Gemeenteblad van Oud-Beijerland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Oud-Beijerland | Gemeenteblad 2016, 177869 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Oud-Beijerland | Gemeenteblad 2016, 177869 | Verordeningen |
Subsidieverordening gemeente Oud-Beijerland 2017
HOOFDSTUK 1 - ALGEMENE BEPALINGEN
Tenzij in deze verordening uitdrukkelijk anders wordt vermeld, is de Algemene wet bestuursrecht onverminderd van toepassing.
ARTIKEL 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
algemene groepsvrijstellingsverordening:
verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 127), dan wel later daarvoor in de plaats tredende Europese regelgeving;
verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun (PbEU L 352), verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun in de landbouwproductiesector (PbEU L 352/9) en verordening (EU) nr. 717/2014 van de Commissie van 27 juni 2014 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun in de visserij- en aquacultuursector (PbEU L 190/45), dan wel later daarvoor in de plaats tredende Europese regelgeving;
ARTIKEL 2 Reikwijdte van de verordening
Deze verordening is, behoudens in die gevallen waarin voor de verlening van deze subsidies in andere wet-, of regelgeving is voorzien van toepassing op subsidiëring van activiteiten welke door instellingen worden uitgevoerd in het kader van:
HOOFDSTUK 2 - DE SUBSIDIEAANVRAAG
ARTIKEL 6 Indienen aanvraag structurele subsidie
Indien voor de eerste maal een subsidie wordt aangevraagd, wordt ten minste overlegd:
als de aanvrager een onderneming is:
1. een opgave van subsidies, vergoedingen of tegemoetkomingen in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die al zijn of zullen worden ontvangen voor de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;
2. een verklaring als bedoeld in de de-minimisverordening (de-minimisverklaring).
HOOFDSTUK 3 - SUBSIDIEVERLENING
ARTIKEL 10 Bevoegd bestuursorgaan
Het college beslist over het verlenen van subsidies, binnen het budget dat door de raad beschikbaar is gesteld.
ARTIKEL 11 Weigerings-, intrekkings- en terugvorderingsgronden
HOOFDSTUK 4 - SUBSIDIEVASTSTELLING
ARTIKEL 17 Enkele vaststelling
In afwijking van het bepaalde in artikel 15 en 16 kan subsidieverlening en subsidievaststelling bij één enkel besluit plaatsvinden.
ARTIKEL 19 Ambtshalve vaststellen
Het college kan de subsidie geheel of gedeeltelijk ambtshalve vaststellen indien:
HOOFDSTUK 5 - VERPLICHTINGEN INSTELLINGEN
ARTIKEL 21 Statuten en bestuur
Van wijzigingen in de statuten doet de instelling binnen vier weken mededeling aan het college.
Indien dit door het college nodig wordt geacht, evalueert het college het proces van subsidieverlening en de werking van deze subsidieverordening.
Het college kan toezichthouders als bedoeld in artikel 5:11 van de Awb aanwijzen, die zijn belast met het toezicht op de naleving van de verplichtingen die zijn opgelegd aan de subsidieontvanger.
Het college kan van verplichtingen gesteld bij of op grond van deze verordening ontheffing verlenen, voor zover hiermee geen strijd met hogere regelgeving ontstaat.
Het college kan van de bepalingen in deze verordening afwijken, indien toepassing ervan zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard.
ARTIKEL 28 Rekenkamercommissie
De rekenkamercommissie Hoeksche Waard is, op grond van de verordening op de rekenkamercommissie Hoeksche Waard, bevoegd bij de besturen en/of directies van instellingen, die een subsidie van de gemeente Oud-Beijerland ontvangen de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen, die zij nodig heeft voor de uitvoering van een onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het subsidiebeleid van de gemeente Oud-Beijerland.
ARTIKEL 29 Procesbeschrijvingen
Voor het innemen en beoordelen van subsidieaanvragen en aanvragen voor vaststelling van subsidies zijn procesbeschrijvingen vastgesteld. Aan de hand van de beschrijvingen zijn checklists opgesteld op grond waarvan het innemen en beoordelen wordt geregistreerd.
Op subsidies die voor de inwerkingtreding van deze verordening verleend zijn, blijven de bepalingen zoals opgenomen in Algemene subsidieverordening gemeente Oud-Beijerland 2006 van toepassing.
ALGEMENE TOELICHTING “SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE OUD-BEIJERLAND 2017”
Op 1 januari 1998 is de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in werking getreden. Deze tranche bevat onder meer “Titel 4.2. Subsidies”, waarin algemene regels zijn opgenomen over subsidiëring.
De Awb geldt ten opzichte van gemeentelijke bepalingen als hogere regelgeving. De raad kan dus geen regels vaststellen die in strijd zijn met de in de Awb opgenomen regels. Ook het letterlijk overnemen van dwingende Awb-bepalingen is niet mogelijk. Ingevolge Artikel 122 van de Gemeentewet vervallen de bepalingen van een gemeentelijke verordening van rechtswege wanneer in het onderwerp van die verordening door een wet wordt voorzien.
Noodzaak van een wettelijke grondslag
De hoofdregel van de subsidietitel in de Awb is dat subsidies gebaseerd moeten zijn op een wettelijk voorschrift. Voor gemeenten is dat voorschrift een gemeentelijke verordening. Deze regel komt voort uit de wens de rechtzekerheid van de subsidieaanvrager en de subsidieontvanger te verbeteren.
Volgens de Memorie van Toelichting op de Awb moet de subsidieverordening voldoen aan een tweetal minimumeisen. Allereerst wordt een omschrijving verlangd van de activiteiten waarvoor subsidie wordt verleend. In de tweede plaats moet de verordening een grondslag bieden voor de verplichtingen die het bestuursorgaan aan de subsidieverlening kan verbinden, voor zover die grondslag niet al in de Awb zelf is neergelegd
De in gemeentelijke regelgeving gehanteerde terminologie moet overeenkomen met die van de Awb.
In de subsidieverordening worden dan ook de volgende begrippen gebruikt:
Het uitgangspunt waarop de bevoegdhedenverdeling in de nieuwe subsidieverordening is gebaseerd, is dat de raad op hoofdlijnen stuurt en het college zorgt voor de uitvoering hiervan. De raad zet de algemene beleidslijnen uit, stelt de prioriteiten en stelt bij begroting de gelden ter beschikking die per beleidstaak voor subsidiëring in enig jaar beschikbaar zijn.
De raad bepaalt ook de diverse grondslagen voor subsidiëring door middel van het vaststellen vankaders. Het college is binnen deze door de raad vastgestelde grenzen verantwoordelijk voor de uitvoering, dat wil zeggen voor de verlening, bevoorschotting, vaststelling en betaling van de subsidies. Ook is het college bevoegd om toezicht en controle uit te oefenen op de naleving van de subsidieafspraken. Daarnaast is het college bevoegd om een subsidie in te trekken, als niet (meer) aan de in de verordening gestelde regels wordt voldaan.
De rechtsbescherming is volledig geregeld in het eerste hoofdstuk van de Awb. Voor een subsidieaanvrager staat de mogelijkheid open om tegen alle besluiten bezwaar aan te tekenen bij het bestuursorgaan dat de beslissing heeft genomen. Tegen een besluit is verder, in tweede instantie, beroep mogelijk bij de rechtbank, sector bestuursrecht. Verlening, weigering en vaststelling van subsidie is altijd een besluit waartegen de subsidieaanvrager bezwaar tegen aan kan tekenen. De mogelijkheden om bezwaar te maken worden dan ook altijd in de betreffende beschikking opgenomen.
HOOFDSTUK 1 - ALGEMENE BEPALINGEN
ARTIKEL 1 Begripsomschrijvingen
Dit artikel omvat alleen de omschrijvingen van die begrippen die in de verordening zijn genoemd en niet in Awb zijn opgenomen.
ARTIKEL 2 Reikwijdte van de verordening
Alleen activiteiten die vallen onder de in dit artikel genoemde punten vallen onder de reikwijdte van de verordening. Overige door de gemeente Oud-Beijerland verstrekte subsidies worden op grond van de Awb verstrekt, of vallen onder een andere verordening.
In de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 is de brede opdracht voor gemeente neergelegd om zorg te dragen voor de maatschappelijke ondersteuning en de kwaliteit en de continuïteit van voorzieningen (voor mensen met beperkingen, chronische psychische of psychosociale problemen). Meer specifiek gaat het om:
ARTIKEL 3 Uitvoering van de verordening
Het uitgangspunt waarop de bevoegdheden in de nieuwe subsidieverordening is gebaseerd, is dat de gemeenteraad op hoofdlijnen stuurt en het college zorgt voor de uitvoering hiervan.
Om subsidies onder een Europees steunkader te brengen moet de subsidie op het toepasselijke steunkader worden toegesneden. Daarbij kan het nodig zijn dat er afgeweken wordt van de ASV, of dat deze aangevuld wordt. Het eerste lid maakt het college daartoe bevoegd.
Het tweede en derde lid zijn een uitvloeisel van de eis van de Europese Commissie dat in subsidieregelingen en -beschikkingen die gebruik maken van het Europees steunkader, het toepasselijke kader expliciet wordt vermeld.
Als sprake is van steun die valt onder een Europees steunkader, kunnen uiteraard alleen de activiteiten, doelstellingen, resultaten en kosten voor subsidie in aanmerking komen voor zover die voldoen aan de eisen en voorwaarden van het betreffende steunkader (lid 4). Net zo goed als dat bij subsidies waarop een Europees steunkader van toepassing is, ondernemingen alleen in aanmerking komen als de subsidieverstrekking voldoet aan de voorwaarden van het desbetreffende steunkader (lid 5).
In artikel 4:25 van de Awb wordt de mogelijkheid geschapen een subsidieplafond te hanteren. De bevoegdheid tot vaststelling van een subsidieplafond moet dan wel in de verordening zijn opgenomen. Op grond van het eerste lid van artikel 4:26 van de Awb moet de verordening tevens regelen hoe het beschikbare bedrag wordt verdeeld of welk orgaan dat krachtens de verordening mag doen, dit is in Artikel 3 vastgelegd.
HOOFDSTUK 2 - DE SUBSIDIEAANVRAAG
ARTIKEL 6 Indienen aanvraag structurele subsidie
De datum voor het indienen van de aanvraag houdt verband met de besluitvorming in het kader van de begrotingscyclus van de gemeente. Dit artikel geeft alleen aan welke gegevens bij een eerste aanvraag moeten worden ingediend, omdat alle instellingen die een eerste aanvraag indienen deze gegevens moeten overleggen. Het college bepaalt in beleidsregels waaraan de overige aanvragen moeten voldoen. Hierbij houdt het college rekening met het uitgangspunt dat de te overleggen stukken in verhouding moeten staan tot de hoogte van het subsidiebedrag.
Bij een subsidie aan een onderneming moet voorkomen worden dat subsidie wordt verleend die niet in overeenstemming is met de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (hierna VWEU). Daarom zijn een tweetal aanvraagvereisten opgenomen die specifiek voor ondernemingen gelden. Ten eerste, om ontoelaatbare cumulatie te voorkomen wordt een overzicht gevraagd van subsidies, vergoedingen of tegemoetkomingen in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd die al zijn of zullen worden ontvangen voor de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd (tweede lid, onderdeel d, onder 1). Het gaat naast subsidie bijvoorbeeld om garanties, leningen, korting op de grondprijs, etc. Ten tweede, om subsidie onder de de-minimisverordening te kunnen verlenen moet de onderneming een de-minimisverklaring gevraagd worden (tweede lid, onderdeel d, onder 2). Op basis van een ingeleverde de-minimisverklaring dient het college te controleren of verlenen van de subsidie in overeenstemming is met de de-minimisverordening.
ARTIKEL 7 Indienen aanvraag incidentele subsidie en initiatievenfonds OBL
Ook hier geldt dat de datum voor het indienen van de aanvraag verband houdt met het besluitvormingstraject. Alleen in bijzondere gevallen kan het college hiervan afwijken. Het college bepaalt in beleidsregels waaraan de aanvraag moet voldoen.
ARTIKEL 8 Indienen aanvraag investeringssubsidie
Ook hier geldt dat de datum voor het indienen van de aanvraag verband houdt met het besluitvormingstraject. Vaak zijn investeringssubsidies niet voorzien en dient de gemeenteraad hiervoor budget beschikbaar te stellen.
HOOFDSTUK 3 - SUBSIDIEVERLENING
ARTIKEL 9 Algemene uitgangspunten voor het verstrekken van subsidies
De onder 1 tot en met 3 gestelde uitgangspunten zijn kaders (bevoegdheid gemeenteraad) en worden dan ook vastgelegd in de verordening. Het college kan hiervan niet afwijken, tenzij toepassing van deze uitgangspunten zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard (Artikel 27 van deze verordening).
Op grond van Artikel 1 en 2 van deze verordening kan het college alleen subsidie verstrekken aan instellingen met een volledige rechtspersoonlijkheid. Op grond van lid 4 van dit artikel kan het college hier, in bijzondere gevallen van afwijken.
ARTIKEL 10 Bevoegd bestuursorgaan
De gemeenteraad heeft het budgetrecht, in dit artikel is dan ook vastgelegd, dat het college alleen subsidies kan verstrekken indien de gemeenteraad hiervoor geld beschikbaar heeft gesteld.
ARTIKEL 11 Weigerings-, intrekkings- en terugvorderingsgronden
De in dit artikel genoemde weigeringsgronden zijn kaders (bevoegdheid gemeenteraad) en worden dan ook vastgelegd in de verordening.
ARTIKEL 12 Besluit tot subsidieverlening
Nadat de gemeenteraad in november de programmabegroting heeft vastgesteld, neemt het college, ten aanzien van de structurele subsidies uiterlijk 31 december een definitieve beslissing in de vorm van een beschikking.
Het college beslist op een aanvraag voor een incidentele subsidie, een investeringssubsidie en een subsidie uit het initiatievenfonds OBL binnen 13 weken nadat de aanvraag compleet is, of als de instelling de aanvullende stukken niet (tijdig) indient, binnen 13 weken nadat de uiterste indieningstermijn is verstreken.
ARTIKEL 13 Uitvoeringsovereenkomst
Dit artikel maakt het mogelijk dat naast de beschikking tot subsidieverlening een uitvoeringsovereenkomst met een instelling wordt afgesloten.
Dit artikel maakt het mogelijk dat het college een voorschot op de subsidie kan verlenen en dat dit voorschot eventueel in kwartalen wordt uitbetaald. Ook geeft dit artikel het college de bevoegdheid om een vordering in mindering te brengen op een voorschot op de subsidie.
HOOFDSTUK 4 - SUBSIDIEVASTSTELLING
ARTIKEL 15 Structurele subsidie
In principe geldt dat de ontvanger van een structurele subsidie een verzoek tot vaststelling in moet dienen bij het college. Het college stelt voorwaarden waaraan dit verzoek moet voldoen. Deze voorwaarden worden bij de subsidieverlening kenbaar gemaakt. Ook hierbij geldt het uitgangspunt dat de te overleggen stukken in verhouding moeten staan tot de hoogte van het subsidiebedrag.
ARTIKEL 16 Incidentele subsidie en initiatievenfonds OBL
In principe geldt dat de ontvanger van een incidentele subsidie een verzoek tot vaststelling in moet dienen bij het college. Het college stelt voorwaarden waaraan dit verzoek moet voldoen. Deze voorwaarden worden bij de subsidieverlening kenbaar gemaakt. Ook hierbij geldt het uitgangspunt dat de te overleggen stukken in verhouding moeten staan tot de hoogte van het subsidiebedrag.
ARTIKEL 17 Enkele vaststelling
Bijvoorbeeld bij kleine subsidiebedragen kan het college besluiten de ontvanger niet te verplichten een aanvraag tot subsidievaststelling in te dienen. Dit artikel is niet van toepassing op investeringsubsidies. Investeringssubsidies zijn in principe altijd grotere bedragen en het is dan ook bij deze subsidies onwenselijk om niet over te gaan tot vaststelling van de subsidie.
ARTIKEL 18 Investeringssubsidie
De ontvanger van een investeringsubsidie moet een verzoek tot vaststelling indienen. Het college stelt voorwaarden waaraan dit verzoek moet voldoen. Deze voorwaarden worden bij de subsidieverlening kenbaar gemaakt. Ook hierbij geldt het uitgangspunt dat de te overleggen stukken in verhouding moeten staan tot de hoogte van het subsidiebedrag.
ARTIKEL 19 Ambtshalve vaststellen
Ambtshalve vaststellen houdt in, dat het college overgaat tot subsidievaststelling, zonder dat daartoe een (volledige) aanvraag is ingediend. De subsidie wordt dan vastgesteld op basis van de op dat moment beschikbare gegevens.
Dit artikel is gebaseerd op Artikel 4:41 van de Awb, de verordening moet een grondslag bieden om hiervan gebruik te maken. Op grond van de Awb kan de Gemeente Oud-Beijerland nooit een hoger bedrag terugvorderen dan het totaal van de verstrekte subsidie.
HOOFDSTUK 5 - VERPLICHTINGEN INSTELLINGEN
Wijziging van statuten kan leiden tot beëindiging van de subsidierelatie, bijvoorbeeld doordat de doelstelling van de instelling zodanig wijzigt, dat hoofdactiviteit van deze instelling niet meer valt binnen het gestelde in deze verordening of binnen de gestelde beleidskaders en/of beleidsregels.
ARTIKEL 22 Ontbinding instelling
Indien de instelling overgaat tot ontbinding vervalt de subsidierelatie. Het is dan ook van belang dat het college hiervan onmiddellijk op de hoogte wordt gesteld. Bovendien is het van belang dat eigendommen of reserves verkregen met subsidies terug te vorderen zijn door de gemeente.
ARTIKEL 23 Erfstellingen, legaten, enzovoort
Op grond van Artikel 10 kan het college subsidie weigeren indien de aanvrager ook zonder subsidieverlening over voldoende gelden beschikt. Indien een instelling een erfstelling, een legaat en dergelijke ontvangt en deze zodanig substantieel is dat subsidieverstrekking niet langer noodzakelijk is, kan het college overwegen de subsidierelatie te beëindigen.
Het college kan het proces van subsidieverlening en de werking van de algemene subsidieverordening in ieder geval eens in de vier jaar evalueren.
Dit artikel is gebaseerd op Artikel 5:11 van de Awb, de verordening moet een grondslag bieden om hiervan gebruik te maken.
Bijzondere omstandigheden kunnen het college er toe bewegen om een instelling ontheffing te verlenen van een verplichting.
Er kunnen zich situaties voordoen dat het handhaven van bepalingen uit deze verordening onredelijk zou zijn. In deze situaties kan het college besluiten van deze bepalingen af te wijken.
ARTIKEL 28 Rekenkamercommissie
De rekenkamercommissie kan inlichting inwinnen bij gesubsidieerde instellingen voor uitvoering van een onderzoek in opdracht van de gemeenteraad.
ARTIKEL 29 Procesbeschrijvingen
Indien de gemeente procesbeschrijvingen wil hanteren moet de verordening hiervoor een grondslag bieden.
Uit oogpunt van rechtszekerheid blijven de bepalingen zoals opgenomen in de Algemene subsidieverordening gemeente Oud-Beijerland 2006 van toepassing op subsidies die al zijn verleend voor de inwerkingtreding van deze verordening.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-177869.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.