en het voorkomen van een onevenredige bevoordeling of benadeling van de gemeente en de schoolbesturen.

Aldus besloten door de gemeenteraad voornoemd

in zijn vergadering op 30 november 2016.

De voorzitter

mr. E.E. van der Laan

De raadsgriffier

mr. M. Pe

 

Verordening op het lokaal onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam

Bijlage 22. Aanvullende voorziening Pilot ‘Stadsscholen020 2016-2018’

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1.Begripsomschrijvingen

In deze voorziening wordt verstaan onder:

  • a.

    Beleidsbrief Stadsscholen020:Gemeentelijk beleidskader voor extra ondersteuning van basisscholen in gebieden met een opeenstapeling van problemen, waarbij de gemeente samen met schoolbesturen gaat zoeken naar oplossingsrichtingen om kinderen de hoogst haalbare schoolloopbaan te bieden;

  • b.

    Focusgebieden: Acht gebieden in de stad, die zowel op leefkwaliteit als de mate waarin sociaaleconomisch zwakke groepen in de buurt zijn vertegenwoordigd tot de zwakste buurten van de stad behoren;

  • c.

    Kopgroep: De in samenspraak met schoolbesturen vertegenwoordigd in het Breed Bestuurlijk Overleg Amsterdam geselecteerde basisscholen van de pilot Stadsscholen020, allen gelegen in één van de acht focusgebieden;

  • d.

    Maatwerkplan:Een beschrijving van de voorgenomen activiteiten en doelen van een school in het kader van Stadsscholen020 2016-2018, in lijn met de doelstellingen en uitgangspunten van de beleidsbrief Stadsscholen020;

Artikel 2. Doel Voorziening

  • 1.

    Het doel van deze pilotvoorziening is te onderzoeken op welke wijze leerlingen van basisscholen die gevestigd zijn in wijken met veel grootstedelijke problemen als armoede, taalachterstand en opvoedproblemen, kunnen worden gestimuleerd tot het doorlopen van de voor hen hoogst haalbare schoolopleiding.

  • 2.

    Dit doel wordt in de pilotvoorziening bereikt door:

    • a.

      het bieden van experimenteerruimte aan een kopgroep van 12 basisscholen uit de focusgebieden in Amsterdam om instrumenten en systeemvernieuwingen te ontwikkelen en te testen op effectiviteit.

    • b.

      de instrumenten en systeemvernieuwingen bedoeld onder a die in de praktijk succesvol blijken te zijn, als methode beschikbaar te stellen aan de andere Amsterdamse basisscholen.

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten

Het college kan per schooljaar 2016-2017 en 2017-2018 een eenmalige subsidie verlenen van maximaal € 100.000 als bijdrage in de kosten verbonden aan de uitvoering van een maatwerkplan van een basisschool die deelneemt aan de kopgroep. Dit maatwerkplan is gericht op:

  • a.

    het ontzorgen van het schoolteam;

  • b.

    het beter inrichten van het onderwijs op de uitdagingen die kwetsbare leerlingen hebben in een grootstedelijke omgeving;

  • c.

    het versterken van de ondersteuningsstructuur rondom de school.

Hoofdstuk 2. Subsidieplafond

Artikel 4. Subsidieplafond en looptijd subsidieregeling

Het college stelt voor de activiteiten die volgens deze voorziening voor subsidie in aanmerking komen voor het schooljaar 2016-2017 en voor het schooljaar 2017-2018 een subsidieplafond vast.

Hoofdstuk 3. Subsidieaanvraag

Artikel 5. De aanvrager

Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door een schoolbestuur ten behoeve van een onder zijn gezag vallende basisschool, die behoort tot de kopgroep.

Artikel 6. Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

In aanvulling op artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 wordt bij de subsidieaanvraag een maatwerkplan met bijbehorende begroting verstrekt, waarin wordt aangegeven:

  • a.

    welke binnenschoolse en buitenschoolse activiteiten het schoolbestuur in het betreffende schooljaar wil uitvoeren en met welke doelen;

  • b.

    op welke wijze hiervoor tijdelijke formatie zal worden ingezet en met welke doelen;

  • c.

    indien het de aanvraag voor het schooljaar 2017-2018 betreft, op welke wijze de ervaringen in het schooljaar 2016-2017 hebben geleid tot bijstelling van het originele maatwerkplan en hoe dit is vormgegeven.

Artikel 7. Aanvraagtermijn eenmalige subsidies

In afwijking van artikel 5, tweede lid van de VloA 2014 wordt een aanvraag voor een subsidie voor het schooljaar 2016-2017 vóór 28 november 2016 ingediend bij het college.

Hoofdstuk 4. Verlening subsidie

Artikel 8. Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 9, eerste lid, van de ASA 2013 weigert het college een subsidie te verlenen indien:

  • a.

    de aanvraag betrekking heeft op een basisschool die geen deel uitmaakt van de kopgroep;

  • b.

    de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd niet bijdraagt aan de doelstellingen of uitgangspunten van de beleid Stadsscholen020.

Hoofdstuk 5. Verplichtingen van de subsidieontvanger

Artikel 9. Aanvullende verplichtingen

Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013 zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

  • 1.

    Het schoolbestuur stelt de kennis en ervaringen die worden opgedaan in de pilot Stadsscholen020 ter beschikking aan andere scholen in Amsterdam.

  • 2.

    Het schoolbestuur draagt er zorg voor dat de school waarvoor hij subsidie ontvangt meewerkt aan evaluatie en monitoring van de gesubsidieerde activiteiten, door de gemeente.

Hoofdstuk 6. Verantwoording en vaststelling van de subsidie

Artikel 10. Verantwoording

  • 1.

    In aanvulling op artikel 14 van de ASA 2013 bevat de aanvraag tot subsidievaststelling een activiteitenverslag waaruit in ieder geval blijkt de (uren)uitbreiding van het aantal fte personeel dat over het gesubsidieerde tijdvak aangesteld is geweest in het kader van de uitvoering van het maatwerkplan, uitgesplitst naar de functies en de daaraan verbonden loonkosten.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde informatie kan worden verstrekt door het overleggen van een loonstaat betreffende het gesubsidieerde tijdvak of door het overleggen van een bewijs van aanstelling.

Hoofdstuk 7 Slotbepaling

Artikel 11. inwerkingtreding en duur

Deze voorziening treedt in werking een dag na publicatie in het Gemeenteblad en eindigt van rechtswege op 31 december 2018.

 

Toelichting

Bijlage 22. Voorziening Pilot ‘Stadsscholen0202016-2018

Algemeen

De gemeente Amsterdam heeft binnen haar grenzen meer dan 240 basisscholen die onder het gezag vallen van meer dan 40 schoolbesturen.

Gelet op de diverse achtergronden van de leerlingen en hun thuissituatie zijn er grote verschillen tussen de scholen en het onderwijsaanbod in de verschillende wijken in Amsterdam. Amsterdam is dan ook bij uitstek de plaats in Nederland waar maatwerk geboden dient te worden. Ook biedt deze diversiteit aan leerlingen en scholen de mogelijkheid om te experimenteren met instrumenten en werkwijzen om bijvoorbeeld, zoals in dit geval, het onderwijs (verantwoordelijkheid van schoolbesturen) en de ondersteuningsstructuur (vaak verantwoordelijkheid van gemeente) ten behoeve van leerlingen met grootstedelijke problemen te optimaliseren. Niet alleen door het onderwijs anders in te richten, maar bijvoorbeeld ook door te experimenteren met betere ondersteuning aan de ouder(s) of verzorger(s). Hiervoor dienen schoolbesturen en de gemeente samen op te trekken. Bij experimenteren geldt ook dat eerst op kleine schaal dient te worden uitgetest of bepaalde instrumenten of werkwijzen succesvol blijken te zijn, alvorens ze breder uitgezet kunnen worden over het hele of een gedeelte van het onderwijsveld. Immers scholen hebben niet dezelfde problemen, dit varieert per wijk en per populatie.

In het coalitieakkoord ‘Amsterdam is van iedereen’ is opgenomen dat alle kinderen in Amsterdam de beste kansen verdienen: van Noord tot Zuid, en van Nieuw-West tot Zuidoost. De Beleidsbrief Stadsscholen020(vastgesteld op 23 juni 2016 door de gemeenteraad) en de daarbij behorende voorziening Pilot ‘Stadsscholen020 2016-2018’ zijn een uitwerking van het coalitieakkoord. Het beleid richt zich op de scholen in wijken met een hoog percentage leerlingen die te maken hebben met grootstedelijke problematiek (bijvoorbeeld armoede, taalachterstand, opvoedproblemen). Daarbij gaat het in eerste instantie om een pilot van 12 scholen in de zogenoemde focusgebieden (8 stedelijke vernieuwingsgebieden, geselecteerd op leefkwaliteit en de mate waarin sociaaleconomische zwakke groepen in de buurt vertegenwoordigd zijn). In samenspraak met de schoolbesturen is uit de groep van 27 zogenoemde focusscholen een kopgroep van 12 scholen gekozen, waarmee de gemeente gaat onderzoeken op welke wijze het beste de eerder genoemde grootstedelijke problemen kunnen worden aangepakt. Zodat de leerlingen optimaal de kans krijgen om hun talenten te ontwikkelen en de meest succesvolle schoolloopbaan kunnen volgen. Bij de keuze is gekeken naar een zoveel mogelijke spreiding van scholen over de verschillende focusgebieden en schoolbesturen in de stad.

Het gaat daarbij om de volgende scholen:

Stadsdeel School Bestuur

Nieuw West Immanuelschool Amos

Nieuw West Noordmansschool Amos

Nieuw West Slootermeerschool STWT

Noord De Kinderboom Amos

Noord IJpleinschool Stichting Openbaar Onderwijs Noord

Noord De Klimop Stichting Openbaar Onderwijs Noord

Noord Vijf Sterren Amos

Noord IJdoorn Stichting Openbaar Onderwijs Noord

Zuidoost Mobiel Stichting Bijzonderwijs

Zuidoost De Brink Stichting Sirius

Zuidoost Holendrechtschool Stichting Sirius

Zuidoost Morgenster Stichting Evangelische Basisscholen

Met de aanpak Stadsscholen020 en de daarbij behorende voorziening wordt beoogd

  • 1.

    Het ontzorgen van het schoolteam. Om rust en tijd en tijd te creëren om aan de slag te gaan met de ontwikkeling van de school.

  • 2.

    Ondersteunen van de school bij het toespitsen van het onderwijs op de uitdagingen die kwetsbare leerlingen hebben in de grootstedelijke omgeving waarin ze opgroeien.

  • 3.

    Ontzorgen rondom de school. Optimaliseren van de (ondersteunings)structuren rond de school zodat kinderen in de school weer aan leren toekomen.

     

Artikelsgewijze toelichting:

Artikel 1.Begripsomschrijvingen

De schoolleider is verantwoordelijk voor het opstellen en uitvoeren van het onder punt c. genoemde maatwerkplan en doet dit in samenspraak met het schoolbestuur en de gemeente. Het schoolbestuur dient het maatwerkplan, ten behoeve van de aanvraag voor subsidievoorziening pilot Stadsscholen020, in bij de gemeente.

Artikel 2. Doel Voorziening

De voorziening Stadsscholen020 richt zich op Amsterdamse basisscholen in gebieden met een opeenstapeling van problemen. Daarbij gaat het om complexe maatschappelijke problemen zoals armoede, werkloosheid, taalachterstanden, (jeugd)criminaliteit, schooluitval en uitdagingen op het gebied van leefbaarheid in de wijk. Problemen die een optimale schoolloopbaan van het kind kunnen laten stagneren. De scholen die deelnemen aan de kopgroep zijn allen gevestigd in een focusgebied en hebben te maken met een hoog percentage leerlingen die dagelijks te maken hebben vanuit hun thuissituatie met deze grootsteedse problemen. De gemeente wil met deze scholen samen onderzoeken welke instrumenten en systeemwijzigingen deze problematiek een hoofd kan bieden, waardoor leerlingen weer aan leren toekomen. Hierbij gaat het om het experimenteren met nieuwe instrumenten en werkwijzen en het beschikbaar stellen hiervan aan andere scholen indien uit de praktijk blijkt dat de aanpak zijn vruchten afwerpt.

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten

Als voorbeeld van de te subsidiëren activiteiten kan gedacht worden aan (geen limitatief overzicht):

  • Het (tijdelijk) uitbreiden van personele capaciteit, bijvoorbeeld extra uren interne begeleiding of een extra leerkracht.

  • Het aanschaffen van materiaal ten behoeve van het onderwijs, bijvoorbeeld ICT middelen.

  • Het laten (doen) van een onderzoek of een analyse, bijvoorbeeld naar het vergroten van de ontwikkelkansen van kinderen.

  • Het inkopen of organiseren van activiteiten ten behoeve van de leerlingen, bijvoorbeeld extra naschoolse activiteiten of begeleiding.

  • Het inkopen of organiseren van activiteiten ten behoeve van het schoolteam, bijvoorbeeld op het gebied van professionalisering of teamontwikkeling.

  • Het inkopen of organiseren van activiteiten ten behoeve van de ouders, bijvoorbeeld bijeenkomsten of cursussen.

De uitvoering van de motie extra handen in de klas (pool van onderwijsassistenten, TA2015-001433) maakt onderdeel uit van het de in dit artikel eerste lid genoemde eenmalige subsidie. De school kan bepalen of, en zo ja, hoe ze invulling geeft aan de inzet van extra handen in de klas, als onderdeel van de in dit artikel eerste lid genoemde activiteiten.

Artikel 4. Subsidieplafond

Geen toelichting.

Artikel 5. De aanvrager

Geen toelichting.

Artikel 6. Wijze van aanvraag en bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

Geen toelichting.

Artikel 7. Aanvraagtermijn eenmalige subsidies

Geen toelichting.

Artikel 8. Weigeringsgronden

Geen toelichting.

Artikel 9. Aanvullende verplichtingen

  • Bij het delen van kennis en ervaringen in het kader van Stadsscholen020 valt te denken aan medewerking aan of deelname aan bijeenkomsten die in overleg met de scholen door de gemeente worden gefaciliteerd.

  • In samenspraak met de schoolbesturen zal voor evaluatie en monitoring een werkwijze ontwikkeld worden, met als doel inzichtelijker te maken welke interventies uit de maatwerkplannen een positieve werking hebben en breder inzetbaar zijn in de stad.

  • Het schoolbestuur stelt ten behoeve van deze evaluatie en monitoring relevante schoolgegevens ter beschikking, waarbij gedacht kan worden aan de resultaten van tevredenheidsonderzoeken onder ouders-, leerlingen en medewerkers.

Artikel 10. Verantwoording

Geen toelichting.

Artikel 11 inwerkingtreding en duur

Geen toelichting

Naar boven