Verordening tot wijziging van de Verordening verbrede rioolheffingen maart 2016 tot en met februari 2017 (eerste wijziging)

 

De raad van de gemeente Schijndel;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 10 oktober 2016;

gelet op artikel 228a van de Gemeentewet;

 

Besluit

vast te stellen de volgende:

“Verordening tot wijziging van de Verordening verbrede rioolheffingen maart 2016 tot en met februari 2017 (eerste wijziging)”.

Artikel I

In artikel 5 wordt het tweede lid vervangen als volgt:

  • 2.

    Het aantal kubieke meters water wordt gesteld op het aantal kubieke meters water dat in de laatste aan het begin van het belastingtijdvak voorafgaande verbruiksperiode naar de locatie is toegevoerd of opgepompt.

Artikel II

In artikel 8 wordt het tweede lid vervangen als volgt:

  • 2.

    Voor de heffingen als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b en vijfde lid, zijn de volgende belastingtijdvakken van toepassing:

    • a.

      belastingtijdvak 2016, dit belastingtijdvak is gelijk aan de periode van 1 maart 2016 tot en met 31 december 2016;

    • b.

      belastingtijdvak 2017, dit belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel III

Artikel 9 word vervangen als volgt:

 

Artikel 9

De heffing wordt geheven bij wege van aanslag.

Artikel IV

Artikel 11 word vervangen als volgt:

 

Artikel 11

  • 1.

    De belasting als bedoeld in artikel 3 vijfde lid moet in afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990, in twee termijnen worden betaald, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, en de tweede twee maanden later.

  • 2.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de belasting als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder a en b, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, betaald worden in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, en de tweede twee maanden later.

  • 3.

    In afwijking van het tweede lid geldt, in het geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 100,00 doch minder is dan € 3.500,00, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in 10 gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 4.

    In afwijking van het derde lid, in het geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslag biljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, minder is dan € 100,00, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in één termijn. Deze termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 5.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in dit artikel gestelde termijnen.

Artikel V

Overgangsrecht

De “Verordening verbrede rioolheffingen maart 2016 tot en met februari 2017”, vastgesteld bij raadbesluit van 28 januari 2016 wordt gewijzigd met ingang van de datum van wijziging, genoemd in het tweede lid van artikel VI, met dien verstande dat de gewijzigde bepalingen van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich hebben voorgedaan vóór die datum.

Artikel VI

Inwerkingtreding en citeerartikel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de 8e dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van deze wijziging is 31 december 2016.

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als "Wijzigingsverordening verbrede rioolheffingen maart 2016 tot en met februari 2017 (eerste wijziging)".

Aldus besloten door de raad in zijn openbare vergadering van 10 november 2016,

 

De griffier,

F.G.T.W. van Kessel–van Erp

De voorzitter,

J.Eugster - van Bergeijk

Naar boven