Derde wijziging Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Barneveld

Nummer 16-89

 

De raad van de gemeente Barneveld;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 15-77;

 

gelet op artikel 149 en 151c van de Gemeentewet; artikel 2.21 van het Activiteitenbesluit milieubeheer;

 

besluit:

 

vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Barneveld

 

Artikel I Wijzigingen

  • A.

    Artikel 69 komt als volgt te luiden:

    Artikel 69 Cameratoezicht op openbare plaatsen

    De burgemeester is bevoegd om, overeenkomstig artikel 151c Gemeentewet, indien dat in het belang van de handhaving van de openbare orde noodzakelijk is te besluiten om voor een bepaalde duur camera’s in te zetten ten behoeve van het toezicht op openbare plaatsen als bedoeld in artikel 1 van de Wet openbare manifestaties.

  • B.

    Artikel 91 komt als volgt te luiden:

    Artikel 91 Begripsbepalingen

    In deze afdeling wordt verstaan onder:

    • a.

      Besluit: het Activiteitenbesluit milieubeheer;

    • b.

      inrichting: inrichting type A of type B als bedoeld in het Besluit;

    • c.

      houder van een inrichting: degene die als eigenaar, bedrijfsleider, beheerder of anderszins een inrichting drijft;

    • d.

      collectieve festiviteit: festiviteit die niet specifiek aan één of een klein aantal inrichtingen is verbonden;

    • e.

      incidentele festiviteit: festiviteit of activiteit die gebonden is aan één of een klein aantal inrichtingen;

    • f.

      geluidsgevoelige gebouwen: woningen en gebouwen die op grond van artikel 1 van de Wet geluidhinder worden aangemerkt als geluidsgevoelige gebouwen met uitzondering van gebouwen behorende bij de betreffende inrichting;

    • g.

      geluidsgevoelige terreinen: terreinen die op grond van artikel 1 van de Wet geluidhinder worden aangemerkt als geluidsgevoelige terreinen met uitzondering van terreinen behorende bij de betreffende inrichting;

    • h.

      onversterkte muziek: muziek die niet elektronisch is versterkt.

 

  • C.

    Na artikel 92 wordt een nieuw artikel 92a toegevoegd:

    Artikel 92a Kennisgeving incidentele festiviteiten

    • 1.

      Het is in een inrichting, die op grond van het geldende bestemmingsplan bedoeld is om evenementen te organiseren, toegestaan om maximaal 12 incidentele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij de geluidsnormen als bedoeld in de artikelen 2.17 , 2.19 en 2.20 van het Besluit en artikel 93 van deze verordening niet van toepassing zijn, mits de houder van de inrichting ten minste drie weken voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld.

    • 2.

      Het totaal van de collectieve festiviteiten als bedoeld in artikel 92 en de incidentele festiviteiten mag gezamenlijk niet meer dan 12 bedragen.

    • 3.

      Het college stelt een formulier vast voor het doen van een kennisgeving.

    • 4.

      De kennisgeving wordt geacht te zijn gedaan wanneer het formulier, volledig en naar waarheid ingevuld, tijdig is ingeleverd op de plaats op dat formulier vermeld.

    • 5.

      De kennisgeving wordt tevens geacht te zijn gedaan wanneer het college op verzoek van de houder van een inrichting een incidentele festiviteit, die redelijkerwijs niet te voorzien was, terstond toestaat.

    • 6.

      Het equivalente geluidsniveau Leq T veroorzaakt door de inrichting bedraagt niet meer dan 60 dB(A) en 75 dB(C), gemeten op de gevel van geluidsgevoelige gebouwen op een hoogte van 1,5 meter.

    • 7.

      De geluidswaarde als bedoeld in het zesde lid is inclusief onversterkte muziek en exclusief 10 dB(A) toeslag vanwege muziekcorrectie. Tevens wordt de bedrijfsduurcorrectie buiten beschouwing gelaten.

    • 8.

      Op de dagen als bedoeld in het eerste lid wordt het ten gehore brengen van extra muziek – hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.19 en 2.20 van het Besluit en artikel 93 van deze verordening – uiterlijk om 23.00 uur beëindigd, voor zover het de zondag tot en met de donderdag betreft en uiterlijk om 24.00 uur beëindigd, voor zover het de vrijdag en zaterdag betreft.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze verordening treedt op 6 oktober 2016 in werking.

 

Vastgesteld in de openbare vergadering van 28 september 2016.

De raad voornoemd,

de griffier,

de voorzitter,

Naar boven