Aanwijzingsbesluit verbod groepsfietsen in Amsterdam

 

Aanwijzingsbesluit verbod groepsfietsen in Amsterdam

De burgemeester van Amsterdam

Brengt ter algemene kennis dat hij op 28 september 2016 heeft besloten:

Overwegingen

Op grond van artikel 2.17A van de Algemene Plaatselijke Verordening kunnen gebieden, wegen of weggedeelten aangewezen worden waar het verboden is zich met een groepsfiets te bevinden.

Het Algemeen Bestuur van stadsdeel Centrum heeft mij op 21 maart 2016 geadviseerd over de aanwijzing van een gebied in stadsdeel Centrum. Stadsdeel Centrum heeft de afgelopen jaren veel overlast ervaren die werd veroorzaakt door bestuurders van bierfietsen. Dit zijn groepsfietsen waarop meerdere personen tegelijk kunnen plaatsnemen, die al fietsend bier kunnen consumeren. De exploitatie van een bierfiets in het drukke centrum van de stad leidt makkelijk tot baldadig gedrag en overlast. Ook verkeershinder is in het centrum een probleem. De groepsfietsen die worden ingezet hebben een forse omvang en bewegen zich traag voort. Dit leidt in drukke en smalle straten in het centrum snel tot oponthoud.

Sinds 2014 is getracht met de exploitanten van bierfietsen tot afspraken te komen over het zelf terugdringen van overlast. De exploitanten hebben verschillende maatregelen getroffen met als gevolg dat de overlast deels is afgenomen. Ondanks deze ontwikkeling geeft de exploitatie van bierfietsen mij aanleiding om gebieden aan te wijzen waar de fietsen niet geëxploiteerd mogen worden. Tot en met augustus 2016 zijn er 63 meldingen binnen gekomen bij de gemeente over overlast veroorzaakt door mensen op een bierfiets. Dit is een toename van 27 meldingen ten opzichte van dezelfde periode in 2015. Deze maatregel acht ik dan ook noodzakelijk om de aanhoudende overlast en verkeershinder, die een direct gevolg zijn van de exploitatie van deze groepsfietsen, verder te kunnen terugdringen.

Het aan te wijzen gebied omvat allereerst de gebieden waar de afgelopen jaren sprake is geweest van overlast door groepsfietsen. Dit betreft de Haarlemmerbuurt en de Westelijke Grachtengordel. Tot het aangewezen gebied behoren voorts ook de delen van de binnenstad waarin het waarschijnlijk is dat deelname aan het verkeer door groepsfietsen tot verkeershinder leidt. Het gaat hierbij onder meer om het drukke stationsgebied, de Jordaan en het postcodegebied 1012. De laatste twee gebieden kenmerken zich door zeer smalle straten. Tenslotte zijn ook een klein deel van de Oostelijke binnenstad en de omgeving rond de uitgaansgebieden opgenomen omdat de exploitatie van bierfietsen ook hier tot overlast en verkeershinder leidt.

Ook het bestuur van stadsdeel Zuid heeft mij geadviseerd in het stadsdeel een gebied aan te wijzen (Vondelpark en Noord-Pijp). Door het Algemeen Bestuur van stadsdeel West is aangedrongen om West te betrekken bij het onderzoek naar het te verbieden gebied. Vanwege de huidige concentratie van de bierfietsexploitatie en overlast in Centrum, wijs ik op dit moment uitsluitend gebieden in stadsdeel Centrum aan. Het is voorbarig om nu in andere delen van de stad gebieden aan te wijzen omdat daar op dit moment geen sprake is van overlast of verkeershinder door de bierfiets. Echter, het mogelijk verplaatsen van de bierfiets naar andere delen van de stad zal nauwlettend in de gaten worden gehouden. Wanneer op basis van monitoring blijkt dat er in andere gebieden herhaaldelijk melding wordt gedaan van overlast en er sprake is van verkeershinder, zal ik na advies daarover van o.a. het stadsdeel en de politie, een uitbreiding van het verbodsgebied in overweging nemen.

Besluit:

I.Aan te wijzen als wegen, bedoeld in artikel 2.17A, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening, waar het is verboden zich met een groepsfiets te bevinden:

Het gebied aangeduid op de bij dit besluit behorende kaart met de volgende begrenzing:

De Nassaukade vanaf het Nassauplein tot en met het Leidseplein, de Stadhouderskade vanaf het Leidseplein tot de Amstel, de Amstel vanaf de kruising met de Mauritskade tot en met de kruising met de Nieuwe Herengracht, Nieuwe Herengracht, Rapenburg, Foeliestraat tot en met de kruising met de Prins Hendrikkade. De Prins Hendrikkade vanaf de kruising met de Foeliestraat tot en met de Odebrug, Oosterdokskade, De Ruijterkade, Westerdokskade tot de Kruising met de Haarlemmer Houttuinen, De kruising van de Westerdokskade met de Haarlemmer Houttuinen tot en met het Haarlemmerplein, en de Willemsbrug.

II.Te bepalen dat dit besluit in werking treedt op 1 januari 2017.

Amsterdam,

De burgemeester van Amsterdam

E.E. van der Laan

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij

De burgemeester van Amsterdam

Directie Juridische Zaken

Postbus 202

1000 AE Amsterdam

Een bezwaarschrift schorst niet de werking van dit besluit. In spoedeisende gevallen kunt u een voorlopige voorziening aanvragen bij de

De voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam

Postbus 75850

1070 AW Amsterdam

Naar boven