RAADSBESLUIT gemeenschappelijke regeling Drechtsteden 11e wijziging

 

Datum en nummer

10 november 2016, nummer 077/2016

De raad van de gemeente Papendrecht

gelezen het voorstel van het college,

overwegende,

• dat op 8 maart 2006 de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden (GRD) in werking is getreden;

• dat de Drechtraad op 1 maart 2016 heeft besloten tot het doorvoeren van enkele wijzigingen in de tekst van de gemeenschappelijke regeling;

• dat deze wijzigingen betrekking hebben op het in procedure brengen van wijzigingsvoorstellen, op de samenstelling van het Drechtstedenbestuur en op de procedure waarlangs het Drechtstedenbestuur wordt samengesteld;

• dat niet over alle voorstellen eensluidend is gestemd;

• dat daarnaast nog enkele redactionele verbeteringen nodig zijn;

gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Gemeentewet, de Kieswet en de Algemene wet bestuursrecht;

B E S L U I T:

de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden, versie 11.0 als volgt te wijzigen:

Artikel I

A. In artikel 1, eerste lid onder w wordt wet gewijzigd in Wsw;

B. In artikel 1, eerste lid onder y wordt WMO gewijzigd in Wmo;

C. In artikel 3, eerste lid wordt f gewijzigd in g;

D. In artikel 5, eerste lid vervalt sub d, onder vernummering van sub e en f tot sub d en e;

E. In artikel 5, eerste lid onder d (nieuw) wordt tenminste twee gewijzigd in één of enkele;

F. Aan artikel 6, eerste lid wordt onder het kopje Algemeen een sub b toegevoegd, luidende: b. het in behandeling nemen en afdoen van verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur en daarvoor in de plaats tredende wetgeving, met inbegrip van tegen de desbetreffende besluiten ingediende bezwaar- en (hoger) beroepschriften.;

G. In artikel 6, eerste lid, onder het kopje Economie, arbeidsmarktbeleid en bereikbaarheid wordt in sub c en sub e een uitvoeringsprogramma gewijzigd in een regionaal uitvoeringsprogramma en wordt in sub l regionale gewijzigd in regionaal;

H. In artikel 6, eerste lid wordt onder het kopje Fysiek in sub a regionaal gewijzigd in regionale;

I. In artikel 6, eerste lid wordt onder het kopje Fysiek sub f, onder vernummering van sub g tot en met j tot f tot en met i, gewijzigd in sub j, waarbij sub j komt te luiden: De Drechtraad kan over de in dit lid genoemde visies, plannen en uitvoeringsprogramma’s uitvoeringsconvenanten sluiten met het Rijk, provincies, gemeenten, corporaties en marktpartijen.;

J. In artikel 6, derde lid onder het kopje Sociaal sub a wordt WMO gewijzigd in Wmo;

K. In artikel 6, vijfde lid wordt na subsidieverordeningen toegevoegd , nadere regels en beleidsregels en wordt op- en overgedragen gewijzigd in gedelegeerde en gemandateerde;

L. In artikel 7, eerste lid, eerste zin, tweede regel wordt f gewijzigd in e;

M. Aan artikel 7, eerste lid onder het kopje Sociaal wordt een sub c toegevoegd, luidende: Het indienen van een verzoek tot instelling van een bewind wegens verkwisting of het hebben van problematische schulden op grond van artikel 1:432 BW respectievelijk tot het verlengen of opheffen van een ingesteld bewind op grond van artikel 1:449 BW.

N. In artikel 7, tweede lid wordt e gewijzigd in d;

O. Artikel 9, tweede lid onder a komt te luiden: a. uit door de raden van de deelnemende gemeenten uit hun midden aangewezen leden, waarbij uit elke fractie die in de gemeenteraad is vertegenwoordigd een lid wordt aangewezen en, indien mogelijk, een plaatsvervangend lid en;

P. Artikel 9, tweede lid onder b komt te luiden: uit de leden als bedoeld in artikel 17, eerste lid onder b.;

Q. In artikel 12, eerste lid wordt vier gewijzigd in tien;

R. In artikel 16, derde lid wordt tweede gewijzigd in derde;

S. Artikel 20, eerste lid komt te luiden: De voorzitter van de Drechtraad en van het Drechtstedenbestuur is de burgemeester van Dordrecht.;

T. Artikel 20, vierde lid vervalt;

U. De titel van hoofdstuk 8 komt te luiden: Portefeuillehouders en Portefeuillehoudersoverleggen;

V. Artikel 21, tweede lid komt te luiden: De regionaal portefeuillehouder overlegt met de lokale portefeuillehouders in het portefeuillehoudersoverleg over de stukken die voor het Drechtstedenbestuur worden geagendeerd inzake de betreffende portefeuille.;

W. Het kopje van artikel 29 komt te luiden: De Regiogriffie;

X. In artikel 29, vierde lid wordt regiogriffie gewijzigd in Regiogriffie;

Y. In artikel 30, eerste lid wordt regiogriffie gewijzigd in Regiogriffie;

Z. Artikel 30, derde en vierde lid vervallen;

AA. In artikel 32, eerste lid vervalt , de algemeen directeur;

BB. In artikel 35, eerste lid vervalt , alsmede voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie;

CC. Na artikel 46 wordt onder vernummering van de artikelen 47 tot en met 58 tot 48 tot en met 59, een nieuw artikel 47 toegevoegd, luidende:

Inlichtingen

Artikel 47

1. De gemeenteraad van een gemeente kan een lid van het Drechtstedenbestuur uitnodigen om inlichtingen te verstrekken in een raadsvergadering dan wel schriftelijk, over aangelegenheden betreffende zijn portefeuille.

2. Het lid van het Drechtstedenbestuur dat een uitnodiging ontvangt als bedoeld in het eerste lid geeft gehoor aan de uitnodiging, met dien verstande dat, indien hij in een raadsvergadering wordt uitgenodigd, voor de datum waarop hij wordt uitgenodigd rekening wordt gehouden met zijn verplichtingen ten aanzien van zijn eigen raad.

DD. Bijlage 1 wordt vervangen door de bij dit besluit behorende Bijlage 1, met dien verstande dat in de kolom "Papendrecht"

bij het onderdeel "Precariobelasting" ingevuld dient te worden: "GBD/GBD";

bij het onderdeel "Toeristenbelasting" ingevuld dient te worden: "GEM/SCD";

bij het onderdeel "Reinigingsrecht incidentele dienst" de bestaande invulling "GEM/SCD" dient te worden geschrapt.

 

Artikel II

A. In artikel 5, eerste lid onder b, c, d, e en f vervalt: en door de Drechtraad zijn aanvaard;

B. In artikel 5, derde lid vervalt , indien die door de Drechtraad worden aanvaard;

C. In artikel 54, tweede lid (nieuw) wordt na de eerste volzin een tweede volzin toegevoegd, luidende: Onverminderd het gestelde in de eerste volzin worden in beginsel voorstellen tot wijziging van de regeling door het college van Burgemeester en Wethouders van Dordrecht aan de overige besturen voorgelegd, tenzij er in een specifiek geval een concrete aanleiding is om het voorstel door een ander bestuursorgaan aan de overige bestuursorganen te laten voorleggen.

 

Artikel III

Artikel 17, eerste lid onder b komt te luiden: b. een wethouder uit het college van burgemeester en wethouders van een gemeente, per aan deze regeling deelnemende gemeente.

 

Artikel IV

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2017.

 

Artikel V

 

Dit besluit kan worden aangehaald als "wijzigingsbesluit gemeenschappelijke regeling Drechtsteden (elfde wijziging)".

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 10 november 2016,

 

de griffier,

A.P.M.A.F. Bergmans

de voorzitter,

A.J. Moerkerke

 

Toelichting wijzigingsbesluit

 

Artikel I

A. Redactionele verbetering.

B. Redactionele verbetering.

C. Redactionele verbetering.

D. Bij nadere beschouwing heeft artikel 5, eerste lid sub d, met een kleine redactionele aanpassing, geen toegevoegde waarde ten opzichte van sub e. Uit oogpunt van efficiënte wetgeving kan sub d daarom vervallen.

E. Zie D.

F. De afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een uitspraak van 16 februari 2016 (ECLI:NL:RVS:2016:329) bepaald dat het bestuur van een gemeenschappelijke regeling slechts bevoegd is om verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur in behandeling te nemen en af te doen als deze bevoegdheid expliciet in de regeling is opgenomen. Gezien het grote aantal Wob-verzoeken dat de laatste jaren bij alle bestuursorganen wordt ingediend, is het nodig om deze bevoegdheid in de regeling op te nemen.

G. Deze wijziging is bedoeld om uniformiteit in de formulering binnen dit artikel te bewerkstelligen en om duidelijk te maken dat het uitsluitend om regionale visies gaat.

H. Redactioneel.

I. Dit betreft slechts een verplaatsing van sub f naar sub j, omdat dit duidelijk maakt dat de bevoegdheid uitvoeringsconvenanten aan te gaan betrekking heeft op alle daarboven staande programma's en niet slechts over de programma's genoemd onder a tot en met e.

J. Redactioneel.

K. Aan dit artikellid worden nadere regels en beleidsregels toegevoegd voor de volledigheid van de opsomming. Verder worden overal in de regeling de begrippen gemandateerd en gedelegeerd gebruikt.

L. Dit betreft een correctie van een verwijzing.

M. De genoemde artikelen van het Burgerlijk Wetboek geven het college de bevoegdheid om om instelling van een bewind wegens verkwisting of het hebben van problematische schulden te verzoeken respectievelijk om het verlengen of opheffen daarvan. Deze bevoegdheden passen bij de uitvoering van de schuldhulpverlening en om die reden worden deze bevoegdheden gemandateerd aan het Drechtstedenbestuur.

N. Dit betreft een correctie van een verwijzing.

O. Het is van begin af aan de bedoeling geweest dat alle fracties van de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten in de Drechtraad vertegenwoordigd zouden zijn. Feitelijk staat tot nu toe in de regeling echter alleen dat er evenveel Drechtraadleden zijn als er fracties zijn. Dat wil nog niet zeggen dat er één lid is uit elke fractie. Met deze wijziging wordt de tekst van de regeling in overeenstemming gebracht met de bedoeling van de regeling.

P. In artikel 17, tweede lid wordt de samenstelling van het Drechtstedenbestuur geregeld. In artikel 9 wordt de (formele) benoeming van de leden van de Drechtraad geregeld die beoogd lid van het Drechtstedenbestuur zijn en dat komt een-op-een overeen met artikel 17, tweede lid. Het is dan ook beter om in artikel 9 eenvoudig te verwijzen naar artikel 17, tweede lid.

Q. De formulering van artikel 12 was nog gebaseerd op de situatie in het begin van het bestaan van de Drechtraad. Inmiddels is de vergaderfrequentie anders.

R. Dit betreft een correctie van een verwijzing.

S. Door artikel 17, eerste lid onder b zodanig te wijzigen dat slechts wethouders lid kunnen zijn van het Drechtstedenbestuur moet in de regeling zelf worden bepaald wie de voorzitter is van de Drechtraad en van het Drechtstedenbestuur. Immers, tot nu toe kon op grond van artikel 9, tweede lid onder b jo. artikel 17, eerste lid onder b, een burgemeester worden benoemd als voorzitter. Door de voorgestelde wijziging kan dat niet meer. Aangezien de burgemeester van Dordrecht tot nu toe altijd de voorzitter van beide besturen is geweest, wordt voorgesteld die gewoonte vast te leggen in artikel 20, eerste lid.

T. Het vierde lid van artikel 20 kan vervallen omdat in het eerste lid het voorzitterschap expliciet bij de burgemeester van Dordrecht is belegd. De Drechtraad hoeft de voorzitter nu niet meer aan te wijzen, dat doet de regeling zelf al.

U. Redactioneel.

V. Deze tekst komt beter overeen met het karakter van de portefeuillehouders¬overleggen zoals die zijn bedoeld.

W. Redactioneel.

X. Redactioneel.

Y. Redactioneel.

Z. Hetgeen in deze leden wordt geregeld wordt ook geregeld in artikel 29, derde en vierde lid.

AA. In het verleden is er enige tijd sprake geweest van een aparte secretarisfunctie en een aparte algemeen directeur. Inmiddels zijn deze functies weer in één persoon verenigd en is dit onderscheid niet meer nodig.

BB. Hetgeen is geregeld in het verwijderde zinsdeel is tevens geregeld in het derde lid.

CC. Dit artikel voorziet in de politiek-bestuurlijke behoefte van de gemeenteraden om rechtstreeks inlichtingen te kunnen krijgen van een regioportefeuillehouder. Tot nu toe gaat dat via de lokale portefeuillehouder of via de Drechtraad. Het is niet de bedoeling dat hiermee de lokale portefeuillehouder buiten spel wordt gezet. De wet maakt het mogelijk dat regionale portefeuillehouders door lokale raden worden uitgenodigd voor het geven van een toelichting op zijn regionale portefeuille. Het gaat echter niet om het afleggen van verantwoording. De regionale portefeuillehouder in het Dagelijks Bestuur is slechts verantwoording verschuldigd aan het Algemeen Bestuur (art. 19a Wgr).

DD. De inhoud van de belastingtaken is gewijzigd en aangegeven in de bijlage. Aangezien de bijlage wat Papendrecht betreft niet geheel correct is weergegeven, wordt dat in dit besluit gecorrigeerd.

 

Artikel II

A. Dit geeft invulling aan het besluit van 1 maart 2016 van de Drechtraad om, ter versnelling van de totstandkoming van wijzigingen van de tekst van de GR Drechtsteden, de processtap dat wijzigingsbesluiten door de Drechtraad moeten worden aanvaard te laten vervallen.

B. Zie A.

C. In zijn vergadering van 1 maart 2016 heeft de Drechtraad uit praktische overwegingen besloten dat voorstellen tot wijziging van de GR Drechtsteden in beginsel door het college van Dordrecht aan de overige bestuursleden ter besluitvorming worden voorgelegd. De belangrijkste reden daarvoor is dat de concept wijzigingsvoorstellen bij de gemeente Dordrecht worden opgesteld en de agendering zo het snelst kan plaatsvinden. Als er een goede reden is om daar van af te wijken, blijft dat mogelijk.

 

Artikel III

Deze wijziging regelt dat het Drechtstedenbestuur bestaat uit één lid van elk college van de deelnemende gemeenten plus de voorzitter. Mocht een van de deelnemende gemeenten het niet eens zijn met dit voorstel, dan kan via een amendement worden besloten het besluit vast te stellen, met uitzondering van artikel III.

Het gevolg daarvan is dat artikel III dan niet in werking treedt, omdat de wijzigingsbesluiten van de GR Drechtsteden ongewijzigd door alle deelnemers moeten worden vastgesteld. De overige wijzigingen die onder artikel I en artikel II staan treden dan echter wel in werking.

 

Artikel IV

Regelt de datum waarop het wijzigingsbesluit in werking treedt.

 

Artikel V

Betreft de citeertitel van het wijzigingsbesluit.

 

Naar boven