Gemeenteblad van Hollands Kroon
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hollands Kroon | Gemeenteblad 2016, 178879 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hollands Kroon | Gemeenteblad 2016, 178879 | Verordeningen |
De gemeenteraad van Hollands Kroon
gelezen het voorstel van college van burgemeester en wethouders van 25 oktober 2016
gelet op artikel 229, eerste lid onderdelen a en b van de Gemeentewet;
besluit vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van Havengeld
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. bedrijfsmatig zeilschip: een schip dat bedrijfsmatig passagiers vervoert, dat is gebouwd en ingericht om ook door middel van zeilen te worden voortbewogen;
b. bedrijfsvaartuig: een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, niet zijnde een zee- of binnenschip, hoofdzakelijk gebruikt als of bestemd voor de uitoefening van enig bedrijf of beroep dan wel voor de uitoefening van sociaal-culturele activiteiten;
c. bijzondere transporten: schepen en/of drijvende voorwerpen die afwijken van de gebruikelijke vorm of afmetingen;
d. binnenvaartschip: een schip niet zijnde een zeeschip;
e. bt: de eenheid voor de bruto-inhoud (Bruto-Ton) van een zeeschip, zoals bedoeld in het verdrag inzake meting van Schepen, Londen 1969, ook wel grosspton (GT) genoemd;
f. gemeentelijk vaarwater: water in eigendom of beheer van de Gemeente Hollands Kroon;
g. haven: wateren die voor de scheepvaart openstaan en bij de gemeente in eigendom of beheer zijn, alsmede alle daartoe behorende kaden, kunstwerken, meergelegenheden, trappen, scheepshellingen, dokken, scheepsreparatiewerven en los- en laadplaatsen, ongeacht wie daarvan de rechthebbende is;
h. havenmeester: degene die door het college van burgemeester en wethouders als zodanig is aangesteld;
i. hospitaalschip: een schip uitsluitend bestemd en gebruikt voor het verlenen van medische hulp, daaronder begrepen het vervoer van gewonden, zieken en gehandicapten;
j. kapitein: degene die de leiding over een zeeschip heeft;
k. meetbrief zeeschepen: de meetbrief als bedoeld in artikel 24 van de Wet van 12 september 1981, Stb. 122, houdende
bepalingen betreffende de meting van schepen (meetbrievenwet 1981), zoals deze nadien is gewijzigd;
l. meetbrief binnenvaartuigen: het document als bedoeld in artikel 782, vierde lid, van het Wetboek van Koophandel, juncto het besluit van 24 oktober 1983, Stb. 548 (Besluit binnenschependocumenten);
m. overheidsschip: alle schepen in dienst van de overheid;
n. passagiersschip: een schip dat bestemd is voor het bedrijfsmatig vervoer van meer dan twaalf passagiers, dan wel een schip dat bedrijfsmatig meer dan twaalf passagiers vervoert;
o. plezierschip: een vaartuig dat hoofdzakelijk wordt gebruikt voor de niet bedrijfsmatige recreatie en waarvan de lengte minder dan 20 meter bedraagt met uitzondering van een schip dat meer dan 12 passagiers mag vervoeren;
p. rechthebbende: degene die over enige zaak de beschikking heeft krachtens een zakelijk of persoonlijk recht dan wel daarover enige feitelijke macht uitoefent;
q. schepenwet: de Wet van 1 juli 1909 (Stb. 219);
r. schip: - elk drijvend lichaam, dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebezigd, dan wel bestemd of geschikt is voor het vervoer te water van personen, koopwaren, grondstoffen producten en voorwerpen van allerlei aard, al dan niet met het drijvende lichaam één geheel uitmakende;
- elk ander drijvend lichaam zoals een werk- en aanlegvlot, ponton houtvlot, duikerklok, zandzuiger, baggermolen, drijvend werktuig en elke andere drijvende inrichting ten dienste van de exploratie en/of exploitatie van olie- en gasvelden of het winnen van mineralen op zee;
s. schipper: degene die de feitelijke leiding over een binnenschip heeft;
t. toezichthouder: degene die door het college van burgemeester en wethouders als zodanig is aangesteld;
u. sportvissersschip: een schip niet zijnde een passagiersschip of vissersschip noch een pleziervaartuig, dat bestemd is of gebruikt wordt voor het bedrijfsmatig vervoer van personen die op zee de sportvisserij beoefenen;
v. ton: een massa van 1000 kilogram;
w. vaartuigen voor het vissen op schelpdieren: een schip dat wordt gebruikt voor het opvissen van mosselen en kokkels;
x. varend monument:door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen schip welke een historische band heeft met de leefbaarheid van de gemeente;
y. visafslag:de visafslag, gelegen aan de Havenkade 1 te 1779 GS Den Oever;
z. vissersschip: een schip dat gebruikt wordt voor het vangen van vis of andere levende rijkdommen van de zee of het IJsselmeer, niet zijnde schepen voor het vissen van schelpdieren;
z.1. zeeschip:een schip dat gebruikt wordt voor de vaart op zee of blijkens zijn constructie voor de vaart ter zee is bestemd of een schip dat voorzien is van een document afgegeven door het bevoegde gezag van het land waar het schip is ingeschreven waaruit blijkt dat het geschikt is voor de vaart ter zee;
Onder de naam havengeld wordt een recht geheven ter zake van het met een schip gedurende
enige tijd innemen van een ligplaats in voor de openbare dienst bestemd gemeentelijk vaarwater.
2. Onder de naam kadegeld wordt een recht geheven wegens het gebruik of genot van de kade of steigers, die in beheer of eigendom van de gemeente zijn of voor rekening van de gemeente worden onderhouden door;
De belastingplichtige voor het havengeld is de gezagvoerder, de schipper, de reder, de eigenaar of
de gebruiker van het schip en degene die als hier te lande bevestigde vaste vertegenwoordiger voor één van dezen optreedt, met dien verstande dat betaling door één der belastingplichtigen de anderen daarvan bevrijdt.
Van het havengeld zijn vrijgesteld:
2. In afwijking van het eerste lid geldt :
a. zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
b. in afwijking van lid 2 sub a van dit artikel moet in geval het totale aanslagbedrag, van op één aanslagbiljet verenigde aanslagen of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat, kleiner is dan € 80,00 of meer bedraagt dan € 2.000, de aanslag worden betaald conform lid 1 van dit artikel.
3. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Bij de invordering van havengeld wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 13 Reserveren van een ligplaats
Het in behandeling nemen van een aanvraag voor het reserveren van een ligplaats in de gemeentelijke wateren of aan bij de gemeente in beheer en onderhoud zijnde oevers en/of kaden is mogelijk.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de havengelden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hollands Kroon op 29 november 2016
Deze nota Tarieven 2017 bevat een overzichtelijke bundeling van alle gemeentelijke belastingen/heffingen die in de gemeente Hollands Kroon geheven worden.
Bij het samenstellen van deze nota zijn de begrotingsrichtlijnen die door de raad zijn aangenomen, leidend geweest. Door het verloop van de tijd of door nieuwe inzichten of informatie kan het noodzakelijk zijn om eerder genomen standpunten te wijzigen. Wanneer hier sprake van is, wordt hiervan melding gemaakt in het betreffende onderdeel van de nota.
Ook is er gekeken of vanwege wettelijke wijzigingen of nieuwe inzichten tekstuele aanpassingen nodig waren. De verordeningen zijn getoetst aan de modelverordeningen van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG).
In de begroting 2017 is de opbrengst van de onroerende zaakbelasting bepaald. In de paragraaf lokale heffingen is aangegeven wat de uitgangspunten zijn voor onroerende zaakbelasting. Omdat zowel de WOZ-waarden als de gewenste opbrengst voor 2017 wijzigen, moeten de tarieven worden aangepast.
In de tariefstelling is rekening gehouden met een waardedaling van de niet-woningen van -0,4% en bij de woningen met een waardestijging van 0,7%. Daarnaast is ook rekening gehouden met leegstand, vrijstellingen en areaaluitbreiding.
De inwoners gaan gemiddeld iets meer betalen aan OZB. Dit geldt ook voor de eigenaren en gebruikers van niet-woningen.
Algemeen dekkingsmiddel ter dekking van de gemeentelijke uitgaven.
De tarieven worden met het inflatiepercentage van 1% verhoogd.De inwoners gaan iets meer aan afvalstoffenheffing betalen.
Doorberekenen van kosten die de gemeente maakt voor het inzamelen en laten verwerken van huishoudelijke afvalstoffen. De tarieven zijn gebaseerd op 100% kostendekking.
De tarieven zijn op basis van de kosten als volgt opgebouwd:
Alle kosten die op het taakveld Afval worden geboekt hebben te maken met de inzameling van huishoudelijk afval. Deze worden dan ook voor 100% meegenomen. Van de overhead wordt 0,8% meegenomen. Dit is gebaseerd op het aantal FTE dat zich bezig houdt met afval. De lasten en baten van de heffing en invordering worden voor 20% meegenomen. De lasten zijn op basis van een inschatting verdeeld over de verschillende soorten belasting die we heffen. Van de inkomensregeling wordt alleen de kwijtschelding meegenomen. De verdeling van de totale kwijtscheldingskosten is gebaseerd op ervaringscijfers uit het verleden. De BTW over de kosten van taakveld Afval wordt volledig meegenomen.
Omdat we het tarief alleen met de inflatie (1%) laten stijgen is in de bedragen een aantal neerwaartse bijstellingen gedaan.
Het tarief wordt niet aangepast.
Doorberekenen van kosten die de gemeente maakt voor aanleg, onderhoud en exploitatie van de gemeentelijke riolering. De tarieven zijn gebaseerd op 100% kostendekking.
De tarieven zijn op basis van de kosten als volgt opgebouwd:
Op het taakveld riolering worden alleen kosten geboekt die uitsluitend met de openbare riolering te maken hebben. Deze worden dus volledig meegenomen. Van de overhead wordt 3,7% meegenomen. Dit is gebaseerd op het aantal FTE dat voor riolering werkt. De lasten en baten van de heffing en invordering worden voor 20% meegenomen. De lasten zijn op basis van een inschatting verdeeld over de verschillende soorten belasting die we heffen. Van de inkomensregeling wordt alleen de kwijtschelding meegenomen. De verdeling van de totale kwijtscheldingskosten is gebaseerd op ervaringscijfers uit het verleden. De BTW over de exploitatiekosten en de investeringen worden volledig meegenomen. Omdat we het tarief in afwachting van het nieuwe Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) dat in 2017 komt niet laten stijgen is in de bedragen een aantal neerwaartse bijstellingen gedaan.
De tarieven voor de lijkbezorgingskosten niet te verhogen. In 2017 vindt een onderzoek plaats naar de kostendekking plaats vinden. Wel is de tarieventabel aangevuld met een nieuw tarief voor het verlengen van het recht tot begraven in Middenmeer.
Doorberekenen van kosten die de gemeente maakt die betrekking hebben op lijkbezorging, de bijbehorende administratie en onderhoud van de begraafplaatsen.
De tarieven zijn bepaald rekening houdend met de in de begroting opgenomen opbrengst.
Alle kosten die op het taakveld begraafplaatsen en crematoria worden geboekt hebben te maken met lijkbezorging. Deze worden dan ook voor 100% meegenomen. Van de overhead wordt 0,8% meegenomen. Dit is gebaseerd op het aantal FTE dat zich bezig houdt met lijkbezorging. In 2017 wordt verder onderzoek gedaan naar het aantal FTE dat zich bezig houdt met lijkbezorging. Voor openbaar groen en (openlucht) recreatie worden alleen de kosten meegenomen die met de lijkbezorging te maken hebben en het onderhoud van de begraafplaatsen.
De tarieven zijn verhoogd met een inflatiepercentage van 1%. Dit resulteert niet voor alle tarieven in een stijging omdat het tarief daarvoor te laag is. Daar waar dit het geval is blijft het tarief voor 2017 gelijk en wordt in 2018 deinflatie van 2017 alsnog meegenomen.
Bij de vaststelling van de Havengeldverordening 2015 is ook bepaald dat het tarief voor de Wieringer vloot (zie lid 1 b en 1 c van de tarieventabel) in een periode van vijf jaar gelijk wordt getrokken met de tarieven van Den Helder. Dit betekent een jaarlijkse stijging van ongeveer 5%.
Vanuit de raad is de toezegging gedaan om het tarief voor pleziervaartuigen in de haven van Den Oever gelijk te trekken met de tarieven van de Marina Den Oever. Uitgangspunt is dat de passantenhaven in Den Oever niet marktverstorend wordt geëxploiteerd. Nu erin 2017 sprake is van een comfortverbetering in de haven (aanleg van stroom, water en wifi) is dat ook meer dan gerechtvaardigd.Daarom is er voor de passantenhaven in Den Oever een apart tarief opgenomen in de tarieventabel.
Doorberekenen van kosten die gemeente maakte voor het beheren en onderhouden van gemeentelijke havens.
Alle kosten die geboekt worden op het taakveld recreatieve havens hebben betrekking op de havens en zijn volledig meegenomen. Bij het taakveld Economische Havens en Waterwegen zijn de incidentele kosten met betrekking tot Waddenpoort er buiten gehouden. Daarom is 75% van de kosten meegenomen. Van de overhead wordt 1,5% meegenomen. Dit is gebaseerd op het aantal FTE dat zich bezig houdt met de havens.
De tarieven voor 2017 zijn verhoogd met 1%, tenzij het Rijk dit anders heeft voorgeschreven. De tarieven voor het aanvragen van een omgevingsvergunning zijn niet verhoogd. Uit onderzoek naar de kostendekking is gebleken dat deze tarieven zelfs iets verlaagd kunnen worden.
Voor de producten reisdocumenten en rijbewijzen is het tarief opgebouwd uit een deel rijksleges en een deel gemeenteleges. De rijksleges worden bepaald door het Rijk. Daarnaast stel het Rijk een maximum prijs vast van deze producten. De kosten voor uittreksel uit de burgerlijke stand worden door het Rijk bepaald. De kosten van de Eigen Verklaring van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (in sommige gevallen nodig voor het verlengen van een rijbewijs) worden één op één doorberekend aan de inwoner.
Overige tarieven die door het Rijk worden bepaald zijn: verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens en kansspelen. Hier heeft de gemeente geen invloed op.
Er is onderzoek gedaan naar de kostendekkendekking van de leges voor 2017. Voor de tarieven van de leges geldt dat deze maximaal kostendekkend mogen zijn. Wanneer er sprake is van veel verschillende tarieven in een verordening zoals bij leges, hoeft de maximale kostendekkendheid niet per tarief te gelden. Dat kan zolang het maximum van 100% voor het geheel van de verordening niet overschreden wordt. Door kruissubsidiëring is het mogelijk om de ‘winst’ van bepaalde producten te gebruiken om het ‘verlies’ op andere producten te dekken. Uit het onderzoek is gebleken dat de kostendekking uitkomt op 97,53%. Het onderzoek naar de kostendekking vindt u in de bijlage.
Doorberekenen van de lasten verbonden aan het in behandeling nemen van aanvragen van diverse diensten.
De tarieven worden, net als bij het havengeld en de leges met het inflatiepercentage verhoogd. Voor 2016 heeft er geen verhoging plaatsgevonden. Daarom wordt voorgesteld om in het tarief voor 2017 ook het inflatiecijfer van vorig jaar mee te nemen. De verhoging komt dan op 2,2%.
Er wordt op diverse plaatsen binnen de gemeente een standplaats ingenomen op gemeentegrond. Op basis van artikel 229 van de Gemeentewet mag de gemeente hier een vergoeding voor vragen.
Vergelijking met omliggende gemeenten
Onderstaande tabellen geven de voorgestelde tarieven 2017 van de gemeente Hollands Kroon weer. De tarieven van andere gemeenten zijn de tarieven van 2016. Van deze gemeenten zijn geen recentere gegevens bekend.
1) Op basis van waterverbruik tot 350 m3
2) Ook voor driepersoonshuishouden
3) Plus waterverbruik boven 500 m3
4) Bedrijven percentage van de WOZ-waarde
5) Op basis van WOZ-waarde. Dit is het tarief bij een gemiddelde WOZ-waarde
De lokale lasten druk wordt bepaald door de tarieven van de onroerende zaakbelasting, afvalstoffenheffing en de rioolheffing. In de tabel hieronder wordt de opbouw van de lokale lastendruk in Hollands Kroon weergegeven over de jaren 2015 tot en met 2017.
Voor huurders zijn alleen de hoogte van de afvalstoffenheffing en de rioolheffing bepalend, omdat zij niet worden aangeslagen voor de onroerende zaakbelasting. De eigenaren worden voor alle drie de belastingen aangeslagen (daarbij natuurlijk uitgezonder de rioolheffing voor panden die niet op het gemeentelijke riool zijn aangesloten).
Bij de berekening van de onroerende zaakbelasting is uitgegaan van een WOZ-waarde van € 200.000 (zonder rekening te houden met de waardeontwikkeling) en voor de afvalstoffenheffing is uitgegaan van een meerpersoonshuishouden. Het betreft hier een rekenvoorbeeld. De werkelijke lastenontwikkeling kan voor de individuele burger afwijken, gelet op de werkelijke waarde – en de waardeontwikkeling- van de woning.
Tarieventabel Afvalstoffenheffing bij de ‘Verordening afvalstoffenheffing’
De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:
3 als het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, als de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht wordt gebruikt door drie of meer personen : € 316,56;
4 als uit de gegevens van de gemeentelijke basisadministratie personen niet blijkt door hoeveel personen het perceel wordt gebruikt (tarief gelijk aan gebruik drie of meer personen): € 316,56;
5.De belasting als bedoeld in onderdeel 1, 2, 3 en 4 wordt voor het op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, in bruikleen hebben van iedere (boven het geen volgens de gemeentelijke afvalstoffenverordening aan het perceel is verstrekt) rolcontainer vermeerderd met € 77,76.
Voor het vaststellen van het aantal personen per huishouden naar de situatie per 1 januari van het belastingjaar of als de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, wordt uitgegaan van de gegevens van de gemeentelijke basisadministratie personen.
Tarieventabel bij de ‘Verordening Lijkbezorgingsrechten’
Het tarief als bedoeld in artikel 6 van de Verordening Havengeld bedraagt exclusief omzetbelasting voor het verblijf van ten hoogste één week voor:
in de periode van oktober tot april: € 0,21
Het tarief als bedoeld in artikel 6 van de Verordening Havengeld Gemeente Hollands Kroon bedraagt voor:
van Den Oever bedraagt het havengeld per jaar per strekkende meter € 47,54
a.Voor het innemen van een vaste ligplaats voor een pleziervaartuig in andere
havens dan Den Oever, bedraagt het havengeld per jaar per strekkende meter € 33,71
Het tarief voor kadegeld bedraagt voor het hebben van voorwerpen op de gemeentelijke kaderuimten € 0,30 per m2 per dag, tenzij de goederen binnen 7 dagen na aanvang van het in beslag nemen worden afgevoerd. Gedeelten van een m2 worden voor een hele m2 gerekend.
Voor schepen, waarvoor de mogelijkheid van reserveren van een ligplaats bestaat, bedraagt de verhoging van het havengeld per reservering € 51,86
Tarieventabel bij de ‘Legesverordening’
Titel 1 Algemene Dienstverlening
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-178879.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.