Subsidieregeling Sociaal domein 2016
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harlingen,
 
Overwegende dat:
 
de raad van de gemeente Harlingen in zijn besluitvorming van 3 december 2014 ter vaststelling van de Algemene subsidieverordening van de gemeente Harlingen aan het college van burgemeester en wethouders de opdracht heeft verstrekt tot het bij nadere regeling vaststellen welke activiteiten in aanmerking kunnen komen voor subsidie;
 
het college van burgemeester en wethouders van mening is dat het gewenst is nadere regels vast te stellen voor de volgende beleidsterreinen:
  • educatie, cultuur en sport;
  • maatschappelijke ontplooiing;
  • ouderenwerk;
  • begeleiding asielmigranten en nieuwkomers;
  • collectieve voorzieningen en activerende dagbesteding.
Besluit:
 
vast te stellen de Subsidieregeling sociaal domein gemeente Harlingen 2016.
 
1 DEELREGELING EDUCATIE, CULTUUR EN SPORT
1.1 SUB-REGELING EDUCATIE
1.1.1 VOORSCHOOLSE EDUCATIE
 
In december 2014 is door het college van burgemeester en wethouders een aparte subsidieregeling voor Voorschoolse educatie vastgesteld. Daarmee is dit onderwerp voldoende geregeld.
 
Na de eerstvolgende wijziging van de subsidieregeling voor Voorschoolse educatie wordt deze subsidieregeling integraal opgenomen in de Subsidieregeling sociaal domein.
 
1.1.2 MAATSCHAPPELIJKE STAGE
Artikel 1 Doel
Via een maatschappelijke stage maken leerlingen in het voortgezet onderwijs kennis met het vrijwilligerswerk en met het leveren van een onbetaalde bijdrage aan de samenleving.
Artikel 2 Beoogde maatschappelijke effecten
Met een maatschappelijke stage worden de volgende effecten beoogd:
  • talenten en eigen identiteit van jongeren worden verder ontwikkeld;
  • actieve participatie van jongeren is vergroot;
  • het vrijwilligerswerk in de gemeente Harlingen is versterkt, vernieuwd en verjongd.
Artikel 3 Te subsidiëren activiteiten
In het kader van deze sub-regeling kunnen de volgende activiteiten voor een subsidie in aanmerking komen:
  • het ontwikkelen van de makelaarsfunctie als intermediair tussen maatschappelijke organisaties (aanbieder) en onderwijs (vrager);
  • het geven van voorlichting aan jongeren en hen informeren over vrijwilligerswerk en de mogelijkheden van de maatschappelijke stage;
  • het begeleiden van organisaties bij het creëren van stageplaatsen en adviseren over passende stage-opdrachten.
Artikel 4 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 5 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidie wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 6 Verdeelsleutel
In het kader van deze sub-regeling wordt voor de jaarlijkse subsidie een uitvoeringsovereenkomst gesloten met één aanbieder.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
1.2.3 VAKLEERKRACHT GYMNASTIEK
Artikel 7 Doel
De inzet van de vakleerkracht gymnastiek levert een bijdrage aan de doelstellingen van het gemeentelijke beleid op het gebied van gezond opgroeien van jeugdigen.
Artikel 8 Beoogde maatschappelijke effecten
Jongeren groeien op in een gezonde omgeving en doen minder beroep op curatieve gezondheidsvoorzieningen.
Artikel 9 Te subsidiëren activiteiten
Behoud en inzet van de vakleerkracht gymnastiek in het basisonderwijs.
Artikel 10 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie worden verleend.
Artikel 11 Subsidiegrondslag
Subsidie is gebaseerd op de omvang van een formatieplaats bij Sport Fryslân als tijdelijk werkgever.
Artikel 12 Verdeelsleutel
In het kader van deze sub-regeling wordt een uitvoeringsovereenkomst gesloten met één aanbieder.
 
1.2 SUB-REGELING CULTUUR
1.2.1 BIBLIOTHEEKVOORZIENING
Artikel 13 Doel
De bibliotheekvoorziening heeft als doel het bevorderen van het vrije verkeer van informatie in de gemeente Harlingen door het beschikbaar stellen van collecties boeken, dagbladen, periodieken en audiovisuele materialen in een voor eenieder bestemde en toegankelijke ruimte.
Artikel 14 Beoogde maatschappelijke effecten
Een voor een ieder toegankelijke openbare bibliotheekvoorziening draagt bij aan de persoonlijke ontwikkeling en verbetering van de maatschappelijke kansen van het algemene publiek door:
  • het ter beschikking stellen van kennis en informatie;
  • het bieden van mogelijkheden tot ontwikkeling en educatie;
  • het bevorderen van lezen en het laten kennismaken met literatuur;
  • het organiseren van ontmoeting en debat;
  • het laten kennis maken met kunst en cultuur.
Artikel 15 Te subsidiëren activiteiten
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de in het vorige artikel benoemde maatschappelijke effecten of resultaten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen:
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het opbouwen en beheren van de collectie;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het beschikbaar stellen van culturele uitingen in woord beeld en geluid;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het geven van informatie en advies met betrekking tot de collectie en het gebruik door middel van het inlichtingenbureau en klassenbezoeken;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het uitlenen van media aan gebruikers elders;
  • activiteiten die zich richten op het verminderen van laaggeletterdheid;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan leesbevordering.
Artikel 16 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie worden verleend.
Artikel 17 Subsidiegrondslag
Subsidie is gebaseerd op een wettelijk minimumstapniveau in de vorm van een bedrag per inwoner.
Artikel 18 Verdeelsleutel
In het kader van deze sub-regeling wordt een uitvoeringsovereenkomst gesloten met één aanbieder.
 
1.2.2 CULTUURPARTICIPATIE
Artikel 19 Doel
Actieve cultuurparticipatie dient een drieledig doel:
  • mensen kansen bieden om zich te ontplooien;
  • het bevorderen van de sociale cohesie in de stad, de dorpen, wijken en buurten;
  • het versterken en in stand houden van de culturele infrastructuur.
Artikel 20 Beoogde maatschappelijke effecten
Met het actief deelnemen aan cultuur worden de volgende effecten beoogd:
  • meer individuen en groepen nemen deel aan cultuuruitingen die zijn gericht op creatieve ontplooiing en het bevorderen of stimuleren van kunstbeoefening;
  • de eigen identiteit is ontwikkeld en versterkt;
  • de maatschappelijke participatie is toegenomen;
  • de volkscultuur is in stand gehouden;
  • de woon en leefomgeving is aantrekkelijk.
Artikel 21 Te subsidiëren activiteiten
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de in het vorige artikel benoemde maatschappelijke effecten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen.
Artikel 22 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 23 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 24 Verdeelsleutel
De verdeelsleutel voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van de subsidiegrondslag.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
1.2.3 CULTUUREDUCATIE
Artikel 25 Doel
Het beleid op het gebied van cultuureducatie heeft een brede doelstelling:
 
Cultuureducatie voor jongeren – cultuurnetwerk – cultuurmenu:
  • het versterken van de structuur van cultuureducatie in het basisonderwijs;
  • het bieden van een compleet en samenhangend pakket kunst- en cultuureducatie activiteiten;
  • het leveren van een bijdrage aan de ontwikkeling en innovatie van het werkterrein kunsteducatie ten behoeve van de individuele cursist en de amateurkunst;
  • het leveren van een bijdrage aan de ontwikkeling en instandhouding van samenwerkingsverbanden met aanverwante instellingen, het amateurveld en het onderwijs.
Muziekonderwijs:
  • het aanbieden van een curriculum t.b.v. muziek en dans binnen het basisonderwijs;
  • het leggen van verbindingen tussen muziekonderwijs en muziekverenigingen;
  • samenwerken vanuit muziekonderwijs met vrijgestelde muziekdocenten.
Artikel 26 Beoogde maatschappelijke effecten
Het ondersteunen van cultuureducatie beoogt de volgende maatschappelijk effecten:
  • in het basisonderwijs maken kinderen op een gestructureerde wijze kennis met cultuur, muziek en dans als middel tot het ontwikkelen en ontplooien van eigen identiteit;
  • het draagvlak voor kunsteducatie, muziek en dans en voor amateurkunst is versterkt.
  • samenwerking tussen organisaties en instelling is versterkt;
  • kennis en informatie is toegankelijk gemaakt; partijen weten elkaar te vinden.
Artikel 27 Te subsidiëren activiteiten
 
Cultuureducatie voor jongeren – cultuurnetwerk – cultuurmenu
 
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de hierboven benoemde maatschappelijke effecten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen.
Er is er aandacht voor brede oriëntatie op kunst en cultuur via bijvoorbeeld deelname aan het programma cultuurmenu (met o.a. ook aandacht voor beeldende kunst en erfgoed) en aansluiting bij het cultuurnetwerk; dat zijn activiteiten van Akte2 Cultuur in bedrijf.
Naast reguliere activiteiten in de sfeer van kunst- en cultuureducatie voor jongeren neemt de gemeente Harlingen samen met de andere gemeenten in de regio Súdwest Fryslân deel aan Kek! Kek! staat voor Kultueredukaasje mei kwaliteit, het landelijke programma Cultuureducatie met Kwaliteit van het Fonds voor Cultuurparticipatie.
In het kader van Kek! zijn drie speerpunten geformuleerd om het curriculum voor cultuureducatie in het basisonderwijs te verdiepen, waarop de subsidieverlening is geënt:
  • in 2016 wil men een persoonlijk reflectie-instrument/portfolio voor leerlingen hebben ontwikkeld en dat inzetten voor 50% van de leerlingen in de regio;
  • voor muziek, beeldend en erfgoed wordt een doorlopende leerlijn / programma ontwikkeld, waarvan 50% van de leerlingen gebruik maakt in een van de drie disciplines (muziek, beeldend en erfgoed);
  • tenminste zes basisscholen in de regio profileren zich als cultuurschool, d.w.z. dat ze beleidsmatig kiezen voor een structurele plek van cultuureducatie in het onderwijs.
Muziekonderwijs
Muzikale vorming is één van de kernactiviteiten binnen cultuureducatie. Een bijzondere uitdaging ligt daarbij in de muzikale vorming in alle groepen van het basisonderwijs. Daarvoor worden nieuwe plannen ontwikkeld in samenwerking tussen de gemeente, Ritmyk Sintrum foar kuenst yn Fryslân en Akte2 Cultuur in bedrijf.
Artikel 28 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 29 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Subsidie voor Cultuureducatie met Kwaliteit volgt de eis van cofinanciering van het Rijk.
Artikel 30 Verdeelsleutel
De verdeelsleutel voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van de subsidiegrondslag.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
1.2.4 KLEINSCHALIGE CULTURELE EVENEMENTEN EN CULTURELE INITIATIEVEN
Artikel 31 Doel
Het beleid op het gebied van kleinschalige culturele evenementen en culturele initiatieven heeft een tweeledig doel:
  • bijdragen aan het versterken van de passieve cultuurbeleving van de inwoners van de gemeente Harlingen;
  • lokale verenigingen, organisaties en kunstenaars kunnen zich presenteren aan de lokale bevolking.
Artikel 32 Beoogde maatschappelijke effecten
Met het ondersteunen van kleinschalige culturele evenementen en culturele initiatieven worden de volgende maatschappelijk effecten beoogd:
  • kunst- en cultuurorganisaties en kunstenaars zijn bekend bij inwoners van de gemeente Harlingen;
  • kunst en cultuur leveren een bijdrage aan de toeristische uitstraling van de gemeente Harlingen.
Artikel 33 Te subsidiëren activiteiten
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de in het vorige artikel benoemde maatschappelijke effecten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen.
Artikel 34 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 35 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 36 Verdeelsleutel
De verdeelsleutel voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van de subsidiegrondslag.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 37 Beoordelingscriteria
Het regime voor de beoordeling volgt de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
1.3 SUB-REGELING SPORT EN BEWEGEN
Artikel 38 Doel
De sub-regeling Sport en bewegen heeft een meervoudig doel:
  • inwoners van de gemeente Harlingen doen zo lang mogelijk zelfstandig en volwaardig mee aan de samenleving;
  • het bevorderen van een gezonde leefstijl;
  • steeds meer mensen halen de norm voor gezond bewegen;
  • minder mensen leiden een zittend bestaan;
  • het stimuleren van inwoners van de gemeente Harlingen om deel te nemen aan sport- en beweegactiviteiten;
  • zorgen voor voldoende capaciteit van sportvoorzieningen en uitvoering geven aan het accommodatiebeleid;
  • samenwerking tussen sportorganisaties en andere actoren wordt versterkt.
Artikel 39 Beoogde maatschappelijke effecten
Met deze sub-regeling worden de volgende maatschappelijke effecten beoogd:
  • jongeren tot en met 19 jaar bewegen meer door sportbeoefening;
  • leerlingen in het primair onderwijs hebben kennis gemaakt met sport en bewegen;
  • er is ontmoeting tot stand gebracht en competitie is gestimuleerd;
  • talenten zijn tot ontwikkeling gekomen;
  • mensen leven gezonder en doen minder een beroep op voorzieningen;
  • bewegingsarmoede / beweegachterstand is teruggedrongen;
  • het aantal mensen met overgewicht is teruggedrongen;
  • sportverenigingen zijn versterkt;
  • actieve participatie in de samenleving via sport is bevorderd.
Artikel 40 Te subsidiëren activiteiten
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de in artikel 39 benoemde maatschappelijke effecten of resultaten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen:
  • binnensportactiviteiten / binnensportverenigingen;
  • buitensportactiviteiten / buitensportverenigingen;
  • meer bewegen voor ouderen, sport- en spelactiviteiten voor ouderen;
  • G-sport;
  • buurtsportactiviteiten;
  • schoolsport en naschools sportaanbod.
Artikel 41 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 42 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 43 Verdeelsleutel
De verdeelsleutel voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van de subsidiegrondslag.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
2 DEELREGELING MAATSCHAPPELIJKE ONTPLOOIING
2.1 SUB-REGELING DORP-, WIJK-, BUURTGERICHTE EN BEWONERSINITIATIEVEN
Artikel 44 Doel
Deze sub-regeling heef tot doel het versterken van de leefbaarheid door het vergroten van de directe betrokkenheid van inwoners bij hun eigen leef- en woonomgeving.
Artikel 45 Beoogde maatschappelijke effecten
Met het ondersteunen van dorp-, wijk- en buurtgerichte bewonersinitiatieven worden de volgende maatschappelijke effecten beoogd:
  • het sociaal isolement is teruggedrongen;
  • de participatie van inwoners aan de samenleving is vergroot;
  • de eigen kracht van inwoners is vergroot;
  • jeugdigen en volwassenen kunnen hun talenten ontwikkelen en zich ontplooien.
Artikel 46 Te subsidiëren activiteiten
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de in het vorige artikel benoemde maatschappelijke effecten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen:
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het verbeteren van de samenwerking tussen bewoners in dorpen, wijken en buurten;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het opzetten en versterken van sociale netwerken en sociale samenhang;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan maatschappelijke participatie in de sociaal educatieve en recreatieve sfeer;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het verhogen van leefbaarheid en veiligheid;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan sociale activering.
Artikel 47 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 48 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 49 Verdeelsleutel
De verdeelsleutel voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van de subsidiegrondslag.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
2.2 SUB-REGELING MANTELZORG EN VRIJWILLIGERS
2.2.1 MANTELZORG
Artikel 50 Doel
Deze sub-regeling heef tot doel:
  • het beroep op formele zorg terug te dringen;
  • mantelzorgers in staat te stellen om een duurzame bijdrage te leveren aan de lokale samenleving;
  • vorm te geven aan de ondersteuning van mantelzorgers.
Artikel 51 Beoogde maatschappelijke effecten
Met het ondersteunen van mantelzorgers worden de volgende maatschappelijke effecten beoogd:
  • de positie van de mantelzorgers wordt versterkt;
  • netwerken zijn actief betrokken in de ondersteuning van mantelzorgers;
  • de deskundigheid van mantelzorgers wordt duurzaam vergroot;
  • overbelasting van mantelzorgers is teruggedrongen;
  • er is respijtzorg aan mantelzorgers geboden;
  • vraag en aanbod van mantelzorgerondersteuning zijn bij elkaar gebracht;
  • er is afstemming gerealiseerd met en tussen de betrokken organisaties voor informele en formele zorg.
Artikel 52 Te subsidiëren activiteiten
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de in het vorige artikel benoemde maatschappelijke effecten of resultaten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen:
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het vergroten van vrijwillige inzet en informele ondersteuning;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan actieve ondersteuning van mantelzorgers en het bevorderen van deskundigheid;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het bij elkaar brengen van organisaties en het opbouwen en in stand houden van informele netwerken voor mantelzorgers;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het bekend maken van netwerken die actief betrokken worden in de ondersteuning van mantelzorgers;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het verzamelen, toegankelijk maken en overdragen van kennis.
Artikel 53 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 54 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 55 Verdeelsleutel
De verdeelsleutel voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van de subsidiegrondslag.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
2.2.2 VRIJWILLIGERS
Artikel 56 Doel
Deze sub-regeling heef een meervoudig doel:
  • aan jeugdigen en jongeren worden mogelijkheden geboden om hun sociale en communicatieve vaardigheden te vergroten;
  • aan jeugdigen en jongeren worden mogelijkheden om hun talenten te ontwikkelen en zich te ontplooien naar vermogen;
  • er worden meer vrijwilligers geworven;
  • vrijwilligers worden ondersteund in hun taakuitoefening;
  • het verloop onder vrijwilligers wordt teruggedrongen;
  • de binding van vrijwilligers aan de organisaties wordt vergroot door maatwerk in de activiteiten;
  • vrijwilligers worden duurzaam betrokken bij de samenleving.
Artikel 57 Beoogde maatschappelijke effecten
Met het ondersteunen van vrijwilligers worden de volgende maatschappelijke effecten beoogd:
  • jeugdigen en jongeren hebben hun talenten ontwikkeld en ontplooien zich naar vermogen;
  • jongeren participeren volwaardig in de samenleving;
  • vrijwilligers (jong en oud) leveren een duurzame bijdrage aan de leefbaarheid in de gemeente Harlingen.
Artikel 58 Te subsidiëren activiteiten
De volgende activiteiten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen:
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan educatieve, sociale, creatieve en recreatieve talentontwikkeling en ontplooiing van jeugdigen van 5 tot en met 17 jaar;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het versterken van onderlinge samenwerking;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het verzamelen, toegankelijk maken en overdragen van kennis.
Artikel 59 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 60 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 61 Verdeelsleutel
De verdeelsleutel voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van de subsidiegrondslag.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
2.3 SUB-REGELING OUDERENWERK
Artikel 62 Doel
De sub-regeling heeft tot doel het beroep op formele zorg door ouderen terug te dringen.
Artikel 63 Beoogde maatschappelijke effecten
Het ondersteunen van ouderenwerk is gericht op de volgende maatschappelijke effecten:
  • ouderen blijven tot op hoge leeftijd fit, mobiel, gezond en zelfredzaam;
  • ouderen geraken niet of minder in een sociaal isolement;
  • ouderen houden langer de regie over hun eigen woon- en leefsituatie.
Artikel 64 Te subsidiëren activiteiten
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de in het vorige artikel benoemde maatschappelijke effecten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen:
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan lichamelijke beweging door ouderen;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan sociaal educatieve of recreatieve activiteiten door ouderen;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan een gezonde leefstijl van ouderen;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het werven van vrijwilligers en het bevorderen van deskundigheid van vrijwilligers die ouderen ondersteunen in hun deelname aan de samenleving;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het verzamelen, toegankelijk maken en overdragen van kennis.
Artikel 65 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 66 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 67 Verdeelsleutel
De verdeelsleutel voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van de subsidiegrondslag.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
2.4 SUB-REGELING BEGELEIDING ASIELMIGRANTEN EN NIEUWKOMERS
Artikel 68 Doel
Deze sub-regeling is gericht op het bevorderen en leveren van een bijdrage aan de integratie in, en deelname aan het maatschappelijke verkeer van de gemeente Harlingen door asielmigranten en nieuwkomers.
Artikel 69 Beoogde maatschappelijke effecten
Met deze sub-regeling worden de volgende maatschappelijk effecten beoogd:
  • vragen van vergunninghouders zijn eerst beantwoord door voorliggende voorzieningen, netwerken en vrijwilligersorganisaties;
  • de zelfredzaamheid van vergunninghouders is versterkt;
  • het beroep op formele voorzieningen is teruggedrongen;
  • vluchtelingen met een verblijfsvergunning nemen volwaardig deel aan de samenleving.
Artikel 70 Te subsidiëren activiteiten
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de in het vorige artikel benoemde maatschappelijke effecten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen, in het bijzonder rondom vraagstukken op het gebied van:
  • coördineren en afstemmen van het huisvestingsproces in de betekenis van het regelen van de formele kant van leven en wonen;
  • deelname aan regio-overleg met actoren;
  • volgen landelijke beleidsontwikkeling en vertalen naar lokale en regionale aanpak.
  • aangelegenheden die te maken hebben met vergunningen;
  • aangelegenheden betreffende gezinshereniging;
  • inburgering in de ruime betekenis van het woord;
  • het leren kennen van de maatschappelijke voorzieningen van de gemeente;
  • het leggen van contacten met instanties en organisaties;
  • Interculturele hulpverlening en ondersteuning;
  • het verzorgen van informatievoorziening.
Artikel 71 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie worden verleend.
Artikel 72 Subsidiegrondslag
Rijksbijdrage op basis van een bedrag per inwoner.
Artikel 73 Verdeelsleutel
Met één of meerdere aanbieders worden uitvoeringsovereenkomsten gesloten voor de coördinatie van de huisvestingstaken vergunninghouders, respectievelijk voor de maatschappelijke begeleiding van vergunninghouders.
 
2.5 SUB-REGELING COLLECTIEVE VOORZIENINGEN EN ACTIVERENDE DAGBESTEDING
Artikel 74 Doel
Deze sub-regeling heeft tot doel het bevorderen van het zelfstandig functioneren en deelnemen aan de samenleving van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem.
Artikel 75 Beoogde maatschappelijke effecten
Met deze sub-regeling worden de volgende maatschappelijk effecten beoogd:
  • de eigen kracht en zelfredzaamheid van de meest kwetsbare mensen in de samenleving is vergroot;
  • sociale toegankelijkheid van voorzieningen is vergroot;
  • de belasting van mantelzorgers is teruggedrongen of verlicht.
Artikel 76 Te subsidiëren activiteiten
Activiteiten die een bijdrage leveren aan de in het vorige artikel benoemde maatschappelijke effecten kunnen voor een subsidie in aanmerking komen:
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan activerende dagbesteding en die een structurele tijdsbesteding met een omschreven doel bieden waarbij de deelnemers actief betrokken worden en die hen zingeving verlenen;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het bieden van structuur in de dagbesteding, het vergoten van sociale netwerken, het vergoten of behouden van zelfredzaamheid door het vermeerderen van sociale contacten.;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan de deelname aan algemene voorzieningen en het bevorderen van een gezonde leefstijl, daaronder begrepen sport- en spelactiviteiten of recreatieve- en creatieve activiteiten;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het bevorderen van laagdrempelig inzet van vrijwillige inzet ten behoeve van kwetsbare groepen daaronder begrepen activiteiten zoals het behartigen van belangen of het verrichten van vervoersactiviteiten;
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan het duurzaam onder de aandacht brengen van het aanbod bij de doelgroep(en);
  • activiteiten die gericht zijn op en bijdragen aan afstemming en samenwerking met en tussen betrokken organisaties en partijen;
  • activiteiten die gericht op en bijdragen aan het werven en bevorderen van deskundigheid van vrijwilligers;
  • activiteiten die gericht op en bijdragen aan het verzamelen en overdragen van kennis.
Artikel 77 Soort subsidie
In het kader van deze sub-regeling kan een jaarlijkse subsidie of een eenmalige subsidie worden verleend.
Artikel 78 Subsidiegrondslag
De subsidiegrondslag voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van het subsidieplafond.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
Artikel 79 Verdeelsleutel
De verdeelsleutel voor jaarlijkse subsidies wordt vastgesteld bij het vaststellen van de subsidiegrondslag.
Eenmalige subsidies volgen het regime van de Deelregeling eenmalige subsidies.
 
3 DEELREGELING EENMALIGE SUBSIDIES
Artikel 80 Doel
De Deelregeling eenmalige subsidies heeft tot doel het ondersteunen van activiteiten die vallen binnen het toepassingsbereik van de Deelregeling educatie, cultuur en sport, respectievelijk de Deelregeling maatschappelijke ontplooiing en die niet behoren tot de reguliere activiteiten van organisaties en instellingen.
Artikel 81 Te subsidiëren activiteiten
Alleen activiteiten die vallen binnen de omschrijving van doelen, beoogde maatschappelijke effecten en activiteiten in de onderscheiden Deelregelingen en sub-regelingen van de Subsidieregeling sociaal domein van de gemeente Harlingen 2016 en die niet behoren tot de reguliere activiteiten van aanvragers kunnen voor een subsidie in het kader van deze Deelregeling in aanmerking komen.
Artikel 82 Aanvraag en beslistermijn
  • 1.
    Een aanvraag voor een eenmalige subsidie kan gedurende het hele jaar worden ingediend.
  • 2.
    Een aanvraag voor een eenmalige subsidie kan door meerdere aanvragers gezamenlijk worden ingediend, waarbij één van de aanvragers optreedt als hoofdaanvrager.
  • 3.
    Een aanvraag die door meerdere aanvragers wordt ingediend, wordt door alle aanvragers ondertekend.
  • 4.
    Het college van burgemeester en wethouders beslist binnen 6 weken op een aanvraag. Deze termijn kan éénmalig worden verlengd met 4 weken.
Artikel 83 Subsidiegrondslag en kosten die voor subsidie in aanmerking komen
  • 1.
    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college van burgemeester en wethouders noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de in artikel 81 bedoelde activiteiten.
  • 2.
    Kosten van activiteiten die worden uitgevoerd of zijn gestart zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders komen niet voor een subsidie in aanmerking.
  • 3.
    Subsidie wordt alleen verstrekt als sprake is van enige vorm van cofinanciering, waarbij de inzet van vrijwilligers en van professionele organisaties wordt aangemerkt als cofinanciering.
  • 4.
    Een op inhoudelijke gronden afgewezen aanvraag kan niet nogmaals in dezelfde vorm en met dezelfde inhoud worden ingediend.
Artikel 84 Beoordeling
Voor de beoordeling van een aanvraag in het kader van deze Deelregeling worden de volgende criteria gehanteerd:
  • samenwerking tussen meerdere partijen;
  • vernieuwend karakter van de activiteit;
  • de te bereiken doelgroep(en) en hun omvang;
  • mate waarin de activiteit voorziet in cofinanciering in de vorm van inzet van vrijwilligers, professionele organisaties, entreeheffing, sponsoring, bijdragen van donateurs of vriendenorganisaties;
  • mate waarin de activiteit bijdraagt aan de promotie van de gemeente Harlingen.
Artikel 85 Verdeelsleutel
Aanvragen worden afgehandeld op volgorde van binnenkomst met in achtneming van het subsidieplafond.
Artikel 86 Verantwoording
De artikelen 13 t/m 15 van de Algemene subsidieverordening 2015 van de gemeente Harlingen zijn onverkort van toepassing.
Artikel 87 Bijzondere verplichtingen
Een subsidieontvanger vermeldt in alle uitingen rondom de activiteit dat deze mede mogelijk is gemaakt met financiële ondersteuning door de gemeente Harlingen.
 
4 DEELREGELING RESERVERINGEN EN VOORZIENINGEN
4.1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 88 Hoogte van reserveringen of voorzieningen
De hoogte van een reservering of voorziening dient in een naar maatschappelijk algemeen aanvaardbare verhouding te staan tot het totaal aan lasten en te verwachten kosten van de organisatie. Dit is van toepassing bij de verlening jaarlijkse subsidies.
Artikel 89 Beperking recht op reservering en voorzieningen bij eenmalige subsidies
Het vormen van reserves of het aanleggen van voorzieningen is niet toegestaan bij verleende eenmalige subsidies.
Artikel 90 Vermogen ondergebracht bij steunstichtingen
Vermogen dat in strijd met artikel 105 is ondergebracht bij een vrienden- of steunstichting wordt geacht te behoren tot vermogen van de instelling en wordt bij de subsidieberekening betrokken op basis van het bepaalde in artikel 88.
Artikel 91 Vergoeding van met subsidie behaald vermogensvoordeel
  • 1.
    In de gevallen bedoeld in artikel 4:41, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht, is de subsidieontvanger aan het college van burgemeester en wethouders een vergoeding verschuldigd over de vermogensvorming voor zover het verstrekken van de subsidie heeft geleid tot vermogensvorming.
  • 2.
    De vergoeding bedraagt maximaal het bedrag waarmee subsidiëring door de gemeente heeft bijgedragen aan de vermogensvorming in verhouding tot de andere middelen die daaraan hebben bijgedragen.
  • 3.
    Bij de bepaling van de hoogte van de vergoeding wordt uitgegaan van de waarde van de eigendommen en andere vermogensbestanddelen op het tijdstip waarop de vergoeding verschuldigd wordt, met dien verstande dat bij verlies of beschadiging van eigendommen wordt uitgegaan van het bedrag, dat als schadevergoeding door de subsidieontvanger is ontvangen.
  • 4.
    Indien het onroerend goed betreft, geschiedt de waardebepaling door één of drie onafhankelijke deskundigen.
     
4.2 HET VORMEN VAN EEN ALGEMENE RESERVE
Artikel 92 Begripsbepaling
Onder algemene reserves worden verstaan bestandsdelen van het vermogen van een subsidieontvanger die door hem vrij besteedbaar zijn.
Artikel 93 Verrekening overschotten of tekorten algemene reserve
Overschotten en tekorten uit de exploitatie komen ten gunste c.q. ten laste van de subsidieontvanger en worden verrekend met de algemene reserve.
Artikel 94 Maximum algemene reserve
  • 1.
    De maximaal toegestane algemene reserve wordt gesteld op 15% van het totaal van de jaarexploitatie van de instelling.
  • 2.
    Bij overschrijding van deze grens vindt terugbetaling plaats in de verhouding tot hun gemiddelde bijdrage aan de stichting over de afgelopen vier jaar.
     
4.3 HET VORMEN VAN EEN BESTEMMINGSRESERVE
Artikel 95 Begripsbepaling
Onder bestemmingsreserve worden verstaan bestanddelen van het vermogen van een subsidieontvanger die door hem worden of zijn gevormd voor een of meer specifieke doeleinden.
Artikel 96 Toestemming tot het aanleggen van een bestemmingsreserve
  • 1.
    Het vormen van, dan wel doen van toevoegingen aan een bestemmingsreserve met gemeentelijke budgetsubsidie is uitsluitend mogelijk na voorafgaande schriftelijk verleende toestemming van het college van burgemeester en wethouders.
  • 2.
    Rechten en verplichtingen betreffende reservering en voorziening in het kader van budgetsubsidies kunnen worden opgenomen in een met de subsidieontvanger af te sluiten uitvoeringsovereenkomst.
  • 3.
    Het college van burgemeester en wethouders kan ter zake van de aanvraag om toestemming als bedoeld in het tweede lid nadere richtlijnen verstrekken, alsmede modellen vaststellen voor de te overleggen bescheiden.
     
4.4 HET VORMEN VAN EEN EGALISATIERESERVE
Artikel 97 Begripsbepaling
Egalisatiereserves zijn bestanddelen van het vermogen van een subsidieontvanger die door hem zijn of worden gevormd om schommelingen in de exploitatie te kunnen opvangen.
Artikel 98 Het vormen van een egalisatiereserve
  • 1.
    Gesubsidieerde instellingen kunnen een egalisatiereserve vormen om schommelingen in de exploitatie te kunnen opvangen.
  • 2.
    De egalisatiereserve wordt gevormd uit voordelige exploitatieresultaten. Nadelige exploitatieresultaten worden ten laste gebracht van de reserve.
Artikel 99 Maximum egalisatiereserve
  • 1.
    Reservevorming is toegestaan tot een maximum van 15% van de subsidie van het desbetreffende subsidiejaar verhoogd met de met gesubsidieerde activiteiten samenhangende inkomsten.
  • 2.
    De reservering wordt besteed binnen de doelstellingen van de instelling en uitsluitend voor direct met de gesubsidieerde producten samenhangende uitgaven.
  • 3.
    Het bedrag waarmee het maximum van de egalisatiereserve wordt overschreden wordt in mindering gebracht op de vast te stellen subsidie van het jaar waarin de overschrijding is ontstaan.
 
4.5 HET VORMEN VAN VOORZIENINGEN
Artikel 100 Begripsbepaling
  • 1.
    Onder voorzieningen worden verstaan bestanddelen van het vreemd vermogen van een subsidieontvanger die door hem zijn of worden gevormd met het oog op toekomstige verplichtingen of nog niet bestede, van derden verkregen, middelen waarop een specifieke betalingsverplichting rust of moet worden terugbetaald.
Artikel 101 Het vormen van voorzieningen
Voorzieningen kunnen worden aangehouden voor:
  • verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs is in te schatten;
  • op de balansdatum bestaande risico's ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten;
  • kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong vindt in het begrotingsjaar of voorgaande begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren.
5 SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN
Artikel 102 Overgangsbepaling
  • 1.
    Aanvragen met betrekking tot de Deelverordening Welzijn 2006 die zijn ingediend voor het moment van inwerkingtreding van deze regeling en waarop op het moment van inwerkingtreding van deze regeling nog geen besluit is genomen, worden beoordeeld op basis van deze regeling.
  • 2.
    Op bezwaarschriften tegen een besluit op grond van de Deelverordening Welzijn 2006 wordt beslist op basis van die verordening.
Artikel 103 Aanvraagformulier
Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend met behulp van een door burgemeester en wethouders vastgesteld formulier.
Artikel 104 Bijzondere verplichtingen
Aan de subsidieontvanger kunnen bijzondere verplichtingen worden opgelegd, daaronder begrepen het leveren van een bijdrage aan of aanwezigheid bij door of namens gemeente georganiseerde activiteiten of evenementen en de bereidheid tot het meewerken aan een (culturele) evenementenagenda voor de gemeente Harlingen.
Artikel 105 Goede doelen, vrienden- en steunstichtingen
De subsidie wordt niet aangewend voor het ondersteunen van goede doelen of hulp aan vrienden- of steunstichtingen die direct of indirect aan de subsidieontvanger zijn verbonden.
Artikel 106 Betaalbaar stellen van subsidie
  • 1.
    Jaarlijkse subsidies worden in één of meerdere termijnen betaalbaar gesteld.
  • 2.
    Eenmalige subsidies worden in één termijn betaalbaar gesteld.
  • 3.
    Het college van burgemeester en wethouders kunnen van de genoemde termijnen afwijken.
Artikel 107 Hardheidsclausule
Het college van burgemeester en wethouders kunnen deze subsidieregeling in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover de toepassing van de bepalingen uit deze subsidieregeling voor de subsidieaanvrager of subsidieontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepalingen te dienen doel.
Artikel 108 Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als ‘Subsidieregeling sociaal domein gemeente Harlingen 2016.’
Artikel 109 Bekendmaking
Deze regeling wordt bekend gemaakt op de gemeentepagina in de Harlinger Courant, op de gemeentelijke website en wordt tevens opgenomen op de website Overheid.nl
Artikel 110 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na die waarop zij is bekendgemaakt.
 
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harlingen op 30 juni 2015.

de secretaris,

J.S.W. Ozenga

de burgemeester,

W.R. Sluiter

Naar boven