Gemeenteblad van Meerssen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Meerssen | Gemeenteblad 2016, 139811 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Meerssen | Gemeenteblad 2016, 139811 | Beleidsregels |
Subsidiebeleid gemeente Meerssen 2017–2022
Gemeente Meerssen heeft een rijk verenigingsleven en telt vele (vrijwilligers)organisaties die een bijdrage leveren aan de maatschappelijke doelen in onze gemeente. De gemeente subsidieert organisaties die een bijdrage leveren aan de verwezenlijking van beleidsdoelen die zonder subsidie niet of niet geheel gerealiseerd zouden kunnen worden. Subsidieverstrekking is daarmee een belangrijk (sturings)instrument om gemeentelijke beleidsdoelstellingen te verwezenlijken. Dit instrument dient dan ook op een efficiënte en doelmatige wijze te worden ingezet zodat de organisaties hun doelen kunnen verwezenlijken.
Het voorgaande subsidiebeleid was verouderd (2007) en paste niet meer in de huidige tijdsgeest van de samenleving. Vandaar dat de gemeente Meerssen in 2011 (Kerntakendiscussie) de ambitie heeft uitgesproken om haar subsidiebeleid voor vrijwilligersorganisaties te willen herijken. Tevens is er een taakstellende bezuiniging gesteld van 30% op het totale subsidiebudget voor de vrijwilligersorganisaties.
Naast de vrijwilligersorganisaties is ook de subsidiëring voor professionele welzijnsinstellingen in dit nieuwe subsidiebeleid opgenomen. Dit is noodzakelijk vanwege het intrekken van de subsidieverordening uit 2007. De subsidievorm voor professionele welzijnsinstellingen is echter niet herijkt.
In maart 2016 is de startnotitie Herijking Subsidiebeleid vastgesteld door het College van B&W. De startnotitie is tot stand gekomen vanuit de bestuurlijke visie die tot uiting komt in diverse bestuurlijke en integrale beleidsplannen; denk hierbij aan de Toekomstvisie 2020, het Bestuursakkoord Meerssen in Balans 2015–2018 en beleidsstukken zoals de toekomstagenda Sociaal Domein. Daarnaast is alle input uit het herijkings- en participatietraject van 2011 tot op heden meegenomen.
De inhoud van de startnotitie is besproken (in meedenkbijeenkomsten) met de betreffende organisaties en de klankbordgroep. Aansluitend zijn deze organisaties benaderd voor het aanleveren van enkele basisgegevens, zoals ledenaantallen en contributiebedragen. Ook werd de Raad betrokken bij de ontwikkelingen middels een Raadsparticipatiebijeenkomst. De input die gedurende het proces is verzameld heeft geleid tot een nieuw subsidiebeleid. Uiteraard is het van belang het subsidiebeleid op regelmatige basis te monitoren.
Het nieuwe subsidiebeleid heeft als doel de subsidiemiddelen (meer) doel- en resultaatgericht in te zetten en (meer) krachtige en toekomstbestendige (vrijwilligers)organisaties te realiseren. Dit geldt voor de organisaties op het gebied van cultuur, welzijn, zorg en andere maatschappelijke organisaties.
Om een doel- en resultaatgericht subsidiebeleid te bereiken is de methodiek uitgewerkt aan de hand van twee kernbegrippen; maatschappelijk belang en maatschappelijk rendement.
Het maatschappelijk belang kan gezien worden als subsidiëring voor de ‘kernactiviteit’ van een betreffende organisatie. Naast de kernactiviteit(en) van organisaties komt ook de maatschappelijke rol en functie steeds nadrukkelijker in beeld. Subsidiëring vanuit het maatschappelijk rendement is een resultaatgerichte methodiek die het maatschappelijk effect van de gemeentelijke doelstellingen vergroot en tegelijkertijd de extra inzet die organisaties daarvoor leveren mogelijk maakt. Organisaties die naast hun kernactiviteit(en) extra activiteiten organiseren met maatschappelijke (meer)waarde, kunnen in aanmerking komen voor extra subsidie. Deze activiteiten dienen niet primair gericht te zijn op eigen leden.
Er zijn enkele bestuurlijke keuzes gemaakt die van invloed zijn op het nieuwe subsidiebeleid. Deze keuzes worden hieronder opgesomd:
Vrijwilligersorganisaties die een subsidiebedrag ontvangen van € 250 of lager komen in het nieuwe subsidiebeleid niet meer in aanmerking voor een basissubsidie. Deze keuze is gemaakt op basis van de omvang van het subsidiebedrag ten opzichte van de totale financiële omvang van de activiteiten en draagkracht van de organisatie.
Vrijwilligersorganisaties die activiteiten organiseren op het terrein van zang/koren, kunst/schilderen en toneel komen niet meer in aanmerking voor de basissubsidie. Deze keuze is gemaakt, omdat verwacht wordt dat inwoners hier zelf inhoud aan geven en deze kosten zelf kunnen betalen. Voor inwoners die dit niet kunnen betalen zijn speciale regelingen (bijv. Jeugdcultuurfonds).
De volgende speerpunten staan centraal binnen het nieuwe beleid:
De gemeente neemt steeds vaker de regierol op zich. Met subsidies als instrument geeft de gemeente sturing aan het bereiken van gemeentelijk beleid en doelen. De gemeente wil meer subsidiëren in het realiseren van maatschappelijke effecten en het ondersteunen van (waardevolle activiteiten voor) kwetsbare groepen. Dit stimuleert en beloont beweging en innovatie.
Toekomstbestendige verenigingen
De gemeente wil (meer) krachtige en toekomstbestendige (vrijwilligers)organisaties realiseren. De gemeente vindt het belangrijk om daarin samenwerking te ontwikkelen. De gemeente wil een stimulans geven elkaar op te zoeken en samen te gaan werken. Samenwerking komt van onderop, maar de gemeente kan dat wel stimuleren en mogelijk maken.
Eén van de uitgangspunten van het nieuwe subsidiebeleid is te komen tot een eenduidig subsidiestelsel. Onder het mom van gelijke monniken, gelijke kappen wordt verondersteld dat activiteiten met een min of meer gelijke doelstelling op een gelijke wijze worden gewaardeerd. De basis vormt immers een zo rechtvaardig mogelijk subsidiebeleid. Het subsidiebeleid is transparant doordat het inzicht verschaft in de te ontvangen bedragen per organisatie en/of cluster.
In het nieuwe subsidiebeleid is gestreefd naar het vereenvoudigen van de regels en het beperken van de administratieve lasten voor de subsidieaanvragers en voor de gemeente. Er is gekozen voor eenvoudige subsidieberekeningen waarbij een minimaal aantal componenten is gebruikt binnen de berekening. Daarnaast is bij het ontwerpen van de regels en voorwaarden kritisch gekeken naar welke informatie noodzakelijk is voor het toekennen van de subsidie. In combinatie met eenvoudige subsidieberekeningen, is een ontwerp mogelijk van aanvraagformulieren waarin de subsidiebedragen direct worden berekend.
Als uitgangspunt van het toekennen van subsidies hanteren wij het vertrouwen dat de activiteiten ook daadwerkelijk uitgevoerd worden waarvoor de subsidie is aangevraagd. De gemeente loopt hierbij het risico dat er subsidie onterecht wordt uitgekeerd. Dit risico beperken we door het uitvoeren van steekproefcontroles. Door deze keuze kan er niet optimaal gestuurd worden op resultaten/prestaties, maar is tevens ook minder ambtelijke capaciteit nodig. In plaats van het standaard vragen om een verantwoording, kiezen we voor een ‘actieve meldingsplicht’ voor de aanvrager als hij niet (meer) voldoet aan de eisen die gelden voor de betreffende subsidie.
Stimuleren van deelname kinderen en jongeren
De subsidieregeling creëert een stevige basis voor (deelname van) kinderen en jongeren. De gemeente vindt jeugddeelname namelijk belangrijk. Basis uitgangspunt is dat elk kind toegang heeft om deel te nemen aan de maatschappij. Kinderen en jongeren verdienen en krijgen daarom extra aandacht binnen de subsidieregeling. Al bij de jeugd moet de basis gelegd worden om zich te verenigen en gezamenlijk verantwoordelijkheid te dragen voor de samenleving. Organisaties die niet in aanmerking komen voor een basissubsidie, zoals zang en toneel, komen wel in aanmerking voor een activiteitensubsidie welke kinderen/jongeren stimuleren om deel te nemen en tot ontwikkeling te komen.
Ondersteuning gemeente is meer dan subsidieverstrekking
De gemeente stimuleert en faciliteert organisaties actief bij te dragen aan de maatschappelijke effecten. Dit gaat verder dan alleen subsidieverstrekking. De rol van de gemeente in de ondersteuning van organisaties is een mix van de inzet van menskracht, middelen en kennis. Er is namelijk behoefte aan concrete ondersteuning bij diverse onderwerpen. Dit kan bijvoorbeeld zijn door als gemeente organisaties te ondersteunen bij het zoeken naar gewenste oplossingen en het beantwoorden van vragen, stimuleren van onderlinge samenwerking en het aanbieden/organiseren van cursussen en opleidingen. Dit wordt verder opgepakt in het vrijwilligersbeleid.
Er is een afbouwregeling conform de Algemene Wet Bestuursrecht voor organisaties die in 2017, op grond van het nieuwe subsidiebeleid, geen aanspraak meer maken op de basissubsidie. Er wordt een overgangsregeling gehanteerd om geleidelijk van de huidige naar de nieuwe situatie te groeien. Een geleidelijke afbouw is daarbij het uitgangspunt waarbij organisaties zowel financieel als inhoudelijk ondersteund kunnen worden. Organisaties die in 2017 op grond van het nieuwe subsidiebeleid geen aanspraak meer kunnen maken op een basissubsidie, komen in aanmerking voor een bijdrage op grond van onderstaande afbouwregeling:
4.1 Beleidsregel Basissubsidie
Burgemeester en Wethouders van Meerssen:
gelet op de Algemene subsidieverordening Meerssen 2017.
besluiten vast te stellen de volgende regeling: Subsidieregeling Basissubsidie Meerssen 2017.
Deel A: Waarderingssubsidie voor het maatschappelijk belang
Gemeente Meerssen heeft een rijk verenigingsleven en telt vele niet-professionele vrijwilligersorganisaties die een bijdrage leveren aan de maatschappelijke doelen in de gemeente Meerssen. De gemeente subsidieert organisaties die een bijdrage leveren aan de verwezenlijking van beleidsdoelen die zonder subsidie niet of niet geheel gerealiseerd zouden kunnen worden. Subsidieverstrekking is daarmee een belangrijk (sturings)instrument om gemeentelijke beleidsdoelstellingen te verwezenlijken. Dit instrument dient dan ook op een efficiënte en doelmatige wijze te worden ingezet. De basissubsidie is opgebouwd uit een waarderingssubsidie voor het maatschappelijk belang en een stimuleringssubsidie voor het maatschappelijk rendement.
Wat is het doel van deze subsidie?
De waarderingssubsidie wordt verleend aan organisaties als tegemoetkoming in de kosten die voortvloeien uit de uitvoering van de kernactiviteit(en) ten behoeve van de eigen leden en/of doelgroep (inzet voor inwoners van de gemeente Meerssen).
De waarderingssubsidie heeft als doel het ondersteunen en onderhouden van een goede basisinfrastructuur van krachtige en toekomstbestendige organisaties (en/of activiteiten) die van algemeen maatschappelijk belang zijn voor de inwoners van de gemeente Meerssen.
Wie kan deze subsidie aanvragen?
Minimaal 80% van de contributie betalende leden dient afkomstig te zijn uit de gemeente Meerssen (dit geldt niet voor partijen zonder ledenstructuur). Jongeren uit de gemeente Meerssen die verhuisd zijn vanwege studie, maar wel lid zijn gebleven van de vereniging (contributie betalend), tellen mee als zijnde lid uit de gemeente Meerssen tijdens hun studietijd.
Een organisatie die in aanmerking wil komen voor de basissubsidie beschikt over een solide basisstructuur. Een solide basisstructuur betekent dat organisaties die in aanmerking willen komen voor de basissubsidie dienen te beschikken over minimaal twintig contributie betalende leden uit de gemeente Meerssen (inclusief jongeren die buiten de gemeente wonen vanwege studie) en een beleidsplan. Organisaties waarbij vrijwilligers met minderjarige kinderen werken bevelen wij aan een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) verplicht te stellen.
Wat zijn de subsidiegrondslagen?
Voor organisaties (met leden) binnen de clusters harmonieën en fanfares, schutterijen, carnavalsverenigingen, jeugd- en jongerenverenigingen en seniorenverenigingen geldt een:
En een aanvullend vast bedrag per cluster, gebaseerd op de omvang van de organisatie. Bij grotere ledenaantallen wordt voor de tegemoetkoming in de vaste kosten met financiële staffels gewerkt.
Welke criteria zijn van toepassing?Welke criteria zijn van toepassing?
De waarderingssubsidie wordt verleend aan organisaties als tegemoetkoming in de kosten die voortvloeien uit de uitvoering van de kernactiviteit(en). Om voor waarderingssubsidie in aanmerking te komen:
Bovenstaande activiteiten worden betiteld als kernactiviteiten.
Hoe kan de subsidie worden aangevraagd?
De aanvraag wordt ingediend met behulp van het daarvoor door het college van burgemeester en wethouders vastgestelde aanvraagformulier. Het formulier vermeldt in elk geval:
Een verklaring (van het bestuur) dat de instelling in het komende boekjaar conform haar doelstelling kernactiviteiten ten behoeve van de eigen leden en/of doelgroep (inzet voor de lokale samenleving) organiseert. Bij het formulier wordt een korte opsomming gegeven van de geplande activiteiten in het betreffende boekjaar.
Hoe wordt de subsidie toegekend?
Deel B: Stimuleringssubsidie voor het maatschappelijk belang
Wat is het doel van deze subsidie?
Stimuleringssubsidie is een extra subsidieverstrekking voor vrijwilligersorganisaties die aanvullende activiteiten organiseren naast hun kernactiviteit(en). De aanvullende activiteiten dienen gericht te zijn op de gemeenschap en in het bijzonder op kwetsbare groepen. Stimuleringssubsidie is ook gericht op het realiseren van doelstellingen vanuit het gemeentelijk beleid.
Wie kan deze subsidie aanvragen?
Enkel organisaties die een waarderingssubsidie ontvangen, hebben recht op deze subsidievorm.
Wat zijn de subsidiegrondslagen?
Welke criteria zijn van toepassing?
Hoe kan de subsidie worden aangevraagd?
Hoe wordt de subsidie toegekend?
Indien het subsidieplafond wordt bereikt, vindt allereerst een verdeling plaats waarbij alle organisaties, die een subsidieaanvraag voor stimuleringssubsidie hebben ingediend, één stimuleringssubsidie krijgen toegekend. Daarna wordt, indien noodzakelijk, het beschikbare subsidiebudget naar rato verdeeld onder de subsidieaanvragers.
4.2 Beleidsregel Activiteiten- en evenementensubsidie
Burgemeester en Wethouders van Meerssen:
gelet op de Algemene subsidieverordening Meerssen 2017.
besluiten vast te stellen de volgende regeling: Subsidieregeling Activiteiten- en evenementensubsidie Meerssen 2017.
De gemeente Meerssen subsidieert organisaties die een bijdrage leveren aan de verwezenlijking van beleidsdoelen die zonder subsidie niet of niet geheel gerealiseerd zouden kunnen worden. Subsidieverstrekking is daarmee een belangrijk (sturings)instrument om gemeentelijke beleidsdoelstellingen te verwezenlijken. Dit instrument dient dan ook op een efficiënte en doelmatige wijze te worden ingezet zodat de organisaties hun doelen kunnen verwezenlijken.
De activiteiten- en evenementensubsidie is een subsidie voor eenmalige en vaak kortdurende activiteiten/evenementen die niet onder de andere subsidies vallen en een uitnodigend karakter hebben. De activiteiten- en evenementensubsidie is opgebouwd uit een activiteitensubsidie en een evenementensubsidie.
Wat is het doel van deze subsidie?
De activiteitensubsidie is voor activiteiten die door een vrijwilligersorganisatie of burgerinitiatief worden uitgevoerd bestemd voor alle burgers, kinderen en jongeren en/of bijzondere (kwetsbare) doelgroepen. Het gaat hierbij om activiteiten die zijn gericht op het realiseren van doelstellingen vanuit het gemeentelijk beleid. De activiteitensubsidie heeft als doel het stimuleren van activiteiten die een (sociale) meerwaarde hebben voor de lokale samenleving en kwetsbare burgers in het bijzonder.
Wie kan deze subsidie aanvragen?
Wat zijn de subsidiegrondslagen?
Welke criteria zijn van toepassing?
Hoe kan de subsidie worden aangevraagd?
Hoe wordt de subsidie toegekend?
Wanneer komt de aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?
Onverminderd het bepaalde in artikel 8 van de Algemene Subsidieverordening Meerssen 2017 wordt de subsidie in ieder geval geweigerd indien:
Wat is het doel van deze subsidie?
Evenementen zijn belangrijk voor (de inwoners van) de gemeente Meerssen. Ze dragen bij aan de levendigheid van de gemeente, trekken bezoekers van buitenaf en zorgen voor een prettige leefomgeving. Een evenement wordt gezien als een voor publiek toegankelijke vertoning of gebeurtenis die doelbewust georganiseerd is en gericht is op een relatief groot publiek.
Wie kan deze subsidie aanvragen?
Wat zijn de subsidiegrondslagen?
Welke criteria zijn van toepassing?
Om in aanmerking te komen voor subsidie moet een evenement aan een aantal criteria voldoen:
Hoe kan de subsidie worden aangevraagd?
Hoe wordt de subsidie toegekend?
Wanneer komt de aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?
Onverminderd het bepaalde in artikel 8 van de Algemene Subsidieverordening Meerssen 2017 wordt de subsidie in ieder geval geweigerd/teruggevorderd indien:
4.3 Beleidsregel Exploitatie professionele welzijnsinstellingen
Burgemeester en Wethouders van Meerssen:
gelet op de Algemene subsidieverordening Meerssen 2017.
besluiten vast te stellen de volgende regeling: Subsidieregeling Exploitatiesubsidie Professionele Welzijnsinstellingen Meerssen 2017.
Wat is het doel van deze subsidie?
De gemeente Meerssen subsidieert professionele instellingen die een bijdrage leveren aan de verwezenlijking van beleidsdoelen die zonder subsidie niet of niet geheel gerealiseerd zouden kunnen worden. Subsidieverstrekking is daarmee een belangrijk (sturings)instrument om gemeentelijke beleidsdoelstellingen te verwezenlijken. Dit instrument dient dan ook op een efficiënte en doelmatige wijze te worden ingezet zodat de organisaties hun doelen kunnen verwezenlijken.
Wie kan deze subsidie aanvragen?
Deze subsidieregeling is slechts van toepassing op door burgemeester en wethouders aangewezen instellingen die actief zijn op het gebied van welzijn. Professionele welzijnsinstellingen zijn instellingen die met gebruikmaking van beroepskrachten in één of meer specifieke welzijnssectoren werkzaam zijn ten behoeve van de bevolking.
Hoe kan de subsidie worden aangevraagd?
Hoe wordt de subsidie beschikt?
Alvorens een beschikking af te geven voor professionele welzijnsinstellingen die gesubsidieerd worden in het kader van regionale exploitatie-afspraken, kunnen burgemeester en wethouders advies inwinnen bij het van toepassing zijnde regionaal portefeuillehoudersoverleg. Indien daartoe aanleiding is of op verzoek van burgemeester en wethouders kan door het betreffende regionaal portefeuillehoudersoverleg een overleg terzake worden geïnitieerd tussen de deelnemende gemeenten, respectievelijk de deelnemende gemeenten en de professionele welzijnsinstelling. Verzocht wordt om bedoeld advies af te geven uiterlijk twee maanden nadat de adviesaanvraag bij het betreffende regionaal portefeuillehoudersoverleg is binnengekomen.
In die gevallen waarin de subsidiëring is gerelateerd aan regionale exploitatie-afspraken en waarbij als verdeelsleutel voor de bepaling van het aandeel der afzonderlijke gemeenten in het totale begrote subsidie het inwoneraantal wordt gehanteerd, wordt het inwoneraantal toegepast per 31 december van het jaar dat voorafgaat aan het jaar waarin de subsidieaanvraag wordt ingediend.
Hoe wordt de subsidie vastgesteld?
Alvorens over te gaan tot definitieve vaststelling als bedoeld in lid 1 kunnen burgemeester en wethouders in die gevallen waarin gesubsidieerd wordt in het kader van regionale exploitatie-afspraken, advies inwinnen bij het van toepassing zijnde regionaal portefeuillehoudersoverleg. Indien daartoe aanleiding is of op verzoek van burgemeester en wethouders kan door het betreffende regionaal portefeuillehoudersoverleg een overleg terzake worden geïnitieerd tussen de deelnemende gemeenten, respectievelijk de deelnemende gemeenten en de professionele welzijnsinstelling. Verzocht wordt om bedoeld advies af te geven uiterlijk 1 maand nadat de adviesaanvraag bij het betreffende regionaal portefeuillehoudersoverleg is binnengekomen.
De professionele welzijnsinstelling verstrekt ten behoeve van de subsidievaststelling voor 1 juli van het in het eerste lid bedoelde jaar het jaarverslag van de door de instelling verrichte werkzaamheden, de door het bestuur van de professionele welzijnsinstelling gewaarmerkte balans per 31 december van het jaar waarin de gesubsidieerde activiteiten hebben plaatsgevonden, en de definitieve jaarrekening met toelichting. Een accountantsverklaring wordt ingediend, indien het toegekende subsidie meer dan € 75.000,– bedraagt. Indien een model voor de accountantsverklaring wordt voorgeschreven door het rijk of de provincie, dient dit te worden gehanteerd. In het geval van zeer uitzonderlijke omstandigheden kunnen burgemeester en wethouders uitstel verlenen van de termijn van indiening.
In die gevallen waarin de subsidiëring is gerelateerd aan regionale exploitatie-afspraken en waarbij als verdeelsleutel voor de bepaling van het aandeel der afzonderlijke gemeenten bij de vaststelling van het definitieve subsidie het inwoneraantal wordt gehanteerd, wordt het inwoneraantal toegepast per 31 december van het jaar dat voorafgaat aan het jaar waarin de subsidieaanvraag is ingediend.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-139811.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.