Regeling subsidie opvoeden en opgroeien gemeente Oisterwijk 2016      
 
WAT WILLEN WE BEREIKEN?
Wij willen het zelfoplossend vermogen en verantwoordelijkheid van ouders en opvoeders stimuleren als het gaat om opvoed- en opgroeivragen alsmede het zoveel mogelijk inzetten van informele zorg.
Verder willen wij de sociale en maatschappelijke participatie van jeugdigen en jongeren stimuleren en bevorderen. Evenals de organisatie van activiteiten die de eigen leefomgeving van jeugdigen en jongeren verbeteren en hun zelfredzaamheid vergroten en waarin zij hun talenten kunnen ontwikkelen.
Wij willen dat de (vroeg)signalering en de juiste ondersteuning voor kinderen en jeugdigen en hun ouders geoptimaliseerd wordt.
Tevens willen we risicogedrag en overlast van jongerengroepen in wijken en buurten voorkomen
Op 8 november 2012 heeft de gemeenteraad de nota “Visie Jongerenwerk gemeente Oisterwijk 2012” aangenomen. Deze beleidsnotitie bevat de gemeentelijke visie op jongerenwerk voor de periode 2012-2015.
Met ingang van 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor jeugdhulp, zorg, begeleiding en voor de participatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dit betekent dat de ondersteuning en zorg anders georganiseerd wordt. Voor organisaties die bij de uitvoering van activiteiten daarmee te maken krijgen bevat deze regeling specifieke criteria.
Op grond van deze regeling worden middelen beschikbaar gesteld voor het jongerenwerk.
Artikel 1
Wie kan subsidie aanvragen?
  • 1.
    Een subsidie kan worden aangevraagd door een natuurlijk persoon of een rechtspersoon. Een subsidie op grond van deze regeling kan alleen worden aangevraagd door een rechtspersoon.
  • 2.
    In deze regeling wordt onder een rechtspersoon verstaan:
    • 1.
      een in de gemeente Oisterwijk gevestigde organisatie voor jeugd- en jongerenwerk
    • 2.
      een professionele organisatie op het gebied van welzijnswerk belast met de uitvoering van activiteiten gericht op jongerenwerk in Oisterwijk
Artikel 2
Waarvoor wordt een subsidie verleend?
1
Tijdvak subsidie
Een subsidie kan worden aangevraagd voor een kalenderjaar, een boekjaar of voor een incidentele activiteit. Een subsidie op grond van deze regeling kan alleen worden aangevraagd voor een kalenderjaar en/of voor een incidentele activiteit.
2
Leden en a ctiviteiten
Subsidie wordt verleend voor:
  • 1.
    activiteiten van niet-professionele organisaties die actieve deelname in de vorm van lidmaatschap van jongeren die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt op het gebied van scouting en kindervakantiewerk in de gemeente Oisterwijk mogelijk maken
  • 2
    activiteiten ten behoeve van jongeren, waarbij de nadruk ligt risicojongeren woonachtig in de gemeente Oisterwijk, bestaande uit het:
    • a.
      signaleren, informeren, adviseren en ondersteunen van jongeren met betrekking tot opvoed- en opgroeivragen
    • b.
      ondersteunen bij het ontwikkelen van talenten en het bevorderen van zelfredzaamheid en eigen kracht
    • c.
      organiseren van voorlichtingsbijeenkomsten en/of cursussen over relevante thema’s (bijvoorbeeld tieners op arbeidsmarkt, zelfstandige participatie in de maatschappij, bevorderen sociale competenties)
    • d.
      sport- en spelactiviteiten in wijk en buurt in samenwerking met de combinatiefunctionarissen sport en brede schoolnetwerken
    • e.
      inzetten en ontwikkelen van een netwerk van voorzieningen, activiteiten en partners rond de doelgroep jongeren.
    • f.
      stimuleren van vrijwillig jongerenwerk en inzet van vrijwilligers
3
Subsidieplafond
  • a.
    Voor het subsidie onder artikel 2, lid 2 onder 1 is een plafond vastgesteld van € 11.225
  • b.
    Voor het subsidie onder artikel 2, lid 2 onder 2 is een plafond vastgesteld van € 312.205
4
Opbouw van het subsid ie
a.Het subsidie voor leden is als volgt opgebouwd:
Organisatie
Leden
Ledenafhankelijke subsidie in €
Artikel 1, lid 2 onder 1
Voor jeugdleden scouting volgens artikel 2, lid 2 onder 1
42,50
 
Voor deelnemers kindervakantiewerk volgens artikel 2, lid 2 onder 1
6,25
b.Het subsidie voor incidentele activiteiten is als volgt opgebouwd:
Organisatie
Activiteiten
Activiteiten subsidie in €
Artikel 1, lid 2 onder 2
incidentele activiteiten gericht op ondersteuning bij opvoeden en opgroeien
13.300
c.Het subsidie voor een kalenderjaar is als volgt opgebouwd:
Organisatie
Activiteiten
Activiteiten subsidie in €
Artikel 1, lid 2 onder 2
jongerenwerk
101.440
 
kortlopende interventies ter voorkoming, bestrijding en bestraffing van jeugdcriminaliteit
7.095
 
wekelijkse activiteiten voor jongeren die op het asielzoekerscentrum in de gemeente Oisterwijk verblijven
4.135
 
opvoedondersteuning en praktische hulp aan ouders en jeugdigen
18.700
 
praktische thuisbegeleiding bij opvoedingsvragen
8.250
 
schakelfunctie onderwijs primair onderwijs
136.765
 
schoolmaatschappelijk werk voortgezet onderwijs
22.520
5
Wat zijn de verdelingsregels?
  • a.
    Verlening van subsidie van aanvragen die daarvoor in aanmerking komen en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van een rangschikking, totdat het voor de uitvoering van de activiteiten vastgestelde subsidieplafond is bereikt.
  • b.
    Bij de rangschikking van de aanvragen worden punten toegekend aan de hand van de volgende aspecten en tot het daarbij vermelde maximum aantal:
 
1
de mate waarin de uit te voeren activiteiten bijdragen aan de doelstellingen van het subsidie
40
 
2
de mate waarin de uit te voeren activiteiten bijdragen aan het vergroten van de eigen kracht en de maatschappelijke participatie van burgers en de kracht van de samenleving versterken
30
 
3
de mate waarin een organisatie met beroepskrachten meewerkt aan de uitvoering van het inrichtingsplan voor het sociaal team en gebruik maakt van het door de gemeente beschikbaar te stellen instrumentarium
30
 
4
de mate waarin een organisatie met vrijwilligers de deelname van vrijwilligers aan trainingen bevordert om ondersteuningsvragen van burgers te herkennen en door te verwijzen
30
6
Begrotingsvoorbehoud
Een subsidie ten laste van de gemeentelijke begroting die nog niet door de gemeenteraad is vastgesteld, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende geld ter beschikking wordt gesteld.
7
Indexering
Het bedrag van het subsidieplafond is geïndexeerd volgens de indexering van de algemene uitkering uit het gemeentefonds, die de gemeente over het betreffende subsidietijdvak ontvangt van het rijk. De indexering wordt toegepast met inachtneming van het in het vorige lid gemaakte voorbehoud.
Artikel 3
Wat zijn de criteria voor subsidieverlening?
1
Wanneer een aanvraag om subsidieverlening indienen?
  • a.
    Een aanvraag om subsidieverlening die betrekking heeft op een kalenderjaar moet worden ingediend vóór 1 november voorafgaand aan het kalenderjaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
  • b.
    Een aanvraag om subsidieverlening die betrekking heeft op een boekjaar moet worden ingediend 12 weken voorafgaand aan het boekjaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
  • c.
    Een overige aanvrage om subsidieverlening moet worden ingediend 12 weken voordat de aanvrager voornemens is te beginnen met de activiteit(en) waarvoor het subsidie wordt aangevraagd.
2
Hoe een aanvraag om subsidieverlening indienen?
  • a.
    Voor het indienen van een aanvraag om subsidieverlening moet gebruik worden gemaakt van het subsidieportaal mét e-Herkenning.
  • b.
    Een aanvraag om subsidieverlening die is ingediend op of ná de in artikel 3, lid 1 genoemde termijnen wordt niet in behandeling genomen.
3
Wat zijn de algemene criteria voor subsidieverlening?
  • a.
    Bij het indienen van een aanvraag om subsidieverlening dient een activiteitenplan te worden overgelegd, in welk activiteitenplan de aanvrager in elk geval beschrijft:
    • 1.
      De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd
    • 2.
      De doelen en resultaten en hoe deze bijdragen aan het vergroten en behouden van zelfredzaamheid en participatie van burgers volgens de treden van zelfredzaamheid in de resultaatgebieden zoals beschreven in de bijlage van deze regeling
  • b.
    Bij het indienen van een aanvraag om subsidieverlening dient een begroting te worden overgelegd, in welke begroting de aanvrager in elk geval beschrijft:
    • 1.
      De begroting van en dekkingsplan voor de kosten van deze activiteiten
    • 2.
      Bij derden aangevraagde subsidies en/of vergoedingen ten behoeve van dezelfde activiteiten
  • c.
    Het subsidie heeft uitsluitend betrekking op de redelijke kosten die direct verbonden zijn met de uitvoering van in artikel 2 genoemde activiteiten die resteren ná aftrek van bijdragen van derden.
4
Wat zijn de specifieke criteria voor subsidieverlening?
In het activiteitenplan wordt tevens beschreven hoe wordt voldaan aan de navolgende specifieke criteria voor het subsidie:
  • a.
    de activiteiten van de organisatie zijn er op gericht dat de eigen kracht en de maatschappelijke participatie van (kwetsbare) burgers wordt vergroot, de kracht van de samenleving wordt versterkt en de vraag naar specialistische zorg en/of ondersteuning wordt voorkomen of verminderd
  • b.
    bij de uitvoering van de activiteiten werkt de organisatie samen met andere organisaties, netwerken en burgerinitiatieven waardoor een impuls wordt gegeven aan de samenwerking in de meest brede zin van het woord tussen burgers, organisaties, netwerken, bedrijfsleven en/of gemeente
  • c.
    de organisatie verleent medewerking aan een gemeentelijke monitor en verstrekt daartoe de gevraagde informatie
  • d.
    de organisatie draagt zorg voor een proactieve houding van zijn medewerkers en de vrijwilligers die zij inzetten. De medewerkers beschikken over de nodige competenties om ondersteuningsvragen van burgers op een vraaggerichte integrale manier op te pakken, stemmen af met het informele netwerk en/of met het sociaal team en maken hiervan gebruik van het regionaal ontwikkeld instrumentarium
  • e.
    van de organisatie die voor de uitvoering van de activiteiten vrijwilligers inzet, wordt verwacht dat zij de deelname van vrijwilligers aan trainingen bevordert om ondersteuningsvragen van burgers te herkennen en actief op te nemen
  • f.
    de organisatie voert zijn activiteiten uit met inachtneming van de geldende gedragsregels, werkwijzen en/of wettelijke vereisten
  • g.
    de activiteiten van de organisatie zijn algemeen toegankelijk en worden laagdrempelig en via meerdere kanalen aangeboden
5
Wanneer wordt op een aanvraag om subsidieverlening beslist?
  • a.
    Op een volledig ingediende aanvraag om subsidieverlening als genoemd in artikel 3, lid 1 onder a wordt uiterlijk beslist op 31 december van het jaar waarin de aanvraag is ingediend.
  • b.
    Op een volledig ingediende aanvraag om subsidieverlening als genoemd in artikel 3, lid 1 onder b en c wordt uiterlijk beslist binnen 12 weken nadat de volledige aanvraag is ingediend.
6
Wat houdt het besluit tot subsidieverlening in?
  • a.
    De beslissing tot subsidieverlening houdt in:
    • 1.
      de hoogte van het bedrag van subsidieverlening
    • 2.
      de activiteit(en) waarvoor de subsidieverlening plaatsvindt
    • 3.
      de periode gedurende welke subsidie wordt verleend
    • 4.
      de eventueel aan de subsidieverlening te verbinden verplichtingen
  • b.
    De beslissing tot subsidieverlening kan tevens inhouden de beslissing tot subsidievaststelling, indien het bedrag van de subsidieverlening niet méér bedraagt dan € 5.000.
  • c.
    De beslissing tot subsidieverlening houdt tevens de beslissing in tot het betaalbaar stellen van een voorschot tot maximaal het bedrag van de subsidieverlening. Indien de beslissing tot subsidieverlening tevens inhoudt de beslissing tot subsidievaststelling is het bedrag van het voorschot gelijk aan het bedrag van de subsidieverlening.
Artikel 4
Wat zijn de criteria voor subsidievaststelling?
1
Wanneer een aanvraag om subsidievaststelling indienen?
  • a.
    Een aanvraag om subsidievaststelling die betrekking heeft op een kalenderjaar moet worden ingediend vóór 1 april volgend op het kalenderjaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
  • b.
    Een aanvraag om subsidievaststelling die betrekking heeft op een boekjaar moet worden ingediend binnen 12 weken na afloop van het boekjaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
  • c.
    Een overige aanvrage om subsidievaststelling moet worden ingediend binnen 12 weken nadat de activiteit(en) waarvoor de subsidie is verleend is (zijn) uitgevoerd.
  • d.
    Indien de beslissing tot subsidieverlening tevens de beslissing tot subsidievaststelling inhoudt dient met inachtneming van de in lid a, b en c genoemde termijnen, de uitvoering van de activiteit te worden gemeld.
2
Hoe een aanvraag om subsidievaststelling indienen?
Voor het indienen van een aanvraag om subsidievaststelling of een melding moet gebruik worden gemaakt van het subsidieportaal mét e-Herkenning.
3
Waar wordt een aanvraag om subsidievaststelling aan getoetst?
  • a.
    Een aanvraag om subsidievaststelling wordt, bij bedragen van subsidieverlening tot en met € 5.000, getoetst aan:
    • 1.
      in hoeverre de activiteit(en) waarvoor subsidie is verleend is (zijn) uitgevoerd en
    • 2.
      indien van toepassing, is voldaan aan de aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen
  • b.
    Een aanvraag om subsidievaststelling wordt, bij bedragen van subsidieverlening van € 5.001 tot en met € 50.000, getoetst aan:
    • 1.
      een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de activiteit(en) waarvoor subsidie is verleend is (zijn) uitgevoerd en
    • 2.
      indien van toepassing, is voldaan aan de aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen
  • c.
    Een aanvraag om subsidievaststelling wordt, bij bedragen van subsidieverlening van méér dan € 50.000, getoetst aan:
    • 1.
      een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de activiteit(en) waarvoor subsidie is verleend is (zijn) uitgevoerd
    • 2.
      een financieel verslag of jaarrekening van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten
    • 3.
      een balans en toelichting van het betreffende tijdvak waarover subsidieverlening heeft plaatsgevonden
    • 4.
      een controleverklaring, opgesteld door een onafhankelijk accountant en
    • 5.
      indien van toepassing, is voldaan aan de aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen
4
Wanneer wordt op een aanvraag om subsidievaststelling beslist?
Op een volledig ingediende aanvraag om subsidievaststelling wordt uiterlijk beslist binnen 12 weken nadat de aanvraag is ingediend.
5
Wat houdt het besluit tot subsidievaststelling in?
Een besluit tot subsidievaststelling houdt in:
  • a.
    indien de beslissing tot subsidieverlening tevens de beslissing tot subsidievaststelling inhoudt en is aangetoond dat is voldaan aan de aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen, dat het subsidie ambtshalve wordt vastgesteld op het bedrag van de subsidieverlening
  • b.
    indien uit de aanvraag om subsidievaststelling blijkt dat is voldaan aan de in artikel 4, lid 3 onder a, b of c, gestelde voorwaarden
    • 1.
      de hoogte van het bedrag van subsidievaststelling
    • 2.
      het bedrag en de termijn van het te verrekenen voorschot
Bijlage als genoemd in artikel 3, lid 3, a onder 2 bij Regeling opvoeden en opgroeien gemeente Oisterwijk 2016
Resultaatgebied
Trede 1:
acute problematiek
Trede 2:
niet zelfredzaam
Trede 3:
beperkt zelfredzaam
Trede 4:
voldoende zelfredzaam
Trede 5:
volledig zelfredzaam
Sociaal netwerk
Geen (noodzakelijke steun van het) netwerk
Door een blijvende in de burger gelegen oorzaak niet in staat om zelfstandig een sociaal netwerk te onderhouden dat ondersteunend is bij maatschappelijke participatie.
Door een op te lossen omstandigheid en/of in een burger gelegen oorzaak tijdelijk niet in staat om zelfstandig een sociaal netwerk te onderhouden dat ondersteunend is bij maatschappelijke participatie. Er is enige steun vanuit ondersteunend netwerk.
In staat om een sociaal netwerk op te bouwen en te onderhouden dat voldoende steun biedt om in trede 5 te komen.
Burger heeft een sociaal netwerk, dat ondersteunend is bij maatschappelijke participatie en zelfredzaamheid, en kan dit onderhouden.
Huisvesting
Dakloos
Burger heeft wel huisvesting maar die huisvesting is onveilig, vervuild, ongezond en/of past niet bij de beperking die iemand heeft. Burger kan de woning niet betalen. Uithuiszetting dreigt. Burger heeft huisvesting op een plaats waar deze persoon niet gewenst is.
Veilige en stabiele huisvesting maar slechts beperkt toereikend, in onderhuur en/of geen autonome huisvesting. In staat om met ondersteuning het huishouden op orde te houden.
Veilige en toereikende huisvestiging, regulier (huur)contract gedeeltelijke autonome huisvesting. Het huishouden wordt zelfstandig op orde gehouden.
Veilige en toereikende huisvestiging, regulier (huur)contract en autonome huisvesting.
Financiële situatie
Geen inkomsten (ook niet vanuit systeem), hoge en groeiende schulden.
Onvoldoende inkomsten en ongepast uitgavepatroon. Groeiende schulden.
Inkomen komt aan basisbehoeften tegemoet, en/of er is een gepast uitgavepatroon, eventuele schulden zijn stabiel, en/of er is bewindvoering/inkomens-beheer.
Inkomen komt aan basisbehoeften tegemoet zonder uitkering. Schulden worden zelf beheerd en deze verminderen.
Inkomen ruim voldoende, goed financieel beheer, mogelijkheid om te sparen.
Thuissituatie (zonder kinderen)
Sprake van huiselijk geweld, seksueel of verbaal geweld of verwaarlozing. Huisgenoten worden bedreigd in hun welzijn of ontwikkeling.
Dreiging van onveilige situatie, zoals huiselijk geweld of verbaal geweld.
Huisgenoten erkennen problemen en proberen negatief gedrag te veranderen. Huisgenoten hebben ondersteuning nodig om dit te doen.
Relationele problemen tussen huisgenoten zijn niet (meer) aanwezig.
Communicatie tussen huisgenoten is consistent open. Huisgenoten ondersteunen elkaar. Er wordt geleefd in een gezonde leefomgeving.
Opvoed- en opgroeisituatie vanuit perspectief ouders/verzorgers (in aanvulling op thuissituatie).
In aanvulling op ‘thuissituatie’: sprake van kindermishandeling. Ouders zijn niet in staat te zorgen voor een veilige situatie voor hun kinderen. Kinderen worden bedreigd in hun welzijn en/of ontwikkeling.
Door een blijvende in de burger gelegen oorzaak niet in staat om zelfstandig een klimaat te scheppen waarin kinderen zichzelf veilig kunnen ontwikkelen en ontplooien. Dreiging van kindermishandeling.
Door een op te lossen omstandigheid en/of in een burger gelegen oorzaak tijdelijk niet in staat om zelfstandig een klimaat te scheppen waarin kinderen zichzelf veilig kunnen ontwikkelen en ontplooien.
In staat om een veilig klimaat te kunnen scheppen waarin kinderen zichzelf kunnen ontwikkelen en ontplooien.
Er is een veilig klimaat waarin kinderen zichzelf kunnen ontwikkelen en ontplooien.
Opvoed- en opgroeisituatie vanuit perspectief kind (in aanvulling op thuissituatie).
Vormt een gevaar vorm zichzelf en/of anderen.
Door een blijvende in het kind gelegen oorzaak niet in staat om zich zelfstandig te kunnen ontwikkelen en ontplooien.
Door een op te lossen omstandigheid en/of in een klant gelegen oorzaak tijdelijk niet in staat om zich te zelfstandig kunnen ontplooien en ontwikkelen.
In staat om zich te kunnen ontplooien en ontwikkelen.
Kind ontplooit en ontwikkelt zich op een gezonde manier.
Mantelzorgonder-steuning (vanuit perspectief mantelzorger)
Overbelast en daardoor niet in staat om mantelzorg te verlenen
Niet in staat om balans aan te brengen in draaglast en draagkracht
Door een op te lossen omstandigheid en/of in mantelzorger gelegen oorzaak tijdelijk niet in staat om balans aan te brengen in draaglast en draagkracht.
Burger is in staat om balans aan te brengen maar loopt risico op overbelasting.
De draaglast staat in de juiste verhouding tot de draagkracht.
Daginvulling (de wijze waarop iemand zijn dagen invult zoals (vrijwilligers)werk, school) en participeert in de samenleving.
Combinatie van geen zinvolle daginvulling en veroorzaken overlast. Geen participatie door crisissituatie in overlevingsmodus.
Geen daginvulling maar geen overlast. Gebrek aan motivatie om te kunnen deelnemen. Gebrek aan vaardigheden om te kunnen deelnemen.
Niet in staat om zelfstandig te komen tot een zinvolle en passende daginvulling. Door een op te lossen omstandigheid en/of in een klant gelegen oorzaak tijdelijk niet in staat om te participeren.
In staat om zelfstandig te komen tot een zinvolle en passende daginvulling.
Iemand heeft een zinvolle daginvulling
Naar boven