Gemeenteblad van Rhenen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rhenen | Gemeenteblad 2016, 135022 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rhenen | Gemeenteblad 2016, 135022 | Beleidsregels |
Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2017: Reguliere peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie
Het college van Burgemeester en wethouders maakt bekend dat zij op 20 september 2016 de subsidieregels reguliere peuteropvang 2017 en voor- en vroegschoolse educatie 2017 heeft vastgesteld. Deze regels gelden voor het subsidiejaar 2017 en treden in werking op de dag na publicatie in het digitaal gemeenteblad.
De publicatiedatum van de subsidieregels voor- en vroegschoolse educatie 2017 en reguliere peuteropvang 2017 is later dan gebruikelijk. Alleen voor deze twee subsidies is de indieningsdatum eenmalig verschoven van 1 juli 2016 naar uiterlijk 1 november 2016.
De volledige tekst van de subsidieregels kunt u, tijdens openingstijden, inzien op het gemeentehuis aan de Nieuwe Veenendaalseweg 75. Daarnaast zijn de subsidieregels te vinden op onze website: www.rhenen.nl.
Subsidieregels Jeugd - Subsidieregel voor- en vroegschoolse educatie 2017
Dit plafond is onder voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad. Het subsidieplafond wordt in november 2016 definitief door de vaststelling van de programmabegroting 2017 door de gemeenteraad.
Tevens is het subsidieplafond onder voorbehoud van de toekenning van de rijksbijdrage voor voor- en vroegschoolse educatie 2017 (vve). De definitieve hoogte van het subsidieplafond wordt bepaald aan de hand van de bekendmaking van de specifieke uitkering voor onderwijsachterstanden voor de gemeente Rhenen door het Rijk. De gemeente betaalt aan de instellingen voor de subsidie voor- en vroegschoolse educatie nooit meer dan de rijksbijdrage. Het subsidieplafond is de rijksbijdrage onderwijsachterstanden verminderd met € 16.000,- . Dit bedrag is nodig voor de kosten van de coördinator vve, de jaarlijkse opleidingsbijeenkomst in november en het verzamelen en verwerken van de resultaatafspraken. Deze uitgaven worden niet via subsidie gefinancierd.
De gemeente Rhenen wil dat elk kind een optimale schoolloopbaan doorloopt. De voor- en vroegschoolse educatie (vve) heeft als doel onderwijs- en/of ontwikkelingsachterstanden bij jonge kinderen te voorkomen en waar nodig effectief te bestrijden. De voorschoolse educatie is gericht op peuters van 2 tot 4 jaar met een onderwijs- en/of ontwikkelingsachterstand en vindt plaats in peuteropvang. Aansluitend is er sprake van een doorgaande leerlijn naar de vroegschool voor kleuters van 4 tot 6 jaar, in groep 1 en 2 van het basisonderwijs.
Activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie
Problemen in de ontwikkeling van jonge kinderen voorkomen we zoveel mogelijk door een vroegtijdige signalering met bijpassende aanpak:
Pilot-startgroep: Een peutergroep in Achterberg waar gedurende 12 uur per week reguliere peuteropvang met vve wordt aangeboden voor peuters met en zonder vve-indicatie onder regie van de basisschool. Op de groep staat minimaal één hbo-geschoolde medewerker. Voor de startgroep zijn de landelijke en lokale regels en eisen voor peuteropvang van toepassing.
Organisaties die in aanmerking komen voor subsidie
De subsidierelatie met aanvragers waarvan de aanvraag 2017 niet aan de eisen voldoet of waarvan de resultaten in 2016 achterblijven bij wat verwacht mag worden zullen niet voor (volledige) continuering in aanmerking komen.
Mocht zich een nieuwe aanbieder melden, die in aanmerking wil komen voor gemeentelijke subsidie, dan geldt de voorwaarde dat zij moeten voldoen aan alle landelijke en lokale geldende (wettelijke) eisen, lokale afspraken (bv vve-thuis) en participeren in de werkgroep vve. Daarnaast verbinden zij zich aan de nieuwe stappen die worden gezet in de ontwikkeling van een Integraal Kind Centrum (IKC).
De kwaliteitseisen die we stellen aan de uitvoerende organisaties gelden ook voor hun ‘onderaannemers’.
Nieuwe aanbieders kunnen vanaf de start van een nieuw kalenderjaar meedoen in de gemeentelijke subsidiering en verdeling van de plaatsen voor vve. Organisaties moeten zich uiterlijk 1 maart voorafgaand aan het subsidiejaar bij de gemeente melden om voor het nieuwe kalenderjaar voor subsidiering in aanmerking te komen.
De gemeente subsidieert aanbodgericht. De gemeente verstrekt vooraf voor een aantal plekken een gemeentelijke bijdrage. Per jaar worden afspraken gemaakt.
Verdeelsleutel subsidieplafond
Het subsidieplafond wordt op de volgende wijze verdeeld:
De gemeente subsidieert voor 2017 een kindplaats vve tegen een vast bedrag van € 4.250,- van 3 dagdelen per week van 3,5 uur gedurende 40 weken. Dit bedrag is voor 2017 eenmalig verhoogd van €3.250,- naar € 4.250,- per vve-kindplaats.
De kindplaats is toegankelijk voor kinderen vanaf 2 jaar met een vve-indicatie. De subsidie is niet afhankelijk van de daadwerkelijke bezetting van de gesubsidieerde plaatsen. Deze plaatsen mogen uitsluitend beschikbaar worden gesteld aan ouders die geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag via de belastingdienst.
a) Verdeling vve-kindplaatsen op basis van de gegevens van twee peildata ( 1 april en 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar) aangeleverd door de vve-coördinator gecombineerd met de verhouding wel/geen recht op kinderopvangtoeslag uit de ouderenquête van mei 2016.
Bij benadering zullen de vve-kindplaatsen voor 2017 als volgt kunnen worden verdeeld:
De definitieve verdeling wordt gemaakt zodra de gegevens van de peildatum van 1 oktober bekend zijn.
Voor Kinderopvang de Regenboog en de Stichting Kinderopvang Rhenen geldt dat zij naar verwachting geen vve-kinderen zullen hebben waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag.
De verdeling van de middelen onder c wordt in de werkgroep vve besproken. Indien geen overeenstemming wordt bereikt beslist het college van burgemeester en wethouders.
Voor onderdeel A is € 170.000,- beschikbaar.
Voor onderdeel B is € 24.000,- beschikbaar.
Voor onderdeel C is € 41.359,- beschikbaar.
Een gesubsidieerde instelling is verplicht om per kwartaal een rapportage op te leveren.
Onderdelen van de rapportage zijn:
Bezettingsgegevens van de groepen met door Rhenen gesubsidieerde peuteropvang en vve. Uit de bezettingsgegevens moet minimaal blijken: het totaal aantal groepen, per groep het aantal kinderen met recht op kinderopvangtoeslag ( uitgesplitst naar wel/geen vve-indicatie), het aantal kinderen met recht op reguliere subsidie peuteropvang en het aantal kinderen met recht op vve-subsidie op de eerste dag van het kwartaal.
Actuele wachtlijstgegevens. Nb het gaat hierbij alleen om kinderen waarvan de geplande plaatsingsdatum verstreken is. Onderverdeeld naar wel/geen vve-indicatie en wel/geen recht op kinderopvangtoeslag.
De rapportages dienen op de volgende tijdstippen te zijn ingeleverd:
Rapportage over het eerste kwartaal - voor 1 mei 2017
Rapportage over het eerste en tweede kwartaal - voor 1 augustus 2017
Rapportage over het eerste, tweede en derde kwartaal - voor 1 november 2017
Jaarrapportage 2017; voor 1 maart 2018
De gemeente zal per kwartaal de cijfers monitoren en met de werkgroep vve bespreken.
Van toepassing zijnde normbedragen
De gemeente subsidieert voor 2017 een kindplaats vve tegen een vast bedrag van € 4.250,- (eenmalig bedrag voor 2017) van 3 dagdelen per week van 3,5 uur, gedurende 40 weken.
Van toepassing zijnde tariefvoorschriften
De aanbieder dient bij de ouders van de geplaatste vve-kinderen een vooraf vastgestelde ouderbijdrage in rekening te brengen. Dit tarief wordt jaarlijks in overleg met de werkgroep vve bepaald.
B ijzondere criteria en/of voorwaarden
De locaties die voorschoolse educatie aanbieden voldoen aan de kwaliteitseisen, zoals die in de Wet OKE zijn vastgelegd. Daarnaast gelden ook lokale afspraken. De eisen zijn uitgewerkt in de beleidsnotitie “gesubsidieerde peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie (vve) – gemeente Rhenen”.
De peuteropvang is ingeschreven in het landelijke register kinderopvang en peuterspeelzalen (LRKP) en voldoet daarmee aan de landelijke regelgeving en kwaliteitseisen.
Het niet voldoen aan de kwaliteitseisen kan reden zijn voor beëindiging of terugvordering van de subsidie voor vve.
Subsidieaanvragen voor activiteiten die naar het oordeel van het college van burgemeester en wethouders niet of onvoldoende bijdragen aan de door de gemeente Rhenen met deze subsidieregel beoogde doelen en resultaten komen niet voor subsidie in aanmerking.
Voor nieuwe subsidieaanvragers geldt dat zij zich conformeren aan de afspraken en kwaliteitscriteria, zoals zijn opgenomen in het convenant ‘Voor- en Vroegschoolse Educatie Rhenen’, die reeds met bestaande partijen is afgesloten voor uitvoering van vve in Rhenen.
De gemeente subsidieert de uitvoerende organisaties voor peuters waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag. Ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag dienen een Inkomensverklaring (IB 60-formulier) en een door de gemeente opgestelde Eigen Verklaring te ondertekenen en in te leveren bij de uitvoerende organisatie waar uit blijkt dat zij geen recht hebben op Kinderopvangtoeslag van het Rijk. Bij de subsidieverantwoording verstrekt de organisatie deze aan de gemeente.
Voor kinderen met ouders die gebruik kunnen maken van de kinderopvangtoeslag verstrekt de gemeente geen bijdrage. Dit geldt zowel voor kinderen met als zonder vve-indicatie.
Alleen voor een peuter waarvan minimaal één van de ouders in de gemeente Rhenen woont is subsidie mogelijk.
De opvangplaatsen voor reguliere peuteropvang en vve zijn niet onderling uitwisselbaar.
Vanuit de visie dat dit het beste is voor de ontwikkeling van de kinderen wordt uitgegaan van gemengde groepen (regulier en vve samen). Dit heeft tot gevolg dat peuters zonder achterstand ook het vve-programma krijgen aangeboden. Zoals eerder genoemd wordt gewerkt met gemengde peutergroepen waarin peuters met en zonder vve-indicatie bij elkaar in één groep zitten. Bij voorkeur wordt gestreefd naar een maximum aantal vve-kinderen van 50% per groep.
De instellingen bepalen zelf of zij groepen samenstellen waarin tegelijk kinderen van de peuteropvang en kinderdagopvang bij elkaar zitten. Hierbij moet wel voldaan worden aan alle wettelijke kwaliteitseisen en lokale afspraken (zoals pedagogische kwaliteit).
Hardheidsclausule Pilotjaar 2017
Vanaf 1 januari 2017 is de peuteropvang geharmoniseerd. Mochten zich onvoorziene omstandigheden of ontwikkelingen voordoen die tot onevenredige nadelige situaties leiden dan kan het college van burgemeester en wethouders besluiten, indien nodig, van deze regeling af te wijken.
Subsidieregels Jeugd - Subsidieregel Reguliere Peuteropvang
Subsidieplafond: € 121.591,- (excl. indexering)
Dit plafond is onder voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad. Het subsidieplafond wordt in november 2016 definitief door de vaststelling van de programmabegroting 2017 door de gemeenteraad.
Het organiseren en uitvoeren van de basisfunctie van de reguliere peuteropvang, namelijk het bieden van de mogelijkheid tot het stimuleren van “spelen, ontwikkelen en ontmoeten” van kinderen van 2,5 tot 4 jaar, waarvan tenminste één van de ouders woonachtig is in de gemeente Rhenen.
Activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie
De peuteropvangactiviteiten zijn gericht op het creëren van een veilige omgeving waarin kinderen van 2,5 tot 4 jaar elkaar kunnen ontmoeten, samen kunnen spelen en zich zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen. Daarnaast zijn de activiteiten gericht op het zo vroeg mogelijk signaleren en bestrijden van eventuele achterstanden en/of ontwikkelingsproblemen, het tot stand brengen van samenwerking met consultatiebureaus, kinderopvang en basisscholen.
Het, in samenspraak met de ouders, stimuleren van de algemene ontwikkeling (motorisch, taal, sociaal emotioneel) van kinderen van 2,5 tot 4 jaar. Daarnaast worden eventuele problemen in de opvoeding en ontwikkeling, psychische problemen en stoornissen vroegtijdig gesignaleerd en doorverwezen naar een passende aanpak.
Organisaties die in aanmerking komen voor subsidie
De subsidierelatie met aanvragers waarvan de aanvraag 2017 niet aan de eisen voldoet of waarvan de resultaten in 2016 achterblijven bij wat verwacht mag worden zullen niet voor continuering in aanmerking komen.
Mocht zich een nieuwe aanbieder melden, die in aanmerking wil komen voor gemeentelijke subsidie, dan geldt de voorwaarde dat zij moeten voldoen aan alle landelijke en lokale geldende (wettelijke) eisen, lokale afspraken (bv vve-thuis) en participeren in de werkgroep vve. Daarnaast verbinden zij zich aan de nieuwe stappen die worden gezet in de ontwikkeling van een Integraal Kind Centrum (IKC).
De kwaliteitseisen die we stellen aan de uitvoerende organisaties gelden ook voor hun ‘onderaannemers’.
Nieuwe aanbieders kunnen vanaf de start van een nieuw kalenderjaar meedoen in de gemeentelijke subsidiering en verdeling van de plaatsen voor peuteropvang. Instellingen moeten zich uiterlijk 1 maart voorafgaand aan het subsidiejaar bij de gemeente melden om voor het nieuwe kalenderjaar voor subsidiering in aanmerking te komen.
De gemeente subsidieert aanbodgericht. De gemeente verstrekt vooraf voor een aantal plekken een gemeentelijke bijdrage. Per jaar worden afspraken gemaakt.
Verdeelsleutel subsidieplafond:
De gemeente subsidieert voor 2017 een peuteropvangplaats tegen een vast bedrag van € 1.800,- voor 2 dagdelen per week van 3,5 uur gedurende 40 weken. De subsidie is niet afhankelijk van de daadwerkelijke bezetting van de gesubsidieerde plaatsen. Deze plaatsen mogen uitsluitend beschikbaar worden gesteld aan ouders die geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag via de belastingdienst. De plaats is toegankelijk voor kinderen vanaf 2,5 jaar.
Aan onderstaande organisaties worden voor 2017 de volgende reguliere peuteropvangplaatsen toegekend:
Een gesubsidieerde instelling is verplicht om per kwartaal een rapportage op te leveren.
Onderdelen van de rapportage zijn:
Bezettingsgegevens van de groepen met door Rhenen gesubsidieerde peuteropvang en vve. Uit de bezettingsgegevens moet minimaal blijken: Het totaal aantal groepen, per groep het aantal kinderen met recht op kinderopvangtoeslag ( uitgesplitst naar wel/geen vve-indicatie), het aantal kinderen met recht op reguliere subsidie peuteropvang en het aantal kinderen met recht op vve-subsidie op de eerste dag van het kwartaal.
Actuele wachtlijstgegevens. Nb het gaat hierbij alleen om kinderen waarvan de geplande plaatsingsdatum verstreken is. Onderverdeeld naar wel/geen vve-indicatie en wel/geen recht op kinderopvangtoeslag.
De rapportages dienen op de volgende tijdstippen te zijn ingeleverd:
Rapportage over het eerste kwartaal - voor 1 mei 2017
Rapportage over het eerste en tweede kwartaal - voor 1 augustus 2017
Rapportage over het eerste, tweede en derde kwartaal - voor 1 november 2017
Jaarrapportage 2017- voor 1 maart 2018
De gemeente zal per kwartaal de cijfers monitoren en met de werkgroep vve bespreken.
Van toepassing zijnde normbedragen
De gemeente subsidieert voor 2017 een kindplaats voor reguliere peuteropvang tegen een vast bedrag van € 1.800,- van 2 dagdelen per week van 3,5 uur, gedurende 40 weken.
Van toepassing zijn de tariefvoorschriften
De uitvoerende organisatie dient bij de ouders van de geplaatste kinderen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage in rekening te brengen. Aanbieders bepalen zelf het tarief wat zij rekenen.
Bijzondere criteria en/of voorwaarden
Subsidieaanvragen voor activiteiten die naar oordeel van het college niet of onvoldoende bijdragen aan de door de gemeente Rhenen met deze subsidieregel beoogde doelen en resultaten komen niet voor subsidie in aanmerking.
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan uitvoerende organisaties die voldoen aan de voorwaarden zoals omschreven in beleidsnotitie “gesubsidieerde peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie (vve) – gemeente Rhenen”.
De peuteropvang is ingeschreven in het landelijke register kinderopvang en peuterspeelzalen (LRKP) en voldoet daarmee aan de landelijke regelgeving en kwaliteitseisen.
Eenzelfde peuter verblijft per dag niet meer dan één dagdeel in de peuteropvang.
Peuters nemen twee dagdelen per week deel aan een gesubsidieerde kindplaats. Extra dagdelen zijn volledig voor de kosten van de ouders.
Het niet voldoen aan de kwaliteitseisen kan reden zijn voor beëindiging of terugvordering van de subsidie voor reguliere peuteropvang.
Alleen voor een peuter waarvan minimaal één van de ouders in de gemeente Rhenen woont is subsidie mogelijk.
De opvangplaatsen voor reguliere peuteropvang en vve zijn onderling niet uitwisselbaar.
De gemeente subsidieert de uitvoerende organisaties voor peuters waarvan de ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag. Ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag dienen een Inkomensverklaring (IB 60-formulier) en een door de gemeente opgestelde Eigen Verklaring te ondertekenen en in te leveren bij de uitvoerende organisatie waar uit blijkt dat zij geen recht hebben op Kinderopvangtoeslag van het Rijk. Bij de subsidieverantwoording verstrekt de organisatie deze aan de gemeente.
Voor kinderen met ouders die gebruik kunnen maken van de kinderopvangtoeslag verstrekt de gemeente geen bijdrage. Dit geldt zowel voor kinderen met als zonder vve-indicatie.
Vanuit de visie dat dit het beste is voor de ontwikkeling van de kinderen wordt uitgegaan van gemengde groepen (regulier en vve samen). Dit heeft tot gevolg dat peuters zonder achterstand ook het vve-programma krijgen aangeboden. Gewerkt wordt met gemengde peutergroepen waarin peuters met en zonder vve-indicatie bij elkaar in één groep zitten. Bij voorkeur wordt gestreefd naar een maximum aantal vve-kinderen van 50% per groep.
De instellingen bepalen zelf of zij groepen samenstellen waarin tegelijk kinderen van de peuteropvang en kinderdagopvang bij elkaar zitten. Hierbij moet wel voldaan worden aan alle wettelijke kwaliteitseisen en lokale afspraken (zoals pedagogische kwaliteit).
Hardheidsclausule Pilotjaar 2017
Vanaf 1 januari 2017 is de peuteropvang geharmoniseerd. Mochten zich onvoorziene omstandigheden of ontwikkelingen voordoen, die tot onevenredige nadelige situaties leiden dan kan het college besluiten, indien nodig, van deze regeling af te wijken dan wel deze aan te passen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-135022.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.