Wijziging Besluit maatschappelijke ondersteuning Lingewaal 2015

BIJLAGE II Overzicht gewijzigde artikelen

Besluit maatschappelijke ondersteuning Lingewaal 2015

Artikel 1. Begripsbepalingen

Wordt uitgebreid met:

Sub a. Afschrijvingstabel: de administratieve weergave van de economische waardevermindering van de gekochte voorziening over een bepaalde periode, zoals bijgesloten

Met deze uitbreiding ziet het gewijzigde artikel 1 er als volgt uit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze nadere regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    Afschrijvingstabel: een administratieve weergave van de aangenomen economische waardevermindering van een gekochte voorziening over een bepaalde periode.

  • b.

    Dienstverlening: hulp die een persoon, instantie of onderneming biedt aan de client.

  • c.

    Hulp bij het huishouden: het ondersteunen bij of het overnemen van activiteiten op het gebied van het verzorgen van het huishouden van een persoon dan wel van de leefeenheid waartoe een persoon behoort.

  • d.

    Kortdurend verblijf: logeren gedurende maximaal drie etmalen per week met als doel het overnemen van de zorg ter ontlasting van de persoon die gebruikelijke zorg of mantelzorg aan de cliënt biedt.

  • e.

    Tarief of kostprijs: het bedrag dat de gemeente aan een aanbieder moet betalen voor de verstrekking van een voorziening in natura.

  • f.

    Toezichthoudende ambtenaar: persoon als bedoeld in de artikelen 4.3.1, 6.1 en 6.2 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015.

  • g.

    Wet: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo).

  • h.

    Zzp’er: een ondernemer die geen personeel in dienst heeft, waarbij voor de vaststelling of er sprake is van een ondernemer de volgende criteria gelden:

    • zelfstandigheid bij de inrichting van de eigen werkzaamheden en het uitvoeren daarvan;

    • het voor eigen rekening en risico verrichten van werkzaamheden;

    • het gericht zijn op en het perspectief hebben van het maken van winst;

    • bekendmaking van het ondernemerschap;

    • het streven naar meerdere opdrachtgevers.

  • i.

    De definities, voor zover relevant, uit de Wmo zijn van overeenkomstige toepassing op dit besluit.

Artikel 2. Wijze waarop de hoogte van het pgb wordt vastgesteld

Wordt uitgebreid met

Lid 2 Als de naturaverstrekking een tweedehands voorziening betreft, wordt het pgb vastgesteld tot ten hoogste de kostprijs van deze tweedehands voorziening zoals vermeld in de afschrijvingstabel (behalve trapliften), rekening houdend met onderhoud en verzekering.

Lid 3 Als de naturaverstrekking een tweedehands voorziening betreft die ouder is dan de termijn waarop de naturaverstrekking economisch is afgeschreven, wordt het pgb vastgesteld op de kostprijs van deze tweedehands voorziening in het jaar waarop deze volgens de afschrijvingstabel is afgeschreven, rekening houdend met onderhoud en verzekering.

Met deze uitbreiding ziet het gewijzigde artikel 2 er als volgt uit:

Artikel 2. Wijze waarop de hoogte van het pgb wordt vastgesteld

  • 1.

    De hoogte van een pgb :

    • a.

      wordt bepaald aan de hand van een door de cliënt opgesteld plan over hoe hij het pgb gaat besteden;

    • b.

      is toereikend om veilige, doeltreffende en kwalitatief goede diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen die tot de maatwerkvoorziening behoren, van derden te betrekken, en wordt indien nodig aangevuld met een vergoeding voor onderhoud en verzekering en

    • c.

      bedraagt niet meer dan de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate voorziening in natura;

    • d.

      is opgebouwd uit verschillende kostencomponenten, zoals salaris, vervanging tijdens vakantie, verzekeringen en reiskosten.

  • 2.

    Als de naturaverstrekking een tweedehands voorziening betreft, wordt het pgb vastgesteld tot ten hoogste de kostprijs van deze tweedehands voorziening zoals vermeld in de afschrijvingstabel (behalve trapliften) , rekening houdend met onderhoud en verzekering.

  • 3.

    Als de naturaverstrekking een tweedehands voorziening betreft die ouder is dan de termijn waarop de naturaverstrekking economisch is afgeschreven, wordt het pgb vastgesteld op de kostprijs van deze tweedehands voorziening in het jaar waarop deze volgens de afschrijvingstabel is afgeschreven, rekening houdend met onderhoud en verzekering.

  • 4.

    De hoogte van een pgb-tarief voor dienstverlening wordt bepaald op basis van de dienstverlening die anders als zorg in natura zou zijn geleverd. Hierin onderscheidt het college de volgende onderverdeling:

    • a.

      Als de dienstverlening wordt uitgevoerd door een aanbieder betreft het tarief per uur of per resultaat maximaal 100% van het laagste tarief per uur of per resultaat van een door de gemeente gecontracteerde aanbieder die een vergelijkbare vorm van dienstverlening biedt.

    • b.

      Als de dienstverlening wordt uitgevoerd door een zzp’er betreft het tarief per uur of per resultaat maximaal 90% van het laagste tarief per uur of per resultaat van een door de gemeente gecontracteerde instelling die een vergelijkbare vorm van dienstverlening biedt;

    • c.

      Als de dienstverlening wordt uitgevoerd door een persoon waarbij sprake is van een arbeidsrelatie dan betreft het tarief per uur of per resultaat maximaal 90% van het laagste tarief per uur of per resultaat van een door de gemeente gecontracteerde instelling die een vergelijkbare vorm van dienstverlening biedt.

    • d.

      als de dienstverlening wordt uitgevoerd door een persoon uit het sociaal netwerk dan bedraagt het uurtarief:

      • -

        Voor hulp bij het huishouden: 50% van het van toepassing zijnde producttarief hulp bij het huishouden;

      • -

        Voor kortdurend verblijf: € 30,- per etmaal;

      • -

        Voor de overige maatwerkvoorzieningen binnen de Wmo 2015: 50% van het laagste tarief per uur of per resultaat van een door de gemeente gecontracteerde instelling die een vergelijkbare vorm van dienstverlening biedt tot een maximum van € 20,- per uur.

  • 5.

    In het pgb is een vrij besteedbaar bedrag opgenomen van 2% van het totale pgb op jaarbasis tot een maximum van € 500,--.

  • 6.

    Het pgb is niet bedoeld voor de betaling van:

    • -

      administratiekosten;

    • -

      bemiddelingskosten;

    • -

      eenmalige uitkering;

    • -

      feestdagenuitkering

Artikel 4. Eigen bijdrage maatwerkvoorzieningen of pgb’s

Wordt uitgebreid met:

Lid 7De maandelijkse onderhoudsbijdrage voortkomend uit de verstrekking van een hulpmiddel wordt jaarlijks vooraf bij het CAK opgevoerd.

Met deze uitbreiding ziet het gewijzigde artikel 2 er als volgt uit:

Artikel 4. Eigen bijdrage voor maatwerkvoorzieningen of pgb’s

  • 1.

    Conform artikel 12 lid 1 sub b van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Lingewaal 2015 is cliënt een eigen bijdrage in de kosten verschuldigd voor een maatwerkvoorziening, dan wel pgb.

  • 2.

    De hoogte van de eigen bijdrage is afhankelijk van:

    • -

      het inkomen van:

      • de aanvrager;

      • het gezamenlijke verzamelinkomen of belastbare loon van de ouders of pleegouders van de persoon waarvoor een voorziening wordt aangevraagd indien deze persoon jonger is dan 18 jaar en geen echtgenoot heeft in de zin van artikel 1.1.2 lid 1 van de wet;

      • het gezamenlijke verzamelinkomen of belastbare loon van de aanvrager en zijn echtgenoot, indien de aanvrager een echtgenoot heeft als in de zin van artikel 1 lid 1 van de wet

    • -

      het aantal personen binnen de leefeenheid;

    • -

      de leeftijd;

    • -

      de immateriële of materiele maatwerkvoorziening die in natura dan wel in de vorm van een persoonsgebonden budget is ontvangen.

  • 3.

    De eigen bijdrage is niet verschuldigd als er sprake is van artikel 3.8 lid 4 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.

  • 4.

    Er is een bijdrage voor een maatwerkvoorziening of pgb ten behoeve van een woningaanpassing voor een minderjarige verschuldigd door de onderhoudsplichtige ouders, daaronder begrepen degene tegen wie een op artikel 394 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek gegrond verzoek is afgewezen, en degene die anders dan als ouder samen met de ouder het gezag uitoefent over een cliënt.

  • 5.

    De kostprijs van een maatwerkvoorziening en pg wordt als bepaald op basis van een in te dienen dan wel door de gemeente op te vragen offerte.

  • 6.

    De eigen bijdrage bedraagt nooit meer dan het tarief of de kostprijs van de maatwerkvoorziening in natura, dan wel het bedrag van het pgb.

  • 7.

    De maandelijkse onderhoudsbijdrage voortkomend uit de verstrekking van een hulpmiddel wordt jaarlijks vooraf bij het CAK opgevoerd

Naar boven