Legesverordening 2017

 

 

De raad van de gemeente Stichtse Vecht,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 november 2016;

 

gehoord de commissie bestuur en financiën van 6 december 2016;

 

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet;

 

besluit

 

vast te stellen de

 

Verordening op de heffing en invordering van leges 2017

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    dag : de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    week : een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    maand : het tijdvak dat loopt van een dag in een kalendermaand tot en met de daaraan voorafgaande datum in de volgende kalendermaand;

  • d.

    jaar : het tijdvak dat loopt van de een dag in een kalenderjaar tot en met de daaraan voorafgaande datum in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    kalenderjaar : de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);

  • d.

    het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.2.1.4.1 en 3.3.2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, indien deze aanvraag een vergunning betreft voor een algemeen nut beogende instelling of sociaal belang behartigende instelling die zich blijkens haar statuten de uitoefening ten doel stelt van activiteiten van maatschappelijke, sociale of culturele aard en waarbij de activiteiten in hoofdzaak worden verricht door vrijwilligers;

  • e.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening van een vergunning of ontheffing voor het plaatsen van een mobiele onderzoeksunit die wordt gebruikt voor het doen van bevolkingsonderzoek als bedoeld in artikel 1, onder c, van de Wet op het bevolkingsonderzoek, voor welk onderzoek op grond van die wet vergunning is verleend;

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen dertig dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

    • c.

      digitaal (internet) wordt gedaan, op het moment van ontvangst van de digitale kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.6 (akten burgerlijke stand)

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten en Nederlandse Identiteitskaart);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.4 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 5.

      hoofdstuk 5 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 6.

      onderdeel 1.4.6 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 14 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1.

    De ‘Legesverordening 2016’ van 16 december 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Legesverordening 2017’

20 december 2016

Griffier Voorzitter

Tarieventabel behorende bij de legesverordening 2017

 

 

 

 

Titel 1 Algemene dienstverlening

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

 

1.1.1

Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in Goudestein of Boom en Bosch (alle betaalde huwelijken in Stichtse Vecht zijn inclusief trouwboekje met plastic omslag):

 

1.1.1.1

1.1.1.2

maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 - 18.00 uur met uitzondering van de tijdstippen genoemd in artikel 1.1.1.4 (tijdsduur 1 uur)

maandag tot en met vrijdag na 18.00 uur en zaterdag en zondag (tijdsduur 1 uur)

€ 475,00

€ 850,00

 

 

 

1.1.1.3

in Goudestein op maandag en dinsdag tussen 10.00 - 14.30 uur bescheiden ceremonie (tijdsduur 15 minuten).

€ 175,00

1.1.1.4

op het Gemeentekantoor op maandag om 08.45 uur en 9.15 uur. Exclusief trouwboekje en omslag en getuigen van de gemeente.

Kosteloos

1.1.1.5

voor een ambtenaar als getuige bij een kosteloos huwelijk, partnerschapregistratie of bescheiden ceremonie:

€ 27,50

 

 

 

1.1.1.6

1.1.1.7

1.1.1.8

1.1.1.9

in Stichtse Vecht op maandag t/m vrijdag tussen 09.00 uur en 18.00 uur met een tijdsduur van 1 uur op een externe vaste trouwlocatie (exclusief kosten locatie)

in Stichtse Vecht op maandag t/m vrijdag na 18.00 uur en zaterdag en zondag met een tijdsduur van 1 uur op een externe vaste trouwlocatie (exclusief kosten locatie)

in Stichtse Vecht op maandag t/m vrijdag tussen 09.00 uur en 18.00 uur met een tijdsduur van 1 uur op een vrije trouwlocatie naar keuze (exclusief kosten locatie)

in Stichtse Vecht op maandag t/m vrijdag na 18.00 uur en zaterdag en zondag met een tijdsduur van 1 uur op een vrije trouwlocatie naar keuze (exclusief kosten locatie)

€ 475,00

€ 590,00

€ 575,00

€ 690,00

1.1.2

Het tarief voor de benoeming van de huwelijksambtenaar voor één dag bedraagt

€ 175,00

1.1.3

Het tarief voor het wijzigen of annuleren van een huwelijk, of partnerschapregistratie na in behandel name bedraagt:

 

1.1.3.1

voor de wijziging van de datum tot 3 maanden voor de voltrekking van het huwelijk of partnerschapregistratie

kosteloos

1.1.3.2

een wijziging van de datum binnen een periode van 3 maanden tot 1 maand voor het huwelijksdatum of partnerschapregistratie

€ 27,00

1.1.3.3

voor wijzigingen van de datum binnen 1 maand voor de huwelijksdatum of partnerschapregistratie

€ 95,00

1.1.3.4

bij annulering van een niet-kosteloos huwelijk tot 3 maanden voor de huwelijksdatum of partnerschapregistratie: 25% van de leges genoemd in 1.1.1.1 t/m 1.1.1.9

 

1.1.3.5

bij annulering van een niet-kosteloos huwelijk binnen een periode van 3 maanden tot 1 maand voor de huwelijksdatum of partnerschapregistratie 50% van de leges genoemd in 1.1.1.1 t/m 1.1.1.9

 

1.1.3.6

bij annulering van een niet-kosteloos huwelijk binnen 1 maand voor de huwelijksdatum of partnerschapregistratie 75% van de leges genoemd in 1.1.1.1 t/m 1.1.1.9

 

1.1.3.7

bij annulering van een kosteloos huwelijk of partnerschapregistratie

€ 29,50

1.1.4

Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een partnerschap in een bijzonder huis ingevolge artikel 1:64 van het Burgerlijk Wetboek:

 

1.1.4.1

op de dagen en uren als het gestelde onder 1.1.1.1 t/m 1.1.1.2 en

 

 

op de dagen en uren buiten het gestelde onder 1.1.1.1 t/m 1.1.1.2

€ 445,10

1.1.5

Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van:

 

1.1.5.1

een plastic omslag en/of inlegboekje bij een kosteloos huwelijk

€ 16,65

1.1.5.2

een plastic omslag en/of duplicaat inlegboekje

€ 16,65

1.1.6

Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand (Stb. 1879, 72) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand (Stb. 1969, 36) of zoals dit besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd.

 

1.1.7

Het tarief voor een aanwijzing tot trouwlocatie bedraagt

€ 150,00

 

 

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse Identiteitskaart

 

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, faciliteitenpaspoort en zakenpaspoort voor 18 jaar en ouder

€ 64,75

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, faciliteitenpaspoort en zakenpaspoort voor jonger dan 18 jaar

€ 51,45

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument voor vluchtelingen en en vreemdelingen

€ 51,45

1.2.1.4

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart voor 18 jaar en ouder

€ 50,65

1.2.1.5

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart voor jonger dan 18 jaar

€ 28,60

1.2.2

De tarieven genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.5 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 47,55

 

 

 

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 38,45

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

1.3.3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een Eigen Verklaring met Geneeskundig verslag bedraagt, naast het tarief dat door het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) wordt vastgesteld.

Bij een digitale aanvraag worden de administratiekosten niet in rekening gebracht.

€ 5,05

 

 

 

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon of meerdere personen waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens:

 

1.4.2.1.1

per verstrekking aan de balie of per post

€ 15,15

1.4.2.1.2

digitaal via de website van de gemeente, per verstrekking

€ 5,05

1.4.2.1.3

tot het verstrekken van een persoonslijst uit de basisregistratie personen:

€ 23,55

1.4.2.1.4

tot het voor echt verklaren van een fotokopie van een origineel paspoort of rijbewijs, waar geen verantwoording wordt genomen voor de inhoud van het stuk:

€ 8,50

1.4.2.1.5

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn voor een pensioenfonds

kosteloos

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.2 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één of meerdere persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

 

1.4.4

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 2,27

1.4.5

Het tarief bedraagt voor het op verzoek van derden doen van naspeuringen naar familierechtelijke betrekkingen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 22,15

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) voor natuurlijke personen

€ 41,35

 

 

 

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

 

1.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

 

1.5.1.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

 

1.5.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

€ 0,25

 

met een maximum per bericht van

€ 5,10

1.5.1.1.2

meer dan 100 pagina’s

€ 25,40

1.5.1.2

bij verstrekking anders dan op papier

€ 5,10

1.5.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

€ 25,40

1.5.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.5.1.1, 1.5.1.2 en 1.5.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

 

1.5.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€ 5,10

 

 

 

Hoofdstuk 6 Bestuursstukken

 

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.6.1.1

een afschrift van de gemeentebegroting

€ 58,40

1.6.1.2

een afschrift van de gemeenterekening

€ 58,40

1.6.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.6.2.1

tot het verstrekken van:

 

1.6.2.1.1

een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per pagina

€ 0,25

1.6.2.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina

€ 0,25

1.6.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

 

1.6.2.2.1

op de verslagen van de raadsvergaderingen

 

1.6.2.2.1.a

indien deze digitaal worden verzonden

€ 19,25

1.6.2.2.1.b

indien deze per post worden verzonden

€ 46,65

1.6.2.2.2

op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen

 

1.6.2.2.2.a

indien deze digitaal worden verzonden

€ 45,90

1.6.2.2.2.b

indien deze per post worden verzonden

€ 86,55

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.6.3.1

tot het verstrekken van:

 

1.6.3.1.1

een afschrift van het verslag van een vergadering van een raadscommissie, per pagina

€ 0,25

1.6.3.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per pagina

€ 0,25

1.6.3.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

 

1.6.3.2.1

op de verslagen van de vergaderingen van een raadscommissie

 

1.6.3.2.1.a

indien deze digitaal worden verzonden

€ 5,75

1.6.3.2.1.b

indien deze per post worden verzonden

€ 22,80

1.6.3.2.2

op de stukken behorende bij de vergaderingen van een raadscommissie

 

1.6.3.2.2.a

indien deze digitaal worden verzonden

€ 39,60

1.6.3.2.2.b

indien deze per post worden verzonden

€ 64,15

1.6.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.6.4.1

een afschrift van de APV

€ 24,00

1.6.4.2

een afschrift van de bouwverordening

€ 40,00

1.6.4.3

een afschrift van een andere verordening, per pagina

€ 0,25

 

met een maximum van

€ 36,85

 

 

 

Hoofdstuk 7 Vastgoedinformatie

 

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.7.1.1

tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.7.1.1.1

in formaat A4, per bladzijde

€ 0,25

1.7.1.1.2

in formaat A3, per bladzijde

€ 0,50

1.7.1.2

tot het verstrekken van een kopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per pagina

€ 15,95

1.7.1.2.1

Voor het op CD leveren van kaarten, tekeningen of stukken per CD:

€ 27,45

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 11,60

1.7.3

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van nasporingen in het gemeentelijk kadaster, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 14,55

1.7.4

Verklaring bestemming en gebruik.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het verstrekken van een verklaring waarin wordt aangegeven;

•welke verstrekte omgevingsvergunningen, besluiten ingeschreven als bedoeld in artikel 5.1 8 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en splitsingsvergunningen er sinds 1 januari 2011 zijn afgegeven.

•wat de Monumentale, BAG en huisnummerstatus van het pand betreft.

•welke bestemmingen / planologische bepalingen er op het adres aanwezig zijn.

€ 135,00

Per adres

1.7.5

Verklaring bestemming en gebruik met plantoetsing.

Als 1.7.4, aangevuld met een verklaring over het bouwplan betreffende de artikelen 2 en 3 van bijlage II van het Bor (omgevingvergunningvrij bouwen).

€ 195,00

Per adres

1.7.6.

Indien men bij een verzoek om verklaring bestemming en gebruik zoals aangegeven in 1.7.4. of 1.7.5. wordt verzocht om vergunningen en besluiten (zoals aangegeven in 1.7.4.) van vóór 1 januari 2011 wordt onverminderd het geen aangegeven in 1.74. of 1.7.5. het bedrag verhoogd met;

€16,95

Per adres

 

 

 

Hoofdstuk 8 Vervallen

 

 

 

 

Hoofdstuk 9 Inzage bouwvergunningen of omgevingsvergunningen

 

1.9.3

Het tarief voor het verlenen van inzage in nog niet naar een archiefbewaarplaats overgebrachte bouw- en omgevingsvergunningen dossiers bedraagt :

 

1.9.3.1

voor het eerste dossier

€ 17,10

1.9.3.2

voor elk volgende dossier

€ 8,30

 

Indien blijkt na zoekactie, dat het gevraagde dossier niet aanwezig is in het archief van de gemeente of waarvoor de klant inzage moet vragen bij het Regionaal Historisch Centrum te Breukelen, wordt het tarief behorende bij artikel 1.9.3.2 in rekening gebracht per dossier.

 

Hoofdstuk 10 Huisvestingswet

 

1.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.10.1

tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014.

€ 126,15

 

 

 

Hoofdstuk 11 Leegstandwet

 

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.11.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 74,65

 

 

 

Hoofdstuk 12 Standplaatsen

 

1.12

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning om in de gemeente standplaats te mogen innemen met de bedoeling goederen of waren te verkopen:

 

1.12.1

geldig voor 1 dag

€ 16,15

1.12.2

geldig voor een week of korter doch langer dan een dag

€ 33,30

1.12.3

geldig voor vier kalendermaanden of korter, doch langer dan een week

€ 61,55

1.12.4

geldig langer dan vier maanden

€ 152,35

 

 

 

Hoofdstuk 13 Winkeltijdenwet

 

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.13.1

tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet/winkeltijdenverordening

€ 124,10

1.13.2

tot het wijzigen van een in onderdeel 1.13.1 bedoelde ontheffing

€ 62,55

 

 

 

Hoofdstuk 14 Kansspelen

 

1.14.1

Het tarief, zoals vastgesteld in artikel 3 van het Speelautomatenbesluit, bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.14.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 57,00

1.14.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 57,00

 

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,30

1.14.1.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd

€ 228,55

1.14.1.4

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat

€ 228,55

 

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 137,20

1.14.2

De subonderdelen 1.14.1.1 en 1.14.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

 

1.14.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 104,90

 

 

 

Hoofdstuk 15 Telecommunicatie

 

1.15.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van instemmingsbesluit, als bedoeld in art. 4.1 van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden

 

1.15.1.1

indien het betreft tracés van 0-250 m¹

€ 305,50

1.15.1.2

indien het betreft tracés van 250-1000 m¹

€ 450,80

1.15.1.3

indien het betreft tracés van 1000-2500 m¹

€ 596,10

1.15.1.4

indien het betreft tracés van 2500-5000 m¹

€ 741,40

1.15.1.5

indien het betreft tracés langer dan 5000 m¹

Op basis van een begroting

1.15.1.6

Indien een begroting als bedoeld in 1.15.1.5 is uitgebracht, wordt een aanvraag pas in behandeling genomen nadat de uitgebrachte begroting is geaccordeerd

 

1.15.1.7

indien het betreft het in behandeling nemen van een graafmelding

€ 48,45

1.15.1.8

indien het betreft dat er met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare gronden en/of andere netbeheerders en de netbeheerder, verhoogd per kwartier met

€ 24,20

 

 

 

Hoofdstuk 16 Verkeer en vervoer

 

1.16

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.16.1

tot het verkrijgen of wijzigen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 27,40

1.16.2

tot het verkrijgen of wijzigen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 63,50

1.16.3

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 66,60

1.16.4

tot het verkrijgen van een eenmalige ontheffingsverlening routes gevaarlijke stoffen

€ 236,60

1.16.5

tot het verkrijgen of wijzigen van een langdurige ontheffingsverlening routes gevaarlijke stoffen

€ 325,40

1.16.6

tot het verkrijgen van een bijzondere toestemming voor het laden en lossen van gevaarlijke stoffen

€ 110,75

 

 

 

Hoofdstuk 17 Diversen

 

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.17.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 12,80

1.17.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.17.1.2.1

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,25

1.17.1.2.2

per pagina op papier van A3-formaat

€ 0,50

1.17.1.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.17.1.1 en 1.17.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk

€ 15,80

1.17.1.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 89,50

1.17.1.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 13,60

 

 

 

Hoofdstuk 18 Ligplaats

 

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.18.1

tot het verkrijgen of wijzigen van een ontheffing/vergunning om een ligplaats in te nemen

€ 90,25

 

 

 

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 1012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.2

bouwkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.3

Wabo : Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

€ 590,25

2.2.2

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

50%

 

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning ( waaronder ook 1e en 2e fase )

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen (verlenen, weigeren, buiten behandeling laten of intrekken) van een aanvraag om een omgevingsvergunning de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

Project: project als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, of 2.2 van de Wabo.

 

 

Activiteit: activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, of 2.2 van de Wabo

 

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten tot € 50.000 bedragen:

met een minimum van

4,40%

€ 252,25

 

 

 

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 50.000 tot € 100.000 bedragen:

4,30%

 

 

 

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 100.000 tot € 200.000 bedragen:

4,20%

 

 

 

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 200.000 tot € 500.000 bedragen:

3,70%

 

 

 

2.3.1.1.5

indien de bouwkosten € 500.000 of meer bedragen:

3,50%

 

 

 

2.3.1.2

1e Welstandstoets

 

2.3.1.2.1

Het tarief voor de toetsing van een omgevingsvergunning voor bouwactiviteit aan de redelijke eisen van welstand bedraagt:

€ 74,65

 

vermeerderd met de kosten die door het uitvoeringsorgaan Mooisticht in rekening worden gebracht.

zie bijlage A

2.3.1.2.2

Voor de toets van de bouwactiviteit aan de welstandscriteria kleine plannen van de Welstandsnota als bedoeld in artikel 12a van de Woningwet bedragen de kosten:

€ 59,55

2.3.1.2.3

Voor de welstand en/of monumententoets in het kader van een vooroverlegplan of conceptaanvraag van de bouwactiviteit bedragen de kosten:

€ 88,80

 

Deze zijn niet verrekenbaar bij een definitieve aanvraag omgevingsvergunning

 

 

 

 

2.3.1.2.5

2 e en volgende Welstandstoets

 

2.3.1.2.5.1

Het tarief voor de tweede en volgende toetsing van een omgevingsvergunning voor bouwactiviteit aan de redelijke eisen van welstand bedraagt per keer:

€ 103,95

 

Dit bedrag wordt vermeerderd met het tarief van welstand wanneer er getoetst wordt door de welstand i.v.m. handhaving; reclame; vooroverlegplan en/ of gecombineerd welstand- en monumentenadvies dat in de commissie wordt behandeld

zie bijlage A

 

 

 

2.3.1.2.6

Monumentenadvies

 

2.3.1.2.6.1

Het tarief voor een verplicht advies van de monumentencommissie bedraagt per uur:

€ 112,00

 

met een maximum van:

€ 1.009,00

 

 

 

2.3.1.2.7

Beoordeling aanvullende/ vervangende gegevens

 

2.3.1.2.7.1

Onverminderd het bepaalde in titel 2, hoofdstuk 3 bedraagt het tarief voor het beoordelen van aanvullende / vervangende gegevens per document of tekening

€ 51,45

 

 

 

2.3.1.3

Advies agrarische commissie

 

 

Onverminderd het bepaalde in titel 2, hoofdstuk 3 bedraagt het tarief, voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 760,00

 

Inzake nieuwe vestigingen en/of beoordeling van een bedrijfsplan

€ 900,00

 

Betrekking agrarische commissie bij uitspraken van een commissie voor bezwaar en beroep en/of gerechtelijke uitspraken

€ 950,00

 

Nadere adviezen op eerder uitgebrachte adviezen

€ 450,00

 

Second opinion

€ 1200,00

 

 

 

2.3.1.4

Achteraf ingediende aanvraag (legalisering van reeds uitgevoerde activiteiten)

 

 

Naast het bepaalde in titel 2, hoofdstuk 3 bedraagt het tarief,

 

 

indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit:

50%

 

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

 

 

Met een minimum van

€ 229,05

 

 

 

2.3.1.5

Indien een aanvraag om omgevingsvergunning wordt ingediend onder certificaat overeenkomstig de nationale beoordelingsrichtlijn “Bouwplantoetsingen aan het bouwbesluit BRL 5019” vindt reductie plaats van de overeenkomstig artikel 2.3.1.1 bepaalde legeskosten met

25%

 

Met een maximum van

€ 10.090,00

 

 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.2.1

indien de aanlegkosten tot € 10.000 bedragen:

€ 305,75

2.3.2.2

vermeerderd met een percentage van

2,40%

 

het bedrag waarmee die aanlegkosten € 10.000 te boven gaan

 

 

 

 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

 

2.3.3.1

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo (binnenplanse afwijking):

€ 254,25

2.3.3.2

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 1.062,50

2.3.3.3

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo (buitenplanse afwijking):

€ 5.085,35

2.3.3.4

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo (afwijking van exploitatieplan):

€ 708,30

2.3.3.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 7.079,15

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo (afwijking van nationale regelgeving):

€ 7.079,15

2.3.3.7

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 708,30

2.3.3.8

Indien het een aanvraag betreft tot wijziging of nadere uitwerking van het geldende bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 3.6, lid 1 van de Wet ruimtelijke ordening:

€ 6000

 

 

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.4.1

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo (binnenplanse afwijking):

€ 1.526,60

2.3.4.2

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 1.658,80

2.3.4.3

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo (buitenplanse afwijking)

€ 5.085,35

2.3.4.4

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo (afwijking van exploitatieplan):

€ 4.306,40

2.3.4.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 7.079,15

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo (afwijking van nationale regelgeving):

€ 649,80

2.3.4.7

indien de aanvraag betrekking heeft op artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 1.017,05

2.3.4.8

Indien het een aanvraag betreft tot wijziging of nadere uitwerking van het geldende bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 3.6, lid 1van de Wet ruimtelijke ordening:

€ 5.000

 

 

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, wordt het bedrag zoals berekend onder Titel 3 Hoofdstuk 6 van deze tarieventabel verhoogd met:

 

 

voor een grondoppervlak tot en met 1.999 m² :

€ 885,90

 

voor een grondoppervlak van 2.000 m² tot en met 4.999 m² :

€ 1.326,85

 

voor een grondoppervlak van 5.000 m² tot en met 14.999 m² :

€ 1.771,80

 

voor een grondoppervlak van 15.000 m² tot en met 24.999 m² :

€ 2.659,70

 

voor een grondoppervlak van 25.000 m² tot en met 49.999 m²

€ 3.102,70

 

 

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening van deze Gemeente aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 407,65

 

verhoogd met de door het uitvoeringsorgaan Mooisticht, in rekening gebrachte advieskosten. Het tarief hiervoor bedraagt per uur

€ 112,00

 

met een maximum van

€ 1.017,00

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 305,75

 

verhoogd met de door Mooisticht in rekening gebrachte advieskosten. Het tarief hiervoor bedraagt per uur

€ 111,00

 

met een maximum van

€ 1.017,05

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening van deze gemeente aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

€ 203,80

 

 

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 472,20

 

 

 

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 203,80

 

 

 

2.3.9

Uitweg/inrit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 315,80

 

 

 

2.3.10

Kappen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening of een bomenverordening, een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 129,15

 

 

 

2.3.11

Handelsreclame

 

 

indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aan op, tussen, tegen, een onroerende zaak maken van handelsreclame of te voeren met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor publiek toegankelijke plaats, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder h, van de Wabo, bedraagt het tarief per m2 voor handelsreclame bestemde oppervlakte

€ 168,50

 

met een minimum van

€ 133,20

 

en een maximum van

€ 4.668,65

 

 

 

2.3.12

Opslag van roerende zaken

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente (of de provincie), waarvoor op grond van een bepaling in artikel 2:10A van de Algemene plaatselijke verordening (of een provinciale verordening) een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

2.3.12.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

€ 118,05

2.3.12.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

 

 

 

 

 

 

€ 118,05

 

 

 

2.3.13

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

2.3.13.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 489,35

2.3.13.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoelt in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

€ 489,35

 

 

 

2.3.14

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

€ 611,45

 

 

 

2.3.15

Andere activiteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.15.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 611,45

2.3.15.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 611,45

2.3.15.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft:

€ 611,45

2.3.15.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft:

€ 611,45

 

 

 

2.3.16

Vervallen

 

 

 

 

2.3.17

Beoordeling milieu onderzoeken

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.17.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 384,45

2.3.17.2

voor beoordeling van een akoestische onderzoek

€ 114,00

2.3.17.3

een verzoek tot het volgen van een procedure verkrijging hogere grenswaarde

€ 354,15

 

 

 

2.3.18.1

Archeologie: schriftelijk advies

 

 

de leges voor het behandeling nemen van een aanvraag voor het schriftelijk verstrekken van adviezen inzake archeologische waarden en verwachtingen bedragen

€ 305,75

2.3.18.2

Archeologie:beoordelen programma van eisen

 

 

de leges voor de beoordeling, namens het bevoegd gezag, van aangeleverde programa's van Eisen inzake archeologisch (voor)onderzoek, overeenkomstig het protocol opstellen Programa van Eisen, Kwaliteitsnorm voor Nederlandse Archeologie 3.1 bedragen

€ 372,30

2.3.18.3

Archeologie: beoordeling plannen van aanpak

 

 

de leges voor de beoordeling, namens het bevoegd gezag, van aangeleverde plannen van Aanpak inzake archeologisch (voor)onderzoek, bedragen

€ 248,20

2.3.18.4

Archeologie: beoordeling rapportages

 

 

de leges voor de beoordeling, namens het bevoegd gezag, van rapportages die voortvloeien uit archeologisch (voor)onderzoek, ex artikelen 39, tweede lid, 40, eerste lid en 41, eerste lid Monumentenwet bedragen

€ 619,55

 

 

 

2.3.19

Beoordeling rapporten en onderzoeken

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief per rapport of onderzoek:

 

2.3.19.1

voor de beoordeling van een bezonnings rapport

€ 153,35

2.3.19.2

voor de beoordeling van een geuremissie rapport

€ 153,35

2.3.19.3

voor de beoordeling van een planschaderisicoanalyse rapport

€ 305,75

2.3.19.4

voor de beoordeling van een vuurlastberekenings rapport

€ 153,35

2.3.19.5

voor de beoordeling van een Bouwbesluitgelijkwaardigheidsoplossings rapport voor zover al niet landelijk erkend

€ 153,35

2.3.19.6

voor de beoordeling van een luchtkwaliteits rapport

€ 153,35

2.3.19.7

voor de beoordeling van een parkeeronderzoeks rapport

€ 153,35

2.3.19.8

voor de beoordeling van een duurzaamheidsrapport op grond van de Bepalingsmethode Milieuprestatie Gebouwen en GWW-werken

€ 153,35

2.3.19.9

voor de beoordeling van een exploitatieplan (voor zover niet al geheel beoordeeld door de agrarische commissie)

€ 590,25

2.3.19.10

voor de beoordeling van een trillingenonderzoek

€ 153,35

2.3.19.11

voor de beoordeling van een ecologisch onderzoek (b.v. quick scan, Flora & Fauna, Natuurbeschermingswet etc.)

€ 153,35

2.3.19.12

Voor de beoordeling van de Natuur en Landschapsrapport

€ 153,35

2.3.19.13

Voor de beoordeling van een Cultuurhistorisch rapport

€ 153,35

 

 

 

2.3.20

Advies

 

 

onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien en daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuurorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning of bestemmingsplan

€ 826,35

 

 

 

2.3.21

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.21.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.21.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 424,80

2.3.21.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

€ 826,35

 

 

 

Hoofdstuk 4 Vermindering

 

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges voor 50% in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3. Dit is niet van toepassing indien niet binnen 1 jaar na verzenddatum van de uitspraak van de gemeente de aanvraag wordt ingediend en niet van toepassing voor de op grond van art. 2.3.1.2.3 in rekening gebrachte kosten voor een welstand of monumentenadvies (principeadvies).

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning

 

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan.

Met dien verstaande dat de teruggaaf het bedrag van de leges bedrag voor zover zij €250,- te boven gaan

90%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. Behoudens de gemaakte kosten door Mooisticht, of andere adviesorganen

 

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na twee weken en binnen vier weken na het in behandeling nemen ervan

Met dien verstaande dat de teruggaaf het bedrag van de leges bedrag voor zover zij € 250,- te boven gaan

60%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. Behoudens de gemaakte kosten door het uitvoeringsorgaan voor Mooisticht, of andere adviesorganen

 

2.5.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na vier weken en binnen zes weken na het in behandeling nemen ervan

Met dien verstaande dat de teruggaaf het bedrag van de leges bedrag voor zover zij €250,- te boven gaan

40%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. Behoudens de gemaakte kosten door het uitvoeringsorgaan voor Welstand en Monumenten, Mooisticht, Monumentencommissie of andere adviesorganen

 

2.5.1.4

het tarief ter zake van het niet verder in behandeling nemen van een aanvraag omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1.1 of artikel 2.2 van de Wabo omdat deze aanvraag niet ontvankelijk is als bedoeld in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht

 

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

50%

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.2, 2.3.4, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen twaalf maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

geen

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.4, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

geen

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

2.5.3.3

Indien na beoordeling van een aanvraag blijkt dat deze in strijd is met het vigerend bestemmingsplan en ook met het ontwerpbestemmingsplan en op verzoek van de aanvrager wordt deze ingetrokken en binnen 1 jaar wordt een nieuwe aanvraag ingediend, op dezelfde locatie die op hoofdlijn identiek is aan de ingetrokken aanvraag en omdat een nieuw bestemmingsplan van kracht is bedraagt de teruggaaf:

Minus de kosten van externe advisering.

50%

 

 

 

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

 

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 101,90

 

 

 

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project, waarbij oppervlakte en bouwvolume niet worden gewijzigd.

5%

 

van het verschuldigde legesbedrag voor de oorspronkelijke omgevingsvergunning

 

 

met een minimum van

€ 275,45

 

met een maximum van

€ 5.950,10

 

 

 

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 7.079,15

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 3.539,55

2.8.3.

Parkgewijze aanpassing van recreatiebestemming naar woonbestemming

€ 305,75

 

per recreatiewoning.

 

2.8.4

onverminderd zijn artikel 2.3.17 tot artikel 2.3.19.2 van toepassing op het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een onderzoeksrapport dient te worden beoordeeld.

 

 

 

 

Hoofdstuk 9 Algemeen: principestandpunt bestemmingsplan, projectbesluit

 

2.9

de leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een

 

 

principestandpunt over een wijziging van een bestemmingsplan of

 

 

projectbesluit

€ 708,30

 

 

 

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

 

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 310,75

 

 

 

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 Horeca

 

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 653,85

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 535,80

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 123,10

3.1.4

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing van het sluitingsuur voor inrichtingen, als bedoeld in de Drank- en Horecawet, geldend voor een kwartaal

€ 65,60

3.1.4.1

geldend voor een kalenderjaar

€ 269,40

3.1.4.2

geldend voor 1 keer

€ 19,15

3.1.5

een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Drank- en Horecawet

€ 100,90

3.1.6

Indien bij de behandeling van de aanvragen tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in de artikelen 3.1.1 t/m 3.1.3 van deze tarieventabel een BIBOB advies wordt ingewonnen worden de daar genoemde tarieven verhoogd met:

€ 733,55

3.1.7

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning voor een horecabedrijf als bedoeld in artikel 2 28 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 458,10

 

 

 

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

 

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ingevolge de Algemene Plaatselijke Verordening voor:

 

3.2.1.1

een vergunning of ontheffing, voor zover niet anders is aangegeven in dit hoofdstuk

€ 141,25

3.2.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om ontheffing op grond van artikel 4:6 van de Algemene Plaatselijke Verordening.

€ 36,30

 

Als sprake is van een combinatie met de evenementenvergunning als bedoeld in artikel 2:25 APV zijn geen leges verschuldigd.

 

3.2.1.3

een vergunning als bedoeld in artikel 2:10 (voorwerpen of stoffen op, aan of boven de weg)

€ 141,25

3.2.1.4

een (meerjarige) vergunning als bedoeld in artikel 2:25 (evenement):

 

3.2.1.4.1

commerciële evenementen die volgens het Uitvoeringsbeleid Evenementen vallen onder:

 

3.2.1.4.1.1

Risicocategorie (meerjarige) A

€ 114,00

(€ 164,45)

3.2.1.4.1.2

Risicocategorie (meerjarige) B

€ 148,30

(€ 198,75)

3.2.1.4.1.3

Risicocategorie C

€ 6.834,95

3.2.1.4.1.4

Indien een aanvraag om evenementenvergunning in risicocategorie C valt, maar qua aard en omvang gelijk is te stellen met Risicocategorie B geldt het tarief zoals opgenomen in artikel 3.2.1.4.1.2

 

3.2.1.4.1.5

Extra opgevraagde gegevens:

 

 

Bij eerste keer opvragen extra gegevens

€ 114,00

 

Bij tweede en volgende keren opvragen extra gegevens

€ 285,55

3.2.1.4.2

een vergunning als bedoeld in artikel 5:23 (snuffelmarkt):

€ 143,30

 

 

 

Hoofdstuk 3 Overige vergunningen APV

 

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ingevolge de Algemene Plaatselijke Verordening voor:

 

3.3.1

een vergunning als bedoeld in artikel 2:72 (ter beschiking stellen consumenten vuurwerk)

€ 384,45

3.3.2

een vergunning als bedoeld in artikel 5:13 (inzameling van geld of goederen)

€ 143,30

3.3.3

een vergunning als bedoeld in artikel 5:34 (verbranden afvalstoffen)

€ 68,60

 

 

 

Hoofdstuk 4 Prostitutiebedrijven

 

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.4.1

Tot het verlenen, verlengen of wijzigen van een vergunning als bedoeld in artikel 3.4 van de Algemene plaatselijke verordening:

 

3.4.1.1

voor een escortbedrijf

€ 589,25

3.4.1.2

voor andere seksbedrijven dan bedoeld in het subonderdeel 3.4.1.1

€ 589,25

 

 

 

Hoofdstuk 5 Huisvestingswet 2014

 

3.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.5.1

tot het verlenen van een vergunning voor het onttrekken van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014

€ 397,55

3.5.2

tot het verlenen van een vergunning voor het samenvoegen van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder b, van de Huisvestingswet 2014

€ 397,55

3.5.3

tot het verlenen van een vergunning voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder c, van de Huisvestingswet 2014

€ 397,55

3.5.4

tot het verlenen van een vergunning voor het verbouwen van woonruimte tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014

€ 397,55

3.5.5

tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014

€ 813,25

Hoofdstuk 6 Brandveilig gebruik

 

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in Bouwbesluit 2012, met een basistarief van

€ 124,10

3.6.1

het bedrag als genoemd in artikel 3.6 wordt bij een vloeroppervlak van:

 

3.6.1.1

0 t/m 499 m2 verhoogd met

€ 105,95

3.6.1.2

500 t/m 4.999 m2 verhoogd met

€ 367,30

3.6.1.3

5.000 t/m 49.999 m2 verhoogd met

€ 690,15

3.6.1.4

50.000 m2 en meer m2 verhoogd met

€ 966,60

 

 

 

Hoofdstuk 7 Kinderopvang

 

3.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

3.7.1.1

het in exploitatie nemen van een kindercentrum (dagopvang en / of buitenschoolse opvang) of gastouderbureau als bedoeld in artikel 1:45, eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen of een peuterspeelzaal als bedoeld in artikel 2.2 eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

€ 1.061,60

3.7.1.2

het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1:45, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

 

3.7.1.2.1

indien het een eerste registratie betreft

€ 412,90

3.7.1.2.2

indien het een tweede of volgende registratie betreft binnen het jaar na eerste registratie

€ 322,90

3.7.2.1

Indien de in 3.7.1.1 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan én er nog geen inspectie heeft plaatsgevonden, bedraagt de teruggaaf van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

75%

3.7.2.2

Indien de in 3.7.1.1 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van tien weken na het in behandeling nemen ervan, of wordt afgewezen op grond van de inspectie voor aanvang exploitatie, bedraagt de teruggaaf

50%

 

 

 

Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

3.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 590,25

 

 

 

Behorende bij het raadsbesluit van 20 december 2016

 

 

 

 

De griffier van de gemeente Stichtse Vecht,

 

Naar boven